Vertrek Griekenland uit eurozone kan wereldwijde economische crisis tot gevolg hebben
Als Griekenland uit de Eurozone stapt, brengt dit mogelijk Europese en
zelfs internationale risico's met zich mee en kan het een wereldwijde
economische crisis tot gevolg hebben. Tot de gedupeerden horen niet
alleen Zuid-Europese landen of de leden van de EU, maar ook de VS, China
en andere jonge industrielanden. Tot dit resultaat komt een economische
berekening van Prognos AG, in opdracht van de Duitse Bertelsmann
stichting, die de financiële gevolgen en voor de eerste keer ook het
groeiverlies voor Duitsland evenals de 42 belangrijkste (jonge)
industrielanden tot het jaar 2020 als gevolg van het verlaten van de
Eurozone door Griekenland of andere landen die in crisis verkeren,
analyseert. De scenarioberekeningen zijn aanleiding tot grote
bezorgdheid bij de auteurs van het onderzoek.
Voor Griekenland zou het scenario bestaan uit een staatsbankroet, een enorme devaluatie van de nieuwe Griekse valuta, werkloosheid, een tekort aan vraag, enz., wat al snel effect heeft op directe handelspartners. In het Zuid-Europese land zelf bedraagt het daaraan verbonden groeiverlies tot aan het jaar 2020 164 miljard euro, of 14.300 euro per inwoner. De 42 belangrijkste nationale economieën van de wereld zouden nu al een verlies van in totaal 674 miljard euro te verwerken krijgen.
Aangezien het echter niet uitgesloten is dat uittreding van Griekenland uit de Eurozone enorme gevolgen heeft voor andere Zuid-Europese landen die in crisis verkeren, wordt er bij de uitvoering van de berekeningen ook rekening gehouden met deze scenario's. Zou het bijvoorbeeld vervolgens ook tot uittreden van Portugal uit de Eurozone komen, dan betekent dit bijvoorbeeld voor Duitsland een groeiverlies van 225 miljard euro tot 2020 en een gedwongen schuldsanering van 99 miljard euro. Wereldwijd zou het cumulatieve groeiverlies al op 2,4 biljoen euro komen, waarbij ook de VS en China met 365 respectievelijk 275 miljard euro gedupeerd zouden worden. In Duitsland komt het, in het geval van dit scenario, neer op een inkomstenverlies van 2.790 euro per hoofd gedurende acht jaar.
"We moeten in de huidige situatie absoluut een domino-effect zien te voorkomen", waarschuwt Aart de Geus, voorzitter van het bestuur van de Bertelsmann stichting. De met het uittreden van Griekenland of Portugal gepaard gaande destabilisering van de markten, zou het gevaar van een zodanig drastische risicoverhoging voor de toch al hoog belaste landen Spanje en Italië inhouden, dat een verdere afbrokkeling van de Eurozone onvermijdelijk zou worden. Ook de belasting van het uittreden voor de landen zelf zou voor de Europese solidariteitsgemeenschap nauwelijks draagbaar zijn, aldus De Geus.
Want het scenario zou nog veel dramatischer worden als ook de uittreding van Spanje uit de Eurozone ingecalculeerd wordt. Als ook Spanje uit de Eurozone treedt, zal de groeivermindering in Duitsland tot 2020 oplopen tot 850 miljard euro, bij een sanering van vorderingen van in totaal 266 miljard euro. In de VS zou dit een groeivermindering van 1,2 biljoen euro inhouden en in de 42 onderzochte landen 7,9 biljoen euro. Ook de cumulatieve groeivermindering per hoofd wordt in dit scenario aanzienlijk verhoogd. Voor Duitsland zou het gevolg een verlies van 10.500 euro per hoofd gedurende acht jaar tot 2020 zijn, in de VS 3.700 euro en in Frankrijk of Spanje zelfs 18.200, respectievelijk 16.000 euro.
