woensdag 30 september 2015

Doorzoekingen en aanhoudingen in internationaal onderzoek witwassen via bitcoins

In een lopend witwasonderzoek met bitcoins in de eenheid Midden-Nederland heeft de politie gisteren op diverse locaties in en rond Rotterdam doorzoekingen verricht. In totaal zijn zes personen aangehouden waarvan twee in het buitenland. Het onderzoek, onder andere naar de financiële transacties, zal nog geruime tijd in beslag nemen. Naar verwachting zal een aantal verdachten op  vrijdag 2 oktober worden voorgeleid aan de rechter-commissaris in Midden-Nederland.
 
Aanleiding tot het onderzoek waren signalen dat er een omvangrijke handel in bitcoins plaatsvond waarbij de verdachten contant geld leverden voor bitcoins en tegen een hoog commissietarief volledige anonimiteit garandeerden. Op deze manier werd de mogelijkheid geboden om uit criminele bron afkomstig geld wit te wassen, wat een ondermijnende invloed heeft op het gewone betalingsverkeer en gebeurt op het snijvlak tussen onder- en bovenwereld. Het is al langer bekend dat bitcoins ook worden gebruikt als betaalmiddel in het criminele circuit. Zo wordt het digitale ruilmiddel gebruikt voor de aankoop van verboden goederen, zoals drugs, wapens en identiteitsbewijzen, op ondergrondse verkoopsites. Uit het onderzoek onder leiding van het Arrondissementsparket Midden-Nederland ontstond een verdenking jegens drie Nederlanders . Het vermoeden is dat zij miljoenen euro’s op deze manier hebben witgewassen. De betreffende rekeningen zijn gisteren zo veel als mogelijk bevroren.

De doorzoekingen vonden gisteren onder andere plaats in woningen in Rotterdam. Er werden computers, drugs, wapens en administratie in beslag genomen. Ook werden daar drie personen aangehouden. Het gaat om een 19-jarige man uit Capelle a/d IJssel, een 23-jarige man uit Rotterdam en een 20-jarige man uit de regio Rotterdam. Gistermiddag is nog een vierde verdachte aangehouden in zijn woning in Capelle a/d IJssel. Een van de twee verdachten die in het buitenland werden aangehouden is een 24-jarige man die op korte termijn zal worden overgeleverd vanuit Malta. De ander is aangehouden in Letland, waar hij gehoord wordt door de politie aldaar. Het onderzoek naar de financiële transacties en geldstromen zal worden voortgezet en zal nog geruime tijd in beslag nemen. Het Functioneel Parket levert hierbij een bijdrage met kennis en expertise.

Bitcoins is een elektronisch ruilmiddel dat via een online netwerk wordt verhandeld. Omdat er geen centrale administratie is, kan de overheid de waarde van bitcoins niet beïnvloeden. Het idee dat de eigendom en handel in bitcoins anoniem is, is echter een misvatting. Transacties met bitcoins en informatie over de betrokken accounts zijn te traceren. Wanneer bitcoins worden gebruikt voor criminele activiteiten, zoals in dit onderzoek naar witwassen, is dit op te sporen en aan te pakken.

'Big data zet verzekeraars aan het denken'

Het wordt tijd dat Nederlandse verzekeraars gaan nadenken over privacy, solidariteit en het sturen van gedrag. Dat blijkt uit onderzoek van het Rathenau Instituut naar verzekeren in de datagedreven samenleving.

Onderzoekers van het Rathenau Instituut interviewden specialisten bij de innovatieafdelingen van Delta Lloyd, Reaal en coöperatie DELA, bij het Verbond van Verzekeraars, bij universiteiten en bij het nieuwe initiatief Fairzekering. De onderzoekers vulden de interviews aan met literatuuronderzoek en met eerdere studies van het Rathenau Instituut over de datasamenleving.

Uit het onderzoek van het Rathenau Instituut blijkt dat Nederlandse verzekeraars op dit moment nog niet massaal met big data bezig zijn. Toch kunnen de verzekeraars maar beter snel gaan nadenken over wat nieuwe verzekeringsmodellen betekenen voor publieke waarden als privacy, solidariteit en het sturen van gedrag.

De onderzoekers van het Rathenau Instituut verwachten dat de relatie tussen klant en verzekeraar verandert door het gebruik van big data. Een voorbeeld is de autoverzekering. Die is nu nog mede gebaseerd op de leeftijd van een bestuurder omdat jonge mensen over het algemeen meer schade veroorzaken. Maar verzekeraars experimenteren met een nieuw type verzekering waarbij de premie niet van de leeftijd maar van de rijstijl van de bestuurder afhangt. Hoe hard je rijdt, remt en optrekt, blijkt uit de gegevens van de boordcomputer. De nieuwe verzekering is op de persoon afgestemd en dat ondermijnt het tot nu toe gehanteerde principe van solidariteit.

De onderzoekers waarschuwen voor vreemde situaties als verzekeraars met big data aan de slag gaan. Zo experimenteren buitenlandse verzekeraars met premiekorting als je veel stappen verzamelt op je stappenteller. Door een beloning te koppelen aan het aantal stappen geeft de verzekeraar een impliciet oordeel dat een rondje hardlopen een betere besteding van de avond is dan een bezoekje op de bank bij je familie. Verzekeraars moeten dus een zorgvuldige afweging maken hoe ze gedrag willen sturen.

Verder benadrukken de onderzoekers van het Rathenau Instituut dat het toenemende gebruik van data uit verschillende bronnen ertoe leidt dat het voor klanten steeds onduidelijker wordt hoe premies tot stand komen. Verzekeraars zouden er, aldus de onderzoekers, goed aan doen om openheid te geven over welke data ze verzamelen en om klanten controle te geven over hun eigen data.

Europees bankentoezicht kijkt met belangstelling naar DNB-toezicht op gedrag en cultuur

Internationale toezichthouders, waaronder de Europese bankentoezichthouders bij de ECB in Frankfurt, kijken met grote belangstelling naar het toezicht op gedrag en cultuur in de bestuurskamers van financiële instellingen zoals dat in de afgelopen jaren is ontwikkeld bij De Nederlandsche Bank (DNB).

‘Het beoordelen van de governance bij de banken waar wij toezicht op houden heeft een hoge prioriteit’, aldus Julie Dickson, lid van de Supervisory Board bij de ECB, één van de sprekers vanochtend op een tweedaagse internationale DNB-conferentie in Amsterdam: ‘We zullen nauw samenwerken met onze Nederlandse collega’s om te leren van hun benadering en om te bepalen of en hoe we dit kunnen toepassen bij grotere aantallen onder toezicht staande banken’.

Bij de conferentie zijn ruim honderd prudentieel toezichthouders uit de hele wereld bijeen om de nieuwe ontwikkelingen in het toezicht op financiële instellingen te bespreken. ‘De kosten van een bancaire of een financiële crisis zijn zo hoog dat we er alles aan moeten doen om schadelijk gedrag te voorkomen’, aldus Dickson over het belang van dit soort toezicht voor het gemeenschappelijk Europese toezicht op de grootste 123 banken in het eurogebied.

Bij toezichthouder DNB, die in 2011 hiermee in het Nederlandse toezicht de eerste stappen zette, is gebleken dat de aandacht voor het gedrag en de cultuur in financiële instellingen een waardevolle aanvulling vormt op de meer traditionele vormen van toezicht. Uit onderzoek is gebleken dat veel toezichtproblemen en incidenten een gemeenschappelijke gedragsoorzaak kennen. Door deze tijdig aan de orde te stellen en maatregelen te nemen, kan voorkomen worden dat de financiële instelling in gevaar komt.

‘Ik ben me er van bewust dat deze vorm van toezicht relatief nieuw is en misschien bij veel financieel toezichthouders nog geen ingang heeft gevonden’, aldus DNB-directeur Toezicht Jan Sijbrand bij de overhandiging aan mevrouw Dickson van het eerste exemplaar van het boek ’Supervision of Behaviour and Culture’: ‘Maar dit is noodzakelijk om de integriteit en stabiliteit van de financiële sector te beschermen, en daarom is het goed te horen dat dit ook bovenaan de agenda bij de ECB staat’.

dinsdag 29 september 2015

Criminelen perfectioneren phishingmethodes

Banken zien dat criminelen de manier waarop zij klanten proberen te verleiden om vertrouwelijke gegevens te verstrekken in hoge mate perfectioneren. Daarom blijven banken inzetten op het waarschuwen van de klant met bewustwordingscampagnes als ‘Hang op, klik weg, bel uw bank.’

Doordat phishingmails er steeds professioneler uitzien en minder taalfouten bevatten zijn ze minder makkelijk te herkennen. Ook spelen criminelen vaak handig in op de actualiteit door bijvoorbeeld gebruik te maken van de introductie van nieuwe betaalpassen. In telefoongesprekken waarin criminelen zich voor doen als bankmedewerker wordt vooral geprobeerd om de klant in paniek te brengen zodat ze hun inlogcodes afgeven: ‘Ik heb nu uw inloggegevens nodig om te voorkomen dat uw geld door een crimineel naar een andere rekening wordt gesluisd.’ Banken, maar bijvoorbeeld ook de politie, vragen nooit om inlogcodes

De schade als gevolg van phishing bedroeg in het eerste halfjaar van 2015 2,8 miljoen euro. Dat is weliswaar meer dan in het 2e halfjaar van 2014 maar vergeleken met eerdere jaren, toen de schade vaak tientallen miljoenen euro’s bedroeg, blijft het schadebedrag in 2015 laag. Dat blijkt uit cijfers van de Betaalvereniging Nederland en de Nederlandse Vereniging van Banken.

Door succesvolle technische maatregelen van banken bleef de schade als gevolg van andere vormen van cybercriminaliteit zoals kwaadaardige software beperkt tot 300.000 euro. De totale schade als gevolg van fraude met internetbankieren kwam daarmee op 3,1 miljoen euro.

Door de invoering van de EMV-chip en het standaard ‘uit’ zetten van betaalpassen buiten Europa (geoblocking) vormt skimming sinds de 2e helft van 2013 nog een relatief kleine schadepost: 790.000 euro. Schade als gevolg van skimmen komt in Nederland nagenoeg niet meer voor. De schade werd vooral veroorzaakt doordat passen buiten Europa werden geskimd terwijl geoblocking was uitgezet.

