Financiële aandelen nu populairder dan tech bij Nederlandse beleggers

Van particuliere beleggers wordt vaak gedacht dat ze sterk gefocust zijn op technologieaandelen, maar financiële dienstverlening blijkt het afgelopen kwartaal de meest populaire sector onder deze groep. Dit blijkt uit gegevens van het recente Retail Investor Beat-kwartaalonderzoek van handels- en beleggingsplatform eToro onder 10.000 particuliere beleggers verdeeld over 12 landen, waaronder Nederland.
 
48 procent van de Nederlandse beleggers zegt aandelen in financiële dienstverlening te bezitten, gevolgd door technologie (46%) en energie (39%). In het eerste kwartaal was technologie nog het meest populair (55%), gevolgd door financiële dienstverlening (53%) en energie (39%). De huidige verdeling is vergelijkbaar met de wereldwijde trend waar het merendeel zegt in financiële dienstverlening te beleggen (61%), gevolgd door technologie (40%) en energie (35%).

Alle drie de sectoren stonden de afgelopen 18 maanden in het middelpunt van de aandacht, waarbij technologie- en energieaandelen beter presteerden en aandelen in de financiële dienstverlening naar verwachting momentum opbouwen nu deze op een na grootste en een van de goedkoopste sectoren ter wereld profiteert van zowel lagere rentetarieven als een sterkere groei van leningen.
 
De gemiddelde portefeuille van de Nederlandse belegger bevat volgens de gegevens ook vaker aandelen genoteerd in eigen land (55%), gevolgd door buitenlandse aandelen (41%) en crypto (34%).
 
Op de vraag in welke sectoren particuliere beleggers de komende maanden verwachten hun beleggingen te verhogen, werden technologie en financiële dienstverlening wederom het vaakst genoemd, door respectievelijk 21% en 9% van de Nederlandse respondenten. Verder werd een gediversifieerde mix genoemd van energie (8%), vastgoed (6%) en gezondheidszorg (6%).
 
Van alle beleggingscategorieën werd crypto het vaakst genoemd als beleggingscategorie waarvan ze verwachten meer in te gaan beleggen. 16% van de Nederlandse beleggers geeft aan dat ze de voorkeur zullen geven aan deze beleggingscategorie, gevolgd door Nederlandse aandelen (14%), grondstoffen (12%), buitenlandse aandelen (11%), Nederlandse obligaties (8%), buitenlandse obligaties (5%), cash en geldmarktfondsen (3%), valuta/FX (3%) en alternatieve beleggingen (3%)

Carbon Equity haalt in 4 maanden € 60 mln op voor nieuw climate tech-fonds

Carbon Equity, het investeringsplatform voor de financiering van klimaatoplossingen, heeft bij de first close van het in maart dit jaar gelanceerde Climate Tech Portfolio Fund III 60 miljoen euro opgehaald. Het kapitaal is afkomstig van ruim 160 private en (semi)professionele investeerders, zoals family offices en stichtingen. Het fonds blijft gedurende 2024 open voor nieuwe inschrijvingen, tenzij het maximum van 200 miljoen eerder wordt bereikt.

Carbon Equity werd in 2021 opgericht vanuit de ambitie om op grote schaal privaat kapitaal te
ontsluiten bij investeerders om ‘s werelds meest impactvolle klimaatoplossingen te financieren. Met het Climate Tech Portfolio Fund III kunnen investeerders via 7 tot 10 geselecteerde private equity- en venture capital-fondsen beleggen in minimaal 150 leidende klimaatinnovaties, van groene waterstof tot Co2-vrij cement en van iron-air batterijen tot een nieuwe generatie eiwitten.

Carbon Equity heeft met de nu opgehaalde 60 miljoen euro voor het Climate Tech Portfolio Fund III op dit moment in totaal 250 miljoen onder beheer, een stijging van 80 procent ten opzichte van een jaar geleden. Het aantal investeerders via het platform nam het afgelopen jaar met 75 procent toe tot meer dan 900. Van de investeerders die nu instappen, belegde 25 procent al eerder in een fonds van Carbon Equity. Het bedrijf heeft tot op heden via 18 fondsen in 120+ portfoliobedrijven geïnvesteerd. Carbon Equity is hiermee een van de meest actieve klimaatfonds-investeerders.

donderdag 27 juni 2024

Tuchtrecht Banken vraagt Bunq om opheldering over rekeninggluren

Tuchtrecht Banken heeft kennis genomen van de publicatie  'Bunq-werknemers keken stiekem in klantrekeningen: ‘Het was te verleidelijk’ “n NRC van vandaag. Het zonder zakelijke grondslag rekeningen bekijken van (bank)klanten is in strijd met de bankierseed.
 
In hetzelfde artikel wordt gemeld dat Bunq de bevoegde autoriteiten heeft geïnformeerd. Tuchtrecht Banken is de instantie waar schendingen van de bankierseed gemeld kunnen worden. Dat het onbevoegd gluren op een bankrekening in strijd is met de bankierseed is een feit en het leidt in vrijwel alle gevallen tot een tuchtrechtelijke sanctie. We hebben op dit moment nog geen meldingen ontvangen en evenmin nadere informatie van de bank ontvangen, zegt Jerry Brouwer van Tuchtrecht Banken. 'We zullen Bunq om een nadere toelichting vragen.'

Bankmedewerkers in dienst van een bank met een Nederlandse bankvergunning moeten de bankierseed afleggen zodra zij in dienst treden bij de bank. Aan de bankierseed is een gedragscode verbonden. Worden een of meer regels van de gedragscode geschonden dan kan dit leiden tot een tuchtrechtelijke procedure. In de voorbeelden die NRC aanhaalt zijn het de medewerkers die mogelijk de bankierseed hebben geschonden.

Buckaroo introduceert mobiele betaaloplossing Tap to Pay

Buckaroo lanceert Tap to Pay. Deze app stelt ondernemers en bedrijven in staat om in een handomdraai hun mobiele telefoon te transformeren tot een volwaardige pinterminal, waardoor het accepteren van betalingen sneller en eenvoudiger wordt dan ooit tevoren.

