ABN AMRO Bank, ING, Rabobank en Geldservice Nederland (GSN) zijn in gesprek over een plan om contant geld optimaal beschikbaar te houden. Deze gesprekken zijn opgezet in nauw overleg met De Nederlandsche Bank, waarbij goed wordt gekeken naar bewezen succesvolle initiatieven in Zweden en Finland die richtinggevend zijn.
Uitgangspunt is om contant geld toegankelijk, beschikbaar, veilig en betaalbaar te houden in tijden van afnemend gebruik van contant geld en toenemend geweld tegen geldautomaten.
De intentie is om het netwerk van geldautomaten te optimaliseren en het beheer van alle geldautomaten en de achterliggende processen aan GSN over te dragen. In de toekomstige situatie is het de bedoeling om de functionaliteiten te standaardiseren, waarbij veiligheid en het vergoten van het gebruiksgemak voor de eindgebruiker voorop staan.
Voor klanten verandert er voorlopig niets. De Nederlandsche Bank ondersteunt dit initiatief.
woensdag 31 mei 2017
DELA groeit in moeilijke markt
Coöperatie DELA realiseerde in 2016 een stevige groei in de krimpende markt van uitvaart- en levensverzekeringen. Net als in 2016 stegen de premie-inkomsten. Nu met bijna 9% naar 400 miljoen euro. Het aantal verzekerden liep op naar bijna 3,9 miljoen, ruim 100.000 meer dan in 2015.
Mede dankzij de inspanningen om de kosten structureel te verlagen, kwam het operationeel resultaat uit op 120 miljoen. De nettowinst van 137 miljoen was aanzienlijk meer dan in 2015 en was vooral te danken aan koersstijgingen op beleggingen. Directievoorzitter Edzo Doeve: “We zijn tevreden met deze resultaten vooral omdat het geen gemakkelijk jaar was.” Net als bij andere verzekeraars heeft de lage rente veel impact. DELA ziet de verplichtingen harder stijgen dan de beleggingen. Toch verbeterde de solvabiliteitsratio van DELA onder de nieuwe regelgeving van Solvency II.
De solvabiliteit was per ultimo 2016 239%. Dat DELA een hoge solvabilteitsratio weet vast te houden, komt omdat de systematiek rondom afkoop, winstdeling en extra premie bij extreem lage rentestanden is aangepast. “Deze aanpassingen zijn unaniem goedgekeurd door de Algemene Vergadering waarin onze leden het laatste woord hebben. Met deze aanpassingen benutten we de kracht en kwaliteit van de coöperatie optimaal,” aldus Edzo Doeve. “Belangrijk is dat we zo vaak mogelijk onze leden mee kunnen laten profiteren van de winst die de coöperatie maakt. Zo houden we de polissen waardevast. Maar als het iets minder goed gaat willen we ook een klein beetje extra premie kunnen vragen.”
De winstdeling over 2016 is 31 miljoen. Door dit bedrag bij te schrijven op de uitvaartpolissen hoeft DELA geen extra premie te vragen voor de inflatiekosten over de betaalde premies in het verleden. In vergelijking met voorgaande jaren mag de inflatie, die in 2016 iets minder dan 1% was, als laag worden bestempeld. De premie van het DELA UitvaartPlan stijgt dit jaar met 1,45% (iets minder dan 1% voor de inflatie en 0,48% vanwege de lage rentestand).
DELA verwacht voor de komende jaren in Nederland een bescheiden groei in premie en aantal verzekerden. Op lange termijn wordt groei lastiger. De markt voor de uitvaartdienstverlening zal door de veranderende bevolkingssamenstelling nog behoorlijk toenemen, maar de uitvaartverzekeringsmarkt in Nederland krimpt. Om als coöperatie te blijven groeien, kijkt DELA naar het domein ‘een waardige oude dag’. Edzo Doeve: “We zien de waardigheid van de oude dag in onze samenleving in het gedrang komen. Ouderen op hoge leeftijd wonen langer zelfstandig thuis. Een groot deel van hen ervaart beperkingen in het dagelijks handelen. Wij willen ze helpen zich thuis en veilig te voelen in de eigen leefomgeving.” Een van de diensten waar DELA aan werkt is een thuiszorgpolis.
Mede dankzij de inspanningen om de kosten structureel te verlagen, kwam het operationeel resultaat uit op 120 miljoen. De nettowinst van 137 miljoen was aanzienlijk meer dan in 2015 en was vooral te danken aan koersstijgingen op beleggingen. Directievoorzitter Edzo Doeve: “We zijn tevreden met deze resultaten vooral omdat het geen gemakkelijk jaar was.” Net als bij andere verzekeraars heeft de lage rente veel impact. DELA ziet de verplichtingen harder stijgen dan de beleggingen. Toch verbeterde de solvabiliteitsratio van DELA onder de nieuwe regelgeving van Solvency II.
De solvabiliteit was per ultimo 2016 239%. Dat DELA een hoge solvabilteitsratio weet vast te houden, komt omdat de systematiek rondom afkoop, winstdeling en extra premie bij extreem lage rentestanden is aangepast. “Deze aanpassingen zijn unaniem goedgekeurd door de Algemene Vergadering waarin onze leden het laatste woord hebben. Met deze aanpassingen benutten we de kracht en kwaliteit van de coöperatie optimaal,” aldus Edzo Doeve. “Belangrijk is dat we zo vaak mogelijk onze leden mee kunnen laten profiteren van de winst die de coöperatie maakt. Zo houden we de polissen waardevast. Maar als het iets minder goed gaat willen we ook een klein beetje extra premie kunnen vragen.”
De winstdeling over 2016 is 31 miljoen. Door dit bedrag bij te schrijven op de uitvaartpolissen hoeft DELA geen extra premie te vragen voor de inflatiekosten over de betaalde premies in het verleden. In vergelijking met voorgaande jaren mag de inflatie, die in 2016 iets minder dan 1% was, als laag worden bestempeld. De premie van het DELA UitvaartPlan stijgt dit jaar met 1,45% (iets minder dan 1% voor de inflatie en 0,48% vanwege de lage rentestand).
DELA verwacht voor de komende jaren in Nederland een bescheiden groei in premie en aantal verzekerden. Op lange termijn wordt groei lastiger. De markt voor de uitvaartdienstverlening zal door de veranderende bevolkingssamenstelling nog behoorlijk toenemen, maar de uitvaartverzekeringsmarkt in Nederland krimpt. Om als coöperatie te blijven groeien, kijkt DELA naar het domein ‘een waardige oude dag’. Edzo Doeve: “We zien de waardigheid van de oude dag in onze samenleving in het gedrang komen. Ouderen op hoge leeftijd wonen langer zelfstandig thuis. Een groot deel van hen ervaart beperkingen in het dagelijks handelen. Wij willen ze helpen zich thuis en veilig te voelen in de eigen leefomgeving.” Een van de diensten waar DELA aan werkt is een thuiszorgpolis.
ABN Amro tast in duister over staatsbelang
De leiding van ABN Amro heeft geen idee hoe snel de Nederlandse staat het belang in de bank wil afbouwen. Dat meldt De Telegraaf. 'Ik tast hierover net zo veel in het duister als u', stelde president-commissaris Olga Zoutendijk dinsdag op de jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering (AVA) van ABN Amro na een vraag van beleggersvereniging VEB hierover.
Nadat NLFI op november 2016 een tweede pakket aandelen van ABN Amro naar de beurs bracht, mocht de instelling 90 dagen geen nieuwe stukken van de hand doen. Deze periode verliep op 14 februari.
Nadat NLFI op november 2016 een tweede pakket aandelen van ABN Amro naar de beurs bracht, mocht de instelling 90 dagen geen nieuwe stukken van de hand doen. Deze periode verliep op 14 februari.
Prepaid creditcard vaak duur en klantonvriendelijk
Aan veel prepaid creditcards zitten zoveel kosten verbonden dat ze een wel erg duur alternatief zijn voor een gewone creditcard. Dat kaarthouders vaak ook (flink) moeten betalen als ze de kaart níet gebruiken, vindt de Consumentenbond ronduit klantonvriendelijk.
Een prepaid creditcard is een creditcard waar consumenten zelf geld op zetten. Daardoor geef je niet meer uit dan het beschikbare saldo. Een pluspunt dat in veel gevallen teniet wordt gedaan door de bijkomende kosten, zo blijkt uit onderzoek. Bij veel kaarten worden bijvoorbeeld kosten gerekend voor het níet gebruiken van de kaart. Consumenten met een Viabuy kaart bijvoorbeeld, betalen een ‘boete’ van € 9,95 per maand als ze de kaart 12 maanden niet hebben gebruikt. Ook GWK en Moneypass brengen kosten in rekening na een jaar inactiviteit. (resp. €3,50 en €1 per maand). Money2Go brengt zelfs al na 3 maanden €2,50 per maand in rekening.
Naast deze ‘boetes’ zijn er nog meer kosten waar consumenten rekening mee moeten houden. Zo kost het activeren van Viabuy Prepaid Mastercard maar liefst €89,70 (voor 3 jaar). Ook voor het opwaarderen van de kaarten moet in bijna alle gevallen betaald worden, variërend van nog geen euro tot maximaal €10. Geld van de kaart afhalen is in veel gevallen nog duurder; Moneypass, Money2Go en Viabuy rekenen daarvoor €10. Al deze kosten komen vaak bovenop de jaarlijkse bijdrage, die ongeveer even hoog is als die voor een standaard gewone creditcards: tussen de €10 en €30 per jaar.
Naast de bijkomende kosten hebben prepaid creditcards nog een nadeel: de kaart wordt vaak niet geaccepteerd als borg bij het huren van een auto of het reserveren van een hotelkamer. Ook bieden prepaid creditcards, met uitzondering van die van ICS, geen verzekering bij diefstal, verlies en beschadiging van aankopen. Eén van de grootste voordelen van betalen met een gewone creditcard.
Een prepaid creditcard is een creditcard waar consumenten zelf geld op zetten. Daardoor geef je niet meer uit dan het beschikbare saldo. Een pluspunt dat in veel gevallen teniet wordt gedaan door de bijkomende kosten, zo blijkt uit onderzoek. Bij veel kaarten worden bijvoorbeeld kosten gerekend voor het níet gebruiken van de kaart. Consumenten met een Viabuy kaart bijvoorbeeld, betalen een ‘boete’ van € 9,95 per maand als ze de kaart 12 maanden niet hebben gebruikt. Ook GWK en Moneypass brengen kosten in rekening na een jaar inactiviteit. (resp. €3,50 en €1 per maand). Money2Go brengt zelfs al na 3 maanden €2,50 per maand in rekening.
Naast deze ‘boetes’ zijn er nog meer kosten waar consumenten rekening mee moeten houden. Zo kost het activeren van Viabuy Prepaid Mastercard maar liefst €89,70 (voor 3 jaar). Ook voor het opwaarderen van de kaarten moet in bijna alle gevallen betaald worden, variërend van nog geen euro tot maximaal €10. Geld van de kaart afhalen is in veel gevallen nog duurder; Moneypass, Money2Go en Viabuy rekenen daarvoor €10. Al deze kosten komen vaak bovenop de jaarlijkse bijdrage, die ongeveer even hoog is als die voor een standaard gewone creditcards: tussen de €10 en €30 per jaar.
Naast de bijkomende kosten hebben prepaid creditcards nog een nadeel: de kaart wordt vaak niet geaccepteerd als borg bij het huren van een auto of het reserveren van een hotelkamer. Ook bieden prepaid creditcards, met uitzondering van die van ICS, geen verzekering bij diefstal, verlies en beschadiging van aankopen. Eén van de grootste voordelen van betalen met een gewone creditcard.
Consumenten willen in 2017 fors meer lenen voor verbouwingen
Nederlanders die in 2017 geld willen lenen voor het financieren van een verbouwing, vroegen gemiddeld 16.060 euro aan. Dit is 17,3 procent meer dan het gewenste leenbedrag in de eerste vier maanden van 2016. Dit blijkt uit onderzoek van Geldshop.nl, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, op basis van 21.688 leningaanvragen uit de eerste vier maanden van 2017 en 2016.
Het gemiddelde gewenste leenbedrag voor het financieren van een verbouwing was in de eerste vier maanden van 2016 13.694 euro. Dit bedrag is in dezelfde periode van dit jaar gestegen met 17 procent, naar 16.060 euro. Ook het aantal leningaanvragen voor een verbouwing is gestegen. Ten opzichte van 2016, is het aantal leningaanvragen ten behoeve van een verbouwing met 41 procent toegenomen.
Vergeleken met de eerste vier maanden van 2016, is het gemiddelde leenbedrag in 2017 in alle provincies gestegen. De grootste stijger op provinciaal niveau is Groningen. Groningers wilden gemiddeld ruim 48 procent meer lenen voor een verbouwing. Ook in Flevoland is het gemiddelde leenbedrag fors gestegen met ruim 45 procent. De minst sterke stijging is te zien in Zeeland. Zeeuwen vroegen in de eerste vier maanden van 2017 gemiddeld 6 procent meer aan wat betreft het leenbedrag voor een verbouwing.
Het gewenste leenbedrag is het sterkst gestegen onder veertigers. Onder de leeftijdsgroep 41 tot 50 jaar oud, ging het leenbedrag met 38 procent omhoog, naar 19.376 euro. Het hoogste leenbedrag werd gevraagd door senioren tussen 51 en 64 jaar. Zij wilden gemiddeld 19.431 euro lenen voor het financieren van een verbouwing.
Van alle groepen op basis van gezinssituatie, wilde alleen de groep alleenstaanden minder lenen dan vorig jaar. Waar alleenstaanden in de eerste vier maanden van 2016 nog 12.303 euro wilden lenen, vragen zij nu gemiddeld 11.278 euro. Een daling van 8 procent. Samenwonenden met kinderen wilden het meeste lenen, namelijk 21.152 euro. Ten opzichte van 2016 is dit een stijging van 34 procent. Dit is de sterkste stijging onder alle groepen op basis van gezinssituatie.
Het gemiddelde gewenste leenbedrag voor het financieren van een verbouwing was in de eerste vier maanden van 2016 13.694 euro. Dit bedrag is in dezelfde periode van dit jaar gestegen met 17 procent, naar 16.060 euro. Ook het aantal leningaanvragen voor een verbouwing is gestegen. Ten opzichte van 2016, is het aantal leningaanvragen ten behoeve van een verbouwing met 41 procent toegenomen.
Vergeleken met de eerste vier maanden van 2016, is het gemiddelde leenbedrag in 2017 in alle provincies gestegen. De grootste stijger op provinciaal niveau is Groningen. Groningers wilden gemiddeld ruim 48 procent meer lenen voor een verbouwing. Ook in Flevoland is het gemiddelde leenbedrag fors gestegen met ruim 45 procent. De minst sterke stijging is te zien in Zeeland. Zeeuwen vroegen in de eerste vier maanden van 2017 gemiddeld 6 procent meer aan wat betreft het leenbedrag voor een verbouwing.
