Aegon heeft de verkoop van zijn Canadese levensverzekeringsactiviteiten aan Wilton Re afgerond na toestemming van de toezichthouders. De verkoop van Aegon's Canadese levensverzekeringsactiviteiten aan Wilton Re voor 417 miljoen euro werd op 16 oktober 2014 aangekondigd. De transactie resulteert in een boekverlies van ongeveer 1,2 miljard Canadese dollar (EUR 0,8 miljard), dat in het derde kwartaal van 2015 zal worden genomen.
vrijdag 31 juli 2015
Forse winststijging voor BNP Paribas
De Franse bank BNP Paribas heeft in de afgelopen drie maanden fors meer winst geboekt. De nettowinst kwam uit op 2,6 miljard euro, tegen een verlies van 4,2 miljard euro vorig jaar. De omzet over de drie maanden tot juli steeg met 16 procent ten opzichte van vorig jaar, tot 11,1 miljard. De gunstige cijfers zijn mede te danken aan de verkoop van een deel van het belang in vastgoedonderneming Klépierre. Die leverde 420 miljoen euro.
ING meldt voortgang herbeoordeling rentederivaten
ING heeft in beperkte mate rentederivaten verkocht aan zakelijke klanten die hun renterisico wilden afdekken. ING heeft onderzocht of de verstrekte producten passend waren. ING heeft op deze wijze invulling gegeven aan de door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) gevraagde herbeoordeling van de eigen dienstverlening met betrekking tot rentederivaten. Het betreft hier 16 klanten uit het segment midden- en kleinbedrijf en circa 560 klanten uit het segment grootbedrijf.
Bij deze herbeoordeling is ING naar eigen zeggen zorgvuldig te werk gegaan. Er zijn duidelijke criteria vastgesteld in afstemming met de AFM op basis waarvan de herbeoordeling heeft plaatsgevonden. Deze criteria zijn nauwlettend toegepast. Het onderzoek is geleid door een team van specialisten op onder meer het gebied van derivaten. Indien blijkt dat het verstrekte product onvoldoende passend is voor de specifieke situatie van de klant, dan biedt ING een passende oplossing. Hiervoor is in afstemming met de AFM een oplossingskader vastgesteld waarbij het klantbelang centraal staat en dat consistente oplossingen biedt voor vergelijkbare gevallen. Deze oplossingen kunnen bestaan uit het tegensluiten tot herstructureren van het derivaat, financiële compensatie van eventuele schade of een combinatie hiervan. ING vertrouwt er op dat zij samen met de klant een oplossing kan vinden. Indien ING en de klant er samen niet uitkomen, kan de klant een klacht indienen middels de algemene klachtenprocedure van ING en eventueel bij het KIFiD.
.
ING heeft het onderzoek met betrekking tot 155 klanten in een bijzonder beheer situatie, met een meer complex derivaat of een overhedge volgens planning eind vorig jaar afgerond. In gevallen waarin ING op basis van het dossier tot de conclusie kwam dat het verstrekte product (mogelijk) niet passend is geweest, hebben aanvullend gesprekken plaatsgevonden gedurende de eerste helft van 2015. In een beperkt aantal gevallen is het nog niet mogelijk geweest om de betreffende klanten te bezoeken.
De andere dossiers zijn inmiddels allemaal volgens planning voor 1 juli jl. herbeoordeeld. De klanten krijgen schriftelijk bericht van de uitkomst van deze herbeoordeling. In die gevallen waarin voor de definitieve herbeoordeling aanvullende gesprekken vereist zijn, zullen de betreffende klanten de komende maanden worden bezocht. ING zal de komende weken contact opnemen met alle betreffende klanten om hen op de hoogte te stellen van de uitslag van de herbeoordeling en de eventueel geboden oplossing, of om een nadere afspraak te maken. Volgens planning zal ING alle klanten aan wie een onvoldoende passend product is verstrekt, uiterlijk eind 2015 een oplossing bieden.
Bij deze herbeoordeling is ING naar eigen zeggen zorgvuldig te werk gegaan. Er zijn duidelijke criteria vastgesteld in afstemming met de AFM op basis waarvan de herbeoordeling heeft plaatsgevonden. Deze criteria zijn nauwlettend toegepast. Het onderzoek is geleid door een team van specialisten op onder meer het gebied van derivaten. Indien blijkt dat het verstrekte product onvoldoende passend is voor de specifieke situatie van de klant, dan biedt ING een passende oplossing. Hiervoor is in afstemming met de AFM een oplossingskader vastgesteld waarbij het klantbelang centraal staat en dat consistente oplossingen biedt voor vergelijkbare gevallen. Deze oplossingen kunnen bestaan uit het tegensluiten tot herstructureren van het derivaat, financiële compensatie van eventuele schade of een combinatie hiervan. ING vertrouwt er op dat zij samen met de klant een oplossing kan vinden. Indien ING en de klant er samen niet uitkomen, kan de klant een klacht indienen middels de algemene klachtenprocedure van ING en eventueel bij het KIFiD.
.
ING heeft het onderzoek met betrekking tot 155 klanten in een bijzonder beheer situatie, met een meer complex derivaat of een overhedge volgens planning eind vorig jaar afgerond. In gevallen waarin ING op basis van het dossier tot de conclusie kwam dat het verstrekte product (mogelijk) niet passend is geweest, hebben aanvullend gesprekken plaatsgevonden gedurende de eerste helft van 2015. In een beperkt aantal gevallen is het nog niet mogelijk geweest om de betreffende klanten te bezoeken.
De andere dossiers zijn inmiddels allemaal volgens planning voor 1 juli jl. herbeoordeeld. De klanten krijgen schriftelijk bericht van de uitkomst van deze herbeoordeling. In die gevallen waarin voor de definitieve herbeoordeling aanvullende gesprekken vereist zijn, zullen de betreffende klanten de komende maanden worden bezocht. ING zal de komende weken contact opnemen met alle betreffende klanten om hen op de hoogte te stellen van de uitslag van de herbeoordeling en de eventueel geboden oplossing, of om een nadere afspraak te maken. Volgens planning zal ING alle klanten aan wie een onvoldoende passend product is verstrekt, uiterlijk eind 2015 een oplossing bieden.
Kredietvraag naar woninghypotheken stijgt verder; kredietvraagafname MKB stopt
Volgens de Nederlandse banken is de vraag naar woninghypotheken in het tweede kwartaal van 2015 verder gestegen. Deze ontwikkeling, die in het eerste kwartaal van 2014 is ingezet, zet zich daarmee versterkt voort. Wat bedrijfskredieten betreft is het de eerste keer in ruim zes jaar tijd dat er geen vraagafname vanuit het midden- en kleinbedrijf (MKB) wordt gemeld door de banken. De banken geven verder aan dat de kredietvraag vanuit het grootbedrijf is gestegen. Dit blijkt uit de driemaandelijkse Bank Lending Survey (BLS) van de ECB. Deze enquête verschaft kwalitatieve informatie over de kredietverlening door in Nederland gevestigde banken aan huishoudens en bedrijven in het eurogebied en de acceptatiecriteria die zij hanteren.
In het tweede kwartaal van 2015 melden alle deelnemende banken in de enquête een stijgende kredietvraag naar woninghypotheken (grafiek 1). Als relevante factoren voor de toename van de hypotheekvraag worden het betere vooruitzicht op de woningmarkt, het gegroeide consumentenvertrouwen en de lage rentetarieven genoemd. Voor het derde kwartaal van 2015 voorzien banken met een gezamenlijk marktaandeel van 77 procent een verdere opleving.
In het tweede kwartaal van 2015 melden alle deelnemende banken in de enquête een stijgende kredietvraag naar woninghypotheken (grafiek 1). Als relevante factoren voor de toename van de hypotheekvraag worden het betere vooruitzicht op de woningmarkt, het gegroeide consumentenvertrouwen en de lage rentetarieven genoemd. Voor het derde kwartaal van 2015 voorzien banken met een gezamenlijk marktaandeel van 77 procent een verdere opleving.
donderdag 30 juli 2015
Zzp'er blijft onverzekerd
De kleine zelfstandige mag dan wel hoog opgeleid zijn, maar lijkt nog steeds niet de reserves op te bouwen voor een fatsoenlijk vangnet. Ruim de helft van de zzp'ers heeft niets geregeld bij arbeidsongeschiktheid. Een klein deel valt terug op het inkomen van de partner, slechts een kwart heeft de risico's goed afgedekt met een arbeidsongeschiktheidsverzekering.
In 2012 startte Wijzer in Geldzaken in opdracht van het ministerie van Financiën al een onderzoek onder zzp'ers waaruit 60% onverzekerd bleek te zijn. Nu, drie jaar later, lijkt er niet veel veranderd. POOQ.nl startte in opdracht van onafhankelijk verzekeringsadviseur Meeùs onder 1481 zzp'ers een eigen onderzoek om beter inzicht te krijgen in financiële voorzieningen bij arbeidsongeschiktheid.
Een groot gedeelte van de zelfstandigen is hbo of universitair opgeleid en 49% heeft een gezinssamenstelling van drie tot vier personen. Toch blijken beiden niet voldoende reden om financiële risico's goed af te dekken. Slechts een kwart is goed verzekerd wanneer het tegen zit, een klein percentage valt terug op de partner (12%) en een aantal doen een beroep op een broodfonds (6%).
Daarnaast heeft bijna de helft (45%) van de kleine ondernemers niets geregeld voor de onderneming. Ruim één derde kiest er voor om in dat geval de onderneming te stoppen en een kleine 15% draagt de zaken over aan de partner.
In 2012 startte Wijzer in Geldzaken in opdracht van het ministerie van Financiën al een onderzoek onder zzp'ers waaruit 60% onverzekerd bleek te zijn. Nu, drie jaar later, lijkt er niet veel veranderd. POOQ.nl startte in opdracht van onafhankelijk verzekeringsadviseur Meeùs onder 1481 zzp'ers een eigen onderzoek om beter inzicht te krijgen in financiële voorzieningen bij arbeidsongeschiktheid.
Een groot gedeelte van de zelfstandigen is hbo of universitair opgeleid en 49% heeft een gezinssamenstelling van drie tot vier personen. Toch blijken beiden niet voldoende reden om financiële risico's goed af te dekken. Slechts een kwart is goed verzekerd wanneer het tegen zit, een klein percentage valt terug op de partner (12%) en een aantal doen een beroep op een broodfonds (6%).
Daarnaast heeft bijna de helft (45%) van de kleine ondernemers niets geregeld voor de onderneming. Ruim één derde kiest er voor om in dat geval de onderneming te stoppen en een kleine 15% draagt de zaken over aan de partner.
'CEO gokt met geld van aandeelhouders'
Ceo's van conglomeraten vertrouwen bij investeringsbeslissingen te veel op hun intuïtie. Al doende vernietigen zij aandeelhouderswaarde. De bedrijfseconomisch beste opties delven vaak het onderspit, omdat de ceo zich meer aangetrokken voelt tot investeringen met een kleine kans op een hoog rendement (‘long shots’).
Dat schrijven Oliver Spalt van Tilburg University en Christoph Schneider van University of Mannheim in het paper Conglomerate Investment, Skewness and the CEO Long Shot Bias, dat binnenkort verschijnt in het Journal of Finance. "Ceo's steken systematisch te veel geld in projecten die potentieel een hoog rendement kunnen opleveren", zo zegt Spalt. "Ze stellen dan dat ze 'koersen op hun gevoel', op hun intuïtie. Daarbij gaan ze echter voorbij aan het inmiddels overweldigende wetenschappelijk bewijs uit de psychologie en de economie dat vertrouwen op intuïtie bij financiële beslissingen vaak leidt tot suboptimale uitkomsten. Ons onderzoek laat zien dat investeringen gebaseerd op ‘long shots’ een serieus probleem zijn bij veel bedrijven.”
Spalt en Schneider doen in hun paper verslag van een onderzoek naar de manier waarop Amerikaanse conglomeraten (ze onderzochten meer dan 1.000 bedrijven die in meerdere segmenten actief zijn) hun investeringen verdelen over de verschillende sectoren. Ze vergelijken die investeringen (tussen 1990 en 2009) vervolgens met de beslissingen van sectoraal gespecialiseerde bedrijven/concurrenten en concluderen dat de conglomeraten vaker kiezen voor investeringsprojecten met een 'scheve' kansverdeling op succes. Een kleine kans op groot succes krijgt vaak de voorkeur boven een grote kans op een gemiddeld succes.
Stel: een ceo moet kiezen tussen twee projecten. Project A heeft 50 procent kans 5 procent rendement op te leveren en 50 procent kans 8 procent op te leveren. Dat is gemiddeld 6,5 procent. Project B heeft 75 procent kans op een rendement van 4 procent, maar 25 procent kans op een rendement van 12 procent. Gemiddeld is dat 6 procent. Rationeel is A de beste keuze, maar ceo's van conglomeraten hebben in zo'n geval een voorkeur voor project B. Spalt: "Wat dus leidt tot het vernietigen van aandeelhouderswaarde."
Spalt en Schneider geven aan dat de inefficiënte neiging tot investeren in ‘long shot’projecten te wijten is aan de bevooroordeelde ceo’s. Ze tonen aan dat dit sterker voorkomt bij ceo’s die het aantrekkelijk vinden om te mikken op ‘long shots’, zoals bij jonge ceo’s. Ze laten ook zien dat dit vaker voorkomt bij bedrijven met een zwakke corporate governance, waar de ceo’s zeer machtig zijn.
Tot slot is er ook een correlatie met culturele factoren. Zo werd gekeken naar religieuze overtuigingen en normen omtrent gokken in de regio waar het hoofdkantoor gevestigd is. Het blijkt dat ceo's riskantere beslissingen nemen in regio's waar meer rooms-katholieke gelovigen wonen (uit eerder onderzoek blijkt dat zij zich soepeler opstellen tegenover gokken) en in regio's waar meer burgers deelnemen aan loterijen.
