Recht op privacy wijkt in specifiek geval voor belang belastingheffing
De rechter heeft in hoger beroep geoordeeld dat de Belastingdienst terecht de bezoekgegevens van één Museumkaarthouder heeft opgevraagd. De Museumvereniging, uitgever van de Museumkaart, betreurt deze uitspraak en staat nog steeds pal achter het principe dat museumbezoek in ons land veilig en vrij dient te zijn. Voor de vereniging, en velen met haar, weegt het belang van het sociale grondrecht op onbelemmerde culturele ontplooiing zwaar. Door te benadrukken dat het hier ging om één individueel en specifiek geval, bevestigt het gerechtshof dat niet zomaar op grote schaal privacygevoelige gegevens zullen mogen worden opgevraagd en de Belastingdienst ‘op prudente wijze’ met haar bevoegdheden om dient te gaan.
De uitspraak van het gerechtshof volgt op de beslissing van de voorzieningenrechter vorig najaar, waarbij de Museumvereniging bezoekgegevens van een Museumkaarthouder meteen moest overleggen aan de Belastingdienst. Weliswaar heeft de vereniging daaraan gehoor gegeven maar omdat de privacy van alle Museumkaarthouders een principezaak is, heeft de Museumvereniging hoger beroep ingesteld. Hierover heeft de rechter 5 november jl. geoordeeld. In haar uitspraak stelt het gerechtshof dat in dit ene, specifieke geval de Belastingdienst terecht gebruik maakt van haar opsporingsbevoegdheid. Maar hiermee plaatst het gerechtshof ook een slot op de deur die het op grote schaal opvragen van gegevens over kaarthouders bemoeilijkt. Dat betekent helderheid voor Museumkaarthouders: zij kunnen onbelemmerd en eindeloos musea blijven ontdekken.
De Museumvereniging concludeert dat slechts in zeer uitzonderlijke situaties het algemeen belang op correcte belastingheffing boven het individuele recht op privacy zal kunnen gaan. De uitspraak kan richtinggevend zijn voor de wijze waarop wet- en regelgeving in een tijd waarin steeds meer digitale data beschikbaar komen, wordt toegepast. De Museumvereniging zet zich nu weer volledig in voor de uitdaging waar ruim 400 musea door het hele land voor staan: een blijvende binding van alle inwoners van ons land met museale collecties.
De uitspraak van het gerechtshof volgt op de beslissing van de voorzieningenrechter vorig najaar, waarbij de Museumvereniging bezoekgegevens van een Museumkaarthouder meteen moest overleggen aan de Belastingdienst. Weliswaar heeft de vereniging daaraan gehoor gegeven maar omdat de privacy van alle Museumkaarthouders een principezaak is, heeft de Museumvereniging hoger beroep ingesteld. Hierover heeft de rechter 5 november jl. geoordeeld. In haar uitspraak stelt het gerechtshof dat in dit ene, specifieke geval de Belastingdienst terecht gebruik maakt van haar opsporingsbevoegdheid. Maar hiermee plaatst het gerechtshof ook een slot op de deur die het op grote schaal opvragen van gegevens over kaarthouders bemoeilijkt. Dat betekent helderheid voor Museumkaarthouders: zij kunnen onbelemmerd en eindeloos musea blijven ontdekken.
De Museumvereniging concludeert dat slechts in zeer uitzonderlijke situaties het algemeen belang op correcte belastingheffing boven het individuele recht op privacy zal kunnen gaan. De uitspraak kan richtinggevend zijn voor de wijze waarop wet- en regelgeving in een tijd waarin steeds meer digitale data beschikbaar komen, wordt toegepast. De Museumvereniging zet zich nu weer volledig in voor de uitdaging waar ruim 400 musea door het hele land voor staan: een blijvende binding van alle inwoners van ons land met museale collecties.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.