Goede basis voor perspectief verzekeringssector
Het rapport ‘Nieuw leven voor verzekeraars’ biedt een goede basis voor overleg met overheid en toezichthouders over het bieden van nieuw perspectief voor de verzekeringssector. Die kansen doen zich, met een steeds verder terugtredende overheid, vooral voor in de pensioensector en in een flexibel verzekeringsaanbod voor het groeiend aantal zelfstandigen zonder personeel. Waar nodig moeten knelpunten worden weggenomen, zodat verzekeraars in deze domeinen hun maatschappelijke rol goed kunnen vervullen.
Dat stelt het Verbond van Verzekeraars in een eerste reactie op het rapport waarin de Commissie verzekeraars kansen en belemmeringen voor de sector in kaart heeft gebracht. De aanbevelingen van de Commissie kan het Verbond in grote lijnen onderschrijven, aangezien ze in het verlengde liggen van de innovatie-agenda van de sector zelf, zoals onder meer verwoord in de gepubliceerde visie op het pensioenstelsel.
De Commissie constateert dat de Nederlandse verzekeringssector een belangrijke rol speelt als lange termijnfinancier van overheden, bedrijfsleven en consumenten met als kerntaken het afdekken van risico’s en vermogensvorming. Dat geeft – stelt de Commissie – ook vertrouwen voor de toekomst, waarin zich op schadeterrein nieuwe risico’s aandienen zoals klimaatverandering en cybercrime.
Het Verbond van Verzekeraars onderkent dat met name de levensector onder druk staat, onder meer als gevolg van toenemende concurrentie, de lage rente en de nasleep van reputatie-schade rond beleggingsverzekeringen. Levensverzekeraars moeten zich instellen op krimpende volumes, wat ook onze medewerkers raakt. Met betrekking tot de arbeidsmarkt zijn met vakbonden reeds meerjarige afspraken gemaakt. Evenals de Commissie ziet het Verbond ook kansen en mogelijkheden om in de groeiende behoefte aan zekerheid en vermogensvorming te voorzien.
Met name in het pensioendomein zijn er veelbelovende ontwikkelingen. Zo is er een groeiende behoefte aan beschikbare premieregelingen op basis van individuele eigendomsrechten. De Commissie ziet hier goede perspectieven, zeker nu het delen van risico’s tussen generaties steeds meer ter discussie komt te staan. Het Verbond voelt zich gesteund in het pleidooi om ook regelingen te mogen aanbieden waarin de pensioenleeftijd meebeweegt met de AOW-leeftijd, naast regelingen met harde garanties. De sterke opkomst van zzp’ers brengt de vraag naar meer flexibele producten voor inkomenszekerheid en vermogensopbouw met zich mee. Terecht stelt de Commissie dat een ‘one size fits all’ aanpak voor deze heterogene groep niet gewenst is.
Met betrekking tot het dossier beleggingsverzekeringen richten de inspanningen van de sector zich op het zoeken naar maatwerk in samenspraak met de klant en kijken naar wat in de individuele situatie de beste aanpak is. De sector staat daarbij open voor ideeën die dit proces kunnen versterken en versnellen met inachtneming van de belangen van alle polishouders. De Commissie constateert dat eventuele claimrisico’s tot dusverre geen obstakel zijn gebleken voor de consolidatie in de sector en veronderstelt dat deze claimrisico’s inmiddels ook internationaal zijn te herverzekeren. In hoeverre zo’n optie interessant is voor het betrokken verzekeringsbedrijf en goed voor haar polishouders, zal op maatschappijniveau beoordeeld moeten worden. Een branchebrede aanpak lijkt hier – ook gezien de grote diversiteit van portefeuilles en vanwege concurrentiële aspecten – minder de voor de hand te liggen.
De Commissie vraag terecht aandacht voor het belang van een gelijk speelveld tussen verschillende aanbieders, ook in internationaal perspectief. Zo ziet de Commissie op termijn een Europese Verzekeringsunie ontstaan, waarbij een goed Nederlands vestigingsklimaat een vanzelfsprekende voorwaarde is. Prioriteit voor de sector heeft echter de invoering van het Europese toezichtsraamwerk Solvency II per 1 januari 2016. In Nederland zelf is sprake van een onevenwichtige situatie in de WGA-markt, waar het hybride stelsel manco’s vertoont. Het Verbond verwelkomt hier het pleidooi het huidige stelsel aan te passen.