Dat schrijven Oliver Spalt van Tilburg University en Christoph Schneider van University of Mannheim in het paper Conglomerate Investment, Skewness and the CEO Long Shot Bias, dat binnenkort verschijnt in het Journal of Finance. "Ceo's steken systematisch te veel geld in projecten die potentieel een hoog rendement kunnen opleveren", zo zegt Spalt. "Ze stellen dan dat ze 'koersen op hun gevoel', op hun intuïtie. Daarbij gaan ze echter voorbij aan het inmiddels overweldigende wetenschappelijk bewijs uit de psychologie en de economie dat vertrouwen op intuïtie bij financiële beslissingen vaak leidt tot suboptimale uitkomsten. Ons onderzoek laat zien dat investeringen gebaseerd op ‘long shots’ een serieus probleem zijn bij veel bedrijven.”
Spalt en Schneider doen in hun paper verslag van een onderzoek naar de manier waarop Amerikaanse conglomeraten (ze onderzochten meer dan 1.000 bedrijven die in meerdere segmenten actief zijn) hun investeringen verdelen over de verschillende sectoren. Ze vergelijken die investeringen (tussen 1990 en 2009) vervolgens met de beslissingen van sectoraal gespecialiseerde bedrijven/concurrenten en concluderen dat de conglomeraten vaker kiezen voor investeringsprojecten met een 'scheve' kansverdeling op succes. Een kleine kans op groot succes krijgt vaak de voorkeur boven een grote kans op een gemiddeld succes.
Stel: een ceo moet kiezen tussen twee projecten. Project A heeft 50 procent kans 5 procent rendement op te leveren en 50 procent kans 8 procent op te leveren. Dat is gemiddeld 6,5 procent. Project B heeft 75 procent kans op een rendement van 4 procent, maar 25 procent kans op een rendement van 12 procent. Gemiddeld is dat 6 procent. Rationeel is A de beste keuze, maar ceo's van conglomeraten hebben in zo'n geval een voorkeur voor project B. Spalt: "Wat dus leidt tot het vernietigen van aandeelhouderswaarde."
Spalt en Schneider geven aan dat de inefficiënte neiging tot investeren in ‘long shot’projecten te wijten is aan de bevooroordeelde ceo’s. Ze tonen aan dat dit sterker voorkomt bij ceo’s die het aantrekkelijk vinden om te mikken op ‘long shots’, zoals bij jonge ceo’s. Ze laten ook zien dat dit vaker voorkomt bij bedrijven met een zwakke corporate governance, waar de ceo’s zeer machtig zijn.
Tot slot is er ook een correlatie met culturele factoren. Zo werd gekeken naar religieuze overtuigingen en normen omtrent gokken in de regio waar het hoofdkantoor gevestigd is. Het blijkt dat ceo's riskantere beslissingen nemen in regio's waar meer rooms-katholieke gelovigen wonen (uit eerder onderzoek blijkt dat zij zich soepeler opstellen tegenover gokken) en in regio's waar meer burgers deelnemen aan loterijen.
woensdag 29 juli 2015
Compensatiegeld Aegon Koersplan blijft op de plank liggen
Uit onderzoek van ConsumentenClaim blijkt dat tot op heden 3 á 4 honderdduizend Koersplan-gedupeerden nog geen beroep hebben gedaan op de compensatieregeling 2014 van Aegon. Hoewel de gemiddelde vergoeding uit hoofde van de regeling maar enkele honderden euro's bedraagt, raadt ConsumentenClaim gedupeerden aan om dat geld niet te laten liggen. Tot 16 augustus 2015 is het nog mogelijk om de compensatie online aan te vragen. Naast Koersplan geldt de regeling ook voor een serie vergelijkbare producten van Aegon zoals het Mixplan, Vermogensplan en Fiscaal Voordeelplan.
In het tweede kwartaal van 2015 begon Aegon met de afhandeling van de Regeling Spaarbeleg 2014. Stef Smit, directeur van ConsumentenClaim, roept gedupeerden op om de vergoeding te incasseren die voor ze klaarligt. "Uit ons onderzoek blijkt dat zo'n 3 á 4 honderdduizend mensen nog géén beroep op de regeling hebben gedaan. Hoewel de gemiddelde vergoeding van 200 euro laag is, komen we ook compensaties tegen van boven de 10.000 euro. Het is doodzonde als dat geld bij Aegon op de plank blijft liggen. Bij elkaar gaat het om een bedrag van circa 90 miljoen euro." De regeling is vooral interessant voor mensen met een polis die vóór 1 januari 1996 is ingegaan en inmiddels is beëindigd. Driekwart daarvan komt voor een uitkering in aanmerking.
ConsumentenClaim blijft voor een hogere compensatie doorprocederen tegen Aegon. In de lopende collectieve procedure wordt in september een eerste (tussen)vonnis verwacht. Gedupeerden kunnen zich kosteloos aanmelden om met de procedure mee te doen. ConsumentenClaim voert namens de 90.000 leden van de Vereniging Woekerpolis.nl diverse collectieve procedures tegen aanbieders van woekerpolissen, zoals Aegon, Nationale-Nederlanden en Reaal.
In het tweede kwartaal van 2015 begon Aegon met de afhandeling van de Regeling Spaarbeleg 2014. Stef Smit, directeur van ConsumentenClaim, roept gedupeerden op om de vergoeding te incasseren die voor ze klaarligt. "Uit ons onderzoek blijkt dat zo'n 3 á 4 honderdduizend mensen nog géén beroep op de regeling hebben gedaan. Hoewel de gemiddelde vergoeding van 200 euro laag is, komen we ook compensaties tegen van boven de 10.000 euro. Het is doodzonde als dat geld bij Aegon op de plank blijft liggen. Bij elkaar gaat het om een bedrag van circa 90 miljoen euro." De regeling is vooral interessant voor mensen met een polis die vóór 1 januari 1996 is ingegaan en inmiddels is beëindigd. Driekwart daarvan komt voor een uitkering in aanmerking.
ConsumentenClaim blijft voor een hogere compensatie doorprocederen tegen Aegon. In de lopende collectieve procedure wordt in september een eerste (tussen)vonnis verwacht. Gedupeerden kunnen zich kosteloos aanmelden om met de procedure mee te doen. ConsumentenClaim voert namens de 90.000 leden van de Vereniging Woekerpolis.nl diverse collectieve procedures tegen aanbieders van woekerpolissen, zoals Aegon, Nationale-Nederlanden en Reaal.
'Verkoop VIVAT waarschijnlijk beste optie voor werkgelegenheid'
Deze week werd bekend dat de verkoop van VIVAT aan het Chinese Anbang definitief is. Karin Heynsdijk, bestuurder FNV Finance: "Goed nieuws voor de werkgelegenheid van de werknemers van onder andere REAAL en Zwitserleven." "Anbang is de enige die VIVAT wilde kopen en die bereid is om voldoende kapitaal in het bedrijf te investeren om het als geheel weer een toekomst te geven."
FNV Finance gaat uit van een lange termijn relatie aangezien Anbang's strategie is om via overnames zijn positie op de Nederlandse en Europese verzekeringsmarkt te verstevigen. "Maar", waarschuwt Heynsdijk. "De aandeelhouder zal verlangen dat de resultaten beter worden. De kans bestaat dat VIVAT-medewerkers alsnog hun baan verliezen en dat is natuurlijk een hard gelag." Eerder heeft de bond een sociaal plan afgesproken met goede werk-naar-werk faciliteiten en een goed financieel vangnet.
De komende tijd wordt er ook meer duidelijk over de exacte strategie van Anbang en wat dit betekent voor alle onderdelen van VIVAT. FNV Finance gaat dit kritisch volgen en waar nodig afspraken maken in het belang van de medewerkers.
The Next Big Thing
Denk je eens in dat er een moment komt waarop technologie jouw baan geheel overbodig maakt, dat op een dag het vertrouwen waar financiële instellingen decennialang aan hebben gewerkt in luttele seconden kan worden gereconstrueerd door gebruik te maken van digitale middelen, dat er een door anonieme onbekenden ontwikkeld systeem bestaat dat meer veiligheid, snelheid en transparantie in de financiële wereld mogelijk maakt dan ooit tevoren. Sciencefiction? Absoluut niet. Dat moment is nu. Die dag is vandaag. Dat systeem is de blockchain. Zet je schrap. Zoals internet onze manier van communiceren en informatie delen heeft veranderd, zo verandert de blockchain ons idee van wat waarde is en vertrouwen. De financiële wereld staat straks op zijn kop.
Internet is een netwerk dat is gebaseerd op informatie. We zijn er anders door gaan communiceren, gaan winkelen en, inderdaad, ook anders door gaan bankieren. Het stelt ons in staat om informatie op veel meer manieren te delen. Deze veranderingen zijn over het algemeen geleidelijk ontstaan – met elke technologische ontwikkeling hebben we onze manier van werken steeds iets aangepast. De blockchain is geen geleidelijke verandering. Het is een ware aardverschuiving.
De blockchain is een netwerk dat is gebaseerd op waarde. Het is een platform van complexe algoritmes dat waarde – van cryptovaluta tot vastgoed tot overeenkomsten – op een veilige, transparante en betrouwbare manier opslaat en overdraagt zonder de tussenkomst van derden. Internetbankieren heeft de manier waarop wij communiceren met klanten veranderd, maar door blockchaintechnologie is straks ons huidige bedrijfsmodel misschien wel achterhaald.
Internet is een netwerk dat is gebaseerd op informatie. We zijn er anders door gaan communiceren, gaan winkelen en, inderdaad, ook anders door gaan bankieren. Het stelt ons in staat om informatie op veel meer manieren te delen. Deze veranderingen zijn over het algemeen geleidelijk ontstaan – met elke technologische ontwikkeling hebben we onze manier van werken steeds iets aangepast. De blockchain is geen geleidelijke verandering. Het is een ware aardverschuiving.
De blockchain is een netwerk dat is gebaseerd op waarde. Het is een platform van complexe algoritmes dat waarde – van cryptovaluta tot vastgoed tot overeenkomsten – op een veilige, transparante en betrouwbare manier opslaat en overdraagt zonder de tussenkomst van derden. Internetbankieren heeft de manier waarop wij communiceren met klanten veranderd, maar door blockchaintechnologie is straks ons huidige bedrijfsmodel misschien wel achterhaald.
dinsdag 28 juli 2015
'DNB toetst beleidsbepalers amateuristisch en misbruikt bevoegdheid'
De geschiktheid van bestuurders en commissarissen wordt door De
Nederlandsche Bank (DNB) amateuristisch en niet onafhankelijk getoetst.
Dat stelt voorzitter Pieter Lakeman van Stichting Onderzoek Bedrijfs
Informatie (SOBI) in een rapport over DNB-toetsingspraktijken. Naast een
gebrek aan kennis is er volgens Lakeman ook sprake van misbruik van
bevoegdheden. De werkwijze van DNB leidt er volgens hem toe dat in de
financiële sector onafhankelijke, kritische denkers het steeds vaker
afleggen tegen ja-knikkers. Meer dan 90% van de door DNB in twijfel
getrokken kandidaten trekt zich met het oog op mogelijke reputatieschade
terug.
Lakeman baseerde zijn onderzoek onder meer op een groot aantal openbare bronnen en diverse gesprekken met voormalige beleidsbepalers van onder DNB-toezicht staande instellingen. Als gevolg van een in 2012 op verzoek van DNB doorgevoerde wetswijziging is er volgens hem sprake van 'een voortdurend indringender wordende bemoeienis met financiële instellingen en toenemende willekeur bij het hertoetsen van onafhankelijk denkende bestuurders en commissarissen'.
Daardoor gaat de kwaliteit van het bestuur en toezicht eerder omlaag dan omhoog: "Op lange termijn zou de (her)toetsingsstrategie van DNB de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel zelfs in gevaar kunnen brengen. Het is immers een feit dat ondernemingen waarin geen oorspronkelijk denkende mensen maar uitsluitend ja-knikkers figureren op de lange termijn de concurrentiestrijd niet vol kunnen houden."
De DNB-afdeling die de toetsing uitvoert bestaat vooral uit jonge academici. Volgens Lakeman ontbreekt het aan ervaren senior professionals. Hij doelt op mensen die de valkuilen van het vak kennen, objectiviteit nastreven, onafhankelijk kunnen opereren en als deskundige boven de materie staan. Lakeman concludeert in zijn rapport dat DNB werkt met 'onervaren, niet professionele en niet onafhankelijke toetsers' en noemt het toetsingsproces 'amateuristisch van opzet'. Dat proces kan tot een half jaar uitlopen, met als gevolg dat veel goede kandidaten voor een andere job kiezen en verloren gaan voor de financiële sector. In geval van een negatieve beoordeling geeft DNB de afgewezen kandidaat trouwens géén duidelijke onderbouwing van die beoordeling
Als recent voorbeeld van het gebrek aan kennis noemt Lakeman de aanvaring van DNB met de top van Delta Lloyd. Het consequent mijden door DNB van een inhoudelijke discussie met Delta Lloyd vloeit volgens hem voort uit een gebrek aan kennis. In zijn rapport stelt Lakeman: "Aangenomen moet worden dat de gesprekspartners van DNB inhoudelijk niet opgewassen waren tegen de kwaliteit van het hoofd beleggingen van Delta Lloyd."
De SOBI-voorzitter beschuldigt DNB ervan de bevoegdheid tot toetsing van bestuurders en commissarissen te misbruiken. DNB kan zittende beleidsbepalers ongelimiteerd hertoetsen en op die manier het beleid van instellingen beïnvloeden. "DNB dwingt onder haar toezicht staande instellingen via hertoetsing en potentiële reputatieschade tot het opleggen van beleidswijzigingen waartoe zij geen bevoegdheid heeft", zo staat in het SOBI-rapport. De gang van zaken bij Delta Lloyd is daarvan volgens Lakeman een duidelijk voorbeeld.
In een toelichting op zijn rapport zegt hij: "Bestuurders en commissarissen worden bijvoorbeeld al afgetoetst als hun beleggingsstrategie afwijkt van wat DNB voor ogen staat. Met in de meeste gevallen het einde van hun carrière als direct uitvloeisel. Dat meer dan 90% van de door DNB afgetoetste kandidaten zich uit angst voor reputatieschade meteen terugtrekt vind ik schokkend. Er is sprake van een beroepsverbod, want wie eenmaal door DNB terzijde is geschoven, komt als toezichthouder of bestuurder bij een financiële instelling niet meer aan de bak."