Ten slotte wordt de situatie echt onbeheersbaar als de Eurocrisis ertoe leidt dat ook Italië de Eurozone zou moeten verlaten: Duitsland moet dan 1,7 biljoen saneren en er wordt in totaal 455 miljard euro aan vorderingen afgeschreven. Hier zouden de economische verliezen in Duitsland met meer dan 21.000 euro per hoofd nog hoger dan bij de uittredende landen Griekenland, met meer dan 15.000 euro, Portugal en Italië met bijna 17.000 euro, evenals Spanje met 20.500 euro. De bevolking zou in de toekomst ook getroffen worden door een verhoogde werkloosheid: zo zou alleen al in Duitsland het werkloosheidscijfer tot aan het jaar 2015 met meer dan een miljoen oplopen.
Dit scenario zou uiteindelijk ook in een dramatische internationale recessie en een wereldwijde economische crisis resulteren. Tot 2020 zou de groeivermindering in de onderzochte landen neerkomen op 17,2 biljoen euro. Absoluut bekeken zouden de verliezen daarbij in Frankrijk (2,9 biljoen euro), in de VS (2,8 biljoen euro), in China (1,9 biljoen euro) en in Duitsland met ongeveer 1,7 biljoen euro het hoogste zijn.
In hun totale analyse komen de auteurs tot de volgende eindconclusie: de uittreding van Griekenland en zijn staatsbankroet zijn weliswaar economisch gezien te boven te komen, de moeilijk berekenbare gevolgen ervan zouden echter kunnen leiden tot een wereldwijde economie recessie, waarbij ook de nationale economieën van landen buiten Europa niet ontzien worden.
Naast de puur economische consequenties moet er ook rekening gehouden worden met aanzienlijke sociale spanningen en politieke instabiliteit, vooral voor de landen die uit de Eurozone treden, maar ook voor andere nationale economieën. Het gevaar van een domino-effect met de economische, politieke en sociale consequenties van een Griekse staatsbankroet en uittreding uit de Eurozone zijn zo onheilspellend, dat de internationale gemeenschap, ook buiten Europa, beide zou moeten voorkomen.
Over het onderzoek: de berekeningen zijn gebaseerd op het omvangrijke econometrische VIEW-model van Prognos AG, dat de nationale economieën van 42 (jonge) industrielanden op basis van empirische gegevens over een lange periode en in hoge mate gedetailleerd weer kan geven. Voor de berekening van de uittredingskosten van de vier landen werd voor de vergelijkbaarheid gebruik gemaakt van algemeen geldende aannames voor het uittreden. Zo werd voor alle landen een schuldengemiddelde van 60 procent bij privé- en openbare schuldeisers en een devaluatie van 50 procent van de in de uittredende landen nieuw ingevoerde valuta in vergelijking met de euro aangenomen.
Voor Griekenland zou het scenario bestaan uit een staatsbankroet, een enorme devaluatie van de nieuwe Griekse valuta, werkloosheid, een tekort aan vraag, enz., wat al snel effect heeft op directe handelspartners. In het Zuid-Europese land zelf bedraagt het daaraan verbonden groeiverlies tot aan het jaar 2020 164 miljard euro, of 14.300 euro per inwoner. De 42 belangrijkste nationale economieën van de wereld zouden nu al een verlies van in totaal 674 miljard euro te verwerken krijgen.
Aangezien het echter niet uitgesloten is dat uittreding van Griekenland uit de Eurozone enorme gevolgen heeft voor andere Zuid-Europese landen die in crisis verkeren, wordt er bij de uitvoering van de berekeningen ook rekening gehouden met deze scenario's. Zou het bijvoorbeeld vervolgens ook tot uittreden van Portugal uit de Eurozone komen, dan betekent dit bijvoorbeeld voor Duitsland een groeiverlies van 225 miljard euro tot 2020 en een gedwongen schuldsanering van 99 miljard euro. Wereldwijd zou het cumulatieve groeiverlies al op 2,4 biljoen euro komen, waarbij ook de VS en China met 365 respectievelijk 275 miljard euro gedupeerd zouden worden. In Duitsland komt het, in het geval van dit scenario, neer op een inkomstenverlies van 2.790 euro per hoofd gedurende acht jaar.