Het gewenste leenbedrag is het sterkst gestegen onder veertigers. Onder de leeftijdsgroep 41 tot 50 jaar oud, ging het leenbedrag met 38 procent omhoog, naar 19.376 euro. Het hoogste leenbedrag werd gevraagd door senioren tussen 51 en 64 jaar. Zij wilden gemiddeld 19.431 euro lenen voor het financieren van een verbouwing.
Van alle groepen op basis van gezinssituatie, wilde alleen de groep alleenstaanden minder lenen dan vorig jaar. Waar alleenstaanden in de eerste vier maanden van 2016 nog 12.303 euro wilden lenen, vragen zij nu gemiddeld 11.278 euro. Een daling van 8 procent. Samenwonenden met kinderen wilden het meeste lenen, namelijk 21.152 euro. Ten opzichte van 2016 is dit een stijging van 34 procent. Dit is de sterkste stijging onder alle groepen op basis van gezinssituatie.
dinsdag 30 mei 2017
Oproep aan ABP te stoppen met beleggen in tabak
ABP, stop met beleggen in de tabaksindustrie! Onder dat motto start de Stichting Rookpreventie Jeugd op Wereld Niet Roken Dag (31 mei) een bijzondere campagne. Alle 85 bij ABP aangesloten organisaties worden opgeroepen het pensioenfonds duidelijk te maken dat zij moet stoppen met haar tabaksbeleggingen.
Anderhalf miljard euro. Zoveel geld belegde het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) vorig jaar in de tabaksindustrie. En daar zijn ze ook dit jaar mee doorgegaan. Geld van de pensioenen van ambtenaren, leraren, en medewerkers in de zorg die bij dit pensioenfonds zijn aangesloten. Geld met dodelijke gevolgen: elk jaar sterven zes miljoen mensen aan ziektes die gerelateerd worden aan roken. In Nederland zijn er dat ruim 20.000; de helft van hen haalt hierdoor zelfs zijn/haar pensioen niet.
De Stichting Rookpreventie Jeugd heeft er bij het ABP herhaaldelijk op aangedrongen te stoppen met beleggen in de tabaksindustrie maar kreeg steeds nul op het rekest. Daarom grijpt Rookpreventie Jeugd de 31-ste mei, Wereld Niet Roken Dag, aan om ABP nu eindelijk over de streep te trekken. Dat doet zij door een brief te sturen aan alle bij ABP aangesloten bonden, organisaties en verenigingen (in totaal 85, waarvan vijf koepelorganisaties), met de oproep bij het ABP te protesteren tegen de dodelijke beleggingen in de tabaksindustrie.
De oproep aan ABP komt gelijktijdig met een manifest van vier grote Amerikaanse investeringsmaatschappijen dat morgen 31 mei op Wereld Niet Roken Dag wordt gepubliceerd. Zij pleiten voor een wereldwijde actie tegen de tabaksepidemie en de daarmee hangende kosten en gevolgen. Zij vragen andere grote investeerders zich achter hen te scharen en hun aandelen in tabak weg te doen.
Onder de deelnemers van het ABP is veel ongenoegen over het beleggingsbeleid. Een grote groep deelnemers, zo blijkt uit eigen onderzoek van het ABP wil niet dat er belegd wordt in de tabakssector. Desondanks stelt ABP-bestuursvoorzitter Corien Wortmann “dat heel weinig mensen willen afzien van bepaalde beleggingen als hun dat pensioen scheelt”.
Stichting Rookpreventie Jeugd hoopt dat het ABP door deze campagne stopt met haar beleggingen in de tabaksindustrie. Eerder stopten belangrijke Nederlandse pensioenfondsen al met beleggingen in de tabaksindustrie: het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, het Pensioenfonds Medisch Specialisten, het Pensioenfonds voor Huisartsen en het Pensioenfonds voor Metaal en Elektra.
Anderhalf miljard euro. Zoveel geld belegde het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) vorig jaar in de tabaksindustrie. En daar zijn ze ook dit jaar mee doorgegaan. Geld van de pensioenen van ambtenaren, leraren, en medewerkers in de zorg die bij dit pensioenfonds zijn aangesloten. Geld met dodelijke gevolgen: elk jaar sterven zes miljoen mensen aan ziektes die gerelateerd worden aan roken. In Nederland zijn er dat ruim 20.000; de helft van hen haalt hierdoor zelfs zijn/haar pensioen niet.
De Stichting Rookpreventie Jeugd heeft er bij het ABP herhaaldelijk op aangedrongen te stoppen met beleggen in de tabaksindustrie maar kreeg steeds nul op het rekest. Daarom grijpt Rookpreventie Jeugd de 31-ste mei, Wereld Niet Roken Dag, aan om ABP nu eindelijk over de streep te trekken. Dat doet zij door een brief te sturen aan alle bij ABP aangesloten bonden, organisaties en verenigingen (in totaal 85, waarvan vijf koepelorganisaties), met de oproep bij het ABP te protesteren tegen de dodelijke beleggingen in de tabaksindustrie.
De oproep aan ABP komt gelijktijdig met een manifest van vier grote Amerikaanse investeringsmaatschappijen dat morgen 31 mei op Wereld Niet Roken Dag wordt gepubliceerd. Zij pleiten voor een wereldwijde actie tegen de tabaksepidemie en de daarmee hangende kosten en gevolgen. Zij vragen andere grote investeerders zich achter hen te scharen en hun aandelen in tabak weg te doen.
Onder de deelnemers van het ABP is veel ongenoegen over het beleggingsbeleid. Een grote groep deelnemers, zo blijkt uit eigen onderzoek van het ABP wil niet dat er belegd wordt in de tabakssector. Desondanks stelt ABP-bestuursvoorzitter Corien Wortmann “dat heel weinig mensen willen afzien van bepaalde beleggingen als hun dat pensioen scheelt”.
Stichting Rookpreventie Jeugd hoopt dat het ABP door deze campagne stopt met haar beleggingen in de tabaksindustrie. Eerder stopten belangrijke Nederlandse pensioenfondsen al met beleggingen in de tabaksindustrie: het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, het Pensioenfonds Medisch Specialisten, het Pensioenfonds voor Huisartsen en het Pensioenfonds voor Metaal en Elektra.
Terug Voortgang activering nazorg beleggingsverzekeringen
Eind 2016 moesten alle klanten met een hypotheek- of pensioengebonden beleggingsverzekering door verzekeraars zijn geactiveerd. Onder het 'activeren' van klanten wordt verstaan het aanzetten tot en ondersteunen van klanten zodat die inzicht krijgen in de financiële situatie van hun polis, overzicht krijgen van hun verbetermogelijkheden en, indien gewenst, stappen ondernemen om hun situatie te verbeteren.
De AFM is bezig met een uitgebreide eindcontrole naar het activeren van klanten met een hypotheek- of pensioengebonden beleggingsverzekering. De AFM verwacht hierover medio 2017 te rapporteren aan de verzekeraars. Dat betreft dan de eindresultaten per eind 2016. Na het afronden van de controle door de AFM, zal het Verbond van Verzekeraars een totaaloverzicht van de eindresultaten op hun website publiceren. Verzekeraars zullen dan ook de eigen resultaten op hun website plaatsen.
De controle door de AFM van de resultaten van het eerste en tweede kwartaal van 2017 voor de categorie 'overige beleggingsverzekeringen' volgt hierna. Voor deze categorie geldt dat verzekeraars tot eind 2017 de tijd hebben om klanten te activeren. Als deze controle door de AFM is afgerond, zal het Verbond van Verzekeraars een totaaloverzicht op hun website publiceren van de voortgang die verzekeraars boeken met het activeren van klanten met een overige beleggingsverzekering. De individuele verzekeraars publiceren dan ook over de voortgang op hun eigen website.
Oplossing voor geschillen bij dubbele belasting
In de Ecofinraad van 23 mei 2017 zijn de lidstaten het eens geworden over een richtlijn voor het oplossen van grensoverschrijdende fiscale geschillen. Vanaf 1 juli kunnen burgers en bedrijven terecht bij een Europese arbitragecommissie wanneer zij voor hetzelfde inkomen of kapitaal worden belast in verschillende lidstaten.
Volgens staatssecretaris Wiebes van Financiën is dit een belangrijke stap voor Nederland: "Landen in de EU hebben niet alleen de plicht om belastingontwijking tegen te gaan, maar ook om dubbele belastingheffing te voorkomen. Nederland heeft zich jarenlang ingezet voor betere geschilbeslechting bij dubbele belastingheffing. Dat hebben we vandaag eindelijk binnengehaald."
Deze richtlijn biedt belastingplichtigen de zekerheid dat het fiscale geschil, mochten de lidstaten er na 3 jaar niet zijn uitgekomen, wordt voorgelegd aan een arbitragecomité waar onafhankelijke experts een uitspraak doen over de kwestie. Op deze manier heeft de belastingplichtige zekerheid op een uitkomst binnen een bepaalde periode.
maandag 29 mei 2017
Groei beleggingsinstellingen door koerswinsten op aandelen
Het beheerd vermogen van Nederlandse beleggingsinstellingen steeg in het eerste kwartaal met 12 miljard (1,4%) tot 839 miljard euro. Dit was vooral een gevolg van koerswinsten op aandelen. De hieruit voortvloeiende vermogensstijging werd nog afgezwakt doordat investeerders 7,8 miljard uit de beleggingsfondsen terugtrokken.
Het totale vermogen van Nederlandse beleggingsinstellingen is in het eerste kwartaal van 2017 met 11,6 miljard (ofwel 1,4%) gegroeid. Daarmee werd een nieuwe recordomvang van het beheerd vermogen van beleggingsfondsen bereikt van 839 miljard. De toename trad vooral op bij de aandelenfondsen; zij stegen met 10,8 miljard (3,7%) tot 306 miljard.
Verder groeide de categorie overige fondsen, met daarin onder andere hypotheek-, hedge- en grondstoffondsen, met EUR 4,0 miljard (2,6 procent) tot 159 miljard. Obligatiefondsen krompen daarentegen met EUR 3,8 miljard (-1,5%) tot 261 miljard.
De toename was vooral het gevolg van koerswinsten op aandelen van 5 procent, wat in lijn was met de wereldwijde koersstijging op aandelenbeurzen. Beursgenoteerde aandelen vormen de grootste beleggingscategorie van beleggingsinstellingen. De aandelenkoersstijging leidde tot een groei van dit aandelenbezit met 16 miljard tot 330 miljard. Mede daardoor hebben de beleggingsinstellingen in totaal een kwartaalrendement van 2,3 procent behaald (inclusief beleggingsopbrengsten zoals dividend en rente). Het rendement op aandelenfondsen was het hoogst met 6,1 procent.
Verdeel je geld automatisch over je rekeningen
Boekhoudsoftware-ontwikkelaar Informer heeft een nieuwe bankfunctie ontwikkeld voor bunq gebruikers met een online boekhouding in InformerOnline. Vanaf nu kunnen ondernemers via een Bankreservering automatisch een vast bedrag of vast percentage van hun geld verdelen over hun zakelijke bunq rekeningen.
Ondernemers krijgen door de Bankreservering beter inzicht in hun daadwerkelijk te besteden geld. Remco Frühauf, CEO van Informer: “Denk bijvoorbeeld aan loonkosten of de inkomstenbelasting, je weet als ondernemer dat deze eraan gaan komen, maar verkijkt je soms op de bedragen. Je maakt nu als het ware een apart potje en voorkomt dat je geld uitgeeft dat eigenlijk voor andere doeleinden bestemd is. Natuurlijk kan je ook een apart spaarpotje aanleggen voor een nieuwe PC of zakelijke auto.” Eerder lanceerde Informer al de BTW-rekening, waarmee ondernemers automatisch sparen voor hun BTW-aangifte. “De Bankreservering geeft ondernemers de mogelijkheid om op een simpele manier voor ieder doel te sparen. Ondernemers krijgen sneller en beter inzicht in hun financiën en boekhouding en daar blijft het Informer om te doen.”
Een Bankreservering aanmaken is makkelijk. Ondernemers klikken binnen InformerOnline op de Bankreservering en geven het bedrag of percentage, de termijn en doelrekeningen aan. InformerOnline maakt vervolgens iedere vastgestelde termijn automatisch een transactieverzoek, dat ondernemers zelf goedkeuren in de bunq-app.
Met de nieuwe functie voegen Informer en bunq opnieuw een functie aan hun partnerschap toe. “De open API van bunq maakt het mogelijk om binnen een beveiligd kader samen slimme functies te ontwikkelen, die ondernemers kunnen helpen met hun boekhouding en geldzaken”, aldus Michael IJspelder, CTO van Informer.
Ondernemers krijgen door de Bankreservering beter inzicht in hun daadwerkelijk te besteden geld. Remco Frühauf, CEO van Informer: “Denk bijvoorbeeld aan loonkosten of de inkomstenbelasting, je weet als ondernemer dat deze eraan gaan komen, maar verkijkt je soms op de bedragen. Je maakt nu als het ware een apart potje en voorkomt dat je geld uitgeeft dat eigenlijk voor andere doeleinden bestemd is. Natuurlijk kan je ook een apart spaarpotje aanleggen voor een nieuwe PC of zakelijke auto.” Eerder lanceerde Informer al de BTW-rekening, waarmee ondernemers automatisch sparen voor hun BTW-aangifte. “De Bankreservering geeft ondernemers de mogelijkheid om op een simpele manier voor ieder doel te sparen. Ondernemers krijgen sneller en beter inzicht in hun financiën en boekhouding en daar blijft het Informer om te doen.”
Een Bankreservering aanmaken is makkelijk. Ondernemers klikken binnen InformerOnline op de Bankreservering en geven het bedrag of percentage, de termijn en doelrekeningen aan. InformerOnline maakt vervolgens iedere vastgestelde termijn automatisch een transactieverzoek, dat ondernemers zelf goedkeuren in de bunq-app.
Met de nieuwe functie voegen Informer en bunq opnieuw een functie aan hun partnerschap toe. “De open API van bunq maakt het mogelijk om binnen een beveiligd kader samen slimme functies te ontwikkelen, die ondernemers kunnen helpen met hun boekhouding en geldzaken”, aldus Michael IJspelder, CTO van Informer.
vrijdag 26 mei 2017
Nederlanders liever meer tijd dan meer geld
21 procent van de Nederlandse bevolking heeft liever meer tijd dan meer geld. 9 procent is het hier volledig mee oneens. Er is geen verschil tussen mannen en vrouwen. Met uitzondering van de 15-19 jarigen, hebben alle leeftijdsgroepen t/m 60-plussers liever meer tijd dan meer geld. Bij de 15-19 jarigen is het aandeel eens/oneens even groot (14 procent eens versus 15 procent oneens). Dit blijkt uit een internationaal GfK onderzoek.
