maandag 6 april 2020

Invoering alias voor betaalrekeningnummer kost meer dan het oplevert

De Nederlandsche Bank ziet weinig heil in zogeheten aliassen voor betaalrekeningnummers. Het zou weliswaar het overstappen naar een andere bank gemakkelijker maken, maar de maatschappelijke kosten zijn veel hoger.

Een alias kan gekoppeld worden aan een betaalrekeningnummer (IBAN). Als een consument of bedrijf overstapt naar een andere bank, verandert het onderliggende nummer, maar blijft de alias gelijk. Dat zou de administratieve rompslomp van het overstappen verkleinen. Voorwaarde is wel dat iedereen de alias gebruikt.

Maar volgens DNB werkt een systeem met aliassen niet goed als Nederland het als enige zou invoeren. Het zou wel goed zijn te onderzoeken of de verhouding tussen kosten en baten gunstiger uitvalt als het systeem op Europees niveau wordt ingevoerd en ook voor andere toepassingen dan betalingsverkeer kan worden ingezet. Daarnaast kan de al door banken aangeboden Overstapservice nog veel intensiever worden gebruikt en verder verbeterd worden.

Bestaande aliassen zijn volgens de toezichthouder niet geschikt voor grootschalig aliasgebruik in het betalingsverkeer. Zo zijn e-mailadressen en telefoonnummers 'niet zelfcontroleerbaar'. Hierdoor kunnen typefouten tot een verkeerde betaling leiden. E-mailadressen en telefoonnummers zijn ook onvoldoende stabiel: consumenten en bedrijven kunnen van telefoonnummer of e-mailadres veranderen.

Ook kleven er  nadelen aan het enkel in Nederland en niet binnen heel de Single European Payments Area (SEPA) invoeren van aliasgebruik. De wet moet op punten worden aangepast, buitenlandse toetreders moeten extra kosten maken om actief te worden op de Nederlandse markt voor betaalrekeningen, en het leidt tot een duaal systeem voor binnenlandse en buitenlandse overschrijvingen en incasso’s.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.