Financiële markten blijven risicomijdend

Fors dalende aandelenkoersen en stijgende obligatiekoersen, dat is karakteristiek voor markten die nerveus zijn en waar beleggers geen risico wensen te nemen. Schandalen zoals bij Volkswagen dragen bij aan de negatieve stemming.

Toch blijft het verbazend dat vooral de aandelenmarkten niet weten te profiteren van een betrekkelijk gunstige macro-economische omgeving. De vrees voor een verslechterende economie beperkt zich vooral tot China en andere opkomende landen als Brazilië en Rusland maar het is onwaarschijnlijk dat de westerse landen daar heel veel last van zullen hebben. Dat is tot dusverre ook zeker niet het geval. In dat verband is het opvallend dat de Chinese beurs de afgelopen week (met -0,1%) amper daalde, terwijl de Amerikaanse beurzen met tussen 1% en 2% terugliepen en de Europese beurzen zelfs met tussen 4% en 6%. Vermoedelijk spelen ook onzekerheden met betrekking tot het beleid van centrale banken een rol bij de nerveuze stemming. Hoewel Janet Yellen – de voorzitter van de Federal Reserve – tijdens een speech in Massachusetts een renteverhoging dit jaar niet uitsloot, blijft er toch teveel onzekerheid rondom het beleid hangen.

Datzelfde geldt ook voor de ECB. President Mario Draghi zegt wel dat de bank klaarstaat om alles te doen wat nodig is maar hij geeft betrekkelijk weinig signalen of, wanneer en hoeveel het beleid dan wel zal worden geïntensiveerd. De onzekerheid die daardoor op de markten blijft bestaan, houdt beleggers nerveus en afkerig van het nemen van risico. Dat leidt tot (verder) dalende aandelenkoersen en vluchtgedrag naar de obligatiemarkten waar de koersen stijgen en de rente daalt. Die rentedaling was de afgelopen week logischerwijze in Europa wat groter dan in de Verenigde Staten.

Beleid banken duurzamer; echte omslag ontbreekt

Acht belangrijke Nederlandse banken verbeterden in het afgelopen jaar allemaal hun duurzaamheidbeleid. Toch schiet het beleid van veel banken nog steeds tekort, bijvoorbeeld op klimaat, wapens, olie & gas, en dierenwelzijn. Van de acht banken voert ASN Bank op de meeste onderwerpen het beste duurzaamheidbeleid; ING is hekkensluiter.  Dit blijkt uit de nieuwe jaarupdate van de Eerlijke Bankwijzer.

Titus Bolten woordvoerder van de Eerlijke Bankwijzer: "Alle onderzochte banken tonen aan dat zij hun beleid hebben aangescherpt. Banken willen dus stappen zetten op het gebied van duurzaamheid, ze zien meer en meer dat dit ook echt hard nodig is. Vaak is hun beleid immers nog niet goed genoeg om nadelige effecten van investeringen voor mens, klimaat en dieren te voorkomen."

De acht banken tezamen scherpten hun beleid in ruim een jaar tijd op ruim 30 punten aan. Opvallende beleidsverbeteringen: ABN Amro investeert niet meer in olie- en gasboringen in poolgebieden. SNS Bank verbeterde haar klimaatbeleid door eisen te stellen aan energiebesparing en vermindering van uitstoot van broeikasgassen. ING sluit in haar kolenbeleid 'mountain top removal mining' uit van financiering. ASN Bank stelt harde voorwaarden aan dierenwelzijn in de veehouderij. Triodos Bank verlangt van bedrijven dat zij afspraken opnemen over naleving van arbeidsrechten in hun contracten met onderaannemers en toeleveranciers. Rabobank heeft beleid tegen landroof aangenomen en is veel transparanter geworden over haar leningen aan bedrijven.

De Eerlijke Bankwijzer verwelkomt de aanscherpingen die de banken in het laatste jaar in hun maatschappelijk beleid hebben doorgevoerd, maar wijst er tegelijkertijd op dat er nog heel veel moet gebeuren. Veel bankbeleid, dat criteria stelt voor leningen aan bedrijven en beleggingen in aandelen, is niet ambitieus genoeg en de meeste banken maken niet een echte fundamentele omslag naar denken en handelen in meer duurzaamheid. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

- Klimaat: ABN Amro, ING, NIBC, Rabobank en Van Lanschot weigeren investeringen in kolencentrales uit te sluiten. ABN Amro, ING en Van Lanschot stimuleren bedrijven niet om over te stappen van fossiele brandstoffen naar duurzame energie. De helft van de banken stimuleert bedrijven nog niet om producten te ontwikkelen die energiezuinig zijn.

- Olie en gas: Van Lanschot sluit investeringen in de extreem CO2-intensieve exploitatie van teerzand niet uit. ABN Amro, ING, Rabobank en SNS Bank doen dit wel. Terwijl Rabobank niet wil investeren in bedrijven die naar schaliegas boren, sluiten ABN Amro, ING, NIBC en Van Lanschot dit niet uit. ABN Amro en SNS Bank vinden olieboringen in het Noordpoolgebied onacceptabel, maar ING, Rabobank en Van Lanschot sluiten ze niet uit. ASN Bank en Triodos Bank investeren in het geheel niet in de olie- en gassector.

- Wapens: ING sluit kernwapenproducenten niet consequent uit. ING sluit daarnaast wapenbedrijven die wapens leveren aan regimes waartegen geen embargo bestaat maar die wel betrokken zijn bij ernstige mensenrechtenschendingen niet uit.

- Mensenrechten en arbeidsrechten: Alle banken verwachten dat bedrijven aandacht hebben voor de naleving van mensenrechten en arbeidsrechten door hun onderaannemers en toeleveranciers, maar vrijwel geen enkele bank eist dat bedrijven hierover afspraken vastleggen in hun contracten met hun onderaannemers en toeleveranciers. Uitzonderingen zijn Triodos Bank (alleen voor arbeidsrechten) en ASN Bank en SNS Bank (voor zowel mensenrechten als arbeidsrechten).

- Voeding: Alle banken verwachten van bedrijven in de landbouw- en voedingssector dat ze duurzaamheidsstandaarden opnemen in hun bedrijfsvoering. Alleen ASN Bank en SNS Bank vragen van bedrijven dat ze ook bindende voorwaarden ten aanzien van de naleving van sociale en milieucriteria opnemen in hun contracten met toeleveranciers.

- Dierenwelzijn: ABN Amro en ING stellen geen voorwaarden aan bedrijven op het gebied van diervriendelijke huisvesting. Rabobank sluit bont niet uit. ABN Amro, ING en Van Lanschot sporen bedrijven onvoldoende aan om van intensieve veehouderij om te schakelen naar diervriendelijke productie. ABN Amro, ING, Rabobank en Van Lanschot verlangen van veehouderijbedrijven geen certificering op het gebied van dierenwelzijn, bijvoorbeeld met een scharrel- of Beter Leven keurmerk. De meeste banken sporen veetransporteurs niet aan om de duur van diertransporten te beperken tot maximaal 8 uur, om zo dierenleed te voorkomen.

Het onderzoeksrapport en de nieuwe scores van de banken zijn vanaf 29 september 2015 te vinden op de website.

maandag 28 september 2015

'Transparantie klantgerichtheid banken nog ver weg'

Consumentenorganisaties Vereniging Eigen Huis en de Consumentenbond zijn blij dat de bankensector de handschoen heeft opgepakt om meer openheid te geven over de mate waarin banken het belang van hun klanten centraal stellen. De vandaag gepresenteerde Vertrouwensmonitor van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) biedt echter nauwelijks nieuwe inzichten en schiet nog tekort om de klantgerichtheid per bank werkelijk te kunnen beoordelen. Vereniging Eigen Huis en de Consumentenbond roepen banken op hun eigen Klantbelang Centraal (KBC) scores 1 op 1 te publiceren. Die geven meer veel meer inzicht en houvast dan de samengestelde cijfers die vandaag zijn gepubliceerd.

De Vertrouwensmonitor is samengesteld uit KBC-scores van de AFM en een klantenonderzoek door meewerkende banken. Dat de scores van banken het hoogst zijn voor sparen en betalen mag geen verwondering wekken omdat dit bij elke bank grotendeels geautomatiseerde kerntaken betreft. Veel belangrijker voor herstel van het klantvertrouwen zijn de scores voor de adviestaken van de bank. Zowel bij de aanschaf van nieuwe financiële producten en vooral als de klant in problemen komt met zijn betalingsverplichtingen, bijvoorbeeld bij een hypotheek. Dan geven de vandaag gepresenteerde deelcijfers slechts schijnopenheid en een geflatteerd beeld. Ook ontbreekt nog het totaalcijfer voor de klantgerichtheid per bank.

 Recent scoorden banken in de KBC-scores van de AFM bij 'betalingsproblemen' niet hoger dan een 2,2. In de NVB Vertrouwensmonitor is dat bij hypotheken gemiddeld een 2,8. Deze laatse score is echter het resultaat van een middeling met de score van een selfassessment over hypotheekadvisering. Dit geeft een versluierd beeld. Daarbij laat de monitor slechts de scores van vier banken zien, die zonder uitzondering hoger zijn dan het gemiddelde. Dat kan alleen als andere banken aanmerkelijk lager scoren, maar welke dat zijn en welke resultaten zij scoren blijft in nevelen gehuld.