Met de Tap to Pay-app kunnen ondernemers geautoriseerde pintransacties uitvoeren met hun mobiele telefoon. Alles wat met een reguliere pinterminal kan, kan ook met de Tap to Pay-app: betalingen ontvangen via een bankpas, een andere telefoon en wearables (smartwatches). Daarnaast is het ook mogelijk om te retourpinnen.

Tap to Pay is beschikbaar voor Android-toestellen met een NFC-chip en binnenkort ook voor iOS. In de nabije toekomst is het voor klanten mogelijk om Tap to Pay te koppelen aan hun webshop, online kassa- en voorraadbeheersysteem en om online betalingen toe te voegen.

Advocaten Bunq-gedupeerden trekken aan de bel

Advocaten van een groep gedupeerden van bankfraude bij Bunq trekken aan de bel. De Bunq-klanten hebben nog geen aanbod ontvangen voor de compensatie van hun schade door fraude of ze vinden het aangeboden bedrag te laag. Zij dreigen naar de rechter te stappen als Bunq niet met ze in gesprek gaat, meldt RTL.

Bij tal van klanten van Bunq werd hun bankrekening geplunderd nadat zij op een link in een sms klikten, of werden gebeld door een Bunq-medewerker die hen onder druk zette om geld over te maken.

Eerder maakte Bunq bekend alle slachtoffers 'ruimhartig' tegemoet te komen. De bank zegt zelf gemiddeld 85 procent van de door hen geleden schade te compenseren.

Degenen die van Bunq wel een aanbod ontvingen, worden door de bank verboden de details daarvan met anderen te delen. Ook is na akkoord het bod definitief en kan er in de toekomst geen aanspraak meer gemaakt worden op eventuele vergoeding.

Om tot een oplossing te komen heeft advocatenkantoor Loonstein bij de advocaat van Bunq, Frank 't Hart, aangedrongen op een gesprek tussen de groep gedupeerden en de directie van Bunq. De insteek daarbij is een volledige schadeloosstelling van alle slachtoffers en niet die 85 procent. 'Wat ons betreft is er sprake van een onrechtmatige daad en roekeloos handelen van Bunq. Bunq heeft begin deze maand toegezegd alsnog veiligheidsmaatregelen te nemen, maar daar hebben de gedupeerden weinig aan. 'Hadden ze die wel, dan was het nooit zover gekomen.'

NRC: 'Bunq-medewerkers gluurden in rekeningen van klanten'

Bij onlinebank Bunq kunnen vrijwel alle medewerkers eenvoudig de bankgegevens van klanten bekijken. Dat heeft geleid tot misbruik, blijkt uit onderzoek van NRC: medewerkers konden ongehinderd gluren in rekeningen van bijvoorbeeld vrienden, kennissen en collega's.

NRC spoorde vier (oud-)werknemers van Bunq op die zonder gevolgen in bankrekeningen van anderen gluurden. Zo bekeek een oud-medewerker de bankrekening van zijn date. Uit de bankgegevens bleek dat deze persoon al een relatie had en samenwoonde.

Doordat bankrekeningen zonder gevolgen ingekeken kunnen worden, is volgens diverse medewerkers een angstcultuur op de werkvloer ontstaan. Zo vrezen werknemers bijvoorbeeld ook dat managers via de bankgegevens kunnen controleren of iemand echt ziek is.

Volgens de bank volgen medewerkers onder meer privacy- en securitytrainingen om veilig met de gegevens om te kunnen gaan.

In 2021 voerde de bank volgens NRC verschillende niveaus van toegang in. Maar dit systeem werd hetzelfde jaar weer afgeschaald, omdat bankmedewerkers klaagden dat ze niet meer bij alle gegevens konden.

Waarderingskamer voorspelt stijging WOZ-waarden 2025, minder bezwaren in 2024

De Waarderingskamer spreekt de verwachting uit dat volgend jaar de WOZ-waarden van woningen tussen 2,5% en 4,5% hoger zullen zijn dan dit jaar. In 2025 krijgt iedere woningbezitter een WOZ-waarde die gebaseerd is op de verkoopprijzen rond de waardepeildatum 1 januari 2024.

Ook dit jaar is de WOZ-waarde van woningen gemiddeld maar beperkt gestegen (2,8 %). Dat is één van de redenen waarom dit jaar veel minder mensen bezwaar hebben gemaakt tegen de WOZ-waarde van hun woning (3,9 % vergeleken met 7,2 % vorig jaar rond dezelfde tijd). Ten opzichte van 2023 is er nu in 2024 sprake van een bijna halvering van het aantal ingediende bezwaren.

In het jaar 2023 waren er juist uitzonderlijk veel WOZ-bezwaren ingediend. Deze toename van het aantal bezwaren werd vooral veroorzaakt door de sterke stijging van WOZ-waarden van woningen (landelijke gemiddeld 17% in 2023) als gevolg van marktontwikkelingen en de toename van bureaus die via reclames aanboden op basis van no cure no pay bezwaar te maken. Met verbeterde werkprocessen en inzet van nieuwe technologieën konden gemeenten vorig jaar veel meer WOZ-bezwaren beoordelen en afhandelen. Toch heeft niet iedereen tijdig een uitspraak op hun bezwaar ontvangen, waardoor sommige woningbezitters pas in 2024 een reactie kregen op hun in 2023 ingediende bezwaarschrift.

Ondanks het lagere aantal WOZ-bezwaren zullen gemeenten ook dit jaar geruime tijd nodig hebben om deze WOZ-bezwaren te beoordelen en de belanghebbenden een reactie te geven.

De Waarderingskamer kijkt vooruit naar verdere verbeteringen in het WOZ-proces. Er wordt gewerkt aan een uitgebreider en toegankelijker WOZ-taxatieverslag, dat vanaf 2026 voor alle belanghebbenden beschikbaar zal zijn. Daarnaast wordt er meer ingezet op informeel contact met belanghebbenden, wat het vertrouwen in de WOZ-waarde moet vergroten. Het WOZ-waardeloket wordt steeds meer door burgers bevraagd, wat bijdraagt aan de transparantie en het vertrouwen in het systeem.

