Wie niet achter het stuur zit en als inzittende betrokken raakt bij een ongeluk kan voortaan direct de schade regelen met de verzekeraar van het voertuig waarin hij of zij zit. De Algemene Ledenvergadering van het Verbond van Verzekeraars heeft ingestemd met deze aanpassing van Bedrijfsregeling 7 ‘Schuldloze Derde’. Dit betekent dat de schade voor inzittenden van motorvoertuigen veel vlotter en efficiënter kan worden afgehandeld, omdat je na een aanrijding meteen weet welke verzekeraar de (letsel)schade gaat behandelen.
De nieuwe regeling geldt voor alle schades vanaf 1 april 2017 en is bindend voor alle verzekeraars die lid zijn van het Verbond. Elk jaar lopen circa 65.000 verkeersdeelnemers letsel op. Ongeveer één op de vijf letselschadeslachtoffers in het verkeer is een in- of opzittende. De regeling heeft dus betrekking op mensen die geen schuld hebben aan een aanrijding. Aansprakelijkheid – wie reed wie nu precies aan? – hoeft voor de (letsel)schadeafhandeling van inzittenden niet meer te worden uitgezocht.
Voor bestuurders geldt de regeling niet. Wel loopt er nog een onderzoek naar de invoering van een directe verzekering. Dat houdt in dat de schade door verzekeraars wordt vergoed aan de eigen verzekerden als de bestuurder (letsel)schade heeft en een ander daarvoor aansprakelijk is. Maar hier gaat nog een lang en intensief traject aan vooraf. Bestuurders zijn vaak zelf aansprakelijk waardoor het voor hen veel moeilijker is om een passende regeling te maken.
Vanaf 1 januari kunnen levens- en inkomensverzekeraars een aangepast model Gezondheidsverklaring gebruiken dat is ontwikkeld in samenwerking met diverse patiëntenorganisaties en de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij ter bevordering der Geneeskunst (KNMG). De gemoderniseerde verklaring beoogt meer duidelijkheid te bieden over wat een consument bij het aanvragen van een overlijdens- of aov-verzekering wel en niet moet invullen. Ook vermeldt de verklaring expliciet dat onder de zogenoemde ‘vragengrens’ zowel preventief erfelijk onderzoek als preventieve behandelingen vanwege een erfelijke belasting niet hoeven te worden opgegeven. De toegang tot verzekeringen mag geen belemmering vormen voor dergelijke ingrepen, vinden verzekeraars en patiëntenorganisaties.
Wat verzekeraars bij acceptatie van een overlijdensrisico- of arbeidsongeschiktheidsverzekering tot een bepaald maximaal verzekerd bedrag mogen vragen, is grotendeels vastgelegd in de Wet op de Medische Keuringen. Deze verklaringen worden sinds 2003 gebruikt en zijn meerdere keren geëvalueerd. Toch was er aanleiding de vragenlijsten aan te passen omdat in de praktijk bleek dat consumenten soms vergeten belangrijke informatie in te vullen.
In de nieuwe verklaringen zijn enkele toetsvragen toegevoegd, waarmee verzekeraars gevallen van onbewuste verzwijging hopen terug te dringen. Ook is duidelijker gemaakt wat bedoeld wordt met
begrippen als aandoening, klacht of ziekte.
Tijdens de Algemene Ledenvergadering is ook het beleidsplan 2017 vastgesteld: ‘Een gezonde sector, betrokken bij de klant’. Het beleidsplan is gebaseerd op de twee pijlers (maatschappelijk en ondernemend) die het Verbond vorig jaar in zijn middellangetermijnvisie heeft gepresenteerd. In het beleidsplan worden accenten gelegd op prioriteits- en innovatieve dossiers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.