Ondernemers en werkenden krijgen ook de komende periode financiële ondersteuning vanwege de aanhoudende impact van het coronavirus. Het eerste noodpakket banen en economie loopt door en het kabinet neemt nieuwe uitzonderlijke maatregelen. Dat is nodig, omdat steeds meer zzp’ers, mkb-ondernemers en grootbedrijven langzaam en soms deels weer opstarten, terwijl anderen nog dicht zijn of zonder opdrachten zitten.
De financiële kabinetssteun aan ondernemers en werkenden blijft zeer groot. Toch kunnen niet alle ontslagen en faillissementen worden voorkomen. Ook kan herstel in sommige sectoren lang gaan duren.
MKB-ondernemers in onder meer de horeca, recreatie, evenementen, kermissen, podia en theaters krijgen - bovenop de tegemoetkoming loonkosten (NOW) - een belastingvrije tegemoetkoming van het ministerie van EZK om hun vaste materiële kosten te kunnen betalen. Bedrijven krijgen afhankelijk van de omvang van het bedrijf, de hoogte van de vaste kosten en de mate van omzetderving (minimaal 30 procent) een tegemoetkoming voor hun vaste lasten tot een maximum van 20.000 euro voor de komende drie maanden. Er is 1 miljard euro beschikbaar als tegemoetkoming voor deze ondernemingen waar meer dan 800.000 mensen werken. In aanmerking komen de getroffen sectoren uit de TOGS-regeling.
Een ondernemer die minstens 20 procent omzetverlies verwacht, kan vanaf 6 juli 2020 een tegemoetkoming in de loonkosten aanvragen bij UWV voor juni, juli en augustus. Hierdoor kunnen bedrijven hun personeel doorbetalen. De verlengde NOW-regeling hanteert dezelfde systematiek van tegemoetkoming, maar de nieuwe regeling bevat ook wijzigingen.
Het kabinet verlengt de versoepelde regeling om zelfstandig ondernemers waaronder zzp’ers te ondersteunen, zodat zij een vergrote kans hebben om hun bedrijf te kunnen voortzetten. Zelfstandigen kunnen bij hun gemeente aanvullende inkomensondersteuning krijgen voor levensonderhoud. Deze vult tot eind augustus 2020 het inkomen aan tot het sociaal minimum en hoeft niet te worden terugbetaald.
De verlengde regeling bevat een partnerinkomenstoets. Dit betekent dat alleen huishoudens met een inkomen onder het sociaal minimum aanspraak kunnen maken op een tegemoetkoming in het levensonderhoud. Op deze manier wordt de ondersteuning voor levensonderhoud gericht op het garanderen van het sociaal minimum op huishoudniveau.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.