In China (41 procent), Brazilië (37%) en Argentinië (32%) zijn er veel meer mensen die meer tijd belangrijker vinden dan meer geld.
Kijken we naar de voorkeur voor ervaringen versus bezittingen dan vindt 36 procent van de Nederlandse bevolking ervaringen belangrijker dan bezittingen. 3 procent is het hiermee oneens. Iets meer vrouwen (39 procent) dan mannen (33%) geven hun voorkeur voor ervaringen. Alle leeftijdsgroepen geven een overduidelijke voorkeur voor ervaringen boven bezittingen.
In Mexico (57 procent), Argentinië en de VS (beide 53%) zijn de hoogste percentages die voorkeur geven aan ervaringen boven bezittingen.
In China (41 procent), Brazilië (37%) en Argentinië (32%) zijn er veel meer mensen die meer tijd belangrijker vinden dan meer geld.
Kijken we naar de voorkeur voor ervaringen versus bezittingen dan vindt 36 procent van de Nederlandse bevolking ervaringen belangrijker dan bezittingen. 3 procent is het hiermee oneens. Iets meer vrouwen (39 procent) dan mannen (33%) geven hun voorkeur voor ervaringen. Alle leeftijdsgroepen geven een overduidelijke voorkeur voor ervaringen boven bezittingen.
In Mexico (57 procent), Argentinië en de VS (beide 53%) zijn de hoogste percentages die voorkeur geven aan ervaringen boven bezittingen.
Kamp: beleggingsbeleid verzekeraars verdient navolging
Minister Henk Kamp (Economische Zaken) heeft in de Tweede Kamer pensioenfondsen opgeroepen een voorbeeld te nemen aan Nederlandse verzekeraars, waar het gaat om het beleggen in Nederlandse beursgenoteerde bedrijven. Volgens Kamp beleggen pensioenfondsen circa 2 procent van hun beleggingen in deze categorie in eigen land, tegen 30 procent bij verzekeraars.
Een groter aandeel zou deze bedrijven minder kwetsbaar maken voor ongewenste overnames, aldus Kamp. Zijn uitlatingen waren gebaseerd op branchegegevens van Pensioenfondsen en Verzekeraars die De Nederlandsche Bank (DNB) publiceert.
Volgens DNB belegden Nederlandse verzekeraars vorig jaar voor 3,4 miljard euro in Nederlandse beursgenoteerde bedrijven. Dat is 27 procent van de totale beleggingen in deze categorie (12,4 miljard). Bij niet-beursgenoteerde bedrijven is het relatieve aandeel groter: van de 3,5 miljard die verzekeraars hierin investeren zit 2,3 miljard in Nederlandse ondernemingen.
Van de in totaal 89,7 miljard euro die verzekeraars investeren in beleggingsinstellingen gaat 70,9 miljard naar Nederlandse beleggingsinstellingen. Tot slot houden verzekeraars ook deelnemingen aan: 7,6 miljard, waarvan 7,5 miljard in Nederland.
Het relatief grote aandeel aan beleggingen in Nederlandse bedrijven betekent overigens niet dat verzekeraars in hun beleggingsbeleid alle kaarten op het Nederlandse bedrijfsleven zetten. De risico’s zijn gespreid over meerdere beleggingscategorieën wereldwijd, zoals effecten, obligaties, derivaten, onroerend goed en deposito. In totaal hebben verzekeraars ruim 490 miljard euro uitstaan, waarvan bijna 270 miljard in Nederland.
Een groter aandeel zou deze bedrijven minder kwetsbaar maken voor ongewenste overnames, aldus Kamp. Zijn uitlatingen waren gebaseerd op branchegegevens van Pensioenfondsen en Verzekeraars die De Nederlandsche Bank (DNB) publiceert.
Volgens DNB belegden Nederlandse verzekeraars vorig jaar voor 3,4 miljard euro in Nederlandse beursgenoteerde bedrijven. Dat is 27 procent van de totale beleggingen in deze categorie (12,4 miljard). Bij niet-beursgenoteerde bedrijven is het relatieve aandeel groter: van de 3,5 miljard die verzekeraars hierin investeren zit 2,3 miljard in Nederlandse ondernemingen.
Van de in totaal 89,7 miljard euro die verzekeraars investeren in beleggingsinstellingen gaat 70,9 miljard naar Nederlandse beleggingsinstellingen. Tot slot houden verzekeraars ook deelnemingen aan: 7,6 miljard, waarvan 7,5 miljard in Nederland.
Het relatief grote aandeel aan beleggingen in Nederlandse bedrijven betekent overigens niet dat verzekeraars in hun beleggingsbeleid alle kaarten op het Nederlandse bedrijfsleven zetten. De risico’s zijn gespreid over meerdere beleggingscategorieën wereldwijd, zoals effecten, obligaties, derivaten, onroerend goed en deposito. In totaal hebben verzekeraars ruim 490 miljard euro uitstaan, waarvan bijna 270 miljard in Nederland.
woensdag 24 mei 2017
Crowdfundingplatform Geldvoorelkaar.nl start samenwerking met Stichting Crowdfundersbelangen
Geldvoorelkaar.nl, het grootste crowdfundingplatform van Nederland, start als eerste platform samenwerking met Stichting Crowdfundersbelangen. 'Wij waren op zoek naar verdere professionalisering van het risicobeheer en versterking van de positie van de investeerders' aldus Edwin Adams, directeur Geldvoorelkaar.nl. 'Daarnaast vinden wij het belangrijk dat een onafhankelijke, externe partij meekijkt met ons proces van het vestigen van zekerheden en ons daarin adviseert. Dit past bij de professionalisering van de crowdfunding branche zoals deze volgens ons zou moeten plaats vinden'.
Stichting Crowdfundersbelangen is een onafhankelijke, professionele partij met expertise op het gebied van toezicht en belangenbehartiging van investeerders. Zij gaat in nauwe samenwerking met de Stichting Zekerheden Geldvoorelkaar.nl het proces van het vestigen van zekerheden verder ontwikkelen met als doel de zekerheidspositie van de investeerders te versterken.
Geldvoorelkaar.nl is grondlegger en marktleider van crowdfunding voor het MKB en particulieren in Nederland. Haar doel is om een positief verschil te maken op het gebied van financiering voor het MKB én investeringen. Zij helpen ondernemers groeien. Onlangs heeft Geldvoorelkaar.nl als eerste in de branche de grens van € 100 miljoen euro aan crowdfunding gepasseerd. Dit is een belangrijke mijlpaal. De focus ligt op het bieden van maatwerkoplossingen aan MKB ondernemers, transparantie over rendement en het bieden van aantrekkelijke proposities aan de investeerders.
Stichting Crowdfundersbelangen is onafhankelijk toezichthouder op crowdfundingplatforms en ondernemingen en instellingen die door middel van crowdfunding zijn gefinancierd. De stichting behartigt de collectieve belangen van investeerders/crowdfunders. Stichting Crowdfundersbelangen is een initiatief van Stichting Obligatiehoudersbelangen. Deze in 2011 opgerichte stichting heeft een met Stichting Crowdfundersbelangen vergelijkbare rol: zij houdt toezicht op obligaties uitgevende instellingen en behartigt de collectieve belangen van de obligatiehouders. De stichting houdt inmiddels toezicht op meer dan 20 uitgevende instellingen die in totaal voor meer dan 40 miljoen euro aan obligaties hebben uitgegeven.
-----------------------------------------------------------------------------
Stichting Crowdfundersbelangen is een onafhankelijke, professionele partij met expertise op het gebied van toezicht en belangenbehartiging van investeerders. Zij gaat in nauwe samenwerking met de Stichting Zekerheden Geldvoorelkaar.nl het proces van het vestigen van zekerheden verder ontwikkelen met als doel de zekerheidspositie van de investeerders te versterken.
Geldvoorelkaar.nl is grondlegger en marktleider van crowdfunding voor het MKB en particulieren in Nederland. Haar doel is om een positief verschil te maken op het gebied van financiering voor het MKB én investeringen. Zij helpen ondernemers groeien. Onlangs heeft Geldvoorelkaar.nl als eerste in de branche de grens van € 100 miljoen euro aan crowdfunding gepasseerd. Dit is een belangrijke mijlpaal. De focus ligt op het bieden van maatwerkoplossingen aan MKB ondernemers, transparantie over rendement en het bieden van aantrekkelijke proposities aan de investeerders.
Stichting Crowdfundersbelangen is onafhankelijk toezichthouder op crowdfundingplatforms en ondernemingen en instellingen die door middel van crowdfunding zijn gefinancierd. De stichting behartigt de collectieve belangen van investeerders/crowdfunders. Stichting Crowdfundersbelangen is een initiatief van Stichting Obligatiehoudersbelangen. Deze in 2011 opgerichte stichting heeft een met Stichting Crowdfundersbelangen vergelijkbare rol: zij houdt toezicht op obligaties uitgevende instellingen en behartigt de collectieve belangen van de obligatiehouders. De stichting houdt inmiddels toezicht op meer dan 20 uitgevende instellingen die in totaal voor meer dan 40 miljoen euro aan obligaties hebben uitgegeven.
-----------------------------------------------------------------------------
AFM boete voor financieel dienstverlener Double RR Holding
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 30 december 2014 een boete opgelegd van €37.500 aan Double RR Holding B.V. (Double RR). Deze boete is op 26 januari 2017 onherroepelijk geworden en wordt daarom nu door de AFM gepubliceerd. Double RR heeft in de periode van 1 januari 2011 tot en met 23 oktober 2012 verschillende overtredingen begaan. De boete is opgelegd omdat Double RR geen beleid heeft gevoerd dat een integere uitoefening van het bedrijf waarborgt.
De AFM heeft 11 dossiers van Double RR onderzocht. Uit de dossiers bleek dat Double RR het liet gebeuren dat consumptief krediet werd verkocht door consumenten persoonlijk te bezoeken.Persoonlijke verkoop van kredieten aan huis is echter verboden. Ook werd duidelijk dat Double RR provisie in rekening bracht voor het afsluiten van een consumptief krediet bij haar klanten, terwijl de wet voorschrijft dat alleen een vergoeding in rekening mag worden gebracht bij de kredietverstrekker. Ten slotte heeft de AFM vastgesteld dat het bij Double RR schortte aan een goede bedrijfsvoering. Double RR beschikte bijvoorbeeld niet over procedures en maatregelen om een zorgvuldige dienstverlening aan haar klanten te waarborgen.
dinsdag 23 mei 2017
Aegon verkoopt grootste deel run-off businesses in de VS
Aegon verkoopt de twee grootste run-off businesses in de VS aan Wilton Re. Het gaat om activiteiten in afbouw, de zogenoemde payout annuities en de BOLI/COLI (Bank-Owned en Corporate-Owned Life Insurance) activiteiten. De verkoop is in lijn met de strategische doelstelling om het kapitaal voor activiteiten in afbouw te verminderen.
Volgens de overeenkomst herverzekeren dochterondernemingen van het levensverzekeringsbedrijf van Aegon in de VS (Transamerica) voor 14 miljard dollar aan verplichtingen aan bedrijven van Wilton Re Holding Inc. Door de transactie en de daarmee samenhangende management maatregelen wordt ongeveer 700 miljoen dollar (630 miljoen) aan kapitaal vrijgemaakt in 2017.
Volgens de overeenkomst herverzekeren dochterondernemingen van het levensverzekeringsbedrijf van Aegon in de VS (Transamerica) voor 14 miljard dollar aan verplichtingen aan bedrijven van Wilton Re Holding Inc. Door de transactie en de daarmee samenhangende management maatregelen wordt ongeveer 700 miljoen dollar (630 miljoen) aan kapitaal vrijgemaakt in 2017.
Weerbaarheid banken na crisis vergroot
De weerbaarheid van het Nederlandse bankwezen heeft in de afgelopen jaren een duidelijke verbetering te zien gegeven. Terugkijkend op de jaren na de financiële crisis zijn de kapitaalposities van de banken verbeterd, zijn de winstgevendheid, de kostenefficiëntie en het kapitaal genererend vermogen toegenomen, en zijn ook de perceptie en het vertrouwen van de markten in de sector sterk verbeterd.
Tegelijkertijd bevinden de Nederlandse pensioenfondsen zich nog steeds in een kwetsbare positie. Terwijl de vrees vorig jaar voor een nieuwe ronde van pensioenkortingen niet bewaarheid werd, blijkt uit de jongste evaluatie van herstelplannen dat de pensioensector voor verder herstel nog steeds vooral rekent op hoge rendementen. Twee van de 181 pensioenfondsen met een herstelplan verwachten op dit moment dat ze in 2017 van het kortingsinstrument gebruik moeten gaan maken, maar op basis van de bestaande wetgeving kan vanaf 2020 een aantal pensioenfondsen gedwongen zijn voor enkele miljoenen pensioenen kortingen aan te kondigen.
Deze en andere onderwerpen kwamen ter sprake tijdens een reguliere persbijeenkomst vandaag met de DNB-directeuren Toezicht Jan Sijbrand en Frank Elderson over de actuele ontwikkelingen in het toezicht.
Een belangrijke uitdaging voor het bankwezen vormt op dit moment vooral het behouden van de winstgevendheid in een omgeving van aanhoudend zeer lage renteniveaus. In de afgelopen jaren konden de effecten van de lage rente nog goed worden opgevangen door verbeteringen in de efficiëntie, lagere rentevergoedingen en een verschuiving naar kredietverlening aan het grotere midden- en kleinbedrijf. In de komende periode zal de aanpassing van de rentetarieven op de bestaande hypotheekportefeuilles aan de huidige lagere renteniveaus echter flink doorwerken op de rentemarge. Kansen worden daarentegen geboden door de ontwikkelingen in de ‘Fintech’-sfeer, terwijl ook de nieuwe betaalrichtlijn PSD2 mogelijkheden gaat bieden om het bedrijfsmodel bij te sturen.
Voor wat de evaluatie van herstelplannen van pensioenfondsen betreft, blijken de meeste pensioenfondsen te verwachten dat het benodigde herstel van de dekkingsgraden voor het grootste deel wordt gerealiseerd door middel van overrendementen. Dat zijn rendementen die hoger zijn dan wat noodzakelijk is voor het precies voldoen aan de eis dat de middelen voldoende zijn om aan de verplichtingen tegemoet te komen (100%). Mochten die rendementen net als in 2015 en 2016 niet worden gehaald, dan hangt 56 fondsen in 2020 en 2021 een pensioenkorting boven het hoofd.
maandag 22 mei 2017
Banken scherpen beleid rond trustkantoren aan
Nederlandse banken voeren sinds de publicatie van de Panama Papers in april vorig jaar een veel strenger beleid ten aanzien van trustkantoren en hun klanten. Daardoor wijken trustkantoren uit naar buitenlandse banken. Dit blijkt uit interne documenten van Holland Quaestor, de branchevereniging van de trustsector, die in handen zijn van Het Financieele Dagblad.