De verbeteradviezen van de Advisory Board, die banken moet helpen hun dienstverlening te verbeteren, zijn teleurstellend en zeggen niet meer dan consumentenorganisaties al jaren roepen. De afgelopen jaren hebben Vereniging Eigen Huis en de Consumentenbond banken herhaaldelijk aangesproken op hun houding en gedrag, die op dit terrein vaak ernstig tekortschieten. Ook als de klant hierover een klacht wil indienen. De Vertrouwensmonitor van de NVB doet niet veel meer dan dit beeld bevestigen. Dan stelt NVB-voorzitter Buijink teleur als hij in zijn conclusie niet veel verder komt dan dat 'banken willen ontdekken hoe zij het vertrouwen kunnen verstreken en de dienstverlening verder kunnen verbeteren'

Vertrouwen banken nog steeds laag

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) presenteert vandaag voor het eerst de Vertrouwensmonitor Banken. Het bureau GfK onderzocht hiervoor hoe Nederlanders denken over banken in het algemeen, de eigen bank en hoe zij verschillende aspecten van de dienstverlening ervaren. Ook maken banken in de monitor hun relevante (individuele) scores van metingen door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) openbaar: de zogeheten Klantbelang dashboard scores. De Vertrouwensmonitor Banken verschijnt voortaan jaarlijks.

Op een schaal van 1 tot 5 scoort de sector als geheel een 2,8. Opvallend is dat het vertrouwen in de eigen bank een stuk hoger is: 3,2. Op het gebied van hypotheken scoren banken een 2,8. De meeste aandacht gaat uit naar betalingsachterstanden, waar een 2,2 voor werd behaald. Gevraagd naar de beleving van de transparantie van de eigen bank, is de score gemiddeld 3,5. De score op klantgerichtheid is 3,3. Op deskundigheid scoren de banken hoger: 3,8.

Banken zijn zich ervan bewust dat herstel van vertrouwen hun aanhoudende, langdurige inspanning vergt, zo stellen zij. Op basis van de onderzoeksuitkomsten en de aanbevelingen van de onafhankelijke Advisory Board focussen de banken de komende tijd op een drietal verbeterpunten:
  1. Banken committeren zich eraan dat zij in situaties waarbij de klant aangeeft dat zijn of haar persoonlijke situatie (mogelijk) wijzigt, advies of suggesties geven. Deze zijn toegespitst op de  keuzes die de klant kan maken. Banken bieden de klant een goed inzicht in wat de impact kan zijn van de persoonlijke veranderingen op de financiële situatie en producten van de klant.
  2. Banken maken expliciet hoe zij klanten met (mogelijke) betalingsachterstanden bij hypotheken kunnen helpen. Daarnaast gaan banken samen met de klant op zoek naar passende oplossingen.
  3. Banken maken het voor klanten duidelijk(er) hoe zij een klacht op een eenvoudige wijze bij de juiste persoon of afdeling in kunnen dienen. Daarnaast laten banken zien dat zij klachten serieus nemen, door zowel tijdens de behandeling van een klacht de klant goed op de hoogte te houden van de voortgang als helder uit te leggen hoe een bepaalde beslissing over de klacht tot stand is gekomen.

Raming van belastingontvangsten kan inzichtelijker

De Tweede Kamer is gediend met beter inzicht in (de toelichting op) de raming van belastingontvangsten. Het regeerakkoord en diverse kabinetsnota's sluiten nog niet voldoende op elkaar aan. Zo is bij belastingmaatregelen niet altijd duidelijk of en op welke wijze het kabinet gedragseffecten verwerkt in de ramingen van belastingontvangsten. Is er bijvoorbeeld bij de raming van de opbrengst van een hogere assurantie-belasting rekening gehouden met het effect dat sommige huishoudens minder verzekeringen afsluiten, en zo ja, in welke mate en op welke wijze? Mede hierdoor kunnen cijfers in verschillende kabinetsnota's en belastingplannen van elkaar verschillen. De verklaring daarvoor is voor verbetering vatbaar. Dan kan de Tweede Kamer deze informatie over de ontwikkeling in de belastingontvangsten beter wegen en vervolgens stap voor stap volgen.

Aandachtspunten bij de interpretatie van de ramingscijfers in budgettaire nota's beveelt de Algemene Rekenkamer de minister van Financiën aan om samen met de Tweede Kamer de informatie over belastingontvangsten te evalueren. Aanleiding voor het onderzoek zijn de herhaaldelijk tegenvallende belastinginkomsten in de achterliggende jaren. Deze tegenvallers waren dermate fors dat kabinet en Kamer verschillende malen tot aanvullende bezuinigingen besloten. Het Ministerie van Financiën baseert zich bij de raming van de belasting-ontvangsten op voorspellingen van het Centraal Planbureau (CPB) over de economische ontwikkeling. De Algemene Rekenkamer heeft geen aanwijzingen gevonden dat het ramingsproces zelf bij het Ministerie van Financiën tekortschiet. Wel zijn verbeteringen mogelijk in de toelichting op en aansluiting van ramingen in verschillende kabinetsnota's. De Algemene Rekenkamer doet daarvoor een aantal aanbevelingen.

 Voorbeeld: In het Belastingplan 2014 wordt de vrijstelling motorrijtuigenbelasting voor oldtimers aangekondigd met een geraamde opbrengst van Euro 123 miljoen. Plus Euro 2 miljoen opbrengst door intensiever toezicht op mrb voor buitenlandse kentekens. Budgettaire opbrengst voor 2014 dus Euro 125 miljoen. In de Miljoenennota 2014 staat een extra opbrengst door de maatregelen bij de motorrijtuigenbelasting geraamd van Euro 176 miljoen. Het verschil van Euro 51 miljoen wordt in deze nota's voor de Tweede Kamer niet toegelicht.

Verbetert de toelichting op de ramingen, dan kan een Kamerlid stap voor stap volgen hoe afspraken uit het regeerakkoord in de startnota van een nieuw kabinet vertaald worden en de belastingmaatregelen in de daarop volgende jaren uitgewerkt in de rijksbegroting. Dan worden cijfers beter navolgbaar. Dat komt de controlerende taak van de Kamer ten goede. Het kabinet licht de verwachte belastingontvangsten met Prinsjesdag in de Miljoenennota en het Belastingplan toe. Daar ontbreekt nu nog een goede uitleg over de uitgangspunten bij de ramingen, zoals van gedragseffecten, en een goede aansluiting per belasting-maatregel tussen beide nota's en het regeerakkoord. Een gezamenlijke evaluatie van kabinet en Tweede Kamer over de informatie over belastinginkomsten versterkt de controlerende en wetgevende taak van het parlement. De Tweede Kamer kan er bij kabinetsformaties voor zorgen dat de toelichting bij de uitgangspunten van ramingen voor belastingmaatregelen in het regeerakkoord duidelijker wordt.

Een op de drie betaalautomaten geschikt voor contactloos betalen

Betalen door je betaalpas of mobieltje kort tegen de betaalautomaat te houden, bij bedragen tot en met 25 euro zonder pincode in te voeren. Nederlanders kunnen op steeds meer plekken contactloos betalen. Morgen neemt foodtruckondernemer Danh Nguyen van Le Thi’s Vietnamese specialiteiten op de Botermarkt in Leiden de 100.000ste contactloze betaalautomaat in gebruik. Daarmee is een op de drie Nederlandse betaalautomaten geschikt voor contactloos betalen, blijkt uit cijfers van Betaalvereniging Nederland.

Vorig jaar rond deze tijd kon bij zo’n 47.000 betaalautomaten contactloos worden afgerekend. Dat aantal is dus meer dan verdubbeld in een jaar tijd. Steeds meer Nederlanders betalen contactloos, omdat het snel en makkelijk is. Directeur Piet Mallekoote van Betaalvereniging Nederland: “Meer dan 90 procent van de contactloze betalingen is voor een bedrag van 25 euro of minder. De consument ziet duidelijk de voordelen van een snelle kleine betaling zonder pincode.” Ondernemers spelen daarop in met nieuwe betaalautomaten die geschikt zijn voor contactloos betalen.

Danh Nguyen van Le Thi’s Vietnamese specialiteiten die met zijn foodtruck niet alleen in Leiden  staat, maar ook in Rotterdam en Haarlem, kan niet wachten tot hij morgen met zijn contactloze automaat aan de slag kan. Nguyen: “Ik heb lang getwijfeld of een betaalautomaat iets voor ons was. Of mijn klanten wel willen pinnen voor een paar loempia’s. Maar klanten vragen er de laatste tijd steeds vaker om of ze gaan er gewoon vanuit dat het kan. Wat me uiteindelijk over de streep heeft getrokken is de komst van contactloos betalen. Zo snel en makkelijk. Echt een uitkomst als je klanten vooral lage bedragen afrekenen, zoals bij ons.”

Om het ondernemers aantrekkelijk te maken hun huidige betaalautomaat te vervangen door een versie die geschikt is voor contactloos betalen hebben vijf leveranciers - CCV, ICP, Paqar, Sepay en Worldline - een aantrekkelijk overstap-aanbod met korting variërend van 50 tot 300 euro (zie www.pinnenzakelijk.nl/hoewiljijpinnen).

zondag 27 september 2015

Senior gebruikt contant geld voor kleine uitgaven

Senioren pinnen massaal aan de kassa. Toch zegt acht van de tien er moeite mee te hebben wanneer contant geld als betaalmiddel verdwijnt. De voornaamste reden: klein geld op zak geeft een vertrouwd gevoel. Dit blijkt uit onderzoek van ouderenorganisatie Unie KBO onder 700 Nederlandse senioren.

Bijna alle deelnemers aan het onderzoek hebben er geen probleem mee wanneer ze in een winkel alleen maar met een pinpas kunnen betalen. Toch grijpt men graag snel naar een muntje uit de beurs. Betalen op de markt, het geven van fooien of geld aan de (klein)kinderen: geen contanten op zak zal problemen gaan opleveren. 'Ik heb altijd wat kleingeld op zak voor een toiletbezoek, want daar moet meestal wel voor betaald worden', zegt een van de respondenten. Het bedrag aan contant geld dat in de portemonnee van de senior zit ligt gemiddeld op ongeveer 50 euro. Het gemiddelde bedrag dat contant wordt betaald is 30 euro.


Boodschappen worden door 29 procent van de senioren contant betaald, 69 procent gebruikt de pinpas aan de kassa. Pinnen mag dan wel bijna volledig ingeburgerd zijn, met de veiligheid rond betalingen is het volgens de ondervraagden slecht gesteld. Maar liefst 43 procent vindt dat de veiligheid van pinbetalingen verbeterd moet worden. Bijvoorbeeld door een betere afscherming bij betaal- en pinautomaten.