Bij WOZ-waarde denkt bijna iedereen aan de WOZ-waarde van een woning. Maar ook alle andere gebouwen etc. worden jaarlijks door gemeenten getaxeerd. Deze andere gebouwen worden vaak aangeduid als niet-woningen. In 2024 zal de Waarderingskamer extra aandacht besteden aan de WOZ-waarden van niet-woningen, met name kantoren en agrarische objecten. Dit vanwege de specifieke marktontwikkelingen rondom deze objecten.

Tien jaar contactloos betalen: een overzicht

Het is tien jaar geleden dat contactloos betalen werd geïntroduceerd in Nederland, een mijlpaal die de snelle technologische vooruitgang en de brede acceptatie van deze manier van betalen markeert. Binnen de eerste twee jaar werden er al 100 miljoen contactloze betalingen gedaan. Deze cijfers tonen de opmerkelijke snelheid waarmee deze technologie door Nederlanders is omarmd.

De transitie naar digitale betaalmethoden begon in 2014 toen het op steeds meer plekken in Nederland mogelijk was om ‘via de lucht’ te betalen. In dat eerste jaar kon bij 1 op de 6 pinautomaten contactloos worden betaald en aan het eind van 2015 hadden alle 5,2 miljoen ABN AMRO-klanten een contactloze betaalpas. Een cruciale factor voor de stijging in het gebruik van deze technologie.

De innovatie zette door met de introductie van Tikkie in juni 2016, waardoor betaalverzoeken via WhatsApp mogelijk werden. In 2018 introduceerde ABN AMRO passieve wearables, zoals horloges, en in september van dat jaar werd contactloos betalen populairder dan traditioneel pinnen. Recent onderzoek van De Nederlandsche Bank toont aan dat contactloos betalen inmiddels voor de meeste mensen de voorkeur heeft, ongeacht leeftijd. Waar in 2016 nog 2 op de 3 jongvolwassenen aangaf niet contactloos met een mobiel te willen betalen, zeggen tegenwoordig zeven op de tien 18-35 jarigen niet meer met een fysieke betaalpas te betalen.

Timeline betaal revolutie : in 10 jaar betalen via lucht de nieuwe standaard

2014

Januari

Contactloos betalen mogelijk op Nederlandse stations

2014

December

Kranten schrijven over het advies om contactloze betaalpas in aluminiumfolie te wikkelen

2014

December

Contactloos betalen heeft een gemiddelde groei van meer dan 40% per maand behaald in het aantal contactloze betalingen in Nederland.

2014

December

Meer dan 2 miljoen contactloze betalingen in december

2014

December

Bij 1 op de 6 pinautomaten kan er contactloos betaald worden

2014

December

8,3 miljoen contactloze betalingen in 2014

2015

Januari

Chipknip wordt afgeschaft

2015

November

100 miljoenste contactloze betaling in Voorburg gedaan

2015

December

Alle 5,2 miljoen klanten van ABN AMRO zijn in bezit van een contactloze betaalpas

2016

Februari

Ontstaan van TIKKIE

2016

Maart

2 op de 3 jongvolwassenen geeft aan niet contactloos met een mobiel te willen gaan betalen

2016

Maart

15 miljoen contactloze pinpassen in omloop

2016

April

Contactloos betalen kan via Android toestellen

2016

Juni

ABN AMRO lanceert betalen via WhatsApp - TIKKIE

2016

Juni

Bunq lanceert contactloos betalen met QR-code

2016

April

38% pinautomaten geschikt voor contactloos betalen

2016

September

Ruim één op de vijf pintransacties is contactloos

2016

September

65 miljoen contactloze pintransacties in een maand

2016

December

Pinpas populairder dan contant geld

2017

Augustus

Goede doelen gaan collecteren met mobiel pinapparaat

2018

Februari

ABN introduceert betalen met Passieve Wearables zoals ringen, horloges en sleutelhangers

2018

September

Contactloos betalen nu populairder dan ouderwets pinnen

2018

September

Eerste keer mogelijk zonder pinpas betalen bij Albert Heijn

2018

Oktober

ABN AMRO, Rabobank en Mastercard introduceren Garmin Pay

2019

Juni

Contactloos betalen voor iOS met Apple Pay voor ING klanten

2019

Oktober

Apple pay beschikbaar bij ABN AMRO

2020

Januari

Cheques uitgefaseerd als betaalmiddel (per 1-1-2021 geen betaalmiddel meer)

2020

April

Nog maar 15% van betalingen aan kassa contant door Covid-19 uitbraak

2020

Maart

Limiet contactloos betalen (zonder pincode) tijdelijk verhoogd door Covid-19

2021

Mei

Contactloos betalen voor Android met Google Pay

2021

September

Geld opnemen kan nu contactloos

2021

December

Meer dan 100 miljoen Tikkies betaald in 2021

2022

Juni

Bankieren via mobiel populairder dan via computer

2022

December

130 miljoen Tikkies betaald in 2022

2022

December

82% van Nederlanders betaalt bij pinbetaling het liefst contactloos

2023

Januari

Onderzoek DNB laat zien dat contactloos betalen de voorkeur geniet voor de 20 onderzochte aandachtsgroepen

2023

Februari

In heel Nederland inchecken met bankpas in de trein

2023

April

ABN AMRO stopt met contactloos betalen via passieve wearables

2023

Juni

Nederland koploper in contactloos betalen in openbaar vervoer

2023

Augustus

iPhone in Nederland te gebruiken als pinapparaat

2023

November

Zeven op de tien 18-35 jarigen betaalt niet meer met fysieke betaalpas

2023

November

Betalen met pinpas 35 jaar oud

2023

December

ABN AMRO klanten gebruiken in 35% van de pintransacties een alternatieve betaalmethode dan de pinpas

2023

December

25 Miljard euro betaald via Tikkies sinds ontstaan

2024

Januari

Aandeel contactloos betalen op alle pinbetalingen: 91.4%

Demissionaire kabinet wil contante betalingen vanaf 3.000 euro verbieden

Het demissionaire kabinet wil contante betalingen vanaf 3000 euro verbieden en heeft een wetsvoorstel om dit mogelijk te maken naar de Tweede Kamer gestuurd.