Uit de documenten komt naar voren dat de banken betalingen die over hun bankrekeningen lopen, veel kritischer zijn gaan volgen. De branchevereniging klaagde afgelopen maart dat banken steeds minder bankrekeningen voor brievenbusmaatschappijen willen openen en aanhouden. Bovendien zijn de kosten voor een bankrekening flink gestegen.
Uit de documenten komt naar voren dat de banken betalingen die over hun bankrekeningen lopen, veel kritischer zijn gaan volgen. De branchevereniging klaagde afgelopen maart dat banken steeds minder bankrekeningen voor brievenbusmaatschappijen willen openen en aanhouden. Bovendien zijn de kosten voor een bankrekening flink gestegen.
Sterk eerste kwartaal ABN Amro wordt niet beloond
Extreem lage voorzieningen voor kredietverliezen, stabiele rente-inkomsten, groei van leningenportefeuilles. Dankzij de goede economische omstandigheden zijn de resultaten van ABN Amro goed op orde. Daardoor kan het vrijwel alleen maar minder worden, zou je denken.
ABN Amro rapporteerde deze week de resultaten over het eerste kwartaal. Bekeken over de afgelopen vier kwartalen maakt de bank bijna 2 miljard euro winst per jaar. Dat is een niveau waar ABN sinds pakweg 2015 op zit.
Dit is voor een belangrijk deel te danken aan de extreem lage toevoegingen aan de post voorzieningen. De bank hoefde in het eerste kwartaal maar 65 miljoen euro opzij te zetten voor kredietverliezen. Dat komt neer op 0,09 procent van de totale uitstaande leningen.
Tegelijk zijn de rente-inkomsten ondanks de lage rente op peil gebleven. In het afgelopen kwartaal lag de rentemarge op een gezonde 1,59 procentpunt. Ter vergelijking: drie jaar geleden toen de ECB het opkoopprogramma voor staatsobligaties nog moest aankondigen was dit 1,49 procentpunt.
ABN Amro rapporteerde deze week de resultaten over het eerste kwartaal. Bekeken over de afgelopen vier kwartalen maakt de bank bijna 2 miljard euro winst per jaar. Dat is een niveau waar ABN sinds pakweg 2015 op zit.
Dit is voor een belangrijk deel te danken aan de extreem lage toevoegingen aan de post voorzieningen. De bank hoefde in het eerste kwartaal maar 65 miljoen euro opzij te zetten voor kredietverliezen. Dat komt neer op 0,09 procent van de totale uitstaande leningen.
Tegelijk zijn de rente-inkomsten ondanks de lage rente op peil gebleven. In het afgelopen kwartaal lag de rentemarge op een gezonde 1,59 procentpunt. Ter vergelijking: drie jaar geleden toen de ECB het opkoopprogramma voor staatsobligaties nog moest aankondigen was dit 1,49 procentpunt.
Samenwerking moet datapositie verzekeringsbranche impuls geven
Het Verbond van Verzekeraars en drie stichtingen gaan gezamenlijk onderzoek doen naar onderlinge samenwerking in een Data Competence Centre (DCC). De samenwerking moet een sterke en gezamenlijke datapositie van de verzekeringsbranche garanderen en leiden tot meer efficiëntie en betere dienstverlening, waar verzekerden van profiteren. De partijen hebben daartoe vandaag een samenwerkingsconvenant ondertekend.
De partijen signaleren dat data de ‘grondstof van de toekomst’ zijn. De ontwikkelingen rondom technologie en data gaan razendsnel. De opkomst van nieuwe datatrends en het samengaan van bestaande dataorganisaties vraagt om een sterke én gezamenlijke aanpak door de verzekeringsbranche. In het convenant constateren de partijen dat goede samenwerking cruciaal is – zowel in de leven- als schadesector.
Het Data Competence Centre richt zich op de verzekeringssector als geheel en begeeft zich niet op concurrentieel terrein. Het Verbond en de stichtingen willen met de samenwerking efficiëntie vergroten en de kwaliteit verbeteren, zodat de waarde van data voor verzekeraars, klanten, stakeholders en maatschappij wordt vergroot.
In het samenwerkingsconvenant stellen de partijen hoe ze op korte termijn met elkaar gaan samenwerken in een (virtueel) DCC. De Verbondsafdelingen Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS) en Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit (CBV) en de stichtingen Centraal Informatie Systeem (CIS), Efficiënte Processen Schadeverzekeraars (EPS) en Processen Verbaal (PV) verrichten al veel en nuttig werk voor de verzekeringsmarkt. De vijf partijen hebben gemeen dat alle werkzaamheden draaien om dataverzameling en de bewerking en distributie van gegevens. Met die data kunnen verzekeraars hun klanten beter informeren en begeleiden bij de keuze voor schade-, levens- en inkomensverzekeringen. En kunnen verzekeraars met die data – na toestemming van de klant – helpen om schades te voorkomen.
De samenwerking moet de komende tijd resulteren in zes concrete dataprojecten. Eén van deze projecten richt zich op het optimaliseren van de informatievoorziening waarmee de partijen beter onderzoek kunnen doen naar fraude. Ook werken de partijen aan een gezamenlijke datastrategie voor de sector, waarin ambities en doelstellingen zullen worden vastgelegd. Het samenwerkingsconvenant wordt door middel van een ‘support signature’ ondersteund door kenniscentrum SIVI.
De partijen signaleren dat data de ‘grondstof van de toekomst’ zijn. De ontwikkelingen rondom technologie en data gaan razendsnel. De opkomst van nieuwe datatrends en het samengaan van bestaande dataorganisaties vraagt om een sterke én gezamenlijke aanpak door de verzekeringsbranche. In het convenant constateren de partijen dat goede samenwerking cruciaal is – zowel in de leven- als schadesector.
Het Data Competence Centre richt zich op de verzekeringssector als geheel en begeeft zich niet op concurrentieel terrein. Het Verbond en de stichtingen willen met de samenwerking efficiëntie vergroten en de kwaliteit verbeteren, zodat de waarde van data voor verzekeraars, klanten, stakeholders en maatschappij wordt vergroot.
In het samenwerkingsconvenant stellen de partijen hoe ze op korte termijn met elkaar gaan samenwerken in een (virtueel) DCC. De Verbondsafdelingen Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS) en Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit (CBV) en de stichtingen Centraal Informatie Systeem (CIS), Efficiënte Processen Schadeverzekeraars (EPS) en Processen Verbaal (PV) verrichten al veel en nuttig werk voor de verzekeringsmarkt. De vijf partijen hebben gemeen dat alle werkzaamheden draaien om dataverzameling en de bewerking en distributie van gegevens. Met die data kunnen verzekeraars hun klanten beter informeren en begeleiden bij de keuze voor schade-, levens- en inkomensverzekeringen. En kunnen verzekeraars met die data – na toestemming van de klant – helpen om schades te voorkomen.
De samenwerking moet de komende tijd resulteren in zes concrete dataprojecten. Eén van deze projecten richt zich op het optimaliseren van de informatievoorziening waarmee de partijen beter onderzoek kunnen doen naar fraude. Ook werken de partijen aan een gezamenlijke datastrategie voor de sector, waarin ambities en doelstellingen zullen worden vastgelegd. Het samenwerkingsconvenant wordt door middel van een ‘support signature’ ondersteund door kenniscentrum SIVI.
vrijdag 19 mei 2017
DNB brengt levensverzekeraar Conservatrix onder bij nieuwe eigenaar
De Nederlandsche Bank (DNB) heeft het groene licht gekregen van rechtbank Amsterdam voor de overdracht van de aandelen van levensverzekeraar Conservatrix aan een nieuwe eigenaar, Trier Holding BV, een Nederlandse onderneming van de Amerikaanse investeerder Eli Global. Dat blijkt uit een uitspraak die de rechtbank Amsterdam vandaag in het openbaar heeft gedaan in vervolg op een verzoek daartoe van de toezichthouder.
Conservatrix is een middelgrote levensverzekeraar en hypotheekverstrekker die gevestigd is in Baarn. DNB had om de overdracht van aandelen verzocht omdat Conservatrix over onvoldoende middelen beschikte om te kunnen voldoen aan de toekomstige verplichtingen ten opzichte van de polishouders.
DNB kan een overdrachtsplan voorbereiden als zij van oordeel is dat er (zoals in de Wet op het financieel toezicht -Wft- is omschreven) ‘tekenen zijn van een gevaarlijke ontwikkeling met betrekking tot het eigen vermogen, de solvabiliteit of de technische voorzieningen en redelijkerwijs is te voorzien dat die ontwikkeling niet voldoende of niet tijdig ten goede zal keren’ (art. 3:159c, eerste lid Wft).
De gedwongen aandelenoverdracht volgt op een periode waarin DNB op diverse manieren heeft getracht de aandeelhouder, directie en Raad van Commissarissen te bewegen de kapitaalpositie van Conservatrix te versterken. Toen de solvabiliteit van Conservatrix verslechterde, heeft DNB besloten om een overdrachtsplan ter goedkeuring aan de rechter voor te leggen waarin de aandelen van Conservatrix worden overgedragen aan Trier Holding BV.
DNB kan overgaan tot een gedwongen overdracht met het oog op het belang van de polishouders. Het is voor het eerst dat de toezichthouder gebruik maakt van het instrument van de gedwongen overdracht. De indiening bij de rechtbank Amsterdam van het verzoek tot aandelenoverdracht is gedaan in overeenstemming met de Minister van Financiën.
Boeterentes banken te hoog en niet transparant
Onderzoek van de Consumentenbond en Ikbenfrits.nl laat zien dat aflosnota’s van hypotheekverstrekkers aan klanten die vervroegd hun hypotheek aflossen of oversluiten volkomen onduidelijk zijn. De berekeningen leidden in de meeste gevallen tot te hoge boetes en bij een aantal banken is de boeterente bij het aflossen of oversluiten van een annuïteitenhypotheek juist verslechterd.
SNS komt van de grootbanken het slechtst uit het onderzoek. Rabobank, Obvion en BNP Paribas maken misbruik van de nieuwe richtlijn door boetes voor hun bestaande klanten met een annuïteitenhypotheek te verslechteren. Alleen Triodos Bank berekende nooit te veel boeterente. Volgens de leidraad van de AFM (pdf) mogen hypotheekverstrekkers vanaf 14 juli 2016 bij vervroegde aflossing geen kosten in rekening brengen die hoger zijn dan het financiële nadeel dat zij hebben. Ook moeten ze duidelijk aan hun klanten uitleggen hoe de boete is berekend.
Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Banken zijn volstrekt onduidelijk over hoe de boeterenteberekening tot stand is gekomen. Het is schokkend om te zien dat sommige banken denken dan te kunnen volstaan met een bedrag en een datum van berekening. Wat hebben hun klanten daar nou aan?’
Michiel Lensink, directeur Ikbenfrits.nl: ‘De banken verzonnen bij het berekenen van de boetes hun eigen regels. Sommigen gingen daarin heel ver in het benadelen van de klant. De klanten centraal zetten: dat blijkt voor de banken heel moeilijk te zijn.’
Om een boeteberekening te kunnen narekenen, hebben consumenten op 7 punten informatie nodig. Bijvoorbeeld: over welk deel men géén boete hoeft te betalen en met welke rente de bank de hypotheekrente vergelijkt om de boete uit te rekenen. De Consumentenbond vraagt de banken om de 7 punten op te nemen in de informatie op de aflosnota.
Sinds 14 juli 2016 geldt nieuwe Europese regelgeving (MCD). Vanaf dit moment hebben klanten die te veel betalen voor het aflossen of oversluiten van hun hypotheek recht op een teruggave van de te veel betaalde boeterente. De Consumentenbond en Ikbenfrits.nl willen dat banken die vóór 14 juli 2016 te veel kosten hebben gerekend voor extra aflossingen en oversluiten dit ook terug betalen.
SNS komt van de grootbanken het slechtst uit het onderzoek. Rabobank, Obvion en BNP Paribas maken misbruik van de nieuwe richtlijn door boetes voor hun bestaande klanten met een annuïteitenhypotheek te verslechteren. Alleen Triodos Bank berekende nooit te veel boeterente. Volgens de leidraad van de AFM (pdf) mogen hypotheekverstrekkers vanaf 14 juli 2016 bij vervroegde aflossing geen kosten in rekening brengen die hoger zijn dan het financiële nadeel dat zij hebben. Ook moeten ze duidelijk aan hun klanten uitleggen hoe de boete is berekend.
Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Banken zijn volstrekt onduidelijk over hoe de boeterenteberekening tot stand is gekomen. Het is schokkend om te zien dat sommige banken denken dan te kunnen volstaan met een bedrag en een datum van berekening. Wat hebben hun klanten daar nou aan?’
Michiel Lensink, directeur Ikbenfrits.nl: ‘De banken verzonnen bij het berekenen van de boetes hun eigen regels. Sommigen gingen daarin heel ver in het benadelen van de klant. De klanten centraal zetten: dat blijkt voor de banken heel moeilijk te zijn.’
Om een boeteberekening te kunnen narekenen, hebben consumenten op 7 punten informatie nodig. Bijvoorbeeld: over welk deel men géén boete hoeft te betalen en met welke rente de bank de hypotheekrente vergelijkt om de boete uit te rekenen. De Consumentenbond vraagt de banken om de 7 punten op te nemen in de informatie op de aflosnota.
Sinds 14 juli 2016 geldt nieuwe Europese regelgeving (MCD). Vanaf dit moment hebben klanten die te veel betalen voor het aflossen of oversluiten van hun hypotheek recht op een teruggave van de te veel betaalde boeterente. De Consumentenbond en Ikbenfrits.nl willen dat banken die vóór 14 juli 2016 te veel kosten hebben gerekend voor extra aflossingen en oversluiten dit ook terug betalen.
donderdag 18 mei 2017
Vakantiegeldacties banken magertjes
Veel Nederlanders zien eind deze maand weer het vakantiegeld op het loonstrookje staan. Maar wie verwacht dat de bank met een leuk extraatje komt als je het geld op de spaarrekening zet, kan dit jaar weleens bedrogen uit komen. Dit blijkt uit een inventarisatie van vergelijkingssite Spaarrente.nl. Van de drie grootbanken heeft alleen ING dit jaar een actie gericht op het vakantiegeld. ABN AMRO en Rabobank zien er dit jaar vanaf.
De actie van ING is dit jaar ook kleiner dan voorgaande jaren. Vorig jaar kregen bestaande spaarders een Rituals-pakket. Nieuwe spaarders kregen zelfs extra rente. In 2017 krijg je, als je minimaal 500 euro spaart, een Erop Uit Voordeelkaart die korting biedt op diverse uitjes.
ASN Bank en Regiobank kennen ook vakantiegeldacties in 2017. ASN Bank plant voor elke geopende spaarrekening tussen 15 mei en 14 juli een boom in het ASN bos. Bij Regiobank krijg je van je adviseur een zomerse mok als je minimaal 750 euro spaart.