Onder meer via het in 2014 door hem in het leven geroepen www.meldpuntdnb.nl ontvangt Lakeman informatie over de werkwijze van DNB jegens kleinere pensioenfondsen en verzekeraars.
Lakeman baseerde zijn onderzoek onder meer op een groot aantal openbare bronnen en diverse gesprekken met voormalige beleidsbepalers van onder DNB-toezicht staande instellingen. Als gevolg van een in 2012 op verzoek van DNB doorgevoerde wetswijziging is er volgens hem sprake van 'een voortdurend indringender wordende bemoeienis met financiële instellingen en toenemende willekeur bij het hertoetsen van onafhankelijk denkende bestuurders en commissarissen'.
Daardoor gaat de kwaliteit van het bestuur en toezicht eerder omlaag dan omhoog: "Op lange termijn zou de (her)toetsingsstrategie van DNB de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel zelfs in gevaar kunnen brengen. Het is immers een feit dat ondernemingen waarin geen oorspronkelijk denkende mensen maar uitsluitend ja-knikkers figureren op de lange termijn de concurrentiestrijd niet vol kunnen houden."
De DNB-afdeling die de toetsing uitvoert bestaat vooral uit jonge academici. Volgens Lakeman ontbreekt het aan ervaren senior professionals. Hij doelt op mensen die de valkuilen van het vak kennen, objectiviteit nastreven, onafhankelijk kunnen opereren en als deskundige boven de materie staan. Lakeman concludeert in zijn rapport dat DNB werkt met 'onervaren, niet professionele en niet onafhankelijke toetsers' en noemt het toetsingsproces 'amateuristisch van opzet'. Dat proces kan tot een half jaar uitlopen, met als gevolg dat veel goede kandidaten voor een andere job kiezen en verloren gaan voor de financiële sector. In geval van een negatieve beoordeling geeft DNB de afgewezen kandidaat trouwens géén duidelijke onderbouwing van die beoordeling
Als recent voorbeeld van het gebrek aan kennis noemt Lakeman de aanvaring van DNB met de top van Delta Lloyd. Het consequent mijden door DNB van een inhoudelijke discussie met Delta Lloyd vloeit volgens hem voort uit een gebrek aan kennis. In zijn rapport stelt Lakeman: "Aangenomen moet worden dat de gesprekspartners van DNB inhoudelijk niet opgewassen waren tegen de kwaliteit van het hoofd beleggingen van Delta Lloyd."
De SOBI-voorzitter beschuldigt DNB ervan de bevoegdheid tot toetsing van bestuurders en commissarissen te misbruiken. DNB kan zittende beleidsbepalers ongelimiteerd hertoetsen en op die manier het beleid van instellingen beïnvloeden. "DNB dwingt onder haar toezicht staande instellingen via hertoetsing en potentiële reputatieschade tot het opleggen van beleidswijzigingen waartoe zij geen bevoegdheid heeft", zo staat in het SOBI-rapport. De gang van zaken bij Delta Lloyd is daarvan volgens Lakeman een duidelijk voorbeeld.
In een toelichting op zijn rapport zegt hij: "Bestuurders en commissarissen worden bijvoorbeeld al afgetoetst als hun beleggingsstrategie afwijkt van wat DNB voor ogen staat. Met in de meeste gevallen het einde van hun carrière als direct uitvloeisel. Dat meer dan 90% van de door DNB afgetoetste kandidaten zich uit angst voor reputatieschade meteen terugtrekt vind ik schokkend. Er is sprake van een beroepsverbod, want wie eenmaal door DNB terzijde is geschoven, komt als toezichthouder of bestuurder bij een financiële instelling niet meer aan de bak."
Onder meer via het in 2014 door hem in het leven geroepen www.meldpuntdnb.nl ontvangt Lakeman informatie over de werkwijze van DNB jegens kleinere pensioenfondsen en verzekeraars.
Opmars No-Cure No-Pay Advocaten zorgt voor duurdere autoverzekering
Autoverzekeringsbedrijven moeten hun financiële positie managen door hun verzekering duurder te maken, volgens De Nederlandse Bank. Afgelopen jaar keerden de verzekeraars 300 miljoen euro meer uit dan zij aan premies ontvingen. Dit komt door een toename van het aantal letselschade claims. Goedkoopsteautoverzekering.net ziet een verband tussen deze toename en het legaliseren van de No-Cure-No-Pay-regeling voor advocaten.
Uit de jaarcijfers van 2014 blijkt dat maar liefst 42 procent van de letselschadeclaims het gevolg is van verkeersongelukken. Dit legt enorm beslag op de autoverzekeringen, die deze claims moeten uitbetalen. DNB stelt dat het van belang is dat autoverzekeringen zichzelf in bescherming nemen en de premies duurder maken.
Uit de cijfers van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid blijkt dat er een daling is van 19.500 ernstige verkeersgewonden in 2012, naar 18.800 verkeersgewonden in 2013. Er zijn minder gewonden, maar meer schadeclaims.
Het lijkt erop dat er langzaam plaats gemaakt wordt voor een claimcultuur, waarin advocaten de hoofdrol spelen. Sinds 2014 is het voor vijf jaar toegestaan om als advocaat de no-cure-no-pay-regeling te hanteren. Het indienen van een schadeclaim is dan zonder kosten als de claim niet wordt gehonoreerd.
Deze regeling maakt het aanzienlijk meer aantrekkelijk om een schadeclaim in te dienen. Bij elk willekeurig letsel is het mogelijk om gratis en zonder risico een claim in te dienen voor de psychisch opgelopen schade door letsel. Dit bedrag kan oplopen tot wel 150.000 EURO.
Deze bedragen moeten autoverzekeringen uitkeren. Om dit te kunnen blijven doen, raadt DNB daarom aan dat zij hun premies laten stijgen. Dit zou gaan om een stijging van ongeveer 10 procent. Goedkoopsteautoverzekering.net verwacht dan ook een stijging van de premies voor het einde van het nieuwe jaar.
Uit de jaarcijfers van 2014 blijkt dat maar liefst 42 procent van de letselschadeclaims het gevolg is van verkeersongelukken. Dit legt enorm beslag op de autoverzekeringen, die deze claims moeten uitbetalen. DNB stelt dat het van belang is dat autoverzekeringen zichzelf in bescherming nemen en de premies duurder maken.
Uit de cijfers van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid blijkt dat er een daling is van 19.500 ernstige verkeersgewonden in 2012, naar 18.800 verkeersgewonden in 2013. Er zijn minder gewonden, maar meer schadeclaims.
Het lijkt erop dat er langzaam plaats gemaakt wordt voor een claimcultuur, waarin advocaten de hoofdrol spelen. Sinds 2014 is het voor vijf jaar toegestaan om als advocaat de no-cure-no-pay-regeling te hanteren. Het indienen van een schadeclaim is dan zonder kosten als de claim niet wordt gehonoreerd.
Deze regeling maakt het aanzienlijk meer aantrekkelijk om een schadeclaim in te dienen. Bij elk willekeurig letsel is het mogelijk om gratis en zonder risico een claim in te dienen voor de psychisch opgelopen schade door letsel. Dit bedrag kan oplopen tot wel 150.000 EURO.
Deze bedragen moeten autoverzekeringen uitkeren. Om dit te kunnen blijven doen, raadt DNB daarom aan dat zij hun premies laten stijgen. Dit zou gaan om een stijging van ongeveer 10 procent. Goedkoopsteautoverzekering.net verwacht dan ook een stijging van de premies voor het einde van het nieuwe jaar.
Taakstraf voor bankfraude, vordering bank afgewezen
Een bankmedewerker van ABN AMRO heeft een taakstraf van 100 uren gekregen voor zijn betrokkenheid bij grootschalige phishing fraude. Wetenschap over het aantal deelnemers en de taakverdeling had hij niet. Van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de daders van de oplichting is volgens de rechtbank geen sprake geweest, wel van strafbare behulpzaamheid tot dit misdrijf.
Bij de strafoplegging is rekening gehouden met de ernst van het feit. Met deze bankfraude is het vertrouwen in het betalingsverkeer en bankwezen ernstig ondermijnd. Vooral nu verdachte bij ABN AMRO werkzaam was. 'Hij heeft in ernstige mate misbreuk gemaakt van zijn positie en het in hem gestelde vertrouwen. Ook is schade veroorzaakt. Verder is gelet op de ondergeschikte rol van verdachte en de overschrijding van de redelijke termijn met negentien maanden.'
ABN AMRO heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een schadevergoedingsvordering van 316.500 euro uit hoofde van schadeloosstelling van gedupeerde rekeninghouders. Nu de vordering onvoldoende met stukken is onderbouwd, deze door de verdediging gemotiveerd is betwist en namens ABN AMRO niemand ter terechtzitting was verschenen om de vordering toe te lichten, is de vordering niet-ontvankelijk verklaard.
Bij de strafoplegging is rekening gehouden met de ernst van het feit. Met deze bankfraude is het vertrouwen in het betalingsverkeer en bankwezen ernstig ondermijnd. Vooral nu verdachte bij ABN AMRO werkzaam was. 'Hij heeft in ernstige mate misbreuk gemaakt van zijn positie en het in hem gestelde vertrouwen. Ook is schade veroorzaakt. Verder is gelet op de ondergeschikte rol van verdachte en de overschrijding van de redelijke termijn met negentien maanden.'
ABN AMRO heeft zich als benadeelde partij gevoegd met een schadevergoedingsvordering van 316.500 euro uit hoofde van schadeloosstelling van gedupeerde rekeninghouders. Nu de vordering onvoldoende met stukken is onderbouwd, deze door de verdediging gemotiveerd is betwist en namens ABN AMRO niemand ter terechtzitting was verschenen om de vordering toe te lichten, is de vordering niet-ontvankelijk verklaard.
maandag 27 juli 2015
Hypotheekrente daalt sneller dan spaarrente
Al geruime tijd nemen de spaar- en hypotheekrentes van banken af. In de afgelopen twaalf maanden zijn beide rentes gedaald, de spaarrente met 30 basispunten en de hypotheekrente met 60 basispunten. In mei van dit jaar kregen Nederlandse huishoudens een rente van gemiddeld 1,04% op hun eenvoudig opneembaar spaargeld. Op nieuw afgesloten hypotheken moest gemiddeld 2,83% worden betaald. Ten opzichte van april is de spaarrente in mei met 2 basispunten gedaald en de hypotheekrente met 11 basispunten.
Nederlandse huishoudens hadden in mei bijna 300 miljard euro aan eenvoudig opneembaar spaargeld tegen een gemiddelde spaarrente van 1,04 procent. De afgelopen periode is de spaarrente afgenomen (zie grafiek 1). Hierbij hebben onder meer de afgenomen vraag van banken naar financiering, het nog steeds grote aanbod van spaargeld en de relatief lage kosten van andere vormen van financiering op de geldmarkt een rol gespeeld.
Ook de spaarrente op het vaststaand spaargeld is afgenomen. Huishoudens hebben ruim EUR 50 miljard aan vaststaand spaargeld. Op het spaargeld dat in mei werd vastgezet, werd een rente van gemiddeld 1,88% vergoed. Ongeveer zestig procent van het in mei op een spaardeposito geplaatste spaargeld kende een vaste looptijd van maximaal één jaar.
De omvang van de hypotheken van Nederlandse huishoudens bij banken bedroeg in mei bijna EUR 520 miljard. Op deze uitstaande hypotheken betalen huishoudens een gemiddelde rente van 4,16%. Ook deze rente op uitstaande hypotheken is afgenomen (de afgelopen twaalf maanden met 23 basispunten), maar veel minder dan de rente op eenvoudig opneembaar spaargeld. Dit komt doordat huishoudens hun rente vaak voor langere tijd vast zetten.
Op de nieuwe hypotheken die banken in mei hebben verstrekt bedroeg de rente gemiddeld 2,83 procent. Ook deze rente op nieuwe hypotheken is door de banken verlaagd. Deze verlaging was gedurende de afgelopen twaalf maanden sterker dan de verlaging van de spaarrente (zie grafiek 2). Hierdoor neemt het verschil tussen de spaarrente en de rente op nieuw afgesloten hypotheken langzaam af. Het verschil tussen de rente op eenvoudig opneembaar spaargeld en de rente op nieuwe hypotheken bedroeg in mei zo’n 180 basispunten
Nederlandse huishoudens hadden in mei bijna 300 miljard euro aan eenvoudig opneembaar spaargeld tegen een gemiddelde spaarrente van 1,04 procent. De afgelopen periode is de spaarrente afgenomen (zie grafiek 1). Hierbij hebben onder meer de afgenomen vraag van banken naar financiering, het nog steeds grote aanbod van spaargeld en de relatief lage kosten van andere vormen van financiering op de geldmarkt een rol gespeeld.
Ook de spaarrente op het vaststaand spaargeld is afgenomen. Huishoudens hebben ruim EUR 50 miljard aan vaststaand spaargeld. Op het spaargeld dat in mei werd vastgezet, werd een rente van gemiddeld 1,88% vergoed. Ongeveer zestig procent van het in mei op een spaardeposito geplaatste spaargeld kende een vaste looptijd van maximaal één jaar.
De omvang van de hypotheken van Nederlandse huishoudens bij banken bedroeg in mei bijna EUR 520 miljard. Op deze uitstaande hypotheken betalen huishoudens een gemiddelde rente van 4,16%. Ook deze rente op uitstaande hypotheken is afgenomen (de afgelopen twaalf maanden met 23 basispunten), maar veel minder dan de rente op eenvoudig opneembaar spaargeld. Dit komt doordat huishoudens hun rente vaak voor langere tijd vast zetten.
Op de nieuwe hypotheken die banken in mei hebben verstrekt bedroeg de rente gemiddeld 2,83 procent. Ook deze rente op nieuwe hypotheken is door de banken verlaagd. Deze verlaging was gedurende de afgelopen twaalf maanden sterker dan de verlaging van de spaarrente (zie grafiek 2). Hierdoor neemt het verschil tussen de spaarrente en de rente op nieuw afgesloten hypotheken langzaam af. Het verschil tussen de rente op eenvoudig opneembaar spaargeld en de rente op nieuwe hypotheken bedroeg in mei zo’n 180 basispunten
Reaal overweegt overname ASR
Verzekeraar Vivat, tot voor kort Reaal, is nog niet verzelfstandigd of het gaat al op overnamepad. Het nu nog genationaliseerde ASR lijkt een grote kandidaat. Dat zegt topman Gerard van Olphen in een interview met het FD.