Volgens de Unie KBO is er veel werk aan de winkel om de veiligheid van pinbetalingen te verbeteren. De ouderenorganisatie roept winkeliers dan ook op meer aandacht te besteden aan de afscherming van betaalpunten in hun winkels. Het uitvoeren van een transactie met de pinpas zelf blijft voor de respondenten wel de meest veilige methode, gevolgd door 22 procent van de senioren die betalen met contant geld de meest veilige betaalmethode vinden.

vrijdag 25 september 2015

Marjan Trompetter benoemd tot lid raad van commissarissen Rabobank

Marjan Trompetter is benoemd tot lid van de raad van commissarissen van de Rabobank. Trompetter (1963) studeerde bedrijfseconomie. Ze is als organisatieadviseur gespecialiseerd in organisatieontwikkeling en heeft zich onder meer beziggehouden met transformatie vraagstukken gericht op kwaliteitsverbetering bij grote internationale ondernemingen. Daarnaast is ze als docent organisatiekunde verbonden aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ook bekleedt ze enkele commissariaten. Ze is vice-voorzitter van de raad van toezicht van GGZ Friesland, lid van de raad van toezicht van ziekenhuis Rijnstate in Arnhem en lid van de raad van toezicht van het Leger des Heils.

Marjan Trompetter is al lange tijd betrokken bij de Rabobank. Ze nam in 2006 zitting in de ledenraad van Rabobank Noordwest-Veluwe. Twee jaar later trad ze toe tot de raad van commissarissen van deze lokale bank. In die hoedanigheid was ze nauw betrokken bij de fusie van haar bank met Rabobank Noordoost-Veluwe tot Rabobank Noord Veluwe. In 2011 werd ze lid van het kringbestuur Gelderland Flevoland en in 2013 kringvoorzitter.
 
Marjan Trompetter is benoemd tijdens een buitengewone Algemene Vergadering van Rabobank op 23 september.

Zorgverzekering zorgt voor hoofdbrekens

Minder vaak naar de huisarts. Een deel van de Nederlanders probeert zo kosten te besparen. Maar er bestaan nogal wat misverstanden over vergoedingen en eigen risico. Het is niet eenvoudig om door de bomen het bos te zien. Toch loont het om u te verdiepen in de zorgverzekering.

Veel verzekerden weten niet dat een bezoek aan de huisarts en kraamzorg niet onder het eigen risico vallen. Zo leven er wel meer misverstanden bij consumenten, blijkt uit onderzoek door TNS Nipo in opdracht van zorgverzekeraar VGZ. Bij bijna twee op drie consumenten is niet bekend dat kinderen tot achttien jaar gratis zijn meeverzekerd.

Bijna een op de vijf verzekerden (18 procent) heeft dit jaar weleens zorg uitgesteld of gemeden. Ongeveer de helft van hen deed dit omdat het te veel geld kostte of om zo het eigen risico uit te sparen. Alleen maken ze daarbij soms verkeerde keuzes. Ruim een derde denkt ten onrechte dat spoedeisende hulp is uitgezonderd van het eigen risico. Dat geldt ook voor ambulancevervoer (19 procent), zorg bij een specialist in het ziekenhuis (18 procent) en fysiotherapie voor sommige aandoeningen (15 procent). Al deze vormen van zorg vallen wel onder het eigen risico.

Kwart Nederlanders vreest te weinig pensioen

Een kwart van de Nederlanders denkt dat ze niet genoeg geld te besteden hebben als ze met pensioen zijn. 43 procent daarentegen heeft  er in meer of mindere mate vertrouwen in genoeg financiële middelen te hebben om ook na hun pensioen het gewenste leven te leiden. Mannen hebben meer vertrouwen in een goed financieel pensioen dan vrouwen. Dit blijkt uit GfK onderzoek uitgevoerd onder 23.000 mensen in 19 landen, waaronder ook Nederland.

Kijkend naar de verschillende leeftijdsgroepen, maken de mensen in de leeftijd tussen de 50 en 59 jaar, zich het meeste zorgen. 31 procent van hen is het oneens met de stelling dat ze genoeg geld hebben na hun pensioen. Voor hen is het pensioen nabij, zij hebben relatief goed beeld bij hun verwachte inkomsten, en maken zich zorgen.

Onder de jongeren (15-29 jaar) denkt ruim 20 procent niet genoeg geld te hebben na hun pensioen. Gezien de recente pensioenontwikkelingen zit er voor hen waarschijnlijk minder in het vat, maar ze maken zich toch minder zorgen. Dat zegt meer over het pensioenbewustzijn bij deze groep.

Dit onderzoek maakt op een grootschalige manier een vergelijking tussen de verschillende landen. Hierdoor zijn onverwachte verschillen te zien. Ondanks het geroemde Nederlandse pensioensysteem, is Nederland een middenmoter als het gaat om het percentage mensen dat vertrouwen heeft in voldoende middelen na pensionering. Opvallend genoeg zijn de Verenigde Staten, waarin de meeste mensen door middel van beleggen in hun eigen pensioen moeten voorzien, hier met 22 procent koploper.  Daar staat tegenover dat een derde van mening is dat ze na hun pensioen onvoldoende geld hebben. De spreiding van vertrouwen is veel groter dan in Nederland, wat wel past bij het meer individuele systeem in de VS.

donderdag 24 september 2015

Gemiddelde zorgpremie stijgt nauwelijks in 2016

Consumenten betalen in 2016 gemiddeld 102,25 euro aan premie per maand voor een basisverzekering met een standaard eigen risico. Dit verwacht de financiële vergelijkingssite Geld.nl op basis van een eigen onderzoek naar de premieontwikkeling van de afgelopen jaren. In 2015 betaalden consumenten gemiddeld 101,50 euro. “De gemiddelde basispremie blijft dus vrijwel gelijk, stelt Amanda Bulthuis van Geld.nl, “maar we verwachten wel dat verschillen tussen de verschillende zorgverzekeraars groter zullen worden.”

Zorgverzekeraar DSW maakte dinsdag wederom als eerste de premie voor het nieuwe jaar bekend. In 2016 kost een basisverzekering met het standaard eigen risico van 385 euro bij DSW 98,75 euro per maand.

“Als we kijken naar de gemiddelde premie voor basisverzekeringen, dan is deze gemiddeld ruim 3,5 procent hoger dan de premie van DSW”, Bulthuis uit. “Als deze lijn zich in 2016 doorzet, kom je uit op een gemiddelde basispremie van 102,25 euro per maand.” Dit is 0,75 euro per jaar meer dan in 2015.

Dit lijkt een te verwaarlozen stijging, maar je moet je er niet op verkijken, waarschuwt Bulthuis. “Veel hangt dit jaar ook weer af van in hoeverre een verzekeraar kan en wil interen op de reserves.”

De zorgkosten zelf zullen in 2016 verder stijgen. Er zijn verschillende behandelingen en medicijnen toegevoegd aan de basisverzekering. Daarnaast zijn de kosten voor wijkverpleging in 2015 voor zorgverzekeraars hoger uitgepakt dan verwacht. In principe zal dus elke verzekeraar de premie moeten laten stijgen. Maar door in te teren op reserves, kan een verzekeraar de premiestijging beperken.

Lang niet elke verzekeraar heeft evenveel reserves. Hierdoor kan niet elke verzekeraar het zich veroorloven om hierop in te teren. Bulthuis verwacht dat de premies voor de basisverzekering in 2016 hierdoor nog verder uiteen zullen lopen dan in 2015. “Als dit gebeurt, is er des te meer reden om in de laatste maanden van het jaar je zorgverzekering onder de loep te nemen. De kans is groot dat je bij een andere verzekeraar goedkoper uit bent. Of misschien kun je voor dezelfde premie een basis + aanvullende verzekering vinden die beter aansluit op je zorgwensen.”

Halverwege november moeten alle zorgverzekeraars hun premies en voorwaarden voor 2016 bekend hebben gemaakt.



 

'Week van de Belegger’ voor de beleggers van vandaag en morgen

Vanaf 14 tot en met 20 november vindt voor de eerste maal de ’Week van de Belegger’ plaats. Beleggen staat die week centraal voor een breed publiek. De week wordt op vrijdag 20 november afgesloten met de ‘Beleggersfair’ in de RAI in Amsterdam.

 Gedurende de Week van de Belegger wordt met landelijke activiteiten, inspirerende programma’s en bijeenkomsten antwoord gegeven op de toenemende vraag naar kennis en informatie op het gebied van persoonlijke financiën. Door de actuele ontwikkelingen wordt de eigen financiële verantwoordelijkheid steeds belangrijker. Alleen blijkt de kennis over financiën beperkt. Daarom stelt De Week van de Belegger een breed publiek in staat om zich te informeren over de laatste ontwikkelingen en trends.

De focus van de Week van de Belegger ligt op educatie en informatie. De Week biedt een gevarieerd en inspirerend programma voor iedereen die geïnteresseerd is in of affiniteit heeft met beleggen. Onder meer wordt de gong op maandag 16 november bij Euronext geluid, vinden er online seminars plaats, worden door het land workshops georganiseerd voor zzp’ers en ondernemers, is er een beleggerscompetitie, gaan bedrijven de dialoog aan met retail beleggers en krijgen scholieren en studenten voorlichting over beleggen. Tijdens de Week van de Belegger is er in diverse media, met verschillende invalshoeken, de gehele week aandacht voor beleggen. De organisatie is druk bezig met het rond maken van het programma. Op dit moment zijn er nog volop mogelijkheden voor andere projecten en organisaties om zich aan te sluiten.

De Week van de Belegger wordt op vrijdag 20 november afgesloten met hét beleggersevenement van Nederland: de Beleggersfair 2015.  Het evenement vindt plaats in de RAI in Amsterdam en biedt zowel mensen die voor het eerst kennis maken met beleggen als gevorderde beleggers een compleet, leuk en leerzaam programma. Van stands, snelcursussen beleggen, live trading, tips voor 2016 tot optredens van toonaangevende sprekers en beleggingsgoeroes. Kortom, de Beleggersfair is hét evenement voor de belegger van vandaag en morgen.