“Je zou bijna denken dat de banken je vakantiegeld helemaal niet willen”, zegt Amanda Bulthuis van Spaarrente.nl. “Daarnaast is met de lage spaarrentes de spaarrekening op dit moment sowieso misschien niet de beste bestemming voor je vakantiegeld.”
Vorig jaar werd het vakantiegeld al vaker besteed aan het aflossen van schulden, het doen van grote aankopen of gewoon echt voor een vakantie. “We verwachten dat dit beeld dit jaar niet anders is.”
Wie toch (een deel van) het vakantiegeld wil sparen, kan beter een spaarrekening kiezen met een hogere rente dan voor een cadeautje. De hoogste rente op een spaarrekening krijg je op dit moment bij a.s.r. bank. Deze bank heeft om die reden geen vakantiegeldactie. “Wij bieden liever altijd een concurrerende rente”, licht een woordvoerder toe.
Ook een spaardeposito, waarop je een hogere rente krijgt door je spaargeld vast te zetten, is een optie. Maar kies dan wel voor een looptijd van maximaal 3 jaar, raadt Amanda Bulthuis van Spaarrente.nl aan. “Zo voorkom je dat je als de rentes weer gaan stijgen je spaargeld nog heel lang vaststaat tegen een relatief lage rente.”
De actie van ING is dit jaar ook kleiner dan voorgaande jaren. Vorig jaar kregen bestaande spaarders een Rituals-pakket. Nieuwe spaarders kregen zelfs extra rente. In 2017 krijg je, als je minimaal 500 euro spaart, een Erop Uit Voordeelkaart die korting biedt op diverse uitjes.
ASN Bank en Regiobank kennen ook vakantiegeldacties in 2017. ASN Bank plant voor elke geopende spaarrekening tussen 15 mei en 14 juli een boom in het ASN bos. Bij Regiobank krijg je van je adviseur een zomerse mok als je minimaal 750 euro spaart.
“Je zou bijna denken dat de banken je vakantiegeld helemaal niet willen”, zegt Amanda Bulthuis van Spaarrente.nl. “Daarnaast is met de lage spaarrentes de spaarrekening op dit moment sowieso misschien niet de beste bestemming voor je vakantiegeld.”
Vorig jaar werd het vakantiegeld al vaker besteed aan het aflossen van schulden, het doen van grote aankopen of gewoon echt voor een vakantie. “We verwachten dat dit beeld dit jaar niet anders is.”
Wie toch (een deel van) het vakantiegeld wil sparen, kan beter een spaarrekening kiezen met een hogere rente dan voor een cadeautje. De hoogste rente op een spaarrekening krijg je op dit moment bij a.s.r. bank. Deze bank heeft om die reden geen vakantiegeldactie. “Wij bieden liever altijd een concurrerende rente”, licht een woordvoerder toe.
Ook een spaardeposito, waarop je een hogere rente krijgt door je spaargeld vast te zetten, is een optie. Maar kies dan wel voor een looptijd van maximaal 3 jaar, raadt Amanda Bulthuis van Spaarrente.nl aan. “Zo voorkom je dat je als de rentes weer gaan stijgen je spaargeld nog heel lang vaststaat tegen een relatief lage rente.”
AFM waarschuwt tegen de handelspraktijken van Florijn Duurzaam Wonen
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) waarschuwt consumenten voor de handelspraktijken van Florijn Duurzaam Wonen B.V. Florijn Duurzaam Wonen biedt in Nederland obligaties aan. Op basis van informatie op hun website vermoedt de AFM dat Florijn Duurzaam Wonen bij het aanbieden van deze effecten consumenten onjuiste informatie verstrekt. Hierdoor overtreedt Florijn Duurzaam Wonen mogelijk de Wet handhaving consumentenbescherming (Whc). De AFM heeft nog geen overtreding vastgesteld.
Via de website www.florijnduurzaamwonen.nl biedt Florijn Duurzaam Wonen in Nederland obligaties aan. Van de website zijn een informatiememorandum en een brochure te downloaden. Hieruit blijkt dat Florijn Duurzaam Wonen zegt het geld van consumenten te gebruiken voor de koop van zonnepanelen en warmtepompen. De zonnepanelen en warmtepompen worden geplaatst bij huizenbezitters. De huizenbezitters betalen vervolgens aan Florijn Duurzaam Wonen een maandelijkse vergoeding voor het gebruik.
De AFM vermoedt dat Florijn Duurzaam Wonen onjuiste informatie verstrekt over de besteding van de gelden. Er is op 14 april 2017 geen geld meer op de bankrekening van Florijn Duurzaam Wonen aanwezig. Dit terwijl consumenten tot die tijd €107.800 naar Florijn Duurzaam Wonen hebben overgemaakt. Hiervan is in totaal €43.500 contant opgenomen bij een geldautomaat. Daarnaast is in totaal €48.495 betaald aan personen die betrokken zijn bij Florijn Duurzaam Wonen. Daarmee is ruim 85% van de inleg van consumenten vermoedelijk niet besteed aan de aanschaf van zonnepanelen en warmtepompen, waarbij 40% contant is opgenomen.
Op de bankrekening van Florijn Duurzaam Wonen komen geen inkomsten binnen van huizenbezitters die zonnepanelen en warmtepompen zouden gebruiken. Ook daarom betwijfelt de AFM of er door Florijn Duurzaam Wonen zonnepanelen en warmtepompen zijn geplaatst.
De AFM treedt op tegen instellingen die consumenten onjuiste, onduidelijke en/of onbegrijpelijk informatie verstrekken. In het geval sprake is van een oneerlijke handelspraktijk kunnen consumenten de onderneming aanspreken op haar gedrag en via een civiele procedure afdwingen dat de onderneming de regels naleeft.
Goed kwartaal voor Van Lanschot
Van Lanschot kijkt tevreden terug op het eerste kwartaal. Het resultaat laat een stijging zien en de inkomsten vertonen een positieve ontwikkeling. De markten waren dit kwartaal minder volatiel dan in het eerste kwartaal van 2016, wat terug te zien is in de provisie-inkomsten en groei van de zogenoemde client assets met 1,4 miljard naar 70,8 miljard euro.
Het resultaat bevat ook de boekwinst op de succesvolle verkoop van het minderheidsbelang van Van Lanschot Participaties in TechAccess.
Zowel de kosten als de toevoeging aan de kredietvoorziening zijn van een vergelijkbaar niveau als in dezelfde periode vorig jaar. De uitvoering van Strategy 2020 verloopt volgens schema, zoals onder andere blijkt uit de verdere afbouw van de zakelijke kredietportefeuille en de uitbestedingstrajecten voor de hypotheekadministratie en het betalingsverkeer.
De aandeelhouders van Van Lanschot stemden donderdag in met de naamsverandering tot Van Lanschot Kempen. De naamsamensmelting volgt 10 jaar na de overname van de zich van het Belgische Dexia vrijgevochten Kempen & Co.
Het resultaat bevat ook de boekwinst op de succesvolle verkoop van het minderheidsbelang van Van Lanschot Participaties in TechAccess.
Zowel de kosten als de toevoeging aan de kredietvoorziening zijn van een vergelijkbaar niveau als in dezelfde periode vorig jaar. De uitvoering van Strategy 2020 verloopt volgens schema, zoals onder andere blijkt uit de verdere afbouw van de zakelijke kredietportefeuille en de uitbestedingstrajecten voor de hypotheekadministratie en het betalingsverkeer.
De aandeelhouders van Van Lanschot stemden donderdag in met de naamsverandering tot Van Lanschot Kempen. De naamsamensmelting volgt 10 jaar na de overname van de zich van het Belgische Dexia vrijgevochten Kempen & Co.
Goed kwartaal NN
Verzekeraar NN Group sluit een goed kwartaal af. Zowel de winst als het operationeel resultaat stegen. Zo groeide het operationeel resultaat met 33,3 procent tot 406 miljoen euro en nam de nettowinst met 61 procent toe tot 435 miljoen.
De solvabiliteit van NN daalde licht, van 241 procent bij het jaareinde naar 238 procent aan het einde van het eerste kwartaal.
NN wordt eigenaar van branchegenoot Delta Lloyd. In april boden de meeste Delta Lloyd-aandeelhouders hun stukken aan. Omdat het percentage de 95 procent nog steeds niet is bereikt, neemt NN Delta Lloyd over via een juridische fusie, waarbij de overige Delta Lloyd-aandeelhouders stukken van NN krijgen.
De solvabiliteit van NN daalde licht, van 241 procent bij het jaareinde naar 238 procent aan het einde van het eerste kwartaal.
NN wordt eigenaar van branchegenoot Delta Lloyd. In april boden de meeste Delta Lloyd-aandeelhouders hun stukken aan. Omdat het percentage de 95 procent nog steeds niet is bereikt, neemt NN Delta Lloyd over via een juridische fusie, waarbij de overige Delta Lloyd-aandeelhouders stukken van NN krijgen.
Persoonlijke aanhef in phishingmail ‘Rabobank’
Het ontdekken van een valse e-mail is soms niet meer zo eenvoudig als voorheen. Met een persoonlijke aanhef, zoals in een nieuwe nepmail van de ‘Rabobank’, lijkt de mail een stuk betrouwbaarder.
De inhoud van het bericht lijkt wel weer sterk op alle andere phishingmails die in grote hoeveelheden worden verstuurd. Zogenaamd moet gecontroleerd worden wie u bent, omdat u verkeerd zou hebben uitgelogd van uw internetbankieren.
Daarom is het volgens de afzenders nodig een ‘testbetaling’ te doen. Dit zou geen echte betaling zijn, waarvan het geld niet daadwerkelijk van uw rekening wordt gehaald. Dat is allemaal flauwekul. De mail is verstuurd door oplichters die proberen geld uit uw zakken te kloppen. De afschrijving waar ze over praten gebeurt echt als u de instructies uit de e-mail volgt. Niet doen dus!
De inhoud van het bericht lijkt wel weer sterk op alle andere phishingmails die in grote hoeveelheden worden verstuurd. Zogenaamd moet gecontroleerd worden wie u bent, omdat u verkeerd zou hebben uitgelogd van uw internetbankieren.
Daarom is het volgens de afzenders nodig een ‘testbetaling’ te doen. Dit zou geen echte betaling zijn, waarvan het geld niet daadwerkelijk van uw rekening wordt gehaald. Dat is allemaal flauwekul. De mail is verstuurd door oplichters die proberen geld uit uw zakken te kloppen. De afschrijving waar ze over praten gebeurt echt als u de instructies uit de e-mail volgt. Niet doen dus!
Geweigerd na kredietcheck
De Nederlandse Vereniging van Handelsinformatiebureaus (NVH) komt met een stappenplan om consumenten te helpen bij het opvragen en corrigeren van de gegevens die dit soort bureaus over hen verzamelen. Dit gebeurt op aandringen van de Consumentenbond.
De NVH is de branchevereniging voor kredietinformatiebureaus zoals EDR, Experian en Focum. Deze bureaus verzamelen informatie over consumenten en maken op basis van die informatie een kredietscore. Energieleveranciers en telecomproviders gebruiken die kredietscores bijvoorbeeld om potentiële klanten te beoordelen. Een lage kredietscore kan betekenen dat consumenten een hoge waarborgsom moeten betalen, voordat zij de dienst kunnen afnemen, of geweigerd worden als klant. De NVH zal ook een ‘voorbeeldbrief’ opstellen die consumenten kunnen gebruiken om bij een aanbieder een afwijzing op basis van een onterechte kredietscore recht te zetten.
De Consumentenbond heeft de NVH ook verzocht de regioscore, waarmee ze consumenten beoordelen op basis van hun postcode, te schrappen in hun kredietbeoordelingen, omdat die niets zegt over individuele consumenten. De NVH geeft hier geen gehoor aan. Ook weigert het de bewaartermijn van 8 jaar voor data die de bureaus verzamelen, te verkorten. Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Wij zijn blij dat de branchevereniging stappen zet, maar het is wat ons betreft nog niet voldoende. Het is absurd dat consumenten die ooit een keer een rekening te laat hebben betaald, bijvoorbeeld omdat ze een dispuut hadden met de leverancier, daar 8 jaar later nog hinder van ondervinden. De bewaartermijn moet korter en daar is wat ons betreft het laatste woord nog niet over gezegd.’
De NVH is de branchevereniging voor kredietinformatiebureaus zoals EDR, Experian en Focum. Deze bureaus verzamelen informatie over consumenten en maken op basis van die informatie een kredietscore. Energieleveranciers en telecomproviders gebruiken die kredietscores bijvoorbeeld om potentiële klanten te beoordelen. Een lage kredietscore kan betekenen dat consumenten een hoge waarborgsom moeten betalen, voordat zij de dienst kunnen afnemen, of geweigerd worden als klant. De NVH zal ook een ‘voorbeeldbrief’ opstellen die consumenten kunnen gebruiken om bij een aanbieder een afwijzing op basis van een onterechte kredietscore recht te zetten.
De Consumentenbond heeft de NVH ook verzocht de regioscore, waarmee ze consumenten beoordelen op basis van hun postcode, te schrappen in hun kredietbeoordelingen, omdat die niets zegt over individuele consumenten. De NVH geeft hier geen gehoor aan. Ook weigert het de bewaartermijn van 8 jaar voor data die de bureaus verzamelen, te verkorten. Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Wij zijn blij dat de branchevereniging stappen zet, maar het is wat ons betreft nog niet voldoende. Het is absurd dat consumenten die ooit een keer een rekening te laat hebben betaald, bijvoorbeeld omdat ze een dispuut hadden met de leverancier, daar 8 jaar later nog hinder van ondervinden. De bewaartermijn moet korter en daar is wat ons betreft het laatste woord nog niet over gezegd.’
woensdag 17 mei 2017
Beleggingsvereniging Fibonacci wint weer zaak tegen Binckbank
De rechtbank heeft vandaag vonnis gewezen in de bodemprocedure die Beleggingsvereniging Fibonacci tegen BinckBank heeft aangespannen. In het vonnis stelt de rechtbank de schadeplichtigheid van Binckbank nu vast en ligt de weg voor Beleggingsvereniging Fibonacci open om in een zogenaamde schadestaatprocedure de geleden schade op te maken en op Binckbank te verhalen. Eerder liet Fibonacci al weten de schade op een bedrag tussen de 5 en 10 miljoen euro te schatten
Het is de derde rechtszaak op rij die door Fibonacci van Binckbank wordt gewonnen.
Begin 2015 liquideerde Binckbank de gehele portefeuille van 16.000 optiecontracten van Beleggingsvereniging Fibonacci. Daarop spande Fibonacci een kort geding aan. Fibonacci won en Binck moest als voorschot op de aannemelijke wijze geleden schade een bedrag groot € 263.328,15 aan Fibonacci betalen.
