Rendement van Nederlandse banken is al jaren ondermaats
Na jaren van ondermaats presteren zat het in de eerste helft van 2023 eindelijk een keer mee voor banken. Hogere rentemarges en lagere voorzieningen duwden de winsten van de vier Nederlandse banken fors omhoog. Direct werd er om het hardst geroepen om die ‘overwinsten’ af te romen.
Door de snel opgelopen rente konden ING, ABN Amro, Rabobank en de Volksbank imposante resultaten overleggen. Bij alle vier de banken verdubbelde de winst nagenoeg, waarbij ook meehielp dat er (fors) lagere voorzieningen nodig waren voor slechte leningen.
Al snel was er uit allerlei hoeken en gaten te horen dat deze ‘overwinsten’ snel wegbelast moesten worden, zoals de regering in Italië nu ook probeert.
Toegegeven, de winstcijfers van de banken ogen indrukwekkend. En het is ook ergens ongemakkelijk dat de verklaring voor dit succes voornamelijk in Frankfurt te vinden is (hogere rente ECB) en niet het gevolg is van briljante strategieën vanuit de boardrooms van de vier banken.
Maar dat was niet anders toen rentes tot onder het nulpunt daalden en banken hun winsten juist zagen wegsmelten. Door de enorme balansen – honderden miljarden aan uitstaande leningen die gefinancierd zijn met deposito’s en een beetje eigen vermogen – zijn het factoren als de rente, economische groei en werkgelegenheid die bepalen hoeveel de bank verdient. Dat is nu eenmaal het lot van iedere grootbank.
Maar bij het benoemen van al die miljardenwinsten wordt wel eens vergeten hoeveel kapitaal van aandeelhouders hiervoor nodig was. Zo bedraagt het eigen vermogen van ING, Rabobank en ABN Amro volgens de boeken respectievelijk 51 miljard euro, 48 miljard euro en 24 miljard euro.
Door de snel opgelopen rente konden ING, ABN Amro, Rabobank en de Volksbank imposante resultaten overleggen. Bij alle vier de banken verdubbelde de winst nagenoeg, waarbij ook meehielp dat er (fors) lagere voorzieningen nodig waren voor slechte leningen.
Al snel was er uit allerlei hoeken en gaten te horen dat deze ‘overwinsten’ snel wegbelast moesten worden, zoals de regering in Italië nu ook probeert.
Toegegeven, de winstcijfers van de banken ogen indrukwekkend. En het is ook ergens ongemakkelijk dat de verklaring voor dit succes voornamelijk in Frankfurt te vinden is (hogere rente ECB) en niet het gevolg is van briljante strategieën vanuit de boardrooms van de vier banken.
Maar dat was niet anders toen rentes tot onder het nulpunt daalden en banken hun winsten juist zagen wegsmelten. Door de enorme balansen – honderden miljarden aan uitstaande leningen die gefinancierd zijn met deposito’s en een beetje eigen vermogen – zijn het factoren als de rente, economische groei en werkgelegenheid die bepalen hoeveel de bank verdient. Dat is nu eenmaal het lot van iedere grootbank.
Maar bij het benoemen van al die miljardenwinsten wordt wel eens vergeten hoeveel kapitaal van aandeelhouders hiervoor nodig was. Zo bedraagt het eigen vermogen van ING, Rabobank en ABN Amro volgens de boeken respectievelijk 51 miljard euro, 48 miljard euro en 24 miljard euro.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.