Transacties tussen particulieren vallen niet onder het verbod.

'Op basis van de gevoerde gesprekken en consultatiereacties is het kabinet van mening dat er een juiste balans gevonden is met een grens van drieduizend euro. Bij de totstandkoming van het Convenant Contant Geld in 2022 zijn diverse discussies gevoerd in het MOB over wat de gemiddelde consument uitgeeft aan contanten. Hieruit bleek dat de gemiddelde consument over het algemeen niet regelmatig contant afrekent bij bedragen van drieduizend euro of meer', laat de minister weten.

De minister stelde afgelopen april dat als het kabinet het verbod op contante betalingen vanaf drieduizend euro niet invoert, Nederland zeshonderd miljoen euro aan Europees geld misloopt.

Apple stop met Apple Pay Later

Apple gaat stoppen met Apple Pay Later in de VS, de koop nu, betaal later-dienst, die vorig jaar in de Verenigde Staten werd gelanceerd. Bestaande gebruikers met open Apple Pay Later-leningen kunnen ze nog steeds beheren via de Wallet-app.

In plaats daarvan richt Apple zich op nieuwe functies die later dit jaar wereldwijd naar Apple Pay komen, waaronder de mogelijkheid om leningen op afbetaling gaan, die worden aangeboden via creditcards en betaalpassen.

Zelf stelt het bedrijf: 'Onze focus blijft op het bieden van toegang tot eenvoudige, veilige en particuliere betalingsopties met Apple Pay, en deze oplossing stelt ons in staat om flexibele betalingen aan meer gebruikers te bieden, op meer plaatsen over de hele wereld, in samenwerking met Apple Pay-banken en kredietverstrekkers.'

Apple Pay Later was alleen beschikbaar in de Verenigde Staten.
 

Stijgende hypotheeklasten leiden tot toenemende vraag naar huurwoningen, nieuwe belastingregel schrikt beleggers verder af

De Europese en Nederlandse woningmarkt staan voor grote veranderingen. De hypotheekrente is de afgelopen twee jaar sterk gestegen door de rentestijgingen van de ECB, wat de maandelijkse lasten voor nieuwe huizenkopers verhoogt.

In Nederland zijn deze kosten in 2023 in Amsterdam gestegen tot gemiddeld 2.386 euro en in Rotterdam tot gemiddeld 1.684 euro, waardoor het kopen van een woning voor velen starters onbereikbaar is geworden. Ondanks een verwachte lichte daling van de hypotheekrente zullen de kosten waarschijnlijk niet dalen vanwege het aanhoudende woningtekort, waardoor huizenprijzen in Nederland naar verwachting in de komende drie jaar met 5,1 procent stijgen terwijl dit gemiddeld in Europa naar verwachting met 2.7 procent is.

De relatieve stijging van de kosten om een huis te kopen veroorzaakt inmiddels in heel Europa een verschuiving in de vraag naar woningen naar de huurmarkt. Huren is in de meeste Europese steden –  met de gestegen hypotheekrente – inmiddels goedkoper dan het kopen van een vergelijkbare woning. Nieuwe fiscale maatregelen maken het echter in Nederland minder aantrekkelijk voor grote beleggers om te investeren in huurwoningen, maar de vraag neemt juist toe door het buiten bereik raken van koopwoningen.

Dit woningtekort zal in Nederland niet minder worden door de desastreuze gevolgen van de nieuwe belastingregeling van staatssecretaris van Rij om de renteaftrek tot 1 miljoen euro bij de winstbelasting te schrappen. Ook de Wet Betaalbare Huur vanuit demissionair Minister de Jonge – die deze week voor ligt in de Eerste Kamer -  zorgt de komende jaren juist voor een forse daling van het beschikbare huuraanbod en verslechterd daarmee de situatie op de huurmarkt.

Data van CBRE laat zien dat landen met beperkte of geen regulering op de woningmarkt een sterke toename van investeringen in woningen zien, terwijl deze landen tegelijkertijd ook een beperkte groei van de huurprijzen laten zien. Juist deze investeringen zijn hard nodig voor het mogelijk maken van een goed functionerende doorstroming in de woningmarkt.

Tegelijkertijd wordt er in veel Europese lidstaten hevig gediscussieerd over het invoeren van huurprijsregulaties, met als doel de huurwoningmarkt betaalbaarder te houden. Beleggers trekken zich terug uit de woningbeleggingsmarkt, terwijl door de huurprijsregulaties, in beide landen, de vraag naar dit soort woningen juist verder toeneemt.

maandag 24 juni 2024

Schikking VEB-actie Imtech Faillissement

De VEB heeft in samenwerking met curatoren een schikking bereikt met de voormalige bestuurders en commissarissen van Imtech, hun verzekeraars en KPMG, de (voormalig) accountant van Imtech. De schikking maakt onderdeel uit van de afwikkeling van het Imtech-faillissement. VEB-leden (peildatum 31 december 2023) kunnen nog tot uiterlijk 15 juli 2024 hun claim indienen.

Compensatie is voorbehouden aan VEB-leden (peildatum 31 december 2023) die Imtech-aandeelhouder waren in de periode van 4 februari 2013 tot en met 15 augustus 2015 en per saldo verlies hebben geleden op hun belegging. Het VEB-lidmaatschap is vereist tot de compensatie is uitbetaald.

Enkele maanden geleden heeft de VEB per post een claimformulier en een ‘verklaring van afstand’ toegezonden aan de voor de VEB-actie Imtech Faillissement geregistreerde VEB-leden.