De Week van de Belegger én de Beleggersfair zijn een initiatief van TRIPLE i, Investment Publishers. De multimediale uitgever in de financiële branche neemt hiermee zijn verantwoordelijkheid om de betrokkenheid binnen de financiële markt, zo breed mogelijk, te versterken. NN Investment Partners, de grootste aanbieder van beleggingsfondsen in Nederland, is de hoofdsponsor van de Week van de Belegger en de officiële goudsponsor van de Beleggersfair. Rabobank, Flinter en BNP Paribas zijn de bronzen sponsoren van de Beleggersfair. Overige exposanten op de Beleggersfair zijn onder andere: Today’s Brokers, Think ETF’s, LeoMont, ACTIAM, Duurzaaminvesteren, Synvest en Scotch Whisky International.


Meer duidelijkheid over verzilvering van woning

Afgelopen week ontving Erik Ronnes, CDA woordvoerder Wonen, antwoord op zijn vragen aan minister Blok over verzilverd wonen. De vragen waren bedoeld om inzicht te krijgen op welke wijze misbruik en het aanbieden van bedenkelijke financiële producten van verzilvering van eigen woningen kan worden voorkomen. Ronnes is blij met de reactie van de minister. “Uit de antwoorden blijkt dat er concrete stappen gezet worden en dat bestaande regelgeving ook een zekere waarborg biedt ter voorkoming van misbruik of misleiding van de huizenbezitter die zijn overwaarde wil verzilveren.”

Voor woningeigenaren zijn er globaal drie verschillende categorieën te onderscheiden om de overwaarde in de eigen woning te verzilveren. Ten eerste kan iemand verhuizen naar een goedkopere koopwoning of een huurwoning. Ten tweede bestaat er de mogelijkheid om een (extra) hypothecaire lening af te sluiten. Ten derde kan het huis onmiddellijk of op termijn verkocht worden, terwijl de oorspronkelijke eigenaren er kunnen blijven wonen. Dit kan door verkoop-en-terughuur, of door een opeethypotheek af te sluiten. Bij verkoop-en-terughuur wordt de woning gelijk verkocht en vervolgens door de oorspronkelijke eigenaars gehuurd. Bij een opeethypotheek wordt een hypotheek aangegaan waar de verschuldigde rente wordt bijgeschreven bij de hypotheekschuld.

Een (extra) hypothecaire lening of een opeethypotheek aan een consument vallen onder de financiële producten waarop de Wet op het financieel toezicht (Wft) van toepassing is. Dit betekent onder meer dat de Autoriteit Financiële Markten (AFM) er op toeziet dat de kredietaanbieder zich aan zijn zorgplicht houdt en dat de consument over alle relevante zaken wordt geïnformeerd op een manier die begrijpelijk en niet misleidend is.

Verkoop-en-terughuur gelden echter niet als financieel product en de Wft is hierop niet van toepassing. Het Burgerlijk Wetboek geldt hier wel, als het gaat om de algemeen geldende bescherming en toezicht ten aanzien van overeenkomsten. Zo is de Autoriteit Consument en Markt (ACM) bevoegd maatregelen te nemen als er sprake is van een oneerlijke handelspraktijken die onder het Burgerlijk Wetboek vallen. De consument - in dit geval de verkoper - kan met zijn klacht bij ConsuWijzer - het informatieloket van de ACM - terecht, die de signalen doorspeelt naar de ACM.

Ronnes: “Het kabinet is van plan om de huidige voorschriften die gelden voor reguliere hypotheken ook toe te passen op opeethypotheken. Partijen uit de vastgoedsector en de financiële sector kunnen nog tot 7 oktober reageren op het voorstel dat er nu ligt. Zo worden aanbieders van opeethypotheken bijvoorbeeld verplicht om de consument ook te waarschuwen voor de effecten van de overeenkomst bij een stijging van de rente, of bij een waardedaling van de woning. Die ontwikkeling kan ik alleen maar toejuichen.”

woensdag 23 september 2015

Nieuwe DNB Bezoekerscentrum geopend door Koningin Máxima


Koningin Máxima heeft dinsdag, in bijzijn van DNB-president Klaas Knot, het nieuwe Bezoekerscentrum van De Nederlandsche Bank (DNB) in Amsterdam geopend. In het centrum kan iedereen op interactieve wijze, door middel van games, filmpjes of een speurtocht, ontdekken hoe de economie werkt, wat DNB doet en wat de invloed hiervan is op hun eigen financiën.

Tegelijk met de officiële opening ging ook de promotiecampagne Geld vertelt van start. Koningin Máxima kreeg na de opening een rondleiding door het Bezoekerscentrum, waarbij scholieren en studenten de interactieve onderdelen demonstreerden. Afsluitend sprak zij met betrokkenen over het belang van financiële educatie en de samenwerking tussen de verschillende partijen, waaronder DNB.

DNB-president Klaas Knot benadrukte in zijn toespraak het belang van openheid en toegankelijkheid. 'We hebben onze uiterste best gedaan om onze activiteiten zo toegankelijk en zo interactief mogelijk te presenteren. Hierdoor ontstaat er meer begrip over hoe de economie en de financiële sector in elkaar steken. En dat is goed voor iedereen.'

Het nieuwe Bezoekerscentrum richt zich op twee soorten bezoekers. Groepen, veelal afkomstig uit het onderwijs (van voortgezet onderwijs t/m universiteit) kunnen als vanouds een rondleiding krijgen. Daarbij verkennen zij in competitieverband de diverse werkterreinen van DNB, zoals toezicht, monetair beleid, betalingsverkeer en economisch advies.

Behalve het georganiseerde groepsbezoek biedt het nieuwe centrum ook de gelegenheid voor ‘inloopbezoek’ op de begane grond. Voorbijgangers, toeristen en geïnteresseerden kunnen vrij binnenlopen om kennis te maken met DNB. Van versnipperde bankbiljetten, oude munten tot het goud, het is allemaal te ontdekken.

Naast Nederlandse zijn ook buitenlandse bezoekers van harte welkom. Het centrum is tweetalig ingericht, in het Nederlands en Engels. DNB Bezoekerscentrum is geopend van maandag tot en met vrijdag tijdens kantooruren. Groepsbezoek kan worden geboekt via deze website.

Anderzorg al vier jaar goedkoopste zorgverzekeraar

Anderzorg is al vier jaar op een rij de goedkoopste zorgverzekeraar van Nederland, dit blijkt uit een onderzoek van Zorgverzekering.net. Dit is op basis van een maximaal eigen risico. Zorgverzekering.net heeft ook onderzocht wat de goedkoopste zorgverzekeraars zijn bij een minimaal eigen risico en bij een restitutiepolis. 

Zorgverzekering.net heeft van alle zorgverzekeraars in Nederland de premies van 2012 tot en met 2015 vergeleken. Hierbij werd een onderscheid gemaakt tussen de premies bij een minimaal eigen risico en een maximaal eigen risico. Uit de resultaten blijkt dat Anderzorg al vier jaar de goedkoopste zorgverzekeraar van Nederland is, gevolgd door CZdirect en ZEKUR. Hierbij is uitgegaan van een maximaal eigen risico.

Verzekerden die kiezen voor een minimaal eigen risico zijn het goedkoopst uit bij ZEKUR, een merk van Univé. ZEKUR biedt in deze categorie al vier jaar lang de laagste premie. "We gaan ons uiterste best doen om de premie ook dit jaar weer zo laag mogelijk te houden voor onze klanten" meldt een woordvoerder van Univé. De zorgverzekering van Bewuzt is een goede tweede en deelde deze plek dit jaar met de Zorg Select Polis van Univé.  

Naturapolissen zijn over het algemeen goedkoper dan restitutiepolissen. Omdat veel mensen waarde hechten aan vrije zorgkeuze, heeft Zorgverzekering ook onderzocht welke zorgverzekeraar de goedkoopste restitutiepolis aanbiedt. Afgelopen jaar was dit Kiemer, met een premie van €68,95 bij een maximaal eigen risico. In 2014 stond PNO Zorg op nummer één, in 2013 was dit Ditzo en in 2012 Energiek. Wanneer gekeken wordt naar de goedkoopste restitutiepolis bij een minimaal eigen risico, is Ditzo over het algemeen het goedkoopst. 

dinsdag 22 september 2015

MKB-top: werk maken van miljarden extra krediet voor ondernemers

Nu de economie flink aantrekt, maken ondernemers plannen om uit te breiden, te investeren en te groeien. Om deze groei te ondersteunen, maakt het kabinet met aanvullende maatregelen naar verwachting komende jaren enkele miljarden euro’s aan extra kredietverlening voor het mkb mogelijk. Daarnaast lanceert het kabinet samen met VNO-NCW, MKB-Nederland en de Nederlandse Vereniging van Banken een toegangspoort tot financiering via de ‘Nationale Financieringswijzer' voor ondernemers. Met deze app wordt ondernemers wegwijs gemaakt naar de meest geschikte financieringsvorm voor hun investeringsplannen. Dit schrijft minister Kamp in een brief aan de Kamer in aanloop naar de MKB-top in Den Haag.

Minister Kamp: 'Zeker nu de economische groei doorzet, is het voor ondernemers van cruciaal belang dat zij hun groeiplannen kunnen financieren. Dankzij gezamenlijke inspanningen van mkb’ers, financiële instellingen en het kabinet is het kredietaanbod voor mkb’ers in afgelopen jaren reeds verruimd met meer dan €10 miljard.' De bewindspersoon vervolgt: “Vier op de tien kleine ondernemers zien nog onvoldoende mogelijkheden om financiering aan te trekken. Steun is in komende jaren onverminderd nodig om ervoor te zorgen dat ondernemers hun groeiplannen kunnen financieren. Daarom willen wij deze kabinetsperiode met aanvullende maatregelen €2,5 miljard aan extra financiering mogelijk maken. Zo stellen we gezamenlijk bedrijven in staat om te investeren en een bijdrage te leveren aan hogere economische groei.”

