In memoriam André Szász (1932–2017)
Met het overlijden van André Szász is er een rasechte ‘centrale ¬bankier’ heengegaan, een overtuigd Europeaan en voorvechter van stabiliteit. Vanaf zijn start bij de Nederlandsche Bank was hij betrokken bij het internationale ¬monetaire overleg, sinds 1973 als directeur. Zijn loopbaan stond in het teken van de zoektocht naar een nieuw stabiel wisselkoersstelsel – na de ineenstorting van het Bretton Woods-stelsel van vaste wisselkoersen, ook in 1973. Stabiele wisselkoersen in Europa waren in zijn visie nodig vanwege de onderlinge afhankelijkheid. Maar dan wel zo vormgegeven dat landen gedwongen waren het eigen huis op orde te houden, dus een stelsel gebaseerd op discipline en wederzijdse verplichtingen. Want zonder verplichtingen geen stabiliteit.
Samen met Zijlstra – die Szász “mijn minister van Buitenlandse Zaken” noemde – werd hij tot de man van de ‘harde gulden’: de koppeling aan de Duitse mark als hoeksteen van het monetaire beleid. Duitsland fungeerde hierbij als ankerland. Toen dat anker een keer werd losgelaten door premier Lubbers, die uit was op een concurrentievoordeel, volgde een rentestijging. Szász droeg die Den Haag nog lang na – ‘de straf op de zonde’ – en schreef daar meerdere malen over in ESB (Szász, 1987).
Samen met Zijlstra – die Szász “mijn minister van Buitenlandse Zaken” noemde – werd hij tot de man van de ‘harde gulden’: de koppeling aan de Duitse mark als hoeksteen van het monetaire beleid. Duitsland fungeerde hierbij als ankerland. Toen dat anker een keer werd losgelaten door premier Lubbers, die uit was op een concurrentievoordeel, volgde een rentestijging. Szász droeg die Den Haag nog lang na – ‘de straf op de zonde’ – en schreef daar meerdere malen over in ESB (Szász, 1987).
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.