Dit claimformulier kunnen zij invullen, ondertekenen en per post naar de VEB opsturen. Bij de documentatie is ook een retourenvelop (met daarop het betreffende antwoordnummer) gevoegd.

De recent bekendgemaakte schikking staat los van de eerdere schikking die de VEB al in 2014 sloot met Imtech en accountant KPMG. Beleggers die voor 7 februari 2015 VEB-lid waren geworden en op 1 februari 2013 nabeurs Imtech-aandelen in portefeuille hadden, konden in aanmerking komen voor compensatie.

Kifid: ambtshalve toetsen aan consumentenrecht geldt niet voor alle informatieplichten

Bij de beoordeling van financiële klachten toetst Kifid uit zichzelf (ambtshalve) of voldaan is aan de regels van het Europese consumentenrecht. Dit ambtshalve toetsen geldt niet voor alle Europese richtlijnen die de consument beschermen, zo blijkt uit een uitspraak van de Commissie van Beroep van Kifid.

De manier waarop een verzekeraar voor het sluiten van een verzekering de voorwaarden verstrekt, is een informatieplicht waarvoor het ambtshalve toetsen niet verplicht is. Kifid is wel gehouden om uit zichzelf te toetsen of de verzekeringsvoorwaarden bepalingen bevat die zijn aan te merken als ‘oneerlijke bedingen’.

De Commissie van Beroep oordeelt dat de Geschillencommissie in haar eerdere uitspraak GC 2023-0988 ten onrechte ambtshalve heeft getoetst aan de Europese richtlijn voor verkoop van financiële diensten op afstand. En ook de verzekeringsvoorwaarden zijn ten onrechte buiten toepassing gelaten. Daarnaast oordeelt de Commissie van Beroep dat de voorwaarden waarop de verzekeraar zich beroept, geen ‘oneerlijke bedingen’ zijn. De schade die de consument claimt voor gestolen bagage, mocht de verzekeraar afwijzen volgens de verzekeringsvoorwaarden. De consument heeft de schade pas na vier weken bij de verzekeraar gemeld in plaats van binnen de voorgeschreven twee weken. En anders dan staat vermeld in de voorwaarden, heeft de consument van de diefstal geen aangifte gedaan bij de politie. De schade als gevolg van de gestolen bagage hoeft de verzekeraar niet te vergoeden.

In haar uitspraak bevestigt de Commissie van Beroep het uitgangspunt dat Kifid bij de beoordeling van klachten uit zichzelf (ambtshalve) moet toetsen of aan de Europese regels voor consumentenbescherming is voldaan. Op deze manier beschermt Kifid consumenten tegen onrecht dat zij zelf niet aankaarten. Echter, aan de verplichting om ambtshalve te toetsen zijn wel grenzen. In lijn met de Hoge Raad onderscheidt de Commissie van Beroep drie verschillende soorten informatieplichten:

1.        informatieplichten, die bij niet naleven leiden tot specifieke sancties;

2.       essentiële informatieplichten, die van belang zijn voor de wilsvorming van de consument;

3.       overige informatieplichten, die van belang zijn voor onder andere het later kunnen raadplegen van de informatie (de dossiervorming).

Evenals de Hoge Raad oordeelt de Commissie van Beroep dat Kifid alleen de naleving van de informatieplichten genoemd onder 1 en 2 uit zichzelf (ambtshalve) moet toetsen, ook als de consument zich daar niet op beroept.

De Europese richtlijn voor verkoop van financiële diensten op afstand bepaalt dat een verzekeraar vóór het sluiten van de verzekering de voorwaarden via een duurzame drager moet verstrekken aan de consument. Gebeurt dit niet op die manier, dan maakt dat niet dat daardoor de voorwaarden ongeldig zijn. Dit valt onder de ‘overige informatieplichten’, zoals hiervoor onder 3. genoemd en die hoeft Kifid, evenals als de rechter, niet ambtshalve te toetsen. De richtlijn ‘oneerlijke bedingen’ vereist wel dat Kifid ambtshalve toetst of de voorwaarden, waarop de verzekeraar een beroep doet, zijn aan te merken als oneerlijke bedingen. Dat is in deze zaak niet het geval. “Het zijn evenwichtige voorwaarden, die gebruikelijk zijn in een verzekeringsovereenkomst”, aldus de Commissie van Beroep.

In het belang van de rechtsontwikkeling gaat de Commissie van Beroep in haar uitspraak nader in op de eisen voor een duurzame drager. Het verstrekken van voorwaarden via een duurzame drager moet ervoor zorgen dat een consument, net als bij een papieren drager, de informatie in bezit heeft, om wanneer dat nodig is, zijn recht te kunnen halen. Relevant hierbij is dat de consument de informatie kan opslaan, dat de inhoud van de informatie niet eenzijdig veranderd kan worden, en dat de informatie gedurende een passende termijn toegankelijk is. Ook moet de consument de mogelijkheid hebben om de informatie ongewijzigd te reproduceren.

In deze klachtzaak heeft de verzekeraar gesteld dat de consument op verschillende manieren over de voorwaarden is geïnformeerd:

Tijdens het aanvraagproces heeft de verzekeraar de consument in staat gesteld om de voorwaarden in pdf-vorm te downloaden en bij het indienen van de verzekeringsaanvraag heeft de consument moeten verklaren dat hij de voorwaarden kon downloaden en opslaan.
Na het afsluiten van de verzekering heeft de consument per e-mail het polisblad ontvangen met daarin een geruime tijd beschikbare hyperlink naar de voorwaarden in pdf-vorm.
En ook zijn in de online Mijn-FBTO-omgeving, die alleen voor de consument toegankelijk is, de voorwaarden in pdf-vorm beschikbaar en in die omgeving wijst de verzekeraar de consument op de mogelijkheid om de voorwaarden te downloaden en op te slaan.
De Commissie van Beroep concludeert dat deze combinatie van mogelijkheden voldoet aan de eis om voorwaarden via een duurzame drager te verstrekken, mits gegarandeerd is dat de verzekeraar en de websitebeheerder de informatie op de website niet eenzijdig kunnen veranderen.