Dat stelt het Verbond van Verzekeraars in een eerste reactie op het rapport waarin de Commissie verzekeraars kansen en belemmeringen voor de sector in kaart heeft gebracht. De aanbevelingen van de Commissie kan het Verbond in grote lijnen onderschrijven, aangezien ze in het verlengde liggen van de innovatie-agenda van de sector zelf, zoals onder meer verwoord in de gepubliceerde visie op het pensioenstelsel.
De Commissie constateert dat de Nederlandse verzekeringssector een belangrijke rol speelt als lange termijnfinancier van overheden, bedrijfsleven en consumenten met als kerntaken het afdekken van risico’s en vermogensvorming. Dat geeft – stelt de Commissie – ook vertrouwen voor de toekomst, waarin zich op schadeterrein nieuwe risico’s aandienen zoals klimaatverandering en cybercrime.
Het Verbond van Verzekeraars onderkent dat met name de levensector onder druk staat, onder meer als gevolg van toenemende concurrentie, de lage rente en de nasleep van reputatie-schade rond beleggingsverzekeringen. Levensverzekeraars moeten zich instellen op krimpende volumes, wat ook onze medewerkers raakt. Met betrekking tot de arbeidsmarkt zijn met vakbonden reeds meerjarige afspraken gemaakt. Evenals de Commissie ziet het Verbond ook kansen en mogelijkheden om in de groeiende behoefte aan zekerheid en vermogensvorming te voorzien.
Met name in het pensioendomein zijn er veelbelovende ontwikkelingen. Zo is er een groeiende behoefte aan beschikbare premieregelingen op basis van individuele eigendomsrechten. De Commissie ziet hier goede perspectieven, zeker nu het delen van risico’s tussen generaties steeds meer ter discussie komt te staan. Het Verbond voelt zich gesteund in het pleidooi om ook regelingen te mogen aanbieden waarin de pensioenleeftijd meebeweegt met de AOW-leeftijd, naast regelingen met harde garanties. De sterke opkomst van zzp’ers brengt de vraag naar meer flexibele producten voor inkomenszekerheid en vermogensopbouw met zich mee. Terecht stelt de Commissie dat een ‘one size fits all’ aanpak voor deze heterogene groep niet gewenst is.
Met betrekking tot het dossier beleggingsverzekeringen richten de inspanningen van de sector zich op het zoeken naar maatwerk in samenspraak met de klant en kijken naar wat in de individuele situatie de beste aanpak is. De sector staat daarbij open voor ideeën die dit proces kunnen versterken en versnellen met inachtneming van de belangen van alle polishouders. De Commissie constateert dat eventuele claimrisico’s tot dusverre geen obstakel zijn gebleken voor de consolidatie in de sector en veronderstelt dat deze claimrisico’s inmiddels ook internationaal zijn te herverzekeren. In hoeverre zo’n optie interessant is voor het betrokken verzekeringsbedrijf en goed voor haar polishouders, zal op maatschappijniveau beoordeeld moeten worden. Een branchebrede aanpak lijkt hier – ook gezien de grote diversiteit van portefeuilles en vanwege concurrentiële aspecten – minder de voor de hand te liggen.
De Commissie vraag terecht aandacht voor het belang van een gelijk speelveld tussen verschillende aanbieders, ook in internationaal perspectief. Zo ziet de Commissie op termijn een Europese Verzekeringsunie ontstaan, waarbij een goed Nederlands vestigingsklimaat een vanzelfsprekende voorwaarde is. Prioriteit voor de sector heeft echter de invoering van het Europese toezichtsraamwerk Solvency II per 1 januari 2016. In Nederland zelf is sprake van een onevenwichtige situatie in de WGA-markt, waar het hybride stelsel manco’s vertoont. Het Verbond verwelkomt hier het pleidooi het huidige stelsel aan te passen.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.