Vier personen, drie mannen en een vrouw, moesten zich gisteren voor de rechter verantwoorden voor het witwassen van grote geldbedragen. Ze worden ervan verdacht zich in de periode september 2015 tot juni 2016 schuldig te hebben gemaakt aan underground banking. Ze traden vooral op als geldkoerier en in korte tijd werd 8,5 tot 9 miljoen euro ontvangen en uitbetaald.
De officier van justitie eiste celstraffen tegen de vier.
De hoofdverdachte, een 49-jarige ambtenaar uit IJsselstein, werd als eerste benaderd met het verzoek geld op te halen, te tellen en te verpakken en weer af te leveren. Hij haalde het geld op straat op en vervoerde het in plastic tassen; soms ging het om 100.000 euro. De verdachte hield het thuis verborgen, achter de wasmachine of onder het bed, of op een speciale ruimte in zijn auto. Als het geld moest worden afgeleverd kreeg hij een bericht met een nummer dat overeenkwam met het nummer op een 5-eurobiljet dat de ontvanger liet zien. Alles gebeurde anoniem, er werd niets geadministreerd.
Over de ernst van het feit merkte de officier van justitie op dat witwassen over het algemeen niet ervaren wordt als ernstig. Het wordt niet gezien en niemand heeft er last van, maar er zit veel meer achter. Ondergronds bankieren is de steunpilaar van de zware criminaliteit. Criminelen, en ook terroristen, gebruiken underground banking om hun ondergrondse winsten of tegoeden beschikbaar te krijgen in de bovenwereld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.