Nederlandse banken slagen er onvoldoende in om hun duurzaamheidsambities in praktijk te brengen. Zowel bij grote als kleine banken zijn er verschillen tussen het duurzaamheidsbeleid, de dagelijkse uitvoering ervan en hun informatievoorziening hierover. Dat blijkt uit academisch onderzoek onder vrijwel alle banken in Nederland – inclusief DNB.
Het onderzoek is uitgevoerd door Roos van Delden in het kader van haar master Environmental Sciences aan de Wageningen Universiteit, in samenwerking met adviesbureau ACE + Company, dat financiële instellingen ondersteunt op het gebied van veranderingen in wet- en regelgeving.
Banken zijn verplicht om ESG-gerelateerde ambities te definiëren. De wet- en regelgeving hieromtrent wordt steeds uitgebreider, wat onder meer geldt voor de rapportageverplichtingen. Door de toegenomen transparantie komt nu bovendrijven dat de acties die nodig zijn om de gedefinieerde ESG-doelstellingen te bereiken ontbreken.
De oorzaken van de kloof zijn divers. In het algemeen komt het door de bedrijfscultuur die duurzaamheid niet volledig integreert in alle lagen van de organisatie. Sommige banken hebben wel ESG-afdelingen, waaruit blijkt dat in de bestuurskamers voldoende besef is van het belang van ESG, maar te vaak worden deze nog als 'add-on' of marketingactiviteit beschouwd. Ook blijkt uit de ESG-uitgangspunten en -beleidsrichtlijnen van banken vaak niet duidelijk welke keuzes daaruit volgen in dagelijkse bedrijfsprocessen. Daardoor is het voor medewerkers onduidelijk hoe nu precies te handelen, bijvoorbeeld in de dienstverlening voor klanten met bedrijfsactiviteiten waarbij ESG-vraagstukken spelen.
Daarnaast speelt een rol dat de ESG-reguleringen zo complex en veranderlijk zijn, dat ze de uitvoering en rapportage bemoeilijken. Om de klimaatdoelstellingen te behalen, wordt wet- en regelgeving almaar uitgebreider, maar kleine en middelgrote banken hebben nu al vaak te weinig middelen en kennis beschikbaar om daarin bij te blijven. Inmiddels worden ook grotere banken hiermee geconfronteerd, maar zij hebben meer middelen beschikbaar en hebben vaak een intensievere relatie met de toezichthouder, waardoor ze de dialoog aan kunnen gaan.
Het niet halen van ESG-doelstellingen kan aanzienlijke gevolgen hebben. Zo kan het niet nakomen van beloftes aan stakeholders, onder wie werknemers, klanten en de samenleving, tot reputatieschade leiden die het vertrouwen in de bankensector ondermijnt. Dat kan langdurige impact hebben op de maatschappelijke perceptie van deze financiële instellingen. Een sprekend voorbeeld is de recente aanklacht van Milieudefensie tegen ING, die de bank beschuldigt van onvoldoende inzet in de strijd tegen de klimaatcrisis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.