ASR werd eind 2008 als onderdeel van Fortis Nederland genationaliseerd door de Nederlandse overheid. Net als bij Reaal wil de Staat het bedrijf weer in private handen brengen, maar het is nog niet bekend hoe ASR zal worden geprivatiseerd.
ASR werd eind 2008 als onderdeel van Fortis Nederland genationaliseerd door de Nederlandse overheid. Net als bij Reaal wil de Staat het bedrijf weer in private handen brengen, maar het is nog niet bekend hoe ASR zal worden geprivatiseerd.
Solide resultaten voor BinckBank
Online broker BinckBank meldt solide resultaten over het eerste half jaar van 2015. De omzet viel vergeleken met vorig jaar 4 procent hoger uit en het aantal transacties steeg met 14 procent naar 5 miljoen. Het nettoresultaat bedroeg 16,8 miljoen.
Het resultaat uit bedrijfsactiviteiten voor Nederland in het tweede kwartaal steeg ten opzichte vorig jaar met 18 procent, van 17,6 miljoen naar 20,6 miljoen euro, grotendeels door de beweeglijkheid op de financiële markten. Dat was ook het beeld in andere landen. Nederland bleef qua groei achter bij Italië en België.
Het resultaat uit bedrijfsactiviteiten voor Nederland in het tweede kwartaal steeg ten opzichte vorig jaar met 18 procent, van 17,6 miljoen naar 20,6 miljoen euro, grotendeels door de beweeglijkheid op de financiële markten. Dat was ook het beeld in andere landen. Nederland bleef qua groei achter bij Italië en België.
Deutsche Bank, ABN Amro en Morgan Stanley begeleiden beursgang ABN
Deutsche Bank, ABN Amro en Morgan Stanley gaan de beursgang van ABN Amro begeleiden. NLFI, het staatsagentschap dat de notering overziet, heeft dat vrijdag bekendgemaakt. Wanneer dat precies gaat gebeuren is niet duidelijk. Inmiddels zijn er wel veel afvallers: ING, Rabobank, Barclays, Nomura, Citigroup en Société Generale hadden de beursgang ook willen begeleiden, net als Goldman Sachs. In mei dit jaar besloot het kabinet de door de Staat geredde bank weer naar de beurs te brengen.
Verkoop REAAL voltooid
De verkoop van VIVAT Verzekeringen (het voormalige REAAL) aan de Chinese verzekeraar Anbang is definitief. De Chinese toezichthouder op de verzekeringssector heeft ingestemd met de aankoop van VIVAT. De Nederlandsche Bank (DNB) had begin juli al toestemming gegeven voor de overname.
Gerard van Olphen (CEO van SNS REAAL) en Jan Nooitgedagt (voorzitter Raad van Commissarissen van SNS REAAL) leggen hun huidige functie neer. Zij zullen per direct in dienst treden als CEO, respectievelijk de voorzitter van de Raad van Commissarissen van VIVAT. Wim Henk Steenpoorte, die binnen het bestuur van SNS REAAL verantwoordelijk was voor het verzekeringsbedrijf, verlaat per 31 juli SNS REAAL als lid van de Raad van Bestuur.
De verkoopprijs voor de aandelen VIVAT en belastingvorderingen is op 85 miljoen euro vastgesteld. Daarbij is afgesproken dat SNS REAAL de belastingvordering op VIVAT over de jaren 2013 en 2014 aan Anbang overdraagt; deze vordering van SNS REAAL op VIVAT bedraagt naar beste conservatieve schatting circa 85 miljoen euro. Netto, na verrekening van de belastingvorderingen, is de verkoopprijs daarmee circa 1 euro.
De nieuwe eigenaar van VIVAT zal de betaling van 85 miljoen euro voor de belastingvordering binnen 30 dagen voldoen. Daarnaast zal Anbang binnen drie maanden een kapitaalinjectie in VIVAT doen van 1,35 miljard euro. Dit komt ten goede aan de verzekeringsgroep VIVAT met ruim zes miljoen polishouders en 4.000 werknemers. “Met deze verkoop is een speler van aanzienlijke omvang in de Nederlandse verzekeringssector een goede toekomst geboden”, aldus minister Dijsselbloem van Financiën.
De verkoop maakt de terugbetaling mogelijk van de interne leningen van SNS Bank en SNS REAAL die aan de verzekeringsgroep VIVAT zijn verstrekt ter waarde van 552 miljoen euro plus rente. De lening van SNS Bank aan de verzekeringsgroep REAAL moet voor het einde van het jaar zijn afgelost, de leningen van SNS REAAL aan de verzekeringsgroep VIVAT moeten binnen een half jaar worden afgelost. Dit geld komt indirect de Staat als aandeelhouder van SNS REAAL en haar dochter SNS Bank ten goede.
Nu de verkoop van VIVAT definitief is geworden zal de band tussen de holding SNS REAAL en SNS Bank binnenkort worden verbroken. De holding zal daarna, nadat deze aan haar verplichtingen heeft voldaan, worden ontmanteld.
Gerard van Olphen (CEO van SNS REAAL) en Jan Nooitgedagt (voorzitter Raad van Commissarissen van SNS REAAL) leggen hun huidige functie neer. Zij zullen per direct in dienst treden als CEO, respectievelijk de voorzitter van de Raad van Commissarissen van VIVAT. Wim Henk Steenpoorte, die binnen het bestuur van SNS REAAL verantwoordelijk was voor het verzekeringsbedrijf, verlaat per 31 juli SNS REAAL als lid van de Raad van Bestuur.
De verkoopprijs voor de aandelen VIVAT en belastingvorderingen is op 85 miljoen euro vastgesteld. Daarbij is afgesproken dat SNS REAAL de belastingvordering op VIVAT over de jaren 2013 en 2014 aan Anbang overdraagt; deze vordering van SNS REAAL op VIVAT bedraagt naar beste conservatieve schatting circa 85 miljoen euro. Netto, na verrekening van de belastingvorderingen, is de verkoopprijs daarmee circa 1 euro.
De nieuwe eigenaar van VIVAT zal de betaling van 85 miljoen euro voor de belastingvordering binnen 30 dagen voldoen. Daarnaast zal Anbang binnen drie maanden een kapitaalinjectie in VIVAT doen van 1,35 miljard euro. Dit komt ten goede aan de verzekeringsgroep VIVAT met ruim zes miljoen polishouders en 4.000 werknemers. “Met deze verkoop is een speler van aanzienlijke omvang in de Nederlandse verzekeringssector een goede toekomst geboden”, aldus minister Dijsselbloem van Financiën.
De verkoop maakt de terugbetaling mogelijk van de interne leningen van SNS Bank en SNS REAAL die aan de verzekeringsgroep VIVAT zijn verstrekt ter waarde van 552 miljoen euro plus rente. De lening van SNS Bank aan de verzekeringsgroep REAAL moet voor het einde van het jaar zijn afgelost, de leningen van SNS REAAL aan de verzekeringsgroep VIVAT moeten binnen een half jaar worden afgelost. Dit geld komt indirect de Staat als aandeelhouder van SNS REAAL en haar dochter SNS Bank ten goede.
Nu de verkoop van VIVAT definitief is geworden zal de band tussen de holding SNS REAAL en SNS Bank binnenkort worden verbroken. De holding zal daarna, nadat deze aan haar verplichtingen heeft voldaan, worden ontmanteld.
zaterdag 25 juli 2015
ING BeleggersBarometer: Optimisme is getemperd
Het optimisme van de beleggers is nog aanwezig, maar neemt wel af. De beleggers oordelen minder positief over de waarde van hun beleggingsportefeuille over de laatste drie en de laatste zes maanden. De ontwikkelingen rond Griekenland spelen hierbij een belangrijke rol. Dit blijkt uit de ING BeleggersBarometer van juli. De stand van de Barometer komt uit op 124, een daling ten opzichte van vorige maand (137). Eén op de drie beleggers houdt in zijn beleggingsstrategie rekening met de levenscyclus van een bedrijf. Door een snel veranderende wereld lijkt deze steeds korter te worden.
De financiële markten waren de afgelopen maand in de ban van Griekenland en China. De opluchting over een ‘deal’ met de rest van de Eurolanden en het einde van de forse daling op de Chinese beurs vertaalde zich in een winst van bijna 10% op de Europese beurzen. Henry van Heijster van het ING Investment Office: “Beleggers zijn blijkbaar net zo verrast door de ontwikkelingen rond Griekenland als de markten zelf. Wellicht zal het herstel van de BeleggersBarometer ook weer even fel zijn als op de beurs zelf.”
De financiële markten waren de afgelopen maand in de ban van Griekenland en China. De opluchting over een ‘deal’ met de rest van de Eurolanden en het einde van de forse daling op de Chinese beurs vertaalde zich in een winst van bijna 10% op de Europese beurzen. Henry van Heijster van het ING Investment Office: “Beleggers zijn blijkbaar net zo verrast door de ontwikkelingen rond Griekenland als de markten zelf. Wellicht zal het herstel van de BeleggersBarometer ook weer even fel zijn als op de beurs zelf.”
vrijdag 24 juli 2015
Jeroen van Breda Vriesman vertrekt uit Raad van Bestuur Achmea
Jeroen van Breda Vriesman (48) stapt op als lid van de Raad van Bestuur van Achmea. Hij trad in september 2014 tijdelijk terug, nadat het Openbaar Ministerie (OM) een onderzoek startte bij de Health Centers van Achmea. Vanwege de inmiddels verstreken tijd en de onzekerheid over de termijn waarop de zaak wordt afgerond, zijn de Raad van Commissarissen en Jeroen van Breda Vriesman overeengekomen dat hij zijn functie neerlegt.
Het onderzoek van het OM richtte zich op een mogelijk onjuiste fiscale behandeling van huurovereenkomsten van de Health Centers uit 2007. In die tijd was Jeroen van Breda Vriesman als directievoorzitter van de divisie Zorg eindverantwoordelijk voor de Health Centers. Achmea heeft deze kwestie begin 2014 zelf voorgelegd aan de Belastingdienst.
Het onderzoek van het OM richtte zich op een mogelijk onjuiste fiscale behandeling van huurovereenkomsten van de Health Centers uit 2007. In die tijd was Jeroen van Breda Vriesman als directievoorzitter van de divisie Zorg eindverantwoordelijk voor de Health Centers. Achmea heeft deze kwestie begin 2014 zelf voorgelegd aan de Belastingdienst.
Nederlanders zien huizenprijsrally niet terugkomen
Nederlandse consumenten rekenen zich niet langer rijk wanneer het gaat om de prijsontwikkeling van koophuizen. Van de 67% die denkt dat huizenprijzen de komende tien jaar zullen stijgen, verwacht slechts 13% een stijging van meer dan 2% gemiddeld per jaar. Daarmee zeggen Nederlanders massaal de huizenhausse van voor de kredietcrisis niet terug te zien keren. Dit blijkt uit de ING Financieel fit Barometer die dit kwartaal uitkomt op een stand van 96, de hoogste stand ooit.
Nederlandse huishoudens zijn positiever geworden over hun eigen portemonnee. De stand van de ING Financieel fit Barometer is in het tweede kwartaal van 2015 gestegen van 91 naar 96 punten, de hoogste stand sinds de start in voorjaar 2009. Consumenten zien het economisch herstel steeds meer terug in hun portemonnee. Velen gaan er voor het tweede jaar op rij in koopkracht op vooruit, mede doordat lonen sneller stijgen dan de inflatie. Het ING Economisch Bureau gaat uit van een gemiddelde cao-loonstijging van 1,4% en een inflatie van 0,6% voor dit jaar.
Nederlandse huishoudens zijn positiever geworden over hun eigen portemonnee. De stand van de ING Financieel fit Barometer is in het tweede kwartaal van 2015 gestegen van 91 naar 96 punten, de hoogste stand sinds de start in voorjaar 2009. Consumenten zien het economisch herstel steeds meer terug in hun portemonnee. Velen gaan er voor het tweede jaar op rij in koopkracht op vooruit, mede doordat lonen sneller stijgen dan de inflatie. Het ING Economisch Bureau gaat uit van een gemiddelde cao-loonstijging van 1,4% en een inflatie van 0,6% voor dit jaar.
donderdag 23 juli 2015
AFM waarschuwt voor drie nieuwe boiler rooms
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft van april tot en met juni 2015 voor drie (vermoedelijke) boiler rooms gewaarschuwd. Beleggers moeten niet ingaan op het aanbod van deze frauduleuze partijen.
Een boiler room is een verzamelnaam voor personen en organisaties die met behulp van gehaaide verkopers naar potentiële beleggers bellen om ze over te halen te investeren in waardeloze of nepaandelen. Beleggers worden onder grote druk gezet om geld naar het buitenland over te maken. Boiler rooms gebruiken vaak betrouwbaar ogende websites. Soms gebruiken ze namen die lijken op die van een bekende financiële organisatie.
Om consumenten te wijzen op specifieke boiler rooms gebruikt de AFM waarschuwingslijsten. Een onderzoek van de toezichthouder zelf kan leiden tot zo’n waarschuwing. Ook neemt de AFM waarschuwingen over van buitenlandse toezichthouders. In het tweede kwartaal van 2015 heeft de AFM gewaarschuwd voor de volgende partijen:
- WB-Invest biedt de consumenten aan om aandelen Ferrari te kopen. Consumenten moeten een minimum aantal aandelen kopen. Bij verkoop van de aandelen wordt 5 procent van de winst door WB-Invest ingehouden.
- Runshine Investment Service Europe. De Spaanse toezichthouder (CNMV) heeft eerder voor deze partij gewaarschuwd.
- Tax Strategies. De Spaanse toezichthouder (CNMV) heeft eerder gewaarschuwd voor deze partij.
