Vanaf begin 2019 wordt in Nederland PSD2 van kracht (Payment Service Directive 2). Met deze nieuwe Europese bankenwet kunnen consumenten hun bankgegevens delen met andere partijen dan hun eigen bank. Hiervoor moet de consument eerst uitdrukkelijke toestemming geven. Hierna moet de bank alle transactiedata van de consument (rekeninghouder) met een externe partij (financiƫle dienstverlener) delen voor een periode van 90 dagen, waarna de consument zijn toestemming kan vernieuwen.
De organisatie Privacy First heeft grote zorgen rond PSD2. De wet is teveel gericht op het verbeteren van mededinging en innovatie en het privacybelang van de rekeninghouders is uit het oog verloren.
De grootste bezwaren van Privacy First zijn:
Consumenten kunnen de hoeveelheid bankgegevens niet beperken. Zelfs als een financiƫle dienstverlener deze gegevens niet nodig heeft, wordt na het geven van toestemming toch alle data gedeeld.
In de bankgegevens van een consument staan ook de gegevens van andermans tegenrekening. Deze persoon weet niet dat zijn gegevens gedeeld worden en kan dit ook niet verhinderen. Doordat de transactiedata via Big Data en data-analyses veel breder geanalyseerd zullen worden dan voor de inwerkingtreding van PSD2 ontstaan grote risico's op privacyschendingen.
Bankgegevens bevatten 'bijzondere persoonsgegevens' die alleen onder strikte voorwaarden verwerkt mogen worden. Een contributiebetaling aan een vakbond, politieke partij of organisatie die seksuele voorkeur onthult, moet volgens Privacy First gezien worden als bijzonder (gevoelig) persoonsgegeven. Ook transacties met zorgverleners en apotheken moeten als bijzondere persoonsgegevens worden gezien. Op dit moment bestaat geen mogelijkheid deze gegevens te filteren en worden ze verstrekt aan partijen die deze gegevens niet mogen verwerken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.