De Commissie van Beroep maakt hierbij de aantekening dat de verzekeraar, in voorkomende gevallen, het gestelde nader zal moeten onderbouwen. Kan de verzekeraar de informatie waarnaar de hyperlink verwijst en de informatie in de Mijn-omgeving daadwerkelijk niet eenzijdig veranderen? Is de informatie inderdaad voor een ‘gepaste termijn’ in pdf-vorm beschikbaar voor de consument? En wat verstaat de verzekeraar hieronder? In deze klachtzaak is dit nog onvoldoende duidelijk geworden.

vrijdag 21 juni 2024

Bunq gaat gedupeerden alsnog vergoeden

Bunq gaat klanten die slachtoffer zijn geworden van helpdeskfraude en phishing alsnog compenseren. Gemiddeld krijgen gedupeerden 85 procent van hun verloren geld terug.

Topman Ali Niknam wil niet zeggen hoeveel slachtoffers bunq precies vergoed zullen worden. Ook de hoogte van het totale schadebedrag is nog onduidelijk.

Per geval gaat bunq nog wel kijken naar 'zowel harde criteria als specifieke omstandigheden', waardoor men alsnog zou kunnen besluiten om de hoogte van de compensatie aan te passen of helemaal niets uit te keren.

Bunq kwam onder vuur te liggen doordat oplichters wel heel makkelijk rekeningen van Bunq konden leegplunderen. Ook konden gedupeerden de bank niet tijdig waarschuwen.

Bunq-topman Ali Niknam wil niet zeggen hoeveel slachtoffers bunq precies vergoed zullen worden. Ook de hoogte van het totale schadebedrag is nog onduidelijk. Eerder maakte de bank bekend dat er in 2023 85 slachtoffers van fraude waren.


Populaire betaaltechnologieën: 61% van de Nederlanders gebruikt zelfscankassa's

De betaalvoorkeuren in Nederland veranderen snel door de opkomst van nieuwe technologieën, zoals social commerce, digitale wallets en zelfscan checkouts. Uit onderzoek van financieel technologieplatform Adyen blijkt dat 61 procent van de Nederlanders gebruikmaakt van zelfscankassa’s. Ook achteraf betalen (door 35% gebruikt) is een populaire betaalmethode. 

Een aanzienlijk deel van de Nederlandse consumenten (63%) breekt een aankoop af als hun gewenste betaalmethode niet beschikbaar is. Alternatieve betaalmethoden winnen steeds meer aan populariteit. Zo is het gebruik van QR-codes voor betalingen met 77% gestegen van 2023 naar 2024. Daarnaast wordt betalen met een smartphone steeds meer de norm, aangezien een kwart van de Nederlandse consumenten geen fysieke portemonnee meer bij zich draagt.

Consumenten verwachten snelle en gemakkelijke betaalmethoden, zowel online als in de winkel. 29% van de Nederlandse consumenten wil dat retailers technologieën gebruiken om het fysieke winkelproces te versnellen.

Nederlandse retailers hebben echter moeite om bij te blijven met de technologische ontwikkelingen: slechts 19% accepteert digitale wallets en 16% ondersteunt BNPL, ondanks de groeiende vraag naar deze betaalmethoden.

donderdag 20 juni 2024

Pensioenfondsen zetten fors het mes in beleggingen in kolen-, olie- en gasproducenten


Nederlandse pensioenfondsen hebben hun beleggingen in fossiele producenten, zoals Shell en Exxon Mobil, flink verlaagd, met 67 procent sinds het klimaatakkoord van Parijs. Hun investeringen zijn dus sinds 2017 met twee derde teruggeschroefd. De zeven onderzochte pensioenfondsen belegden samen 15,5 miljard euro in 2017 in kolen-, olie- en gasproducenten. Vorig jaar was dit gedaald naar 5 miljard euro. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van de Eerlijke Geldwijzer, Groen Pensioen en Fossielvrij NL dat vanavond wordt gepubliceerd. Pensioenfonds PME kende de grootste daling met 92 procent,gevolgd door ABP met 81 procent. De pensioenfondsen Detailhandel, bpfBOUW en PMT blijven achter.

De onderzochte pensioenfondsen zijn ABP, BpfBOUW, Pensioenfonds Detailhandel, Pensioenfonds Horeca & Catering (PH&C), Pensioenfonds Metaal en Techniek (PMT), Pensioenfonds van de Metalektro (PME), Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW). Zij beheren samen 70 procent, circa 994 miljard, van het pensioenvermogen van Nederland.

PME, het pensioenfonds van de Metalektro, kende de grootste daling van 1,5 miljard euro in 2017naar 0,1 miljard euro in 2023. Goed voor een daling van 92%. Daarna volgt ABP, met een daling van 81% van 8 miljard euro in 2017 naar 1,5 miljard euro in 2023. De pensioenfondsen Horeca en Catering en het pensioenfonds voor de Zorg (PFZW) volgen met een daling van 77% en 67% naar een huidige investering van respectievelijk 0,05 miljard euro en 1,2 miljard euro. PFZWkondigde in februari aan bijna volledig uit fossiele producenten te stappen. De achterblijvers zijn PMT met een daling van 35% van 1,6 miljard euro in 2017 naar 1 miljard in 2023; bpfBOUW met een daling van 28% van 923 miljoen euro naar 672 miljoen en het pensioenfonds Detailhandel met een daling van 11% van 586 miljoen euro in 2020 naar 519 miljoen euro in 2023.

De daling van investeringen gaat minder snel als we kijken naar de hele fossiele keten, dat is inclusief exploratie, productie, vervoer en verbruik zoals in energiecentrales. Zo daalden de investeringen in kolen- en gasgestookte energiecentrales slechts van 15,5 miljard euro in 2017naar 10 miljard euro in 2023 (37%). De meeste pensioenfondsen zijn structureel minder gaan investeren in de productie van kolen, gas en olie maar steken hun geld nog relatief veel in bestaande en nieuw te bouwen kolen- en gascentrales waardoor de vraag naar fossiele brandstoffen niet snel genoeg daalt.