VEH: Rentemarges hypotheken fors gedaald
Rentemarges op hypotheken met langere rentevaste perioden (5 jaar vast of langer) zijn in mei fors gedaald, zo blijkt uit de Eigen Huis Rentebarometer. In mei was er sprake van een stijging van de financieringskosten, maar bleef de hypotheekrente stabiel. Hierdoor is de winstmarge voor de rentevaste periode van 10 jaar gedaald met 0,31 procentpunt. De overwinst bedraagt in mei 0,49 procentpunt. Voor langere rentevaste perioden zien we hetzelfde beeld. Veruit de meeste aanvragers van een nieuwe hypotheek kiezen voor een rentevaste periode van 10 jaar of langer. Vanaf juni zijn er wel rentestijgingen. De meeste banken verhoogden hun lange rente met 0,1 of 0,2 procentpunt. De toekomst moet dan ook uitwijzen of de daling van de marge structureel is of slechts van tijdelijke aard.
Vereniging Eigen Huis ziet twee redenen voor de daling van de winstmarge. Ten eerste ondervinden de grote banken op de langere rentevaste perioden steeds meer concurrentie van verzekeraars en pensioenfondsen. Directeur Rob Mulder: "We zien al enige tijd dat de top drie grote banken marktaandeel verliezen ten opzichte van verzekeraars en pensioenfondsen. Om het marktaandeel op peil te houden kunnen de grote banken de gestegen tarieven op de kapitaalmarkt niet ineens doorrekenen in de hypotheekrente. Verzekeraars en pensioenfondsen worden in mindere mate getroffen door de gestegen kosten omdat zij minder afhankelijk zijn van financiering op de kapitaalmarkt."
Ten tweede leidt een renteverhoging vaak tot een extra belasting van de acceptatie- en beheerafdelingen van de banken. Mensen willen namelijk nog snel profiteren van de lagere tarieven. "Deze drukte was al groot vanwege de aanscherping van de leennormen per 1 juli en de grote hoeveelheid verzoeken van bestaande klanten om het bestaande rentecontract open te breken (oversluiten en rentemiddeling). Door de rente geleidelijk te verhogen ten koste van de marge ontstaat er minder onrust in de markt en minder werkdruk bij de bank."
De Eigen Huis Rentebarometer geeft aan dat de financieringskosten voor de kortere rentevaste perioden in mei niet of nauwelijks zijn gestegen. Dit kan verklaren waarom we recent een stijging hebben gezien van de rente voor langere vaste perioden en niet van rente die voor kortere perioden wordt vastgezet.
Vereniging Eigen Huis ziet twee redenen voor de daling van de winstmarge. Ten eerste ondervinden de grote banken op de langere rentevaste perioden steeds meer concurrentie van verzekeraars en pensioenfondsen. Directeur Rob Mulder: "We zien al enige tijd dat de top drie grote banken marktaandeel verliezen ten opzichte van verzekeraars en pensioenfondsen. Om het marktaandeel op peil te houden kunnen de grote banken de gestegen tarieven op de kapitaalmarkt niet ineens doorrekenen in de hypotheekrente. Verzekeraars en pensioenfondsen worden in mindere mate getroffen door de gestegen kosten omdat zij minder afhankelijk zijn van financiering op de kapitaalmarkt."
Ten tweede leidt een renteverhoging vaak tot een extra belasting van de acceptatie- en beheerafdelingen van de banken. Mensen willen namelijk nog snel profiteren van de lagere tarieven. "Deze drukte was al groot vanwege de aanscherping van de leennormen per 1 juli en de grote hoeveelheid verzoeken van bestaande klanten om het bestaande rentecontract open te breken (oversluiten en rentemiddeling). Door de rente geleidelijk te verhogen ten koste van de marge ontstaat er minder onrust in de markt en minder werkdruk bij de bank."
De Eigen Huis Rentebarometer geeft aan dat de financieringskosten voor de kortere rentevaste perioden in mei niet of nauwelijks zijn gestegen. Dit kan verklaren waarom we recent een stijging hebben gezien van de rente voor langere vaste perioden en niet van rente die voor kortere perioden wordt vastgezet.
Rechter dwingt Euronext concurrentie tussen beurzen te accepteren
De Rechtbank in Den Haag gaat niet mee in de poging van Euronext om concurrentie tussen beurzen een halt toe te roepen. Dat blijkt uit de uitspraak van de rechtbank in een bodemprocedure die door Euronext was aangespannen tegen concurrent TOM.
De rechtbank stelt dat TOM AEX opties mag blijven verhandelen en ticker symbolen mag blijven gebruiken van aandelenopties die vergelijkbaar zijn met de ticker symbolen van Euronext.
Vervolgens stelt de rechtbank dat TOM haar eigen beleid moet voeren met betrekking tot het invoeren van nieuwe produkten; vooruitlopend hierop heeft TOM op 13 Juni 2014 reeds haar eigen beleid geintroduceerd, inclusief het creeren van looptijden en strikes. De rechter heeft TOM niet verboden de term Best Execution te blijven gebruiken in reclame-uitingen, maar geoordeeld dat daar geen garantie aan mag worden gekoppeld door het gebruik van 'altijd de beste prijs'.
TOM zegt verheugd te zijn over de uitspraak van de rechter met betrekking tot openbare handel in AEX opties. 'Hieruit blijkt dat de AEX opties verhandelbaar zijn op alle beurzen en daarmee is concurrentie tussen optiebeurzen een feit,' aldus Willem Meijer, CEO van TOM.
TOM is opgericht in 2009 en heeft sindsdien een felle strijd gevoerd voor meer concurrentie en lagere tarieven in de optiehandel;. Niet alleen heeft TOM een marktaandeel van 40-45% weten te verwerven in de Nederlandse optiehandel, ook heeft de concurrentie ertoe geleid dat Euronext zijn tarieven voor particuliere beleggers heeft verlaagd tot 31 eurocent.
Euronext had de rechtbank gevraagd TOM te verbieden vergelijkbare ticker symbolen te gebruiken als Euronext. Op dit punt is TOM in het gelijk gesteld. De ticker symbolen van TOM kennen dezelfde structuur als die van Euronext met daarachter een T. Dit, om het voor professionele en particuliere beleggers makkelijk te maken het aanbod op de verschillende beurzen te vergelijken. 'Dat vergelijking van fondsen mogelijk blijft, betekent dat transparantie van de optiemarkt gegarandeerd is,' zegt Willem Meijer, CEO van TOM.
De rechtbank stelt dat TOM AEX opties mag blijven verhandelen en ticker symbolen mag blijven gebruiken van aandelenopties die vergelijkbaar zijn met de ticker symbolen van Euronext.
Vervolgens stelt de rechtbank dat TOM haar eigen beleid moet voeren met betrekking tot het invoeren van nieuwe produkten; vooruitlopend hierop heeft TOM op 13 Juni 2014 reeds haar eigen beleid geintroduceerd, inclusief het creeren van looptijden en strikes. De rechter heeft TOM niet verboden de term Best Execution te blijven gebruiken in reclame-uitingen, maar geoordeeld dat daar geen garantie aan mag worden gekoppeld door het gebruik van 'altijd de beste prijs'.
TOM zegt verheugd te zijn over de uitspraak van de rechter met betrekking tot openbare handel in AEX opties. 'Hieruit blijkt dat de AEX opties verhandelbaar zijn op alle beurzen en daarmee is concurrentie tussen optiebeurzen een feit,' aldus Willem Meijer, CEO van TOM.
TOM is opgericht in 2009 en heeft sindsdien een felle strijd gevoerd voor meer concurrentie en lagere tarieven in de optiehandel;. Niet alleen heeft TOM een marktaandeel van 40-45% weten te verwerven in de Nederlandse optiehandel, ook heeft de concurrentie ertoe geleid dat Euronext zijn tarieven voor particuliere beleggers heeft verlaagd tot 31 eurocent.
Euronext had de rechtbank gevraagd TOM te verbieden vergelijkbare ticker symbolen te gebruiken als Euronext. Op dit punt is TOM in het gelijk gesteld. De ticker symbolen van TOM kennen dezelfde structuur als die van Euronext met daarachter een T. Dit, om het voor professionele en particuliere beleggers makkelijk te maken het aanbod op de verschillende beurzen te vergelijken. 'Dat vergelijking van fondsen mogelijk blijft, betekent dat transparantie van de optiemarkt gegarandeerd is,' zegt Willem Meijer, CEO van TOM.
woensdag 22 juli 2015
Smartverzekerd introduceert de SmartWatchverzekerd polis
Smartverzekerd introduceert onder haar label SmartWatchverzekerd een nieuw beschermingsproduct voor wearables. Hiermee kunnen klanten hun nieuwste gadget beschermen tegen gebruikschade en diefstal.
Nu de Apple Watch vanaf 17 Juli in Nederland leverbaar is, blijkt dat er behoefte in de markt is voor een dergelijk product. Afgelopen jaar werden er al 4,6 miljoen wearables verkocht, zoals smartwatches.
Nu de Apple Watch vanaf 17 Juli in Nederland leverbaar is, blijkt dat er behoefte in de markt is voor een dergelijk product. Afgelopen jaar werden er al 4,6 miljoen wearables verkocht, zoals smartwatches.
Financiering wordt minder vaak gezocht, wel vaker voor investeringen
Bedrijven die financiering zoeken wisten dit in 2014 vaker ook daadwerkelijk volledig of deels te krijgen. Dit is één van de uitkomsten van de voorjaarsmeting 2015 van de Financieringsmonitor. Deze monitor is uitgevoerd door Panteia, in opdracht van het ministerie van Economische zaken. Het rapport is vandaag aan de Tweede Kamer aangeboden en is hier te lezen.
Weliswaar zochten minder bedrijven vorig jaar naar financiering buiten de ruimte die hun huidige kredietfaciliteiten hen bieden: 17 procent van het bedrijfsleven ten opzichte van 21 procent in het jaar daarvoor. Deze ontwikkeling doet zich hoofdzakelijk voor in het mkb, dat in 2014 nog te maken had met een matige binnenlandse consumptie.
Tegelijkertijd is het aantrekken van de bredere economie wel zichtbaar in de veranderende financieringsdoelen. Bedrijven zijn vaker dan in voorgaande jaren van plan het geld in te zetten voor investeringen in bedrijfsmiddelen en huisvesting. Werkkapitaal (geld voor de bedrijfshandelingen van dag tot dag) is nog steeds de voornaamste reden om geld te zoeken, maar het belang van dit doel nam wel af. En dat is belangrijk, omdat een deel van deze middelen werd gebruikt voor verliesfinanciering.
Lang niet alle bedrijven die financiering zoeken, krijgen dit ook daadwerkelijk. Maar de slaagkans is wel omhoog gegaan. In 2014 kreeg 78 procent van het bedrijfsleven dat financiering zocht dit ook in meer of mindere mate. Het jaar daarvoor was dit nog 62 procent. De verbetering is voelbaar in alle grootteklassen, maar er bestaan nog steeds grote verschillen. Wegens gebrekkig onderpand en een te hoog ervaren risico door de kredietverstrekker krijgt 57 procent in het kleinbedrijf (een deel van) het gezochte bedrag.
Bedrijven gaan vaker op zoek naar alternatieve bronnen van financiering en doen dan een beroep op privévermogen of inbreng van vrienden of familie. Ook zijn meer bedrijven op zoek naar een mix van eigen en vreemd vermogen en zien ze vaker alternatieven voor bankfinanciering. Te denken valt hierbij aan leasing, factoring en crowdfunding in verschillende maten van belang. Het overgrote deel van het bedrijfsleven stapt echter nog steeds naar de bank om hun plannen te financiering. Dit gebeurt wel in steeds mindere mate alleen nog maar bij de vaste huisbank.
De Financieringsmonitor is het grootste onderzoek naar de financieringsbehoefte van ondernemingen in Nederland en wordt al sinds 2008 in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken door Panteia uitgevoerd. Twee keer per jaar worden 1.400 bedrijven gevraagd naar hun financieringsbehoefte, de mate waarin zij in deze behoefte hebben kunnen voorzien en naar zaken als financieringsdoel, het gebruik van alternatieve bronnen en de voorwaarden waartegen zij financiering aan kunnen trekken. De monitor geeft daarmee een actueel en overzichtelijk beeld van de vraag naar bedrijfsfinanciering en wordt onder meer gebruikt om de Tweede Kamer te informeren over het actuele financieringsklimaat.
Weliswaar zochten minder bedrijven vorig jaar naar financiering buiten de ruimte die hun huidige kredietfaciliteiten hen bieden: 17 procent van het bedrijfsleven ten opzichte van 21 procent in het jaar daarvoor. Deze ontwikkeling doet zich hoofdzakelijk voor in het mkb, dat in 2014 nog te maken had met een matige binnenlandse consumptie.
Tegelijkertijd is het aantrekken van de bredere economie wel zichtbaar in de veranderende financieringsdoelen. Bedrijven zijn vaker dan in voorgaande jaren van plan het geld in te zetten voor investeringen in bedrijfsmiddelen en huisvesting. Werkkapitaal (geld voor de bedrijfshandelingen van dag tot dag) is nog steeds de voornaamste reden om geld te zoeken, maar het belang van dit doel nam wel af. En dat is belangrijk, omdat een deel van deze middelen werd gebruikt voor verliesfinanciering.
Lang niet alle bedrijven die financiering zoeken, krijgen dit ook daadwerkelijk. Maar de slaagkans is wel omhoog gegaan. In 2014 kreeg 78 procent van het bedrijfsleven dat financiering zocht dit ook in meer of mindere mate. Het jaar daarvoor was dit nog 62 procent. De verbetering is voelbaar in alle grootteklassen, maar er bestaan nog steeds grote verschillen. Wegens gebrekkig onderpand en een te hoog ervaren risico door de kredietverstrekker krijgt 57 procent in het kleinbedrijf (een deel van) het gezochte bedrag.
Bedrijven gaan vaker op zoek naar alternatieve bronnen van financiering en doen dan een beroep op privévermogen of inbreng van vrienden of familie. Ook zijn meer bedrijven op zoek naar een mix van eigen en vreemd vermogen en zien ze vaker alternatieven voor bankfinanciering. Te denken valt hierbij aan leasing, factoring en crowdfunding in verschillende maten van belang. Het overgrote deel van het bedrijfsleven stapt echter nog steeds naar de bank om hun plannen te financiering. Dit gebeurt wel in steeds mindere mate alleen nog maar bij de vaste huisbank.