Binck ging in hoger beroep en verloor weer Binck ging niet in cassatie waarmee het vonnis in Kort Geding in stand bleef en de weg naar een bodemprocedure door Fibonacci openlag.
'Het vonnis is klip en klaar: ook deze rechters bevestigen hoe onzorgvuldig Binck heeft gehandeld. De opgeworpen rookgordijnen met valse beschuldigingen hebben Binck niet geholpen: Binck heeft buitenproportioneel onzorgvuldig gehandeld, zonder rekening te houden met de belangen van Fibonacci. Dat Binck door de effectenportefeuille te liquideren wezenlijke schade heeft veroorzaakt door haar wanprestatie staat vast.'
Het is de derde rechtszaak op rij die door Fibonacci van Binckbank wordt gewonnen.
Begin 2015 liquideerde Binckbank de gehele portefeuille van 16.000 optiecontracten van Beleggingsvereniging Fibonacci. Daarop spande Fibonacci een kort geding aan. Fibonacci won en Binck moest als voorschot op de aannemelijke wijze geleden schade een bedrag groot € 263.328,15 aan Fibonacci betalen.
Binck ging in hoger beroep en verloor weer Binck ging niet in cassatie waarmee het vonnis in Kort Geding in stand bleef en de weg naar een bodemprocedure door Fibonacci openlag.
'Het vonnis is klip en klaar: ook deze rechters bevestigen hoe onzorgvuldig Binck heeft gehandeld. De opgeworpen rookgordijnen met valse beschuldigingen hebben Binck niet geholpen: Binck heeft buitenproportioneel onzorgvuldig gehandeld, zonder rekening te houden met de belangen van Fibonacci. Dat Binck door de effectenportefeuille te liquideren wezenlijke schade heeft veroorzaakt door haar wanprestatie staat vast.'
ABN AMRO rapporteert 615 miljoen euro nettowinst over Q1
ABN AMRO rapporteert 615 miljoen euro nettowinst over het eerste kwartaal van 2017 (pdf). De operationele baten kwamen eveneens hoger uit dan in 2016; de netto rentebaten stegen met 3 procent dankzij aanhoudende groei in kredieten en de provisiebaten bleven stabiel.
De kosten zelf liepen wel op, als gevolg van wettelijke heffingen als de bankenbelasting en het depositogarantiestelsel.
CEO Kees van Dijkhuizen is tevreden: 'De resultaten over het eerste kwartaal van 2017 zijn goed. De lage en negatieve rentestanden hebben we kunnen opvangen en de rentebaten zijn toegenomen door groei in de belangrijkste kredietportefeuilles (hypotheken, MKB en zakelijke kredieten) en door de depositorente te verlagen. We boekten verdere vooruitgang met het behalen van onze financiële doelstellingen voor 2020: de cost/income ratio verbeterde van 66,9 procent in Q1 2016 naar 60,2 procent in Q1 2017, het rendement op eigen vermogen steeg van 11,1 procent in Q1 2016 naar 13,2 procent in Q1 2017.'
De kosten zelf liepen wel op, als gevolg van wettelijke heffingen als de bankenbelasting en het depositogarantiestelsel.
CEO Kees van Dijkhuizen is tevreden: 'De resultaten over het eerste kwartaal van 2017 zijn goed. De lage en negatieve rentestanden hebben we kunnen opvangen en de rentebaten zijn toegenomen door groei in de belangrijkste kredietportefeuilles (hypotheken, MKB en zakelijke kredieten) en door de depositorente te verlagen. We boekten verdere vooruitgang met het behalen van onze financiële doelstellingen voor 2020: de cost/income ratio verbeterde van 66,9 procent in Q1 2016 naar 60,2 procent in Q1 2017, het rendement op eigen vermogen steeg van 11,1 procent in Q1 2016 naar 13,2 procent in Q1 2017.'
Flink meer geldmarktpapier in omloop
In het eerste kwartaal van 2017 nam het door Nederlandse instellingen uitgegeven geldmarktpapier met 24 miljard euro toe, tot 141 miljard. Tegelijkertijd kwam het uitstaande bedrag aan kapitaalmarktpapier 5 miljard lager uit, op 1768 miljard. De waarde van de beursgenoteerde aandelen steeg tot 980 miljard.
Het geldmartkpapier dat Nederlandse instellingen hebben uitgegeven, steeg in het eerste kwartaal van 2017 met 20 procent, tot 141 miljard. Aan nieuw geldmarktpapier brachten Nederlandse instellingen in het eerste kwartaal voor een bedrag van 72 miljard op de markt. Dit bruto-emissiebedrag lag aan de bovenkant van wat in de afgelopen jaren gebruikelijk was, maar was vanuit een langere termijn perspectief niet uitzonderlijk hoog. Doordat het afgelopen kwartaal weinig geldmarktpapier afliep, kwam het netto-emissiebedrag aan geldmarktpapier met bijna 24 miljard niettemin uit op het hoogste niveau sinds de crisis.
Het geldmartkpapier dat Nederlandse instellingen hebben uitgegeven, steeg in het eerste kwartaal van 2017 met 20 procent, tot 141 miljard. Aan nieuw geldmarktpapier brachten Nederlandse instellingen in het eerste kwartaal voor een bedrag van 72 miljard op de markt. Dit bruto-emissiebedrag lag aan de bovenkant van wat in de afgelopen jaren gebruikelijk was, maar was vanuit een langere termijn perspectief niet uitzonderlijk hoog. Doordat het afgelopen kwartaal weinig geldmarktpapier afliep, kwam het netto-emissiebedrag aan geldmarktpapier met bijna 24 miljard niettemin uit op het hoogste niveau sinds de crisis.
Incassobureaus nu ook vergunningplichtig
Incassobureaus die krediet aanbieden of bemiddelen in krediet moeten vóór 7 april 2017 een vergunning aanvragen. Incassobureaus die geen vergunning aanvragen moeten daar waar nodig hun activiteiten aanpassen, zodat er geen sprake meer is van bemiddelen of aanbieden zoals dat in de Wet op het financieel toezicht (Wft) staat.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 14 november 2016 de leidraad ‘Consumenten en Incassotrajecten’ gepubliceerd. In deze leidraad staat onder meer dat een incassobureau een vergunning moet aanvragen wanneer deze bemiddelt in krediet óf aanbieder is van krediet.
De leidraad beschrijft ook hoe kredietaanbieders de betaalachterstanden van consumenten moeten aanpakken. De AFM wil dat de kredietaanbieder eerst samen met de klant op zoek gaat naar een oplossing voor betalingsproblemen, voordat een incassobureau wordt ingeschakeld. Als een incassobureau niet alleen helpt bij het incasseren van vorderingen, maar ook nieuwe betalingsregelingen afspreekt met geldleners, is een vergunning nodig. Dan is er namelijk sprake van bemiddeling.
Een incassobureau dat vergunningplichtig is moet vóór 7 april 2017 een vergunning aanvragen. Totdat de AFM een beslissing heeft genomen, mag het betreffende incassobureau haar vergunningplichtige activiteiten voortzetten. Daarna is dat uitsluitend toegestaan als een vergunning is verleend. Er zijn kosten verbonden aan de vergunningaanvraag. Ook wanneer de vergunning niet wordt verleend, worden deze kosten gefactureerd.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) heeft op 14 november 2016 de leidraad ‘Consumenten en Incassotrajecten’ gepubliceerd. In deze leidraad staat onder meer dat een incassobureau een vergunning moet aanvragen wanneer deze bemiddelt in krediet óf aanbieder is van krediet.
De leidraad beschrijft ook hoe kredietaanbieders de betaalachterstanden van consumenten moeten aanpakken. De AFM wil dat de kredietaanbieder eerst samen met de klant op zoek gaat naar een oplossing voor betalingsproblemen, voordat een incassobureau wordt ingeschakeld. Als een incassobureau niet alleen helpt bij het incasseren van vorderingen, maar ook nieuwe betalingsregelingen afspreekt met geldleners, is een vergunning nodig. Dan is er namelijk sprake van bemiddeling.
Een incassobureau dat vergunningplichtig is moet vóór 7 april 2017 een vergunning aanvragen. Totdat de AFM een beslissing heeft genomen, mag het betreffende incassobureau haar vergunningplichtige activiteiten voortzetten. Daarna is dat uitsluitend toegestaan als een vergunning is verleend. Er zijn kosten verbonden aan de vergunningaanvraag. Ook wanneer de vergunning niet wordt verleend, worden deze kosten gefactureerd.
dinsdag 16 mei 2017
Univé sluit 2016 af met winst
Coöperatie Univé sloot 2016 af met een nettowinst van 7 miljoen euro. Met de uitbreiding van de Raad van Bestuur, een herverdeling van de portefeuilles en een volgende fase voor de Univé Formule, heeft Univé in 2016 een nieuwe koers ingezet gericht op voorkomen, beperken én verzekeren. Om nog beter in te kunnen spelen op de veranderende markt is er fors geïnvesteerd in de IT-infrastructuur en is er een innovatieteam opgericht. Dit heeft onder meer geleid tot een modern administratiesysteem, de introductie van een flexibele zzp-verzekering, de ontwikkeling van de allereerste gecombineerde zorg- en schade app en de uitbreiding van online en mobiele dienstverlening. Het aantal verzekeringen groeide met bijna 100.000 en ligt nu op ruim 4 miljoen.
Ondanks de continuering van het forse investeringsprogramma sloot Coöperatie Univé 2016 af met een positief resultaat van 7 miljoen euro. In belangrijke mate is dit het gevolg van het beleggingsresultaat (23 miljoen euro). Maar ook de weer structureel groeiende verzekeringsportefeuille, resulterend in een omzetgroei van 2,6 procent tot een totaal van 427 miljoen euro, had hier een positief effect op.
Tegelijk steeg de geconsolideerde schadelast naar 275 miljoen euro (254 miljoen euro in 2015). Dit werd mede veroorzaakt door extra reserveringen voor letselschade (10 miljoen euro). De kosten stegen naar 148 miljoen euro (144 miljoen euro in 2015), onder andere door hoge investeringen in innovatie en verdere vernieuwing van de IT-infrastructuur. Het technisch resultaat kwam uit op -4 miljoen euro (11 miljoen euro in 2015). Univé voldoet met 324 procent ruimschoots aan de solvabiliteitsnorm. De winst en de goede solvabiliteit stelt Univé in staat om haar continuïteit voor de langere termijn te waarborgen.
Aangejaagd door een eigen innovatieteam - bestaande uit medewerkers van Univé en externe deskundigen zoals universiteiten, startups en app-bouwers - ontwikkelt Univé sinds 2016 nieuwe oplossingen met klanten zelf, die aansluiten op thema’s als zorg, mobiliteit en wonen. Zo werd met zzp’ers de Flexibele Inkomensverzekering voor zzp’ers bij ziekte en ongevallen opgezet; online af te sluiten, voordelig en eenvoudig. Ook werd het concept Veilig Wonen gelanceerd wat klanten helpt de veiligheid te vergroten in hun woning, straat en buurt. Adviseurs komen daarbij persoonlijk langs voor preventiescans. Verder startte Univé met de ontwikkeling van een app voor het beheer van zowel zorg- als schadeverzekeringen. Deze komt in de zomer van 2017 beschikbaar. Daarnaast zitten er voor het komende jaar nog diverse andere innovatieve projecten in de pijplijn.
Ondanks de continuering van het forse investeringsprogramma sloot Coöperatie Univé 2016 af met een positief resultaat van 7 miljoen euro. In belangrijke mate is dit het gevolg van het beleggingsresultaat (23 miljoen euro). Maar ook de weer structureel groeiende verzekeringsportefeuille, resulterend in een omzetgroei van 2,6 procent tot een totaal van 427 miljoen euro, had hier een positief effect op.
Tegelijk steeg de geconsolideerde schadelast naar 275 miljoen euro (254 miljoen euro in 2015). Dit werd mede veroorzaakt door extra reserveringen voor letselschade (10 miljoen euro). De kosten stegen naar 148 miljoen euro (144 miljoen euro in 2015), onder andere door hoge investeringen in innovatie en verdere vernieuwing van de IT-infrastructuur. Het technisch resultaat kwam uit op -4 miljoen euro (11 miljoen euro in 2015). Univé voldoet met 324 procent ruimschoots aan de solvabiliteitsnorm. De winst en de goede solvabiliteit stelt Univé in staat om haar continuïteit voor de langere termijn te waarborgen.
Aangejaagd door een eigen innovatieteam - bestaande uit medewerkers van Univé en externe deskundigen zoals universiteiten, startups en app-bouwers - ontwikkelt Univé sinds 2016 nieuwe oplossingen met klanten zelf, die aansluiten op thema’s als zorg, mobiliteit en wonen. Zo werd met zzp’ers de Flexibele Inkomensverzekering voor zzp’ers bij ziekte en ongevallen opgezet; online af te sluiten, voordelig en eenvoudig. Ook werd het concept Veilig Wonen gelanceerd wat klanten helpt de veiligheid te vergroten in hun woning, straat en buurt. Adviseurs komen daarbij persoonlijk langs voor preventiescans. Verder startte Univé met de ontwikkeling van een app voor het beheer van zowel zorg- als schadeverzekeringen. Deze komt in de zomer van 2017 beschikbaar. Daarnaast zitten er voor het komende jaar nog diverse andere innovatieve projecten in de pijplijn.
ABN AMRO gaat expertise universiteit inzetten bij verduurzaming
Wetenschappers van de Universiteit Utrecht gaan ABN AMRO adviseren over het duurzaamheidsbeleid van de bank.
Fossil Free Utrecht University wil dat de universiteit de banden met ABN AMRO verbreekt. Daar kiest de universiteit niet voor, aldus rector Bert van der Zwaan, die de actiegroep ook een brief overhandigde waarin het standpunt van het college van bestuur wordt toegelicht. Van der Zwaan benadrukte dat de universiteit het belang van duurzaamheid helemaal onderschrijft, maar een andere visie heeft op de koers die dat het beste ondersteunt.
Nadat Fossil Free Utrecht University in juni 2016 een petitie aanbood, waarin werd opgeroepen de banden met ABN te verbreken, is er regelmatig contact geweest hierover tussen leden van Fossil Free en het bestuur en het programmateam Duurzaamheid van de universiteit. Ook is een rondetafelgesprek georganiseerd waarbij vertegenwoordigers van ABN AMRO met Fossil Free Utrecht University in gesprek zijn gegaan. Het bestuur van de universiteit is daarnaast zelf in gesprek gegaan met de directie van de ABN AMRO.
Clifford Abrahams CFO van ABN
De Raad van Commissarissen van ABN willrn Clifford Abrahams voordragen als lid van het Executive Board en Chief Financial Officer van ABN AMRO, met ingang van 1 september 2017.