Vertrouwen in banken, verzekeraars en pensioenfondsen stabiel

Het vertrouwen van Nederlandse huishoudens in financiële instellingen is het afgelopen jaar stabiel gebleven. Dit blijkt uit een onderzoek van De Nederlandsche Bank onder ruim 2400 Nederlandse huishoudens.

DNB meet elk voorjaar het vertrouwen van Nederlandse huishoudens in onder meer banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Uit de jongste meting blijkt dat dit vertrouwen in financiële instellingen het afgelopen jaar stabiel is gebleven. Het onderzoek laat zien dat 53 procent van de ondervraagden tamelijk veel of heel veel vertrouwen in financiële instellingen heeft. De overige respondenten hebben niet zoveel of helemaal geen vertrouwen. Het vertrouwen in bedrijven, de nationale politiek en techbedrijven bleef nagenoeg onveranderd. Tegelijkertijd is het vertrouwen van Nederlandse huishoudens in DNB en de ambtenarij licht gestegen. Driekwart van de respondenten geeft aan tamelijk veel of heel veel vertrouwen in DNB te hebben.

Nader gespecificeerd blijkt uit het onderzoek dat Nederlandse huishoudens vertrouwen hebben in de financiële gezondheid van banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Zo heeft iets meer dan driekwart van de respondenten er overwegend of volledig vertrouwen in dat de eigen bank te allen tijde in staat is het toevertrouwde geld terug te betalen. Dit is vergelijkbaar met vorig jaar.

Het vertrouwen in de financiële gezondheid van de eigen bank ligt daarmee iets hoger dan het vertrouwen in de financiële gezondheid van de bankensector in het algemeen. Van de ondervraagden heeft namelijk 71 procent er overwegend of volledig vertrouwen in dat Nederlandse banken in staat zijn het aan hen toevertrouwde geld terug te betalen, zo blijkt uit grafiek 2. Opvallend is dat de ondervraagde huishoudens afgelopen jaar wat minder vaak hebben gedacht aan de mogelijkheid dat banken in Nederland failliet zouden kunnen gaan. In 2024 gaf 30 procent van de ondervraagden aan hier wel eens of vaak aan te denken, terwijl dit vorig jaar 38 procent was. Een mogelijke verklaring hiervoor zijn de problemen bij banken in de Verenigde Staten en Zwitserland in het voorjaar van 2023.

Revolut breidt haar beleggingsaanbod uit met obligaties in Nederla

Revolut, de financiële app met meer dan 40 miljoen klanten wereldwijd, heeft obligaties toegevoegd aan haar beleggingsaanbod in Nederland. Beleggingsdiensten in de EER worden geleverd door Revolut Securities Europe UAB (Revolut).

Obligaties blijken een goed uitgangspunt te zijn voor mensen die meer risicomijdend zijn, omdat ze normaal gezien stabiliteit en een grote portefeuillediversificatie bieden. Ook goede kredietratings en bescherming tegen inflatie dragen bij aan hun aantrekkingskracht voor beleggers die op zoek zijn naar stabiliteit en potentieel betrouwbare rendementen. Zowel overheden als bedrijven maken gebruik van obligaties om kapitaal aan te trekken en bieden beleggers de kans om geld te lenen in ruil voor periodieke rentebetalingen en de uiteindelijke terugbetaling van de hoofdsom. Verschillende soorten obligaties bieden verschillende risico- en rendementsprofielen en moeten dienovereenkomstig worden beoordeeld. Het rendement van obligaties kan ook dienen als hedging in het geval van een algemene economische recessie.

Revolut biedt momenteel de mogelijkheid om te handelen in meer dan 40 bedrijfs- en staatsobligaties en zal de lijst in de komende maanden uitbreiden. Het minimumbedrag om te beginnen met beleggen in obligaties is 100 USD/EUR, met 0,25% vaste kosten per transactie (min. 1 USD/EUR). Er kunnen andere kosten van toepassing zijn.

Revolut bouwt hiermee verder aan haar missie om een alles-in-één beleggingsplatform te bouwen dat uit meerdere beleggingscategorieën bestaat, dekking biedt voor alle EER-markten en geschikt is voor zowel gevorderde als beginnende beleggers. Gebruikers hebben toegang tot meer dan 2.800 Amerikaanse en Europese beursgenoteerde bedrijven en meer dan 500 Exchange Traded Funds (ETF's). Ze kunnen de prestaties van hun beleggingen in realtime controleren met live watchlists, grafieken en marktnieuws. En dat allemaal in de Revolut-app.

Bovendien heeft Revolut eerder dit jaar het bewaarloon (0,12% van de jaarlijkse marktwaarde van de activa die de klant aanhoudt) afgeschaft voor alle financiële instrumenten die in de app worden aangeboden aan klanten in het VK en de EER, door respectievelijk Revolut Trading Ltd en Revolut Securities Europe UAB.

De Hypotheker is de grote uitblinker in een onderzoek binnen de hypotheeksector

De Hypotheker is de grote uitblinker in een onderzoek binnen de hypotheeksector. De partij scoort het hoogst op de waardestrategieën ‘beste proces’, ‘beste product’ en ‘beste service’ én heeft de beste positionering. Dit blijkt uit Uitblinkers Financiële Sector, een grootschalig onderzoek van Multiscope onder bijna 5.000 Nederlanders.

Een goede positionering moet voor de consument relevant, onderscheidend en geloofwaardig
overkomen. Consumenten beoordeelden de partijen op een schaal van 1 tot en met 5 op deze
criteria. De Hypotheker heeft volgens haar klanten de beste positionering (3,9). BLG Wonen (3,7)
en Obvion (3,6) volgen op enige afstand. De Hypotheker scoort met name hoog op geloofwaardigheid (4,0) en relevantie (4,0).

