Het beeld dat werknemers voldoende pensioen opbouwen en zzp’ers te weinig klopt niet: bij beide groepen is de variatie in pensioenopbouw groot. Van alle werkende Nederlanders in loondienst stevent 31 procent af op een pensioentekort. Voor zzp’ers is dat 43 procent.
Daarbij zijn alle vormen van vermogensopbouw al meegerekend, zoals het voordeel van een (grotendeels) afgelost huis. Ook blijkt dat werkenden onder de 45 jaar hun verwachte AOW-leeftijd met anderhalf tot twee jaar onderschatten. Inzicht in de eigen pensioenopbouw is daarom voor álle werkenden van belang.
Uit een Nibud- enquête in opdracht van Rabobank blijkt de meerderheid van de ondervraagde werknemers niet te weten of hun pensioenregeling beter of slechter is dan gemiddeld. Rabobank-econoom Leontine Treur: “Dat is logisch, want op geen enkel Uniform Pensioenoverzicht staat met grote letters de waarschuwing: ‘Pas op, deze pensioenregeling is ondermaats’. Werknemers weten meestal niet of hun pensioenregeling royaal of juist karig is. Laat staan dat zij de hoogte van de pensioenopbouw betrekken in de salarisonderhandelingen wanneer zij van baan wisselen.”
De variatie in de pensioenopbouw van werkenden is niet alleen het gevolg van individuele verschillen in loopbaan en levensloop; ook de kwaliteit van pensioenregelingen speelt een belangrijke rol, waar mensen zich vaak niet bewust van zijn.
Inzicht in de eigen pensioenopbouw is daarom essentieel, benadrukt Treur. “Voor een grote groep mensen is het verstandig om zelf extra vermogen op te bouwen, bijvoorbeeld door zelf te sparen of te beleggen - al dan niet via speciale pensioenproducten, of door extra af te lossen op de hypotheek. Minstens zo belangrijk is het om te investeren in de eigen inzetbaarheid, om ook als zestigplusser nog goed inzetbaar te zijn op de arbeidsmarkt. Dat betekent bijtijds investeren in kennis en vaardigheden, maar ook zo gezond mogelijk leven.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.