Mede door de inzet van EZ is het aanbod van financiering voor ondernemers de afgelopen jaren vergroot en verbreed, bijvoorbeeld met nieuwe financieringsvormen als Qredits, kredietunies en crowdfunding. Van alle ondernemers, geeft 60% desalniettemin aan nog onvoldoende financieringsalternatieven náást de huisbank te zien. Om bedrijven beter op weg te helpen, maakt EZ in samenwerking met de NVB, MKB Nederland, VNO-NCW, de KvK en RVO en andere partners alle mogelijke bronnen voor financiering, zowel publiek als privaat, inzichtelijk. Dit is mogelijk dankzij de app en website 'De Nationale Financieringswijzer'. Door middel van deze app en website kunnen ondernemers advies aanvragen en tientallen financieringsbronnen raadplegen. Door een aantal vragen over hun bedrijf en plannen te beantwoorden, kunnen ondernemers snel zien welk soort financiering voor hen het meest geschikt is.

Dankzij maatregelen van de overheid is er vanaf 2009 meer dan 10 miljard euro aan extra krediet voor mkb-bedrijven mogelijk gemaakt. Krediet dat anders niet of niet voldoende tot stand zou zijn gekomen. Om de kredietverlening aan het mkb ook in komende jaren te verbeteren, staat het kabinet voor 1 miljard euro extra garant en trekt 155 miljoen euro uit voor concrete maatregelen. Met deze aanvullende maatregelen wil EZ komend jaar enkele miljarden euro’s aan extra kredietverlening realiseren. Daarnaast ondersteunt EZ de oprichting van de eerste fondsen van de Nederlandse Investeringsinstelling (NLII), waardoor via investeringen door pensioenfondsen en verzekeraars de komende drie jaar twee miljard euro aan extra kredietverlening mogelijk wordt gemaakt. Tijdens de Financieringstop reikt de NLII het eerste krediet uit aan een mkb-bedrijf.

Naast kredietverlening stimuleert het kabinet mkb-bedrijven om sneller door te groeien door middel van directe investeringen door ervaren investeerders. In samenwerking met de Europese Investeringsbank lanceert EZ vandaag een co-investeringsfonds. Samen met ervaren investeerders, zogenaamde business angels, zal hiermee €90 miljoen in veelbelovende bedrijven worden gestoken. Als deze ervaren investeerders besluiten om in een bedrijf te investeren dan kan dit bedrag via publieke middelen worden aangevuld tot maximaal 50% van de totale financiering. EZ investeert €30 miljoen in het fonds en het Europees Investeringsfonds legt €15 miljoen in. Naast een financiële impuls leveren de ervaren investeerders kennis en kunde aan jonge mkb’ers om producten en diensten door te ontwikkelen tot commerciële successen.

Creditcardgegevens voortaan in de ABN AMRO Mobiel Bankieren app

Om klanten nog vollediger via de Mobiel Bankieren app van ABN te bedienen zijn voortaan ook creditcardgegevens beschikbaar. Zowel creditcard uitgaven als de betaallimiet zijn opvraagbaar met de iOS-versie van de app. Over twee weken volgt Android.

De app wordt meer dan meer dan 55 miljoen keer per maand door klanten gebruikt. Uit het meest recente vergelijkende onderzoek van mobiel bankieren apps* bleek dat de Mobiel Bankieren app van ABN AMRO de meest uitgebreide app van Nederland is.

maandag 21 september 2015

Schikking met IJsland, dossier Icesave afgerond

Met een schikking van ruim €48 miljoen ronden Nederland en IJsland het dossier Icesave na zeven jaar definitief af. Daarnaast krijgt Nederland nog ongeveer €12 miljoen die op een rekening in IJsland waren geblokkeerd. Vorig jaar was de totale hoofdsom van de voorgeschoten bedragen (€1428 miljoen) al terug.

Nederland claimde in een rechtszaak nog rente en kosten bij het deposito garantiestelsel (DGS) van IJsland. Dat betrof kosten van de overheid voor het voorschieten van Nederlandse spaarders tot het bedrag waarvoor het IJslandse DSG aansprakelijk was (€20.000). Daardoor hoefden die spaarders niet op hun tegoed te wachten tot het faillissement van Icesave was afgewikkeld. Intussen is €61 miljoen bijgeschreven bij De Nederlandsche Bank (DNB), waarop nog juridische en proceskosten in mindering worden gebracht die vanaf 2011 zijn gemaakt.

Door de schikking tussen beide partijen laat Nederland de claim op het IJslandse DGS vallen. Die claim hoeft nu niet meer te worden getoetst door de rechter. Niet alleen is het daardoor nu zeker dat Nederland een significant bedrag ontvangt, ook is een jaren durende rechtszaak nu voorkomen en kan het dossier Icesave definitief worden afgerond.

Wat is bijzonder beheer?

Uit een recent AFM onderzoek is gebleken dat de primaire processen bij banken op het vlak van bijzonder beheer goed op orde zijn, maar dat de communicatie met klanten in een dergelijke intensieve periode kan worden verbeterd.

In de handreiking wordt in 10 punten in de kern beschreven wat en ondernemer van zijn of haar bank mag verwachten. Hiermee willen banken de verwachtingskloof tussen bank en ondernemer over het doel en de werkwijze van bijzonder beheer verder verkleinen.

Volgens NVB-voorzitter Chris Buijink is het van belang dat banken hun afwegingen goed uitleggen en klanten meenemen in de werkwijze van bijzonder beheer. ‘De handreiking bijzonder beheer vormt daarvoor een goede basis. Iedere bank zal vervolgens zelf laten zien hoe zij invulling geven aan de 10 punten, aldus Buijink.

Banken zijn zich bewust van de impact die bijzonder beheer kan hebben op een ondernemer. Het gaat om een ingrijpend traject waarbij emoties vaak een rol spelen. Duidelijke en transparante communicatie is dan essentieel. Ook is het in die situatie belangrijk dat ondernemers zich vrij voelen om een klacht in te dienen en dat de klachtenprocedures laagdrempelig zijn. Daarom zal een onafhankelijke partij de klachtenprocedures van de verschillende banken gaan bekijken en waar nodig komen met suggesties voor verbetering.

Meer aandacht nodig voor betalingsachterstanden van hypotheekklanten

Aanbieders van hypotheken kunnen hun klanten nog beter helpen als ze in de problemen komen met betalen. Dit blijkt uit een onderzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) naar de dienstverlening van hypotheekaanbieders bij betalingsproblemen met hypotheken.

Uit de BKR-hypotheekbarometer van april 2015 blijkt dat 112.000 Nederlandse huishoudens problemen hebben met het tijdig betalen van de maandelijkse hypotheeklasten. En het aantal huishoudens met financiële problemen groeit nog altijd. Ook heeft een groot aantal huishoudens een restschuldrisico doordat de hypotheek hoger is dan de waarde van de woning. Deze problemen hebben veel impact op het dagelijkse leven en welzijn van mensen. De AFM vindt het belangrijk dat mensen die in financiële problemen zitten grip krijgen op hun situatie. Inzicht is de eerste stap op weg naar een oplossing. De AFM onderzocht hoe hypotheekaanbieders hun klanten helpen een betalingsachterstand te voorkomen en welke oplossingen zij bieden.

De AFM onderzocht 72 klantdossiers van klanten met een betalingsachterstand van langer dan drie maanden. Dossiers van klanten met een kortere betalingsachterstand zijn niet beoordeeld. Uit de onderzochte dossiers blijkt dat hypotheekaanbieders in veel gevallen onvoldoende of pas laat inzicht hebben in de oorzaak van een betalingsachterstand en de financiële situatie van de klant. Zonder dit inzicht is het moeilijk de juiste diagnose te stellen en de klant een passende oplossing aan te bieden. Aanbieders zijn primair gericht op het incasseren van de betalingsachterstand en minder op het zoeken naar een duurzame oplossing. Voor klanten zorgt een beter inzicht ook voor meer grip op de financiële situatie.

Wat kunnen aanbieders dan nog beter doen? Allereerst helpt een goede analyse van mogelijke betalingsrisico’s. Aanbieders en klanten kunnen op basis daarvan het gesprek aangaan en naar oplossingen zoeken. Enkele hypotheekaanbieders blijken de risico’s goed in beeld te hebben en ondernemen proactief actie richting hun klanten, een goed voorbeeld voor de andere aanbieders.

De AFM oordeelt positief over de communicatie van een deel van de hypotheekaanbieders, die duidelijk, minder juridisch en niet dreigend van toon is. Over het algemeen kan de schriftelijke communicatie naar klanten echter nog beter. Het is positief dat sommige hypotheekaanbieders de klant ondersteuning en informatie aanreiken om de problemen op te lossen.

Het kwalitatieve onderzoek is uitgevoerd bij twaalf hypotheekaanbieders die gezamenlijk circa 80% marktaandeel hebben. De AFM heeft per hypotheekaanbieder zes klantdossiers onderzocht. Dit aantal geeft een goede indicatie van de opzet en werking van de dienstverlening omdat die vaak gestandaardiseerde werkwijzen kent. De zes klantdossiers zijn vervolgens op vier deelaspecten beoordeeld: inzicht, communicatie, kosten en oplossingen. Ook heeft de AFM een aantal beleidsdocumenten en procesbeschrijvingen beoordeeld. Het merendeel van de onderzochte hypotheekaanbieders geeft aan zich in belangrijke mate te herkennen in de uitkomsten van het onderzoek.

De AFM heeft de betreffende hypotheekaanbieders verzocht maatregelen te nemen om de dienstverlening verder te verbeteren en monitort de voortgang. Doel van het rapport is aanbieders van hypotheken inzicht te geven in de uitkomsten van het onderzoek en hen waar nodig tot verbetering van de dienstverlening aan te zetten.

Veranderingen in het persoonlijke leven of een teruglopend besteedbaar inkomen kunnen er voor zorgen dat mensen betalingsachterstanden oplopen. De AFM vindt dat aanbieders van hypotheken en klanten samen moeten werken om grip te krijgen op de financiële problemen. De consument moet daarbij kunnen vertrouwen op professionele ondersteuning van zijn hypotheekaanbieder. Uiteraard heeft de klant ook een eigen verantwoordelijkheid om betalingsachterstanden te voorkomen en actief mee te werken aan een oplossing bij een betalingsprobleem.

vrijdag 18 september 2015

Besparen vraagt om een goed plan

Bezuinigen. Makkelijker gezegd dan gedaan. Besparen op de uitgaven zet pas echt zoden aan de dijk als er een plan aan voorafgaat.