"We moeten in de huidige situatie absoluut een domino-effect zien te voorkomen", waarschuwt Aart de Geus, voorzitter van het bestuur van de Bertelsmann stichting. De met het uittreden van Griekenland of Portugal gepaard gaande destabilisering van de markten, zou het gevaar van een zodanig drastische risicoverhoging voor de toch al hoog belaste landen Spanje en Italië inhouden, dat een verdere afbrokkeling van de Eurozone onvermijdelijk zou worden. Ook de belasting van het uittreden voor de landen zelf zou voor de Europese solidariteitsgemeenschap nauwelijks draagbaar zijn, aldus De Geus.
Want het scenario zou nog veel dramatischer worden als ook de uittreding van Spanje uit de Eurozone ingecalculeerd wordt. Als ook Spanje uit de Eurozone treedt, zal de groeivermindering in Duitsland tot 2020 oplopen tot 850 miljard euro, bij een sanering van vorderingen van in totaal 266 miljard euro. In de VS zou dit een groeivermindering van 1,2 biljoen euro inhouden en in de 42 onderzochte landen 7,9 biljoen euro. Ook de cumulatieve groeivermindering per hoofd wordt in dit scenario aanzienlijk verhoogd. Voor Duitsland zou het gevolg een verlies van 10.500 euro per hoofd gedurende acht jaar tot 2020 zijn, in de VS 3.700 euro en in Frankrijk of Spanje zelfs 18.200, respectievelijk 16.000 euro.
Ten slotte wordt de situatie echt onbeheersbaar als de Eurocrisis ertoe leidt dat ook Italië de Eurozone zou moeten verlaten: Duitsland moet dan 1,7 biljoen saneren en er wordt in totaal 455 miljard euro aan vorderingen afgeschreven. Hier zouden de economische verliezen in Duitsland met meer dan 21.000 euro per hoofd nog hoger dan bij de uittredende landen Griekenland, met meer dan 15.000 euro, Portugal en Italië met bijna 17.000 euro, evenals Spanje met 20.500 euro. De bevolking zou in de toekomst ook getroffen worden door een verhoogde werkloosheid: zo zou alleen al in Duitsland het werkloosheidscijfer tot aan het jaar 2015 met meer dan een miljoen oplopen.
Dit scenario zou uiteindelijk ook in een dramatische internationale recessie en een wereldwijde economische crisis resulteren. Tot 2020 zou de groeivermindering in de onderzochte landen neerkomen op 17,2 biljoen euro. Absoluut bekeken zouden de verliezen daarbij in Frankrijk (2,9 biljoen euro), in de VS (2,8 biljoen euro), in China (1,9 biljoen euro) en in Duitsland met ongeveer 1,7 biljoen euro het hoogste zijn.
In hun totale analyse komen de auteurs tot de volgende eindconclusie: de uittreding van Griekenland en zijn staatsbankroet zijn weliswaar economisch gezien te boven te komen, de moeilijk berekenbare gevolgen ervan zouden echter kunnen leiden tot een wereldwijde economie recessie, waarbij ook de nationale economieën van landen buiten Europa niet ontzien worden.
Naast de puur economische consequenties moet er ook rekening gehouden worden met aanzienlijke sociale spanningen en politieke instabiliteit, vooral voor de landen die uit de Eurozone treden, maar ook voor andere nationale economieën. Het gevaar van een domino-effect met de economische, politieke en sociale consequenties van een Griekse staatsbankroet en uittreding uit de Eurozone zijn zo onheilspellend, dat de internationale gemeenschap, ook buiten Europa, beide zou moeten voorkomen.
Over het onderzoek: de berekeningen zijn gebaseerd op het omvangrijke econometrische VIEW-model van Prognos AG, dat de nationale economieën van 42 (jonge) industrielanden op basis van empirische gegevens over een lange periode en in hoge mate gedetailleerd weer kan geven. Voor de berekening van de uittredingskosten van de vier landen werd voor de vergelijkbaarheid gebruik gemaakt van algemeen geldende aannames voor het uittreden. Zo werd voor alle landen een schuldengemiddelde van 60 procent bij privé- en openbare schuldeisers en een devaluatie van 50 procent van de in de uittredende landen nieuw ingevoerde valuta in vergelijking met de euro aangenomen.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.