De Financieringsmonitor is het grootste onderzoek naar de financieringsbehoefte van ondernemingen in Nederland en wordt al sinds 2008 in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken door Panteia uitgevoerd. Twee keer per jaar worden 1.400 bedrijven gevraagd naar hun financieringsbehoefte, de mate waarin zij in deze behoefte hebben kunnen voorzien en naar zaken als financieringsdoel, het gebruik van alternatieve bronnen en de voorwaarden waartegen zij financiering aan kunnen trekken. De monitor geeft daarmee een actueel en overzichtelijk beeld van de vraag naar bedrijfsfinanciering en wordt onder meer gebruikt om de Tweede Kamer te informeren over het actuele financieringsklimaat.
‘Aanvullende vormen van financiering MKB verder helpen’
Banken helpen met hun kennis, kunde en ervaring graag verder op weg om aanvullende vormen van financiering verder te brengen. Banken zullen een belangrijke rol blijven vervullen bij de financiering van het MKB waarbij de opkomst van kredietunies een welkome aanvulling is.
Dit stelt de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) in haar consultatiereactie op het Besluit toezicht kredietunies en Regeling toezicht kredietunies.
Passend toezicht helpt kredietunies verder in hun ontwikkeling en zorgt er voor dat hun bestaansrecht ook op de lange termijn is verzekerd. Daar zijn niet alleen kredietunies zelf bij gebaat maar bovenal het Nederlandse midden- en kleinbedrijf en de Nederlandse economie als geheel.
Dit stelt de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) in haar consultatiereactie op het Besluit toezicht kredietunies en Regeling toezicht kredietunies.
Passend toezicht helpt kredietunies verder in hun ontwikkeling en zorgt er voor dat hun bestaansrecht ook op de lange termijn is verzekerd. Daar zijn niet alleen kredietunies zelf bij gebaat maar bovenal het Nederlandse midden- en kleinbedrijf en de Nederlandse economie als geheel.
dinsdag 21 juli 2015
Boetes bij niet goed informeren klant over woekerpolissen
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) kan vanaf nu verzekeraars die klanten niet goed informeren over beleggingsverzekeringen, de zogenaamde woekerpolissen, sancties of een boete opleggen.
Bij de aanpak van de problematiek rondom de beleggingsverzekeringen, de zogenaamde woekerpolissen, vindt het kabinet het belangrijk dat er oog is voor de belangen en de positie van klanten van verzekeraars. Daarom zijn in een Algemene Maatregel van Bestuur regels opgenomen voor de nazorg die verzekeraars moeten verrichten bij de klanten met een beleggingsverzekering uit het verleden. Verzekeraars moeten deze klanten volledig informeren over hun verzekering en de verbeteringsmogelijkheden (bijvoorbeeld goedkopere beleggingsmogelijkheden of een keuze voor een andersoortig product). Verzekeraars moeten hun klanten helpen een weloverwogen keuze te maken voor de toekomst van die beleggingsverzekering (voortzetting, wijziging of stopzetting). Ook worden verzekeraars verplicht transparant te zijn over hun resultaten met betrekking tot de nazorg.
Op 17 juli is de Algemene Maatregel van Bestuur gepubliceerd in het Staatsblad. De Algemene Maatregel van bestuur geeft de AFM vanaf 18 juli de mogelijkheid handhavend op te treden tegen een verzekeraar die een klant niet goed informeert over de beleggingsverzekering.
Bij de aanpak van de problematiek rondom de beleggingsverzekeringen, de zogenaamde woekerpolissen, vindt het kabinet het belangrijk dat er oog is voor de belangen en de positie van klanten van verzekeraars. Daarom zijn in een Algemene Maatregel van Bestuur regels opgenomen voor de nazorg die verzekeraars moeten verrichten bij de klanten met een beleggingsverzekering uit het verleden. Verzekeraars moeten deze klanten volledig informeren over hun verzekering en de verbeteringsmogelijkheden (bijvoorbeeld goedkopere beleggingsmogelijkheden of een keuze voor een andersoortig product). Verzekeraars moeten hun klanten helpen een weloverwogen keuze te maken voor de toekomst van die beleggingsverzekering (voortzetting, wijziging of stopzetting). Ook worden verzekeraars verplicht transparant te zijn over hun resultaten met betrekking tot de nazorg.
Op 17 juli is de Algemene Maatregel van Bestuur gepubliceerd in het Staatsblad. De Algemene Maatregel van bestuur geeft de AFM vanaf 18 juli de mogelijkheid handhavend op te treden tegen een verzekeraar die een klant niet goed informeert over de beleggingsverzekering.
Crédit Agricole CIB, HSBC en Rabobank publiceren richtlijnen voor sociale en duurzaamheidsobligaties
Een drietal zakenbanken heeft een nieuw initiatief bekendgemaakt om beleggen in maatschappelijke en duurzaamheidsprojecten een impuls te geven. De voorgestelde Social Bond and Sustainability Bond Appendix (‘SSBA’) bouwt voort op de succesvolle Green Bond Principles (GBP) die in 2014 zijn gelanceerd. Het initiatief is bedoeld om emittenten en maatschappelijk betrokken beleggers vrijwillige richtlijnen te verstrekken voor de ontwikkeling en uitgifte van sociale en duurzaamheidsobligaties (social bonds). Bij de ontwikkeling van deze nieuwe markten moeten transparantie, informatieverschaffing en integriteit vooropstaan.
Crédit Agricole CIB, HSBC en de Rabobank zijn toonaangevende zakenbanken in de markt voor groene, sociale en duurzaamheidsobligaties. De drie banken hebben nu hun kennis en ervaring gebundeld om deze SSBA te ontwikkelen en de tekst gepubliceerd als basis voor discussie met de markt.
SSBA-richtlijnen definiëren sociale en duurzaamheidsobligaties, met als doel de Green Bond Principes aan te vullen en geschikt te maken voor de verschillende doeleinden van deze nieuwe marktsegmenten. De richtlijnen gaan niet alleen over het gebruik van het geld voor maatschappelijke en duurzame projecten, maar ook over een passende rapportage van de maatschappelijke relevantie van deze projecten. Evenals de Green Bond Principles bouwen deze richtlijnen voort op diverse recente eerste uitgiftes van sociale en duurzaamheidsobligaties door verschillende emittenten en bieden ze een referentiekader voor toekomstige emittenten om maatschappelijke en duurzaamheidsprojecten te financieren.
Nrgfo nazorg beleggingsverzekering treedt vandaag in werking
In de Staatscourant van 20 juli 2015 is het besluit tot wijziging van de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen (Nrgfo) gepubliceerd. De wijziging heeft betrekking op regels om cliënten met een beleggingsverzekering aan te zetten tot een weloverwogen keuze te komen, dit met betrekking tot die beleggingsverzekering. De regeling treedt op 21 juli 2015 in werking.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft in de regeling artikel 81b Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) Wft - dat op 18 juli 2015 in werking is getreden - uitgewerkt. De regeling draagt bij aan het waarborgen van de juiste kwaliteit en inspanningen van verzekeraars bij het ‘activeren’ van klanten met een beleggingsverzekering. Met de inwerkingtreding van artikel 81b BGfo en de uitwerking daarvan in het Nrgfo bestaat er voor verzekeraars een wettelijke verplichting om klanten met een beleggingsverzekering te activeren.
De regeling is door de AFM ter consultatie aangeboden. Voor marktpartijen was het mogelijk om tussen 9 maart en 20 april 2015 hierop te reageren. In totaal hebben zes partijen daar gebruik van gemaakt. De AFM bedankt deze partijen voor hun inbreng. Drie marktpartijen hebben verklaard in te stemmen met de openbaarmaking van hun consultatiereactie.
De AFM heeft de reacties verwerkt in een feedbackstatement waar artikelsgewijs wordt ingegaan op verschillende onderdelen van de openbare consultatiereacties. Er wordt aangegeven waar de reacties hebben geleid tot een wijziging van de voorgestelde nadere regeling of van de toelichting daarop. Het volledige feedbackstatement en drie openbare reacties op de consultatie vindt u bijgevoegd.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft in de regeling artikel 81b Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) Wft - dat op 18 juli 2015 in werking is getreden - uitgewerkt. De regeling draagt bij aan het waarborgen van de juiste kwaliteit en inspanningen van verzekeraars bij het ‘activeren’ van klanten met een beleggingsverzekering. Met de inwerkingtreding van artikel 81b BGfo en de uitwerking daarvan in het Nrgfo bestaat er voor verzekeraars een wettelijke verplichting om klanten met een beleggingsverzekering te activeren.
De regeling is door de AFM ter consultatie aangeboden. Voor marktpartijen was het mogelijk om tussen 9 maart en 20 april 2015 hierop te reageren. In totaal hebben zes partijen daar gebruik van gemaakt. De AFM bedankt deze partijen voor hun inbreng. Drie marktpartijen hebben verklaard in te stemmen met de openbaarmaking van hun consultatiereactie.
De AFM heeft de reacties verwerkt in een feedbackstatement waar artikelsgewijs wordt ingegaan op verschillende onderdelen van de openbare consultatiereacties. Er wordt aangegeven waar de reacties hebben geleid tot een wijziging van de voorgestelde nadere regeling of van de toelichting daarop. Het volledige feedbackstatement en drie openbare reacties op de consultatie vindt u bijgevoegd.
maandag 20 juli 2015
ABN AMRO maakt bankieren persoonlijker
De Mobiel Bankieren app van ABN AMRO is uitgebreid met de mogelijkheid om een afbeelding toe te voegen aan individuele pintransacties. Door het toevoegen van meer beeld wordt bankieren nog visueler, persoonlijker en overzichtelijker. ABN AMRO loopt hiermee voorop in Nederland.
Visueel bankieren is persoonlijker en overzichtelijker, zegt de bank. Zo kunnen ze bijvoorbeeld afbeeldingen, een van de negen unieke Eurogamidesigns of een foto uit de eigen filmrol, meesturen bij betalingen naar anderen. Klanten kunnen eveneens zelfgekozen afbeeldingen en namen toevoegen bij eigen rekeningen, alle rekeningen in het adresboek en bij hun beleggingen.
Er zijn inmiddels 2,7 miljoen foto’s door klanten op die manier gebruikt. Verder voegt de bank automatisch logo’s toe bij bij- en afschrijvingen van meer dan drieduizend instellingen, zoals de belastingdienst, energie- en telefonieaanbieders.
Visueel bankieren is persoonlijker en overzichtelijker, zegt de bank. Zo kunnen ze bijvoorbeeld afbeeldingen, een van de negen unieke Eurogamidesigns of een foto uit de eigen filmrol, meesturen bij betalingen naar anderen. Klanten kunnen eveneens zelfgekozen afbeeldingen en namen toevoegen bij eigen rekeningen, alle rekeningen in het adresboek en bij hun beleggingen.
Er zijn inmiddels 2,7 miljoen foto’s door klanten op die manier gebruikt. Verder voegt de bank automatisch logo’s toe bij bij- en afschrijvingen van meer dan drieduizend instellingen, zoals de belastingdienst, energie- en telefonieaanbieders.
Meer valse eurobiljetten onderschept in Nederland
Anders dan de situatie in Nederland daalt het aantal valse eurobiljetten wereldwijd. In totaal werden in het afgelopen halfjaar 454.000 vervalsingen geregistreerd, tegen 507.000 in de tweede helft van 2014. Vergeleken met de 17 miljard echte eurobiljetten die wereldwijd in omloop zijn, blijft het aantal aangetroffen valse eurobiljetten gering. De coupures die zowel in Nederland als in de andere Europese landen het meest vervalst worden, zijn de €20 en €50.
De eurobiljetten zijn door de echtheidskenmerken goed beschermd tegen vervalsing. Het is belangrijk dat het publiek alert is en kennis heeft van deze echtheidskenmerken. Om te helpen heeft De Nederlandsche Bank de 'Echt of vals app' uitgebracht. Deze app voor smartphones maakt het mogelijk zelf eurobiljetten digitaal te controleren op echtheid. De app is beschikbaar voor de Apple iPhone 5 en nieuwere versies. Aan de Android-versie wordt gewerkt. Meer informatie hierover kunt u vinden via deze link .
De strijd tegen valse eurobiljetten gaat door. Op 25 november 2015 komt het nieuwe biljet van €20. Na de €5 en €10 is dit het derde biljet van de Europa-serie dat het Eurosysteem invoert met vernieuwde en verbeterde echtheidskenmerken. In de nieuwe €20 is een innovatief ‘portretraampje’ opgenomen dat zichtbaar wordt als het biljet tegen het licht wordt gehouden. Meer informatie over dit nieuwe biljet.
vrijdag 17 juli 2015
Beleggersvereniging VEB bereikt schikking voor aangesloten beleggers in actie Super de Boer
De VEB heeft met Stichting Procedure SDB een regeling getroffen in een conflict dat dateert van begin 2010. Door de schikking is een einde gekomen aan een lange juridische procedure. Het conflict draaide om de vraag of Super de Boer tijdig het overnamebod van Jumbo aan haar aandeelhouders bekend had gemaakt.
De regeling houdt onder meer in dat de verkopende Super de Boer-aandeelhouders een schikkingsbedrag met een rentevergoeding zullen ontvangen. VEB-directeur Paul Koster toont zich dan ook tevreden met de schikking: “Ik ben verheugd dat Stichting Procedure SDB de beleggers op deze wijze tegemoet komt.”
Nog voordat Super de Boer op 18 september 2009 (voorbeurs) bekend maakte dat zij een overnamebod van Jumbo had ontvangen, liep de koers van het aandeel Super de Boer fors op.
Daarbij was ook sprake van significant grotere handelsvolumes, zonder duidelijke reden. Achteraf bleek dat Super de Boer al eerder dan 18 september 2009 was benaderd door haar concurrent Jumbo.
Het Hof Amsterdam oordeelde op 11 november 2014 dat Super de Boer onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar aandeelhouders door hen te laat te melden dat er sprake was van een overnamebod van supermarktconcern Jumbo. Super de Boer had volgens het Hof de koersgevoelige informatie op 10 september 2009 voorbeurs openbaar moeten maken.