De komst van een kind, een inkomensterugval, een scheiding; het zijn gebeurtenissen met grote gevolgen. Ook financiële. Mensen beginnen vaak lukraak te bezuinigen als ze aan het eind van hun geld een stuk maand overhouden, stelt het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud). “Die tactiek is moeilijk vol te houden”, zegt Annemarie Koop van het Nibud.
Zonder plan

Een kwart van de Nederlanders kreeg de afgelopen drie jaar te maken met een inkomensterugval, meldt het Nibud. Oorzaken zijn bijvoorbeeld werkloosheid, arbeidsongeschiktheid of een baan met minder salaris. Dat kan zorgen voor 10 tot 30 procent minder inkomen. Volgens het Nibud is een meerderheid (60 procent) van de mensen hier niet goed op voorbereid. “Ze gaan besparen zonder plan”, zegt Koop. “Ze bezuinigen bijvoorbeeld op kleine uitgaven, zoals boodschappen.”

donderdag 17 september 2015

Incassade en Kredietbank Nederland onderzoeken uitstel van contact rond schuldproblemen

Deurwaarders- en incassobureau Incassade gaat samen met Kredietbank Nederland onderzoeken wat debiteuren belemmert om hulp te zoeken bij hun schuldproblemen.

De partijen willen nieuwe inzichten opdoen en debiteuren concrete handvatten bieden om eerder en vaker tot actie over te gaan. De resultaten en communicatiemiddelen die uit het onderzoek volgen, worden landelijk ter beschikking gesteld aan gemeenten en schuldhulpverleners. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de Rijksuniversiteit van Groningen (RUG).

Aanleiding voor het onderzoek is het feit dat de schuldenproblematiek in Nederland de laatste jaren groeit. Incassade en Kredietbank Nederland constateren dat debiteuren vaak pas laat contact opnemen met betrokken organisaties. Daardoor worden hun schulden alleen maar groter, bijvoorbeeld bij een kostbare gang naar de rechter.

“Praten over financiële problemen is vrijwel altijd het begin van de oplossing,” stelt Paul Otter, Algemeen Directeur van Incassade. Hij legt uit dat iemand die zijn schuldproblemen op tijd met anderen bespreekt, ook eerder openstaat voor hulp en sneller zelf tot actie overgaat. “Als we weten wat debiteuren blokkeert in hun contactopname, kunnen we ze daar ook beter in stimuleren,” aldus Otter.

De resultaten van het onderzoek komen ten goede aan iedereen die beroepsmatig contact heeft met debiteuren. Incassade en Kredietbank Nederland delen de nieuwe inzichten in de loop van 2016 tijdens speciale bijeenkomsten met onder meer gemeenten en schuldhulpverleners. Ook nieuwe communicatiemiddelen die naar aanleiding van het onderzoek worden ontwikkeld, komen voor de hele branche beschikbaar.

De samenwerkende partners krijgen subsidie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor hun onderzoek, omdat schuldenproblematiek een landelijke kwestie is. Het maatschappelijke belang van kennis over dit onderwerp is daarom groot.

Bezorgde burgers willen alternatief ABN

Maandag 14 september vroeg George van Houts, bekend van theatergroep ‘De Verleiders’ bij het TV-programma De Wereld Draait Door aandacht voor het burgerinitiatief ‘Onze Bank’.

Onze Bank vraagt de minister van Financiën om de geplande beursgang van ABN AMRO per direct uit te stellen. Deze beursgang kost de samenleving naar verwachting 20 miljard euro. De discussie over de overwegingen voor de beursgang, de voorwaarden en de alternatieven is echter nooit gevoerd.

De initiatiefnemers hebben een brief opgesteld met enkele vragen en een oproep tot een brede maatschappelijke discussie in het belang van de Nederlandse samenleving om te komen tot monetaire hervorming richting een stabiel, eerlijk en transparant systeem.

Geachte minister Dijsselbloem,
Bij deze roep ik u op de geplande beursgang van ABN AMRO per direct uit te stellen. Na het uitstel willen wij het volgende gerealiseerd zien:
Een voor elke burger helder antwoord op de volgende vragen:

Waarom wil de Nederlandse staat een winstgevende1 ABN AMRO tegen zodanige condities verkopen dat wij, als Nederlandse bevolking, door de aankoop en reorganisatie van ABN AMRO blijven zitten met een significante toename van de Nederlandse staatsschuld? De beursgang van ABN AMRO zal naar verwachting circa € 20 miljard2 minder opbrengen dan wat de aankoop en de reorganisatie van ABN AMRO hebben gekost.

Waarom stelt de Nederlandse staat zich bij het kopen van de bank op als investeringspartij, maar handelt zij bij het verkopen niet als zodanig? In het belang van haar aandeelhouders3 doet een investeringspartij er normaliter alles aan om de gedane investering terug te krijgen plus een risico-opslag.

Waarom zijn de alternatieven voor een beursgang niet beter onderzocht?

Een brede maatschappelijke discussie met als doel een fundamentele oplossing te vinden in het belang van de Nederlandse samenleving. Zo'n discussie is nodig om:

te voorkomen dat het huidige bancaire sector de gehele Nederlandse samenleving destabiliseert.

te voorkomen dat de bancaire sector, op dezelfde manier4 als in het verleden, een beroep doet op de Nederlandse Staat / bevolking als ze door eigen beleid in zwaar weer komt.

Op democratische wijze te komen tot monetaire hervorming richting een stabiel, eerlijk en transparant systeem. Bijvoorbeeld zoals voorgesteld in het  HYPERLINK "https://burgerinitiatiefonsgeld.nu/)." \h Burgerinitiatief Ons Geld.

Hartelijke groet,

Naam ondertekenaar


woensdag 16 september 2015

Zorgpremie 2016 waarschijnlijk lager dan richtlijn Prinsjesdag

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verwacht dat de zorgpremie dit jaar 84 euro hoger zal zijn dan vorig jaar. De afgelopen jaren is echter gebleken dat de definitieve zorgpremies flink kunnen afwijken van de richtlijn van het ministerie, meldt Zorgverzekering.net.

Volgens het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zal de premie voor de zorgverzekering dit jaar met 84 euro stijgen ten opzichte van vorig jaar, dit komt neer op een stijging van 7 euro per maand. Deze premie, die elk jaar op Prinsjesdag bekend wordt gemaakt, is slechts een richtlijn voor zorgverzekeraars. De zorgverzekeraars bepalen zelf de definitieve premie voor de zorgverzekering.

De afgelopen jaren bleek dat de definitieve zorgpremie lager was dan de richtlijn die op Prinsjesdag bekend werd gemaakt. Zo verwachtte het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vorig jaar dat de premie met 113 euro zou stijgen. Doordat de zorgverzekeraars in 2014 winst hadden gemaakt, was het voor veel zorgverzekeraars mogelijk de stijging te beperken of de premie zelfs gelijk te houden. Hierdoor steeg de gemiddelde premie slechts met 64 euro per jaar. Ook op Prinsjesdag 2013 bleek het ministerie er flink naast te zitten, in 2014 was de richtlijn namelijk maar liefst 128 euro hoger dan de uiteindelijke gemiddelde premie.

Zorgverzekering.net verwacht dat ook dit jaar de gemiddelde premie zal afwijken van de inschatting van het kabinet. "Als gekeken wordt naar de afgelopen jaren, is het waarschijnlijk dat ook dit jaar de gemiddelde premie lager zal zijn dan de richtlijn van het ministerie. Zorgverzekeraars hebben er belang bij een zo laag mogelijke premie aan te bieden om hun concurrentiepositie te kunnen behouden" aldus Zorgverzekering.net.

Maatregelen tegen belastinglek bij emigratie

Het kabinet wil een einde maken aan situaties waarin de schatkist belastinginkomsten misloopt bij emigratie van mensen met een aanmerkelijk belang, oftewel mensen met minstens 5 procent van de aandelen in een vennootschap. In het Belastingplan 2016 staan maatregelen om dit emigratielek te dichten. Als mensen met een aanmerkelijk belang emigreren, krijgen ze van de Belastingdienst een zogenoemde conserverende aanslag over de waardegroei van hun bezit in de periode dat zij in Nederland woonden. In de huidige situatie hoeft een emigrant deze aanslag alleen te voldoen als (nagenoeg) alle winstreserves in de vennootschap worden uitgekeerd of bij verkoop van de aandelen.

Zolang dit niet gebeurt, hoeft de aanslag niet te worden betaald. De conserverende aanslag wordt kwijtgescholden na 10 jaar verblijf in het buitenland. In het Belastingplan 2016 wordt de kwijtschelding geschrapt. De conserverende aanslag blijft voortaan voor onbepaalde tijd openstaan.

Daarnaast verdwijnt de bepaling dat emigranten met een aanmerkelijk belang de conserverende aanslag slechts hoeven te voldoen bij een winstuitkering van 90% of meer. Voortaan moet bij iedere winstuitkering naar rato belasting worden betaald. Dit voorkomt dat mensen met een aanmerkelijk belang na emigratie een aanzienlijk deel van de winst incasseren zonder dat de Nederlandse fiscus dit (volledig) in de heffing kan betrekken. Geëmigreerde aanmerkelijkbelanghouders betalen straks evenveel en op hetzelfde moment belasting als niet-geëmigreerde aanmerkelijkbelanghouders.

 De voorgenomen maatregelen gaan met terugwerkende kracht gelden vanaf de publicatie van het Belastingplan op Prinsjesdag 2015. Dit om te voorkomen dat mensen besluiten te emigreren voordat de maatregel in werking treedt, met belastingontwijking als doel. Aanmerkelijkbelanghouders die al in het buitenland wonen, kunnen aanspraak blijven maken op de oude regeling.

VEH: Lang niet iedereen voelt herstel woningmarkt

Vereniging Eigen Huis vraagt om een krachtige aanpak van het kabinet zodat iedereen het herstel op de woningmarkt gaat voelen. Ondanks positieve berichten merken grote groepen huishoudens hier nog weinig tot niets van.

