Stresstest bevestigt stevige kapitaalbuffer van ABN AMRO
De European Banking Authority (EBA) heeft de uitkomsten gepubliceerd van de EU-brede stresstest 2018 die onder Europese banken is gehouden, waaronder ABN AMRO. Uitgangspunt van de stresstest was een CET1 ratio van 17,53 procent, gecorrigeerd voor IFRS9, per eind 2017. Het resultaat van de stresstest voor ABN AMRO kwam in het basisscenario uit op een CET1 kapitaalratio van 19,70 procent, en in het ongunstige scenario op een CET1 kapitaalratio van 14,85 procent, beide per eind 2020.
De stresstest is door toezichthouders ontworpen en wordt door hen gebruikt om kapitaaleisen vast te stellen als onderdeel van het komende SREP evaluatieproces. Hiermee kan de toezichthouder een oordeel vormen over het vermogen van de bank om onder stressscenario’s aan de prudentiële eisen te voldoen. Daarnaast helpt dit de toezichthouder bij het bespreken van risicobeperkende maatregelen. De stresstest dient ook om de transparantie van banken onderling te bevorderen. Voor deze stresstest kunnen banken niet slagen of zakken.
Het ongunstige scenario waarvan in de stress test gebruik wordt gemaakt, wordt vastgesteld door de Europese Centrale Bank en de European Systemic Risk Board. Er wordt naar een periode van drie jaar gekeken (2018-2020). De stresstest gaat uit van een statische balans, en houdt dus geen rekening met toekomstige maatregelen van het bestuur. De hierin genoemde resultaten van ABN AMRO moeten daarom niet als een prognose worden gezien.
Het basisscenario, dat vooral gevolgen had voor de nettorentebaten, resulteerde in een fully loaded CET1 ratio van 19,70 procent en een leverage ratio van 4,58 procent, beide per eind 2020. Het ongunstige scenario, dat ook gevolgen had voor de kredietvoorzieningen, bedrijfskosten en risk-weighted assets, resulteerde in een daling van de CET1 ratio naar 14,85 procent en een leverage ratio van 4,03 procent.
De stresstest is door toezichthouders ontworpen en wordt door hen gebruikt om kapitaaleisen vast te stellen als onderdeel van het komende SREP evaluatieproces. Hiermee kan de toezichthouder een oordeel vormen over het vermogen van de bank om onder stressscenario’s aan de prudentiële eisen te voldoen. Daarnaast helpt dit de toezichthouder bij het bespreken van risicobeperkende maatregelen. De stresstest dient ook om de transparantie van banken onderling te bevorderen. Voor deze stresstest kunnen banken niet slagen of zakken.
Het ongunstige scenario waarvan in de stress test gebruik wordt gemaakt, wordt vastgesteld door de Europese Centrale Bank en de European Systemic Risk Board. Er wordt naar een periode van drie jaar gekeken (2018-2020). De stresstest gaat uit van een statische balans, en houdt dus geen rekening met toekomstige maatregelen van het bestuur. De hierin genoemde resultaten van ABN AMRO moeten daarom niet als een prognose worden gezien.
Het basisscenario, dat vooral gevolgen had voor de nettorentebaten, resulteerde in een fully loaded CET1 ratio van 19,70 procent en een leverage ratio van 4,58 procent, beide per eind 2020. Het ongunstige scenario, dat ook gevolgen had voor de kredietvoorzieningen, bedrijfskosten en risk-weighted assets, resulteerde in een daling van de CET1 ratio naar 14,85 procent en een leverage ratio van 4,03 procent.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.