UvA-economen kraken het Libor- en Euribor-schandaal als kartel
Onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en DIW Berlin, het Duitse Instituut voor Economisch Onderzoek, hebben het manipulatieschandaal rond het bepalen van Libor en Euribor rentes gekraakt als een mogelijk geval van ongeoorloofde kartelvorming. Tegen de gangbare opvatting in dat dit onmogelijk zou zijn, laten zij zien dat complete groepen van grootbanken in deze kartels betrokken kunnen zijn geweest. De onderzoekers stellen dat de rentebenchmarks kwetsbaar blijven voor kartelmechanismen, ook na de implementatie van recente en voorgestelde hervormingen.
Libor en Euribor zijn belangrijke rentetarieven tussen banken. Bij het Libor- en Euribor-schandaal werd gemanipuleerd met de rente die banken bij elkaar in rekening brengen als ze geld aan elkaar lenen. Sinds de ontdekking van het manipulatieschandaal in 2008 is de algemene aanname dat de Libor- en Euribor- schandalen slechts rogue traders betrof van een paar betrokken banken: enkele frauderende medewerkers die de rentestanden manipuleerden voor eigen gewin, mogelijk zelfs tegen het belang van hun werkgever in. De autoriteiten in de VS en EU hebben de schandalen dan ook behandeld als frauduleus gedrag in strijd met de bankcode en het beroepsgeheim. Alleen de Europese Commissie heeft een aantal van de grootbanken vervolgd voor kartelvorming onder de mededingingswet, Artikel 101 TFEU.
Tot op heden is niet bekend hoe dat kartel dan zou hebben gewerkt. Intussen verloopt private procesvoering wegens kartelschade langzaam, mede vanwege conceptuele rechtsvragen in de Verenigde Staten over of de Libor/Euribor-manipulaties wel onder de mededingingswet vallen.
In een nieuw onderzoeksrapport laten Nuria Boot (DIW Berlin), Timo Klein (UvA) en Maarten Pieter Schinkel (UvA) met kartel- en financieringstheorie zien hoe een continue rentekartel houdbaar kan zijn door preventieve portfolioveranderingen. Hiermee kunnen betrokken banken voorkomen dat hun portfolioposities te veel variëren en zij tegenstrijdige belangen hebben. Het uitwisselen van voorkennis faciliteert het kartel in het voorlopen op de markt en het verminderen van eventuele tegenstrijdige belangen. Door het kartel aangewezen banken manipuleren vervolgens specifieke transacties, om zo tot optimale rentestanden te kunnen komen. Omdat het kartel door fluctuerende belangen niet altijd in staat is om tot een stabiele samenwerking te komen, is er zo nu en dan een tijdelijke terugval naar niet-coöperatief gedrag, waarbij de banken (min of meer) eerlijk hun rentestanden doorgeven.
De rentes blijven dus ook vandaag nog kwetsbaar voor gezamenlijke manipulatie, zelfs na de invoering van alle voorgestelde hervormingen van Libor en Euribor, die gedurende 2017 gepland staan. Periodes van hogere volatiliteit in rentestanden kunnen een indicatie zijn van samenzwering.
Libor en Euribor zijn belangrijke rentetarieven tussen banken. Bij het Libor- en Euribor-schandaal werd gemanipuleerd met de rente die banken bij elkaar in rekening brengen als ze geld aan elkaar lenen. Sinds de ontdekking van het manipulatieschandaal in 2008 is de algemene aanname dat de Libor- en Euribor- schandalen slechts rogue traders betrof van een paar betrokken banken: enkele frauderende medewerkers die de rentestanden manipuleerden voor eigen gewin, mogelijk zelfs tegen het belang van hun werkgever in. De autoriteiten in de VS en EU hebben de schandalen dan ook behandeld als frauduleus gedrag in strijd met de bankcode en het beroepsgeheim. Alleen de Europese Commissie heeft een aantal van de grootbanken vervolgd voor kartelvorming onder de mededingingswet, Artikel 101 TFEU.
Tot op heden is niet bekend hoe dat kartel dan zou hebben gewerkt. Intussen verloopt private procesvoering wegens kartelschade langzaam, mede vanwege conceptuele rechtsvragen in de Verenigde Staten over of de Libor/Euribor-manipulaties wel onder de mededingingswet vallen.
In een nieuw onderzoeksrapport laten Nuria Boot (DIW Berlin), Timo Klein (UvA) en Maarten Pieter Schinkel (UvA) met kartel- en financieringstheorie zien hoe een continue rentekartel houdbaar kan zijn door preventieve portfolioveranderingen. Hiermee kunnen betrokken banken voorkomen dat hun portfolioposities te veel variëren en zij tegenstrijdige belangen hebben. Het uitwisselen van voorkennis faciliteert het kartel in het voorlopen op de markt en het verminderen van eventuele tegenstrijdige belangen. Door het kartel aangewezen banken manipuleren vervolgens specifieke transacties, om zo tot optimale rentestanden te kunnen komen. Omdat het kartel door fluctuerende belangen niet altijd in staat is om tot een stabiele samenwerking te komen, is er zo nu en dan een tijdelijke terugval naar niet-coöperatief gedrag, waarbij de banken (min of meer) eerlijk hun rentestanden doorgeven.
De rentes blijven dus ook vandaag nog kwetsbaar voor gezamenlijke manipulatie, zelfs na de invoering van alle voorgestelde hervormingen van Libor en Euribor, die gedurende 2017 gepland staan. Periodes van hogere volatiliteit in rentestanden kunnen een indicatie zijn van samenzwering.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.