De regeling houdt onder meer in dat de verkopende Super de Boer-aandeelhouders een schikkingsbedrag met een rentevergoeding zullen ontvangen. VEB-directeur Paul Koster toont zich dan ook tevreden met de schikking: “Ik ben verheugd dat Stichting Procedure SDB de beleggers op deze wijze tegemoet komt.”
Nog voordat Super de Boer op 18 september 2009 (voorbeurs) bekend maakte dat zij een overnamebod van Jumbo had ontvangen, liep de koers van het aandeel Super de Boer fors op.
Daarbij was ook sprake van significant grotere handelsvolumes, zonder duidelijke reden. Achteraf bleek dat Super de Boer al eerder dan 18 september 2009 was benaderd door haar concurrent Jumbo.
Het Hof Amsterdam oordeelde op 11 november 2014 dat Super de Boer onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar aandeelhouders door hen te laat te melden dat er sprake was van een overnamebod van supermarktconcern Jumbo. Super de Boer had volgens het Hof de koersgevoelige informatie op 10 september 2009 voorbeurs openbaar moeten maken.
ING lanceert Sprinter App voor de Apple Watch
Nadat ING al eerder aankondigde de Mobiel Bankieren App voor de smartwatch te introduceren, lanceert de bank vandaag een speciale Apple Watch-app voor het volgen van ING Sprinters.
Met deze app zijn beleggers die een Apple Watch dragen met één polsbeweging real time op de hoogte van de koersen van populaire Sprinters en hun onderliggende waarden, zoals Sprinters op de AEX, Dow Jones of EUR/USD. Met de applicatie kan een selectie gemaakt worden uit populaire Sprinters Long en Sprinters Short. Bovendien wordt er per Sprinter zeer gedetailleerde informatie gegeven met onder andere de referentiekoers, hefboom en de bied- en laatkoers.
Wie nu lid wordt van de ING Markets Club, een club voor beleggers, maakt ook nog eens kans op een Apple Watch waarop de Sprinter app gratis kan worden gedownload.
Met deze app zijn beleggers die een Apple Watch dragen met één polsbeweging real time op de hoogte van de koersen van populaire Sprinters en hun onderliggende waarden, zoals Sprinters op de AEX, Dow Jones of EUR/USD. Met de applicatie kan een selectie gemaakt worden uit populaire Sprinters Long en Sprinters Short. Bovendien wordt er per Sprinter zeer gedetailleerde informatie gegeven met onder andere de referentiekoers, hefboom en de bied- en laatkoers.
Wie nu lid wordt van de ING Markets Club, een club voor beleggers, maakt ook nog eens kans op een Apple Watch waarop de Sprinter app gratis kan worden gedownload.
AFM legt last onder dwangsom op aan FX-CI
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 4 juni 2015 een last onder dwangsom opgelegd aan FX-CI. FX-CI voldoet niet aan informatieverzoeken van de AFM, die deze informatie nodig heeft om vast te kunnen stellen of de wet wordt overtreden.
FX-CI biedt de consumenten de mogelijkheid om te handelen in internationale valuta. Zij benadert hen telefonisch om deel te nemen in internationale valutahandel. De AFM heeft onder meer gevraagd om een gedetailleerde beschrijving van de activiteiten. De AFM heeft geen informatie van FX-CI ontvangen. Ze kan dus niet vaststellen of ze een vergunning nodig heeft.
FX-CI is wettelijk verplicht medewerking aan het onderzoek van de AFM te verlenen, maar heeft dat tot nu toe niet gedaan. Sinds 19 juni 2015 is FX-CI daarom verplicht de dwangsom te betalen. Iedere dag dat ze niet aan de opgelegde last voldoet, loopt de dwangsom op met € 5.000,- tot een maximum van € 50.000. De AFM moet de informatie nog steeds ontvangen.
FX-CI biedt de consumenten de mogelijkheid om te handelen in internationale valuta. Zij benadert hen telefonisch om deel te nemen in internationale valutahandel. De AFM heeft onder meer gevraagd om een gedetailleerde beschrijving van de activiteiten. De AFM heeft geen informatie van FX-CI ontvangen. Ze kan dus niet vaststellen of ze een vergunning nodig heeft.
FX-CI is wettelijk verplicht medewerking aan het onderzoek van de AFM te verlenen, maar heeft dat tot nu toe niet gedaan. Sinds 19 juni 2015 is FX-CI daarom verplicht de dwangsom te betalen. Iedere dag dat ze niet aan de opgelegde last voldoet, loopt de dwangsom op met € 5.000,- tot een maximum van € 50.000. De AFM moet de informatie nog steeds ontvangen.
donderdag 16 juli 2015
ING Mobiel Bankieren App voor Apple Watch live, ABN volgt
ABN AMRO introduceert vandaag een nieuwe app voor Apple Watch; de ‘Alert & Check’ app. Daarmee kunnen klanten gratis pushalerts ontvangen op door hen gekozen momenten, bijvoorbeeld wanneer het salaris binnenkomt of bij het bereiken van een minimaal saldo.
Na de introductie van de Mobiel Bankieren App voor Android in mei dit jaar is de app vanaf vandaag ook beschikbaar voor Apple Watch. Met één blik op het horloge kunnen klanten hun saldo inzien zonder dat ze hiervoor hun mobiele telefoon uit hun broekzak hoeven te halen. Met deze app maakt ING bankieren nog sneller en makkelijker voor haar klanten.
Vorig jaar introduceerde ING als eerste bank in Europa Inge, stembediening in de Mobiel Bankieren App en sinds maart dit jaar kunnen klanten gebruik maken van vingerafdrukherkenning. Eind mei 2015 is de Mobiel Bankieren App voor smartwatch geïntroduceerd voor Android en sinds vanmorgen is de app ook te downloaden voor iOS.
Aanpassing UFR leidt tot realistischer rekenrente voor pensioen
De zogenoemde Ultimate Forward Rate (UFR) voor pensioenfondsen, onderdeel van de rekenrente waarmee pensioenfondsen de waarde van hun toekomstige verplichtingen berekenen, zal per 15 juli 2015 op een andere manier worden bepaald. Dat heeft De Nederlandsche Bank (DNB) vandaag bekendgemaakt. Deze aanpassing volgt het advies van de Commissie UFR, die deze aangepaste berekening van de UFR adviseerde om tot een realistischer vaststelling van de gebruikte rekenrente te komen.
Het uitgangspunt dat leidend is voor de besluitvorming is dat het belang van de pensioendeelnemers centraal staat. Voor deelnemers is belangrijk dat sprake is van een realistische beprijzing van pensioenverplichtingen en premies. De nieuwe berekening van de UFR houdt meer rekening met de daadwerkelijke ontwikkelingen in marktrentes. Daarmee wordt de rekenrente realistischer ten opzichte van het, op dit moment relatief hoge, vaste rentepeil waar pensioenfondsen tot op heden mee moesten rekenen. De aanpassing van de UFR leidt daarmee tot een meer realistische beprijzing. Tegelijkertijd blijft de UFR beschermen tegen te stringente maatregelen als reactie op schokken op de financiële markten.
woensdag 15 juli 2015
Nederland en Duitsland gaan belastingrulings uitwisselen
Nederland en Duitsland willen volledig transparant zijn als het gaat om tussen belastingdiensten en bedrijven gemaakte afspraken die gevolgen hebben voor het andere land. De belastingdiensten van beide landen gaan daarom actief en spontaan met elkaar informatie uitwisselen. Afspraken omtrent dit initiatief zijn vastgelegd in een Memorandum of Understanding dat vandaag door minister Dijsselbloem en minister Schäuble in Brussel is ondertekend. Nederland en Duitsland lopen hiermee voorop in Europa en Nederland onderstreept hiermee bovendien zijn ambities op het vlak van transparantie als middel om belastingontwijking tegen te gaan.
De afspraken gaan over geïntensiveerde spontane inlichtingenuitwisseling. Er hoeft door beide landen dus niet eerst een inlichtingenverzoek te worden ingediend. Beide landen raadplegen actief hun bestanden en zenden elkaar de informatie uit eigen beweging toe. Dit is nog geen automatische inlichtingenuitwisseling, waarover momenteel in EU-verband wordt gesproken. Nederland is overigens voorstander van het uiteindelijk realiseren van deze automatische uitwisseling. De afspraken met Duitsland zijn daarvoor een goede opstap.
De inlichtingenuitwisseling zal plaatsvinden via de daartoe aangewezen bevoegde autoriteiten van de belastingdiensten.
Ruim 100 moeders starten eigen onderneming door microfinanciering
Naar verwachting zullen dit najaar ruim 100 moeders in Indonesië hun eigen bedrijf kunnen oprichten dankzij microkrediet financieringen van Microkrediet voor Moeders (MvM). Deze stichting organiseert van 13 t/m 23 november voor de 7e keer een vrouwelijke leiderschapsreis naar een project dat zij zelf financieren in Indonesië. Met het geld dat een deelnemer betaalt voor de leiderschapsreis starten tien lokale vrouwen een onderneming. Tijdens de reis zien ze daadwerkelijk waar het geld naartoe gaat en ontmoeten ze de vrouwen uit het Amanah-project. De vrouwen in dit project worden begeleid door de lokale partner van MvM die hen ondersteunt en traint op o.a. vakgebied, ondernemen en sparen. Uiteraard is er voor de deelnemers ook ruimte voor ontspanning en kennismaking met de overweldigende cultuur en natuur van Indonesië.
"Deze Female Leadership Journey biedt vrouwen de kans om in een land vol spiritualiteit en diversiteit hun persoonlijke leiderschapsstijl verder te ontwikkelen. Door reflectie en verbinding met zichzelf en de omgeving dragen ze bij aan een betere wereld. De professionele trainers/coaches van LAB voor Leiders leren tijdens de reis hoe je volgens het Multi Dimensionaal Systeem(r) alles van jezelf kunt gebruiken om zowel beroepsmatig als privé meer balans te ervaren, doelen te stellen en resultaten te behalen", aldus Thirza Schaap, directeur van Microkrediet voor Moeders.
Op 15 september. om 18.00 uur is er een inspiratiebijeenkomst in het Koetshuis te Amsterdam. Daar wordt getoond hoe MvM werkt en wordt deze reis en dit leiderschapsprogramma "De Kracht van de Ontmoeting" toegelicht. Meer informatie over het leiderschapsprogramma, de reis en de eerstvolgende informatiebijeenkomst via http://www.microkredietvoormoeders.org/nl/events/female-leadership-journey.
dinsdag 14 juli 2015
ABN AMRO klantenservice via WhatsApp
ABN AMRO start vanaf vandaag een proef van een half jaar met klantenservice via WhatsApp. De bank biedt een willekeurig geselecteerde groep klanten de mogelijkheid om via het laagdrempelige WhatsApp vragen te stellen of opmerkingen te delen. ABN AMRO wil onderzoeken of deze vorm van serviceverlening aansluit bij de wensen die klanten hebben. Als de test een succes blijkt introduceert de bank deze nieuwe vorm van dienstverlening voor alle klanten.
ABN AMRO nodigt de komende maanden willekeurig geselecteerde klanten uit om de nieuwe service te testen. In verband met de strenge privacyrichtlijnen van de bank kunnen klanten geen informatie of toelichting krijgen ten aanzien van saldo, transacties of offertes. De bank neemt dan telefonisch contact op.
ABN AMRO nodigt de komende maanden willekeurig geselecteerde klanten uit om de nieuwe service te testen. In verband met de strenge privacyrichtlijnen van de bank kunnen klanten geen informatie of toelichting krijgen ten aanzien van saldo, transacties of offertes. De bank neemt dan telefonisch contact op.
KPMG: 'Toezichthouder en politiek zetten vermogensbeheer onder zware druk'
Het vermogensbeheer wordt wereldwijd steeds belangrijker voor het economisch herstel van veel landen. Nu de banken in beperkte mate in staat zijn hun traditionele rol als financier van de economie te vervullen, hebben overheden hun pijlen gericht op het vermogensbeheer om te helpen bij het financieren van het economisch herstel.
Toezichthouders daarentegen beschouwen de groeiende omvang van de sector als een steeds groter risico en komen in toenemende mate met maatregelen. "Dat betekent dat het vermogensbeheer wereldwijd onder enorme druk komt te staan", zegt Jeroen van Nek, partner bij KPMG en segmentleider Investment Management.
Van Nek: “Het beeld van toezichthouders op de sector is duidelijk aan het veranderen. Waren de ogen vlak na de financiële crisis vooral gericht op de banken, nu staat het vermogensbeheer duidelijk in de schijnwerpers. En het onderzoek Evolving Investment Management Regulation van KPMG toont aan dat het einde van alle regelgeving nog niet in zicht is.”
Van Nek constateert dat veel landen in de nasleep van de financiële crisis nog altijd grote gaten in hun financieringsbehoefte kennen en op zoek zijn naar privaat vermogen.
Van Nek: “Dat betekent dat met name in het westen veel overheden bezig zijn om het particuliere sparen en beleggen flink te stimuleren. Op deze manier kan het tekort aan bancair krediet worden gecompenseerd, kunnen startende ondernemingen van financiering worden voorzien en kan geïnvesteerd worden in de fysieke en sociale infrastructuur. Internationaal zijn dan ook aanzienlijke veranderingen te zien in de bestaande pensioenwetgeving en worden nieuwe pensioenproducten en langetermijn spaarrekeningen geïntroduceerd.”
Dat betekent dat de sector meer vermogen in beheer krijgt en nieuwe producten in de markt kan zetten. Producten die bijvoorbeeld tegemoet komen aan de wens van de consument om de oudedagsvoorziening zeker te stellen. Bovendien ontstaan nieuwe markten voor effecten en nieuwe fondsen en doet de overheid een beroep op de sector om beleggingen in een breder scala van markten en producten mogelijk te maken.
Van Nek: “Deze ontwikkeling staat echter in schril contrast met de huidige opvattingen van de toezichthouders. Zij maken zich grote zorgen om de groeiende omvang van de sector en zien het steeds grotere arsenaal aan beleggingsproducten, -instrumenten en -strategieën juist als een belangrijk systeemrisico.”