De nominatie van de heer Abrahams is afhankelijk van de goedkeuring van de Europese Centrale Bank (ECB) en het advies van de Raad van Medewerkers. Alexander Rahusen zal zijn taken als interim CFO blijven vervullen tot de benoeming van Clifford Abrahams ingaat.
Abrahams is op dit moment lid van de Raad van Bestuur en Group Chief Financial Officer van Delta Lloyd, waar hij sinds januari 2016 werkzaam is. In 2005 werd Clifford Abrahams benoemd als Chief M&A Officer bij verzekeraar en vermogensbeheerder Aviva, en vervolgens als CFO van een aantal belangrijke dochterondernemingen van Aviva. Daarvoor werkte hij 12 jaar bij Morgan Stanley, waar hij in 2002 werd benoemd tot Managing Director Financial Institutions.
Ook Tanja Cuppen wordt voorgedragen als lid van de Executive Board van ABN AMRO, met ingang van 1 oktober 2017. Wietze Reehoorn heeft ermee ingestemd om per die datum terug te treden uit de Executive Board. Hij zal zijn verdere taken en activiteiten per 31 december 2017 overdragen. De benoeming van Tanja Cuppen is afhankelijk van de goedkeuring van de ECB en het advies van de Raad van Medewerkers.
De nominatie van de heer Abrahams is afhankelijk van de goedkeuring van de Europese Centrale Bank (ECB) en het advies van de Raad van Medewerkers. Alexander Rahusen zal zijn taken als interim CFO blijven vervullen tot de benoeming van Clifford Abrahams ingaat.
Abrahams is op dit moment lid van de Raad van Bestuur en Group Chief Financial Officer van Delta Lloyd, waar hij sinds januari 2016 werkzaam is. In 2005 werd Clifford Abrahams benoemd als Chief M&A Officer bij verzekeraar en vermogensbeheerder Aviva, en vervolgens als CFO van een aantal belangrijke dochterondernemingen van Aviva. Daarvoor werkte hij 12 jaar bij Morgan Stanley, waar hij in 2002 werd benoemd tot Managing Director Financial Institutions.
Ook Tanja Cuppen wordt voorgedragen als lid van de Executive Board van ABN AMRO, met ingang van 1 oktober 2017. Wietze Reehoorn heeft ermee ingestemd om per die datum terug te treden uit de Executive Board. Hij zal zijn verdere taken en activiteiten per 31 december 2017 overdragen. De benoeming van Tanja Cuppen is afhankelijk van de goedkeuring van de ECB en het advies van de Raad van Medewerkers.
'Verschillen in bouwleges nog steeds groot en onvergelijkbaar'
Een gemeentelijke bouwvergunning voor een kleine woningverbouwing ter waarde van € 10.000 kost in Veenendaal € 918, terwijl Capelle aan den IJssel daarvoor € 168 rekent. Grootste stijger is Alphen aan den Rijn waar de leges voor een kleine verbouwing dit jaar maar liefst 147% omhoog springen van € 92 naar € 226. Leiden heeft met € 39 al jaren de laagste leges van Nederland. Dit blijkt uit landelijk onderzoek van Vereniging Eigen Huis naar de hoogte van bouwleges bij Nederlandse gemeenten.
Bouwleges worden ook berekend bij de bouw van nieuwbouwwoningen. Voor een woning met een bouwsom van € 130.000 schieten de leges in Venlo dit jaar van € 1.960 naar € 3.400, een verhoging van maar liefst 73%. Ook de gemeenten Opmeer, Deventer, Pekela en Ermelo verhogen de leges met 36% tot wel 47%. Het duurst is de gemeente Haren met € 6.756, de gemeente Hoorn heeft met € 1.460 de laagste bouwleges. De enorme verschillen voor hetzelfde soort vergunning zijn huiseigenaren al vele jaren een doorn in het oog.
Vanaf 2017 zijn gemeenten verplicht om de kosten die zij toerekenen aan leges duidelijk te onderbouwen. “Gemeenten moeten aangeven welk werk ze doen voor de vergunningverlening, wat dat kost en hoeveel ze daarvan bij de burger in rekening brengen.” zegt Cindy van de Velde, algemeen directeur van Vereniging Eigen Huis.
De vereniging vraagt aan minister Plasterk om bovendien het model voor uniforme kostenverantwoording van de VNG aan gemeenten voor te schrijven. Gemeenten gaan nu op heel verschillende manieren om met het verantwoorden van de gemaakte kosten.
Bouwkostenbureau IGG Bouweconomie onderzocht op verzoek van Vereniging Eigen Huis de prijs van bouwvergunningen. In alle 390 gemeenten is gevraagd naar de vergunningskosten voor een eenvoudige verbouwing van € 10.000 en voor de bouw van een nieuwbouwwoning met een bouwsom van € 130.000. Een vergunning voor een kleine verbouwing kost gemiddeld € 362, voor de bouw van een nieuwbouwwoning is dit € 3.712. Landelijk gezien stijgen de kosten voor een kleine bouwvergunningen met gemiddeld 1,9% en voor een nieuwbouwwoning met 0,6%.
Er zijn ook gemeenten waar de leges voor een bouwvergunning dalen. Voor een kleine bouwvergunning dalen de kosten in Son en Breugel, Heerenveen, Rotterdam en Rheden met 20% of meer. In Eindhoven, Hoorn, Heerenveen en Baarn dalen de kosten van een bouwvergunning voor een nieuwbouwwoning met 30% of meer. Voor inwoners van Eindhoven is dat een halvering van € 7.740 naar € 3.773. Een volledige lijst van alle gemeenten staat op www.eigenhuis.nl
Bouwleges worden ook berekend bij de bouw van nieuwbouwwoningen. Voor een woning met een bouwsom van € 130.000 schieten de leges in Venlo dit jaar van € 1.960 naar € 3.400, een verhoging van maar liefst 73%. Ook de gemeenten Opmeer, Deventer, Pekela en Ermelo verhogen de leges met 36% tot wel 47%. Het duurst is de gemeente Haren met € 6.756, de gemeente Hoorn heeft met € 1.460 de laagste bouwleges. De enorme verschillen voor hetzelfde soort vergunning zijn huiseigenaren al vele jaren een doorn in het oog.
Vanaf 2017 zijn gemeenten verplicht om de kosten die zij toerekenen aan leges duidelijk te onderbouwen. “Gemeenten moeten aangeven welk werk ze doen voor de vergunningverlening, wat dat kost en hoeveel ze daarvan bij de burger in rekening brengen.” zegt Cindy van de Velde, algemeen directeur van Vereniging Eigen Huis.
De vereniging vraagt aan minister Plasterk om bovendien het model voor uniforme kostenverantwoording van de VNG aan gemeenten voor te schrijven. Gemeenten gaan nu op heel verschillende manieren om met het verantwoorden van de gemaakte kosten.
Bouwkostenbureau IGG Bouweconomie onderzocht op verzoek van Vereniging Eigen Huis de prijs van bouwvergunningen. In alle 390 gemeenten is gevraagd naar de vergunningskosten voor een eenvoudige verbouwing van € 10.000 en voor de bouw van een nieuwbouwwoning met een bouwsom van € 130.000. Een vergunning voor een kleine verbouwing kost gemiddeld € 362, voor de bouw van een nieuwbouwwoning is dit € 3.712. Landelijk gezien stijgen de kosten voor een kleine bouwvergunningen met gemiddeld 1,9% en voor een nieuwbouwwoning met 0,6%.
Er zijn ook gemeenten waar de leges voor een bouwvergunning dalen. Voor een kleine bouwvergunning dalen de kosten in Son en Breugel, Heerenveen, Rotterdam en Rheden met 20% of meer. In Eindhoven, Hoorn, Heerenveen en Baarn dalen de kosten van een bouwvergunning voor een nieuwbouwwoning met 30% of meer. Voor inwoners van Eindhoven is dat een halvering van € 7.740 naar € 3.773. Een volledige lijst van alle gemeenten staat op www.eigenhuis.nl
maandag 15 mei 2017
Tikkie breekt door grens van half miljoen gebruikers
Terugbetaalapp Tikkie is in minder dan een jaar na introductie door de grens van een half miljoen gebruikers gebroken. Tikkie is daarmee de snelst groeiende betaalapp van Nederland.
Tikkie wordt vooral gebruikt door vrienden, familie en collega's die de rekening delen. De meeste tikkies worden verstuurd voor de rekening van een etentje, cafébezoek, vakantietripjes en cadeautjes. Veel gebruikers waarderen de betaalapp zo, dat ze de app aanbevelen aan vrienden en kennissen. 74 procent van de gebruikers geeft de app een cijfer 9 of hoger, zo blijkt uit onderzoek onder ruim 1300 Tikkie gebruikers.
Na de introductie van Tikkie voor particulieren in juni 2016, is in februari 2017 ook de eerste zakelijke samenwerking gestart met Transavia. Klanten van de luchtvaartmaatschappij kunnen extra services die zij mobiel en online bestellen, zoals een stoelreservering of extra koffer, afrekenen met Tikkie. Transavia-klanten die via Tikkie betalen, rekenen hun bestelling binnen iets meer dan 1 uur af.
Frank Verkerk, ABN AMRO Chief Digital Officer: ,,We zijn heel blij dat Tikkie zo populair is. We wilden een app maken die het ongemakkelijke van geld terugvragen zou wegnemen. Een half miljoen gebruikers in minder dan een jaar tijd geeft aan dat we daarmee goed op weg zijn. En we worden wekelijks benaderd door bedrijven die met Tikkie willen werken."
Tikkie wordt vooral gebruikt door vrienden, familie en collega's die de rekening delen. De meeste tikkies worden verstuurd voor de rekening van een etentje, cafébezoek, vakantietripjes en cadeautjes. Veel gebruikers waarderen de betaalapp zo, dat ze de app aanbevelen aan vrienden en kennissen. 74 procent van de gebruikers geeft de app een cijfer 9 of hoger, zo blijkt uit onderzoek onder ruim 1300 Tikkie gebruikers.
Na de introductie van Tikkie voor particulieren in juni 2016, is in februari 2017 ook de eerste zakelijke samenwerking gestart met Transavia. Klanten van de luchtvaartmaatschappij kunnen extra services die zij mobiel en online bestellen, zoals een stoelreservering of extra koffer, afrekenen met Tikkie. Transavia-klanten die via Tikkie betalen, rekenen hun bestelling binnen iets meer dan 1 uur af.
Frank Verkerk, ABN AMRO Chief Digital Officer: ,,We zijn heel blij dat Tikkie zo populair is. We wilden een app maken die het ongemakkelijke van geld terugvragen zou wegnemen. Een half miljoen gebruikers in minder dan een jaar tijd geeft aan dat we daarmee goed op weg zijn. En we worden wekelijks benaderd door bedrijven die met Tikkie willen werken."
Oplichting met papieren TAN-codes van ING
Bij ING kun je nog steeds geld overboeken met een lijstje TAN-codes op papier. Bijna een miljoen ING-klanten gebruiken nog zo’n lijst, wat een stuk onveiliger is dan de bank zegt. Een crimineel kan het bedrag en rekeningnummer achteraf namelijk nog aanpassen.
Bij ING kun je een overboeking sinds kort goedkeuren via de mobiel bankieren app, maar de meeste klanten gebruiken een zogeheten TAN-code voor de overboeking: een Transactie Autorisatie Code. Die code krijg je via een smsje op de telefoon of haal je van een papieren lijst.
De meeste ING-klanten ontvangen de code per sms, maar bijna 1 miljoen zoeken de 6-cijferige TAN-code op via een ouderwetse papieren lijst aan de hand van het 3-cijferig volgnummer dat bij de overboeking staat. Die cijfercombinatie is één keer te gebruiken. Volgens ING zijn beide kanalen even veilig, maar dat is niet helemaal waar.
De ‘papieren’ codes zijn - in tegenstelling tot de TAN-codes per sms - niet gekoppeld aan de overboeking. Zolang de opdracht nog niet is verstuurd kan iemand het bedrag nog honderden of duizenden euro’s ophogen, afhankelijk van het saldo en de betaallimiet (standaard €5000, op te hogen tot €50.000).
Ook kan het rekeningnummer van de ontvanger worden gewijzigd. Een kwaadwillende moet dan wel de besturing van je computer overnemen zodra de TAN-code is ingetoetst in de digitale bankomgeving. Banken vergoeden je schade in principe niet, omdat je zelf toegang geeft tot je computer en je codes voor inloggen en bevestigen van betaalopdrachten.
Miljoenenclaim dreigt vanwege risico-opslag
Stichting Woekerrente wil compensatie voor woningbezitters die te veel rente hebben betaald over hun hypotheek. Daarmee dreigt een miljoenenclaim voor banken die de hypotheken verkochten. Ze zouden een te hoge risico-opslag boven op de hypotheekrente rekenen en daar hun klanten niet goed over hebben ingelicht. Stichting Woekerrente wil ervoor zorgen dat huiseigenaren hun te veel betaalde rente terugkrijgen.
Banken verhogen de rente op hypotheken in de regel met een opslag als de hypotheek hoger is dan 60% van de woningwaarde. Dat doen banken om het risico af te dekken dat ze bij een gedwongen verkoop niet het totale hypotheekbedrag terugkrijgen. Om te bepalen hoe hoog de risico-opslag is, hanteren banken verschillende risicoklassen. De opslag wordt hoger als het geleende bedrag hoger is ten opzichte van de waarde van de woning. Bedraagt de hypotheek bijvoorbeeld meer dan 100% van de woningwaarde dan rekent de bank een hogere risico-opslag dan wanneer de hypotheek 80% bedraagt van de hypotheek. De percentages en klassen zijn niet bij iedere bank hetzelfde.
Banken verhogen de rente op hypotheken in de regel met een opslag als de hypotheek hoger is dan 60% van de woningwaarde. Dat doen banken om het risico af te dekken dat ze bij een gedwongen verkoop niet het totale hypotheekbedrag terugkrijgen. Om te bepalen hoe hoog de risico-opslag is, hanteren banken verschillende risicoklassen. De opslag wordt hoger als het geleende bedrag hoger is ten opzichte van de waarde van de woning. Bedraagt de hypotheek bijvoorbeeld meer dan 100% van de woningwaarde dan rekent de bank een hogere risico-opslag dan wanneer de hypotheek 80% bedraagt van de hypotheek. De percentages en klassen zijn niet bij iedere bank hetzelfde.
vrijdag 12 mei 2017
ABN AMRO past Grip-app aan na kritiek
De Grip app van ABN AMRO wil betaalgegevens van klanten gebruiken voor het doen van persoonlijke aanbiedingen. Dit staat in de privacyverklaring van de app, maar ABN AMRO vraagt hiervoor geen toestemming. Na kritiek van de Consumentenbond voegt de bank een afmeldmogelijkheid toe.
ABN AMRO geeft aan de klantgegevens nog niet voor marketing te gebruiken en dat klanten zich hiervoor kunnen afmelden als ABN dat wel gaat doen. De Consumentenbond vindt dit een stap in de goede richting, maar niet voldoende.