Een record aantal van meer dan 100.000 huiseigenaren kampt met langdurige betalingsproblemen van hun hypotheek, bijvoorbeeld door werkloosheid. Veel mensen kunnen niet verhuizen door een restschuld, door starre toepassing van hypotheeknormen en door het beperkte aanbod van betaalbare koop- en huurwoningen.

Tienduizenden Groningers wachten al jarenlang op acties die de problemen aanpakken van aardbevingsschade, waardeverlies en het aardbevingsbestendig maken van hun woning.

Ook bij energiebesparing in de woning moeten mensen meer worden gestimuleerd om besparingsmaatregelen te nemen. Nu krijgen zij vooral te maken met almaar stijgende energiebelastingen en heffingen.

Ook nieuw is een functie genaamd Lenses, waarmee gebruikers selfies kunnen ‘versieren’.

Mobiel betalen gaat snel

Nederland heeft er flink de pas in: het aantal contactloze betalingen groeit in ons land het hardst van alle eurolanden. Afrekenen met de smartphone is de volgende stap. Winkeliers willen graag dat klanten betalen met pin of mobiel.

Het aantal contactloze betalingen groeit hard. Van alle eurolanden maakt Nederland de snelste spurt. Het aantal contactloze betalingen in Nederland groeide volgens Mastercard in het 2e kwartaal met 75 procent ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Vergeleken met een jaar eerder is er zelfs sprake van een vertienvoudiging.
.
Met een op de vijf bankpassen in Europa kan contactloos worden betaald. In Nederland geldt dit voor bijna de helft van de passen. ING-klanten met een Android-smartphone (versie 4.4 KitKat of hoger) met NFC-chip kunnen straks ook met hun mobieltje betalen. “Als ze al gebruikmaken van de Mobiel Bankieren App kunnen ze later deze zomer direct mobiel afrekenen door de nieuwe ING Mobiel Betalen-app te downloaden en deze te activeren met hun mobiele pincode”, zegt Laurens Schretlen, manager Cards & Mobile Payments van ING. Er is eerst een uitgebreide test gedaan onder medewerkers van ING.

dinsdag 15 september 2015

ING Bep duidt Prinsjesdag

Dit jaar wordt de miljoenennota op Prinsjesdag geduid door Bep. Via WhatsApp informeert ze Nederlanders over het effect van de nieuwe rijksbegroting op hun portemonnee. Daarmee zorgt Bep ervoor dat iedereen slimmere financiële keuzes kan maken.

Bep wil Nederlanders helpen om meer te begrijpen van de komende miljoenennota. Om te bewijzen dat de rijksbegroting ook wel wat gemakkelijker kan worden uitgelegd, is ze mobiel bereikbaar tijdens Prinsjesdag. Met haar smartphone in de hand en zicht op alle nieuwe kabinetsplannen, is ze de Prinsjesdagduider bij uitstek. En waar Bep er zelf niet helemaal meer uitkomt, heeft ze nog een troef: haar zoon Mark zit met zijn ING-collega’s klaar met raad en daad.

Beps WhatsApp is de eerste campagne waarin ING samenwerkt met communicatiebureau SuperHeroes Amsterdam. Het is ook voor het eerst dat een Nederlandse bank WhatsApp als een persoonlijk campagnemiddel inzet. Met Bep aan hun zijde, hebben de twee partijen één van de vele Nederlanders gestrikt die best wel wat vragen heeft over de Miljoenennota. De leukste en nuttigste apps van Bep en haar vrienden zullen na Prinsjesdag via social media worden gedeeld.

KBC en CBC passen rente op Start2Save aan

Het ECB-beleid van de laatste jaren heeft ervoor gezorgd dat de rentevoeten in de eurozone op een historisch dieptepunt staan. Als gevolg daarvan zien KBC en CBC zich genoodzaakt de rente op Start2Save  en Start2Save4 aan te passen. De aanpassingen gaan in vanaf 16 september 2015. 
De basisrente blijft op 1%, de getrouwheidspremie daalt van 0.50 naar 0,30 procent.  De rente op de klassieke spaarrekening blijft ongewijzigd.  

Een spaarrekening is vooral geschikt als buffer om op korte termijn liquide middelen ter beschikking te hebben. Wie stelselmatig kapitaal wil opbouwen, voor zichzelf of voor zijn (klein)kinderen, doet dat met Start2Save of Start2Save4. Ondanks de rentedaling blijft het rendement op de Start2Save-spaarrekeningen nog steeds interessant mede dankzij de hogere basisrente. De basisrente verwerf je namelijk dag na dag, terwijl een getrouwheidspremie vereist dat je geld 12 maanden op rekening blijft staan. 

KBC en CBC bieden daarnaast ook een ruim gamma (beleggings-)alternatieven aan, zoals termijnrekeningen, spaar- en beleggingsverzekeringen, diverse beleggingsfondsen (eventueel met kapitaalbescherming of bodembewaking) en beleggingsplannen waarmee de klant stelselmatig kan beleggen. KBC en CBC geven hun klanten uiteraard graag professioneel advies bij het maken van een keuze.  

maandag 14 september 2015

45% Nederlanders verwacht daling salaris door maatregelen Prinsjesdag

45 procent van de Nederlandse bevolking verwacht dat de maatregelen die aangekondigd worden op Prinsjesdag een negatief effect hebben op hun netto salaris. Dit blijkt uit onderzoek van Raet, specialist in HR-cloudoplossingen en services, onder ruim 1.000 Nederlanders. De verwachtingen liggen per inkomensgroep anders. Zo zijn de modaalverdieners, met een bruto jaarsalaris van gemiddeld 32.000 euro, iets positiever. Daarvan verwacht 40 procent er op achteruit te gaan. Mensen die meer dan modaal verdienen zijn uitgesproken positief ten opzichte van de landelijke verwachting. Slechts 30 procent verwacht salaris in te moeten leveren. De mensen die minder dan modaal verdienen zijn negatiever dan het landelijk gemiddelde. 49 procent denkt dat de maatregelen een daling van hun netto salaris teweeg gaat brengen.

Vooralsnog lijken de volgende maatregelen het grootste effect te hebben op het netto salaris: het verlengen van de schijf, tariefaanpassing van inkomstenbelasting en kinderopvang. Raet heeft de consequenties van de maatregelen die aangekondigd worden op Prinsjesdag voor het netto salaris alvast doorgerekend. Mensen die minder dan modaal verdienen blijven nagenoeg hetzelfde netto salaris ontvangen, ze gaan er gemiddeld circa 0,98 procent op vooruit. Voor degenen die modaal verdienen betekenen de maatregelen een stijging van 1,80 procent van het netto salaris. De groep werknemers die boven modaal verdient gaat er 0,94 procent op vooruit. Alleen de groep met een bruto jaarsalaris van 72.000 - 84.000 euro gaan erop achteruit, gemiddeld met 3,01 procent.

Gedurende het hele jaar kunnen Nederlanders op de website van Raet uitrekenen wat zij netto overhouden van een bruto salaris. Dit is een zeer nauwkeurige berekening, waarbij ook verschil in cao's en persoonlijke omstandigheden worden meegenomen. Direct na de Troonrede verwerkt Raet de maatregelen, speciaal voor mensen die willen weten welk effect Prinsjesdag heeft op hun persoonlijke netto salaris. Aan het einde van de dag kunnen geïnteresseerden de berekening uitvoeren.

Draai aan de knoppen van de Nederlandse economie

DNB publiceert een applicatie waarmee iedereen simulaties kan maken voor de toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse economie. De simulaties geven inzicht in de gevolgen van zelfgekozen economische ontwikkelingen en beleidsmaatregelen. Het simulatieprogramma DELFI-tool is te vinden op de website van DNB en is bedoeld voor leerlingen, studenten, docenten, journalisten, en ieder ander die geïnteresseerd is in macro-economie.

Wat zijn de verwachte gevolgen voor de Nederlandse economie van een sterkere wereldhandelsgroei, een hogere olieprijs, loonmatiging, belastingverhogingen of een stijging van de huizenprijzen? De DELFI-tool maakt het voor iedereen mogelijk om op een vereenvoudigde manier dit soort berekeningen te maken. De gebruiker kan zelf een impuls (een positieve of negatieve schok) geven aan de economie, door de richting, omvang en timing van een of twee economische factoren te veranderen. Daarbij kan worden gekozen uit de volgende factoren: wereldhandelsgroei, olieprijs, lange rente, effectieve wisselkoers, overheidsbestedingen (balanced budget), loon- en inkomstenbelasting, arbeidsaanbodgroei, loonontwikkeling, pensioenpremie, aandelenkoers en huizenprijs. De DELFI-tool berekent vervolgens de verwachte macro-economische effecten in de eerste acht jaren na het begin van de impuls. De DELFI-tool zet de berekende simulatie af tegen het door DNB geformuleerde basispad, dat wil zeggen de macro-economische ontwikkeling die zich zou voordoen zonder de gekozen impulsen.

De DELFI-tool toont de toekomstige ontwikkeling van 16 belangrijke economische grootheden, zoals het bruto binnenlands product (bbp), de consumptie, de werkloosheid en het overheidssaldo. Dit is zichtbaar in grafieken en tabellen. Door deze simulatie te vergelijken met het eveneens getoonde basispad, krijgt de gebruiker een indicatie van de gevolgen van de gekozen impuls voor de Nederlandse economie. Onderliggend zijn de uitkomsten gebaseerd op (vereenvoudigde) berekeningen met DELFI, het macro-economische model van DNB.

Het voorbeeld hieronder laat de bbp-groei zien na een positieve schok in de wereldhandel (7% groei per jaar in plaats van 5% in het basispad). Het bbp-volume groeit dan harder dan in het basispad (1,5%). De groei loopt geleidelijk op tot ruim 2% in het vierde jaar en zakt daarna weer wat terug. Om de gebruiker te helpen deze resultaten te begrijpen, staat bij elke variabele die kan worden veranderd een gedetailleerde toelichting van de onderliggende economische mechanismen.