Het is volgens Van Nek dan ook aan de sector zelf om aan te tonen dat zij haar nieuwe rol aankan. Van Nek: “Toezichthouders zijn met name bezorgd over het mogelijke systeemrisico, het bewerkstelligen van een eerlijke en geordende markt en het realiseren van de noodzakelijke bescherming van de consument. De sector zal dan ook mee moeten in deze beweging.
De eerste verplichte stap moet zijn dat vermogensbeheerders ondubbelzinnig kiezen voor de belangen van de klant. Dat houdt in dat zij met beleggingsproducten moet komen die werkelijk waarde toevoegen en voordeel opleveren voor de belegger. Maar ook dat zij transparant is in de kosten en deze kan rechtvaardigen. De sector moet dus zijn toegevoegde waarde voor de economie, voor investeerders én voor ondernemingen veel duidelijker kenbaar maken.
Hiertoe worden in Nederland overigens onder aanvoering van DUFAS de noodzakelijke stappen gezet en wordt de dialoog aangegaan met toezichthouder en politiek. De sector is zo niet alleen beter in staat te voldoen aan alle eisen van de regelgever. Er ontstaat ook een omgeving waarin het vertrouwen in de sector groot is en toezichthouders eerder bereid zijn om naar zijn stem te luisteren.”
Toezichthouders daarentegen beschouwen de groeiende omvang van de sector als een steeds groter risico en komen in toenemende mate met maatregelen. "Dat betekent dat het vermogensbeheer wereldwijd onder enorme druk komt te staan", zegt Jeroen van Nek, partner bij KPMG en segmentleider Investment Management.
Van Nek: “Het beeld van toezichthouders op de sector is duidelijk aan het veranderen. Waren de ogen vlak na de financiële crisis vooral gericht op de banken, nu staat het vermogensbeheer duidelijk in de schijnwerpers. En het onderzoek Evolving Investment Management Regulation van KPMG toont aan dat het einde van alle regelgeving nog niet in zicht is.”
Van Nek constateert dat veel landen in de nasleep van de financiële crisis nog altijd grote gaten in hun financieringsbehoefte kennen en op zoek zijn naar privaat vermogen.
Van Nek: “Dat betekent dat met name in het westen veel overheden bezig zijn om het particuliere sparen en beleggen flink te stimuleren. Op deze manier kan het tekort aan bancair krediet worden gecompenseerd, kunnen startende ondernemingen van financiering worden voorzien en kan geïnvesteerd worden in de fysieke en sociale infrastructuur. Internationaal zijn dan ook aanzienlijke veranderingen te zien in de bestaande pensioenwetgeving en worden nieuwe pensioenproducten en langetermijn spaarrekeningen geïntroduceerd.”
Dat betekent dat de sector meer vermogen in beheer krijgt en nieuwe producten in de markt kan zetten. Producten die bijvoorbeeld tegemoet komen aan de wens van de consument om de oudedagsvoorziening zeker te stellen. Bovendien ontstaan nieuwe markten voor effecten en nieuwe fondsen en doet de overheid een beroep op de sector om beleggingen in een breder scala van markten en producten mogelijk te maken.
Van Nek: “Deze ontwikkeling staat echter in schril contrast met de huidige opvattingen van de toezichthouders. Zij maken zich grote zorgen om de groeiende omvang van de sector en zien het steeds grotere arsenaal aan beleggingsproducten, -instrumenten en -strategieën juist als een belangrijk systeemrisico.”
Het is volgens Van Nek dan ook aan de sector zelf om aan te tonen dat zij haar nieuwe rol aankan. Van Nek: “Toezichthouders zijn met name bezorgd over het mogelijke systeemrisico, het bewerkstelligen van een eerlijke en geordende markt en het realiseren van de noodzakelijke bescherming van de consument. De sector zal dan ook mee moeten in deze beweging.
De eerste verplichte stap moet zijn dat vermogensbeheerders ondubbelzinnig kiezen voor de belangen van de klant. Dat houdt in dat zij met beleggingsproducten moet komen die werkelijk waarde toevoegen en voordeel opleveren voor de belegger. Maar ook dat zij transparant is in de kosten en deze kan rechtvaardigen. De sector moet dus zijn toegevoegde waarde voor de economie, voor investeerders én voor ondernemingen veel duidelijker kenbaar maken.
Hiertoe worden in Nederland overigens onder aanvoering van DUFAS de noodzakelijke stappen gezet en wordt de dialoog aangegaan met toezichthouder en politiek. De sector is zo niet alleen beter in staat te voldoen aan alle eisen van de regelgever. Er ontstaat ook een omgeving waarin het vertrouwen in de sector groot is en toezichthouders eerder bereid zijn om naar zijn stem te luisteren.”
maandag 13 juli 2015
'Snelle en geloofwaardige implementatie akkoord Griekenland cruciaal'
VNO-NCW en MKB-Nederland achten het een goede ontwikkeling dat er een unaniem akkoord bereikt is tussen Griekenland en de andere eurolanden over hervormingen en een nieuw noodpakket. Daarmee worden een Griekse exit en de mogelijke gevolgen daarvan voor de eurozone afgewend en heeft de eurozone de politieke wil getoond om de euro in stand te houden.
Van groot belang is nu een snelle en geloofwaardige implementatie van het akkoord door Griekenland. Het is volgens de ondernemingsorganisaties cruciaal dat middels hervormingen de Griekse economie versterkt kan worden. Zonder een sterke economische basis kan Griekenland immers niet uit de problemen komen. Daarnaast moet verder worden gewerkt aan het structureel versterken van de governance van de eurozone en de economische groei in de EU.
Van groot belang is nu een snelle en geloofwaardige implementatie van het akkoord door Griekenland. Het is volgens de ondernemingsorganisaties cruciaal dat middels hervormingen de Griekse economie versterkt kan worden. Zonder een sterke economische basis kan Griekenland immers niet uit de problemen komen. Daarnaast moet verder worden gewerkt aan het structureel versterken van de governance van de eurozone en de economische groei in de EU.
Belangrijke stappen in verkoop REAAL aan Anbang
In het verkoopproces van verzekeringsgroep REAAL zijn belangrijke stappen gezet. SNS REAAL en de Chinese verzekeraar Anbang zijn het eens over de definitieve verkoopprijs en hebben de definitieve verkoopovereenkomst getekend. De Nederlandsche Bank (DNB) heeft een Verklaring van geen bezwaar afgegeven. De laatste voorwaarde waar nog aan moet worden voldaan is de toestemming van de Chinese toezichthouder op de verzekeringssector (‘CIRC’). De verwachting is dat deze in de loop van deze zomer zal volgen.
De verkoopprijs van de aandelen is vastgesteld op 1 euro. Daarnaast betaalt Anbang 85 miljoen voor de belastingvordering op Reaal over 2013 en 2014. Dat is in lijn met de verwachte waarde van die vordering. Bij de tekening van de voorwaardelijke verkoopovereenkomst in februari verwachtte minister Dijsselbloem van Financiën nog dat REAAL € 150 miljoen zou opbrengen. De opbrengst van REAAL is lager omdat de kapitaalinjectie die Anbang in REAAL moet doen, is gestegen van tussen de € 770 miljoen en € 1 miljard naar € 1,35 miljard. Anbang verschaft dus zo’n € 350 tot 580 miljoen meer kapitaal dan bij tekening van de voorwaardelijke verkoopovereenkomst was geraamd.
Minister Dijsselbloem schrijft aan de Tweede Kamer dat de lagere verkoopprijs een tegenvaller is. Deze prijs is volgens Dijsselbloem wel in de geest van wat partijen met elkaar hadden afgesproken omdat nu de kapitaalinjectie van Anbang ook groter is. Er is nu door deze verkoop meer zekerheid over de toekomst van REAAL. Dat is van groot belang voor de ruim 6 miljoen polishouders en voor de 4000 medewerkers. De verkoop maakt daarnaast de aflossing mogelijk van de interne leningen die SNS Bank en SNS REAAL aan de verzekeringsgroep REAAL hebben verschaft ter waarde van € 552 miljoen plus rente. Daarvan profiteert de Staat/NLFI als aandeelhouder van SNS REAAL.
Als de verkoop van REAAL definitief is, worden de aandelen overgedragen aan Anbang. Anbang zal binnen 3 maanden het kapitaal van REAAL aanvullen met € 1,35 miljard. Na de verkoop van REAAL wordt de band tussen de holding SNS REAAL en SNS Bank verbroken. De bank wordt dan direct onder de Staat/NLFI geplaatst. De holding wordt op termijn ontmanteld, nadat deze aan haar verplichtingen heeft voldaan.
VEH blij met steun minister voor rentemiddeling hypotheken
Minister Dijsselbloem gaat banken en andere geldverstrekkers schriftelijk vragen om hun klanten rentemiddeling aan te bieden. Hiermee steunt hij het pleidooi van Vereniging Eigen Huis.
Op 25 april jl. stuurde de vereniging een brief aan banken, verzekeraars en andere geldverstrekkers waarin met klem werd opgeroepen om rentemiddeling aan te bieden aan klanten die bij hen een hypotheek hebben afgesloten.
Met rentemiddeling kunnen veel huiseigenaren hun hypotheeklasten langjarig verlagen. Vereniging Eigen Huis dringt er bij alle geldverstrekkers op aan om rentemiddeling snel en pro-actief aan bieden. Huiseigenaren moeten duidelijkheid krijgen of dit middel voor hen lagere hypotheeklasten oplevert. Daarom moet de bank de uitgangspunten voor de berekeningen inzichtelijk maken.
In april van dit jaar bleek uit onderzoek van de vereniging dat rentemiddeling bij veel grote banken, waaronder Rabobank en ABN AMRO en bij verzekeraars als Aegon en Nationale Nederlanden niet mogelijk is. Slechts bij een zestal geldverstrekkers, waaronder ING en SNS Bank, kunnen klanten hier wel gebruik van maken. Veel huiseigenaren worden dus momenteel uitgesloten van de mogelijkheden om hun maandlasten te verlagen.
In antwoorden op Kamervragen bevestigde minister Dijsselbloem gisteravond de bevindingen en argumentatie van Vereniging Eigen Huis. De minister zegde ook toe om duidelijkheid te geven over enkele fiscale vragen, onder meer over de aftrekbaarheid van kosten die banken berekenen in de 'boeterenteopslag'. Hoewel het gaat om fiscale onduidelijkheden met geringe financiële consequenties voor huiseigenaren, is het belangrijk dat hier helderheid over komt. Veel banken gebruiken deze onduidelijkheid als argument om rentemiddeling niet aan te bieden.
Bij rentemiddeling wordt de boeterente uitgesmeerd over de nieuwe rentevast periode die de klant met zijn bank afspreekt. De boeterente wordt dan verrekend in een renteopslag van het nieuwe rentecontract. Dat is een goed alternatief voor veel mensen die een hoge boeterente van vaak vele duizenden euro's niet kunnen betalen, maar die wél de maandlasten van hun hypotheek willen verlagen.
Rentemiddeling is niet in alle gevallen aantrekkelijk: naarmate de resterende rentevaste periode langer is, worden de voordelen voor de huiseigenaar geringer of verdwijnen helemaal. Bij een spaarhypotheek weegt het rentevoordeel vaak niet op tegen de onvermijdelijk hogere premie-inleg. Vereniging Eigen Huis adviseert huiseigenaren die hun maandlasten willen verlagen daarom altijd om hun bank of hypotheekadviseur een berekening te laten te maken van de nieuwe netto maandlasten. Alleen dan kan een verstandige beslissing worden genomen.
Op 25 april jl. stuurde de vereniging een brief aan banken, verzekeraars en andere geldverstrekkers waarin met klem werd opgeroepen om rentemiddeling aan te bieden aan klanten die bij hen een hypotheek hebben afgesloten.
Met rentemiddeling kunnen veel huiseigenaren hun hypotheeklasten langjarig verlagen. Vereniging Eigen Huis dringt er bij alle geldverstrekkers op aan om rentemiddeling snel en pro-actief aan bieden. Huiseigenaren moeten duidelijkheid krijgen of dit middel voor hen lagere hypotheeklasten oplevert. Daarom moet de bank de uitgangspunten voor de berekeningen inzichtelijk maken.
In april van dit jaar bleek uit onderzoek van de vereniging dat rentemiddeling bij veel grote banken, waaronder Rabobank en ABN AMRO en bij verzekeraars als Aegon en Nationale Nederlanden niet mogelijk is. Slechts bij een zestal geldverstrekkers, waaronder ING en SNS Bank, kunnen klanten hier wel gebruik van maken. Veel huiseigenaren worden dus momenteel uitgesloten van de mogelijkheden om hun maandlasten te verlagen.
In antwoorden op Kamervragen bevestigde minister Dijsselbloem gisteravond de bevindingen en argumentatie van Vereniging Eigen Huis. De minister zegde ook toe om duidelijkheid te geven over enkele fiscale vragen, onder meer over de aftrekbaarheid van kosten die banken berekenen in de 'boeterenteopslag'. Hoewel het gaat om fiscale onduidelijkheden met geringe financiële consequenties voor huiseigenaren, is het belangrijk dat hier helderheid over komt. Veel banken gebruiken deze onduidelijkheid als argument om rentemiddeling niet aan te bieden.
Bij rentemiddeling wordt de boeterente uitgesmeerd over de nieuwe rentevast periode die de klant met zijn bank afspreekt. De boeterente wordt dan verrekend in een renteopslag van het nieuwe rentecontract. Dat is een goed alternatief voor veel mensen die een hoge boeterente van vaak vele duizenden euro's niet kunnen betalen, maar die wél de maandlasten van hun hypotheek willen verlagen.
Rentemiddeling is niet in alle gevallen aantrekkelijk: naarmate de resterende rentevaste periode langer is, worden de voordelen voor de huiseigenaar geringer of verdwijnen helemaal. Bij een spaarhypotheek weegt het rentevoordeel vaak niet op tegen de onvermijdelijk hogere premie-inleg. Vereniging Eigen Huis adviseert huiseigenaren die hun maandlasten willen verlagen daarom altijd om hun bank of hypotheekadviseur een berekening te laten te maken van de nieuwe netto maandlasten. Alleen dan kan een verstandige beslissing worden genomen.