Bart Combée, directeur Consumentenbond: `Het is onwenselijk als nieuwe en bestaande gebruikers van de app zelf in actie moeten komen om hun privacy te beschermen (‘opt-out’). Beter is het als klanten vooraf toestemming geven (‘opt-in’) en dat ook duidelijk is waarvoor de gegevens eigenlijk gebruikt worden.’
De ABN AMRO Grip-app bestaat sinds november 2016. Het is een digitaal huishoudboekje waarmee klanten van de bank hun inkomsten en uitgaven kunnen bijhouden. Inmiddels gebruiken ruim 150.000 consumenten deze app die is gekoppeld aan de Mobiel Bankieren app van ABN AMRO.
In de privacyverklaring van Grip staat dat ABN AMRO alle transactiegegevens van de klant kan gebruiken voor direct marketing. Consumenten kunnen aanbiedingen gaan krijgen van de bank op basis van hun (betaal)profiel, laat ABN AMRO desgevraagd weten, maar de bank is daarmee nog niet gestart.
ABN AMRO geeft aan de klantgegevens nog niet voor marketing te gebruiken en dat klanten zich hiervoor kunnen afmelden als ABN dat wel gaat doen. De Consumentenbond vindt dit een stap in de goede richting, maar niet voldoende.
Bart Combée, directeur Consumentenbond: `Het is onwenselijk als nieuwe en bestaande gebruikers van de app zelf in actie moeten komen om hun privacy te beschermen (‘opt-out’). Beter is het als klanten vooraf toestemming geven (‘opt-in’) en dat ook duidelijk is waarvoor de gegevens eigenlijk gebruikt worden.’
De ABN AMRO Grip-app bestaat sinds november 2016. Het is een digitaal huishoudboekje waarmee klanten van de bank hun inkomsten en uitgaven kunnen bijhouden. Inmiddels gebruiken ruim 150.000 consumenten deze app die is gekoppeld aan de Mobiel Bankieren app van ABN AMRO.
In de privacyverklaring van Grip staat dat ABN AMRO alle transactiegegevens van de klant kan gebruiken voor direct marketing. Consumenten kunnen aanbiedingen gaan krijgen van de bank op basis van hun (betaal)profiel, laat ABN AMRO desgevraagd weten, maar de bank is daarmee nog niet gestart.
Betere resultaten voor Allianz
De Duitse verzekeraar Allianz heeft afgelopen kwartaal meer winst behaald dan een jaar eerder. De operationele winst uit schadeverzekeringen zakte met bijna 13 procent, als gevolg van zware stormen in Europa en Australië. Daartegenover stond een stijging van de winst uit zorg- en levensverzekeringen met meer dan een derde, mede dankzij de aantrekkende rente in de Verenigde Staten. De totale inkomsten voor Allianz liepen met 2,3 procent op tot 36,2 miljard euro. Daarop behaalde de verzekeraar een operationeel resultaat van 2,9 miljard euro.
Ouderen geven miljarden per jaar weg
Bijna één op de drie huishoudens van 65-plussers heeft in de afgelopen twee jaar naar eigen zeggen geld geschonken. Zij schonken in 2015 en 2016 gemiddeld zo’n vier duizend euro per jaar. Vrijwel altijd ging het om schenkingen aan kinderen of kleinkinderen. De totale jaarlijkse schenkingen van alle 65-plussers tellen hiermee op tot gemiddeld zo’n 2,4 miljard euro. Ook onder 55- tot 65-jarigen wordt relatief vaak geschonken. Zij gaven de afgelopen jaren in totaal zo’n 1,2 miljard euro per jaar weg. Dat blijkt uit de ING Financieel fit Special.
Een belangrijk deel van de schenkingen komt terecht bij 25- tot 35-jarigen. Maar liefst een kwart van hen geeft aan in de afgelopen twee jaar een schenking te hebben ontvangen. Ze rapporteren een gemiddeld ontvangen bedrag van zo’n 10 duizend euro. Dit zou in totaal optellen tot ruim 1,5 miljard euro per jaar.
Als gevolg van de crisis hebben veel Nederlanders op hun buffers moeten interen. Vooral jongeren en jongvolwassenen (35-minners) zagen veel van hun vermogen verdampen. Hun vermogen - exclusief het eigen huis en de daarop rustende hypotheekschuld - was in 2007 nog gemiddeld 24 duizend euro. In 2015 bezaten 35-minners gemiddeld slechts 15 duizend euro. Dat is bijna 40% minder.
Schenken heeft een positief effect op de economie. Waar het geld voorheen vaak ‘onaangeroerd’ op rekeningen van ouderen stond, komt een belangrijk deel nu in de economie terecht. Ruwweg de helft (48%) van de schenkingen wordt uitgegeven aan verbouwingen, vakanties, auto’s, huwelijken of andere dagelijkse bestedingen, zo blijkt uit de ING Financieel fit Barometer. Een kwart (24%) van de giften wordt besteed aan de aankoop van een woning of het aflossen van de hypotheekschuld. Dit geld komt niet direct in de economie terecht, maar heeft vaak wel indirecte effecten. Zo leveren extra woningaankopen meer omzet op voor makelaars en notarissen.
Ook in de komende jaren zullen veel ouderen geld schenken aan hun (klein-)kinderen. 28 procent van de 65-plussers geeft aan in 2017 of 2018 ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk’ een deel van hun vermogen weg te geven aan familieleden die het kunnen gebruiken. Dit aandeel is vrijwel even groot als in 2015 en 2016. Vanaf dit jaar (2017) is het bovendien weer extra aantrekkelijk om grote bedragen te schenken, omdat de schenkingsvrijstelling permanent is verhoogd tot 100.000 euro (mits besteed aan de eigen woning of aflossing).
De komende decennia zullen vermogensoverdrachten vermoedelijk steeds groter worden. Veel van de ‘babyboomers’ die nu met pensioen gaan zijn welvarend. Bovendien zijn ze met velen. 65-plussers geven aan gemiddeld zo’n 10 procent van hun huidige financiële vermogen bij leven te willen schenken. Bij rijkere 65-plussers ligt dit aandeel hoger dan gemiddeld. De huidige 65-plussers zullen hiermee in totaal naar schatting nog zeker zo’n 30 miljard euro bij leven weggeven.
65-plussers zouden idealiter zo’n 20 procent van hun financieel vermogen willen nalaten via erfenissen, zo blijkt uit de ING Financieel fit Barometer. Dit bedrag is gemiddeld twee keer zo groot als het bedrag dat ze bij leven willen schenken (10 procent van hun vermogen). Toch is het financieel vaak verstandiger met de warme hand te schenken, omdat dat fiscaal flink scheelt.
Een geërfde euro heeft gemiddeld ook minder impact op de economie dan een geschonken euro. Nu Nederlanders steeds ouder sterven, zijn de primaire ontvangers van hun erfenissen – hun kinderen – namelijk vaak ver voorbij de veertig op het moment dat zij de erfenis ontvangen. Op die leeftijd hebben meer mensen hun financiële schaapjes op het droge. In een eerdere levensfase is een som geld vaak veel meer welkom. Een verschuiving van erfenissen naar schenkingen zou zo de economische groei kunnen aanjagen en bij kunnen dragen aan betere spreiding van financiële armslag over de levensloop.
Een belangrijk deel van de schenkingen komt terecht bij 25- tot 35-jarigen. Maar liefst een kwart van hen geeft aan in de afgelopen twee jaar een schenking te hebben ontvangen. Ze rapporteren een gemiddeld ontvangen bedrag van zo’n 10 duizend euro. Dit zou in totaal optellen tot ruim 1,5 miljard euro per jaar.
Als gevolg van de crisis hebben veel Nederlanders op hun buffers moeten interen. Vooral jongeren en jongvolwassenen (35-minners) zagen veel van hun vermogen verdampen. Hun vermogen - exclusief het eigen huis en de daarop rustende hypotheekschuld - was in 2007 nog gemiddeld 24 duizend euro. In 2015 bezaten 35-minners gemiddeld slechts 15 duizend euro. Dat is bijna 40% minder.
Schenken heeft een positief effect op de economie. Waar het geld voorheen vaak ‘onaangeroerd’ op rekeningen van ouderen stond, komt een belangrijk deel nu in de economie terecht. Ruwweg de helft (48%) van de schenkingen wordt uitgegeven aan verbouwingen, vakanties, auto’s, huwelijken of andere dagelijkse bestedingen, zo blijkt uit de ING Financieel fit Barometer. Een kwart (24%) van de giften wordt besteed aan de aankoop van een woning of het aflossen van de hypotheekschuld. Dit geld komt niet direct in de economie terecht, maar heeft vaak wel indirecte effecten. Zo leveren extra woningaankopen meer omzet op voor makelaars en notarissen.
Ook in de komende jaren zullen veel ouderen geld schenken aan hun (klein-)kinderen. 28 procent van de 65-plussers geeft aan in 2017 of 2018 ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk’ een deel van hun vermogen weg te geven aan familieleden die het kunnen gebruiken. Dit aandeel is vrijwel even groot als in 2015 en 2016. Vanaf dit jaar (2017) is het bovendien weer extra aantrekkelijk om grote bedragen te schenken, omdat de schenkingsvrijstelling permanent is verhoogd tot 100.000 euro (mits besteed aan de eigen woning of aflossing).
De komende decennia zullen vermogensoverdrachten vermoedelijk steeds groter worden. Veel van de ‘babyboomers’ die nu met pensioen gaan zijn welvarend. Bovendien zijn ze met velen. 65-plussers geven aan gemiddeld zo’n 10 procent van hun huidige financiële vermogen bij leven te willen schenken. Bij rijkere 65-plussers ligt dit aandeel hoger dan gemiddeld. De huidige 65-plussers zullen hiermee in totaal naar schatting nog zeker zo’n 30 miljard euro bij leven weggeven.
65-plussers zouden idealiter zo’n 20 procent van hun financieel vermogen willen nalaten via erfenissen, zo blijkt uit de ING Financieel fit Barometer. Dit bedrag is gemiddeld twee keer zo groot als het bedrag dat ze bij leven willen schenken (10 procent van hun vermogen). Toch is het financieel vaak verstandiger met de warme hand te schenken, omdat dat fiscaal flink scheelt.
Een geërfde euro heeft gemiddeld ook minder impact op de economie dan een geschonken euro. Nu Nederlanders steeds ouder sterven, zijn de primaire ontvangers van hun erfenissen – hun kinderen – namelijk vaak ver voorbij de veertig op het moment dat zij de erfenis ontvangen. Op die leeftijd hebben meer mensen hun financiële schaapjes op het droge. In een eerdere levensfase is een som geld vaak veel meer welkom. Een verschuiving van erfenissen naar schenkingen zou zo de economische groei kunnen aanjagen en bij kunnen dragen aan betere spreiding van financiële armslag over de levensloop.
donderdag 11 mei 2017
Aegon boekt fors hogere nettowinst in eerste kwartaal
Het onderliggend resultaat van Aegon over het eerste kwartaal kwam 6 procent hoger uit door kostenbesparingen in de VS en toenemende inkomsten uit fees. Aegon boekte een onderliggend resultaat van 488 miljoen euro, waar analisten gemiddeld 477 miljoen hadden verwacht. De nettowinst steeg sterk tot 378 miljoen euro.
‘Wij hebben dit kwartaal goede resultaten laten zien door ons ambitieuze kostenbesparingsprogramma en de toegenomen bijdrage van onze groeiende fee business,’ benadrukt Alex Wynaendts, voorzitter Raad van Bestuur.
Analisten hadden al gerekend op goede cijfers. Het laatste kwartaal van 2016 sloot Aegon ook al af met een flinke winstgroei. De verzekeraar deed toen vooral goede zaken in Amerika.
Kerncijfers
- Solvency II ratio onveranderd op een geschatte 157 procent. De aankoop van Cofunds en het
dividend over 2016 worden volledig gecompenseerd door het gegenereerde kapitaal.
- Gegenereerd kapitaal is 0,5 miljard euro, inclusief gunstige marktinvloeden en
eenmalige items van 0,2 miljard
- Kapitaaloverschot in de holding daalt met 0,1 miljard tot 1,4 miljard door
financierings- en operationele kosten
- Bruto-schuldratio verbetert met 40 basispunten tot 29,4 procent als gevolg van ingehouden winsten
‘Wij hebben dit kwartaal goede resultaten laten zien door ons ambitieuze kostenbesparingsprogramma en de toegenomen bijdrage van onze groeiende fee business,’ benadrukt Alex Wynaendts, voorzitter Raad van Bestuur.
Analisten hadden al gerekend op goede cijfers. Het laatste kwartaal van 2016 sloot Aegon ook al af met een flinke winstgroei. De verzekeraar deed toen vooral goede zaken in Amerika.
Kerncijfers
- Solvency II ratio onveranderd op een geschatte 157 procent. De aankoop van Cofunds en het
dividend over 2016 worden volledig gecompenseerd door het gegenereerde kapitaal.
- Gegenereerd kapitaal is 0,5 miljard euro, inclusief gunstige marktinvloeden en
eenmalige items van 0,2 miljard
- Kapitaaloverschot in de holding daalt met 0,1 miljard tot 1,4 miljard door
financierings- en operationele kosten
- Bruto-schuldratio verbetert met 40 basispunten tot 29,4 procent als gevolg van ingehouden winsten
Groei bancaire hypotheekverstrekking na drie jaar positief
Sinds december 2016 is de jaar-op-jaar groei van de hypotheekverstrekking door Nederlandse banken voor het eerst sinds drie jaar weer positief. In februari 2017 bedroeg de jaar-op-jaar groei 0,3% en in maart 0,2%. Daarmee is de groei nog lang niet terug op het niveau van vóór de financiële crisis toen een jaar-op-jaargroei van boven de 5% gangbaar was.
In maart 2014 bereikte de jaargroei een dieptepunt, toen daalde de bancaire hypotheekverstrekking met 1,4%. Het heeft daarna echter nog bijna twee jaar geduurd voordat de jaargroei weer positief werd. Wel was in de maanden november 2016 tot en met januari 2017 de maand-op-maand groei nog negatief. Dit is echter niet ongebruikelijk rond de jaarwisseling, wanneer huishoudens bijvoorbeeld spaargeld gebruiken om extra af te lossen op hun hypotheek.
In maart 2014 bereikte de jaargroei een dieptepunt, toen daalde de bancaire hypotheekverstrekking met 1,4%. Het heeft daarna echter nog bijna twee jaar geduurd voordat de jaargroei weer positief werd. Wel was in de maanden november 2016 tot en met januari 2017 de maand-op-maand groei nog negatief. Dit is echter niet ongebruikelijk rond de jaarwisseling, wanneer huishoudens bijvoorbeeld spaargeld gebruiken om extra af te lossen op hun hypotheek.