De Hypotheker heeft van alle partijen in de hypotheeksector ook de hoogste score op de
waardestrategieën1 ‘beste proces’ (3,9), ‘beste product’ (3,4) en ‘beste service’ (3,9). BLG Wonen scoort het op een na hoogst op ‘beste proces’ (3,7), ‘beste product’ (3,3) en ‘beste service’ (3,5).

Van alle slogans in de hypotheeksector scoort de slogan van Centraal Beheer ‘Even Apeldoorn
Bellen’ (7,6) het best. ‘Jazeker. De Hypotheker’ (7,2) volgt op enige afstand op de tweede plaats.

dinsdag 18 juni 2024

Opmars niet-bancaire kredietverlening potentieel risico

Investeren in zogeheten ‘private credit’, jargon voor niet-bancaire bedrijfsleningen die niet op een beurs kunnen worden verhandeld, is de afgelopen jaren uitgegroeid van een product voor fijnproevers naar een gangbare investering. Institutionele beleggers zoals pensioenfondsen en verzekeraars doen volop mee. Dat is niet zonder risico, waarschuwen beleidsadviseur Annick van Ool en econoom Ralph Verhoeks van DNB.

Dit doen zij in de jongste editie van het Overzicht Financiële Stabiliteit (OFS), een halfjaarlijks rapport waarin we de stabiliteit van de financiële sector onder de loep nemen. Nederlandse banken, verzekeraars en pensioenfondsen doen het momenteel net als in de rest van wereld goed. Een stabiel draaiende economie in combinatie met een afzwakkende inflatie, leveren daaraan een belangrijke bijdrage.

Toch zijn er wel degelijk ontwikkelingen die ons verontrusten. Historisch hoge waarderingen van beursgenoteerde bedrijven zijn één van de aandachtspunten. Hoge beurskoersen kunnen diep vallen als de stemming op de financiële markten omslaat en dat kan beleggers met grote verliezen opzadelen. Zo’n omslag is vanwege de geopolitieke instabiliteit wereldwijd niet ondenkbaar.

Verder kan de opgelopen rente zich laten voelen de komende maanden. Hoewel de Europese Centrale Bank (ECB) recent na een serie renteverhogingen voor het eerst de rente heeft verlaagd, lenen bedrijven duurder dan enkele jaren geleden. Ook wegen deze rentelasten zwaarder op de omzet. Voor die bedrijven met een lage omzet of die sowieso al kwetsbaar waren, kan dat betekenen dat ze in financiële problemen komen. Als dat gebeurt, kan dat een negatieve invloed hebben op de economische groei.

Ook de populariteit van private credit houdt DNB op dit moment bezig. De afgelopen jaren is deze alternatieve beleggingscategorie hard gegroeid: de totale marktomvang van private credit bedraagt wereldwijd inmiddels ongeveer $1700 miljard. Dat blijkt uit cijfers van databureau Preqin die DNB heeft gebruikt voor het nieuwste OFS. Dat is drie keer zoveel als in 2016.

Ook vanuit Nederland wordt er veel in private credit geïnvesteerd. Omdat er geen eenduidige definitie bestaat van private credit, is het onmogelijk om een concreet bedrag te plakken op de totale hoeveelheid.

Ralph Verhoeks van DNB wijst naar de jaren tussen 2009 en 2021, toen centrale banken wereldwijd de rentes laag hielden, voor een verklaring van de populariteit van deze beleggingsklasse. ‘In die jaren zijn beleggers hun grenzen gaan verleggen op zoek naar rendement. Wat ook meespeelt, is dat de kapitaalseisen voor banken na de financiële crisis sterk zijn verhoogd en dat voor risicovolle leningen meer kapitaal moet worden aangehouden.’ Die zijn vervolgens selectiever geld gaan uitlenen en daardoor keren veel bedrijven zich tot private credit.

Finst lanceert nieuw institutioneel crypto-aanbod

Finst kondigt de lancering aan van zijn crypto-as-a-service oplossing, waarmee bedrijven en instellingen een volledig pakket op maat gemaakte crypto-diensten kunnen benutten via een enkele integratie, gebaseerd op toonaangevende beveiligingsnormen.

Historisch gezien moesten instellingen die toegang wilden tot of crypto-diensten wilden aanbieden gebruik maken van meerdere dienstverleners, uitgebreide integratieprocessen ondergaan, verhoogde tegenpartijrisico's aangaan, intensief kapitaalbeheer toepassen en hoge kosten dragen.

Met Finst kunnen marktdeelnemers nu meer dan 110 digitale activa verhandelen in EUR met gegarandeerde beste uitvoering, ultralage handelskosten van 0,15% en diepe liquiditeit. Dankzij de Smart Order Router en uitgebreide liquiditeitsbronnen biedt het platform superieure uitvoering met een gemiddelde spread van minder dan 0,01% op belangrijke crypto-activa zoals BTC en ETH sinds het begin van het jaar.

Daarnaast kunnen leden van het Finst institutionele netwerk toegang krijgen tot een scala aan digitale activadiensten, waaronder bewaring in een afzonderlijke entiteit buiten faillissement, clearing, fiat on/off ramp, flexibel staking, samengestelde crypto-portefeuilles, post-trade afwikkeling en Direct Market Access. In tegenstelling tot andere oplossingen is Finst Institutional beschikbaar via één enkele multi-valuta integratie die voldoet aan de kritieke behoeften van instellingen die op zoek zijn naar een uitgebreide en kostenefficiënte marktoegang in een robuuste compliance- en regelgevingsomgeving.

Finst is geregistreerd als aanbieder van cryptodiensten bij De Nederlandsche Bank en heeft samengewerkt met 's werelds toonaangevende bewaarder Fireblocks en de Nederlands gereguleerde bank bunq om de activa van haar klanten veilig te stellen. Het institutionele netwerk beschikt over geavanceerde MPC-technologie met aangepaste multi-signature policies om haar leden ongeëvenaarde controle over hun activa te bieden. Daarnaast heeft het bedrijf robuuste risicobeheerframeworks geïmplementeerd om zowel markt- als tegenpartijrisico's voor haar leden te beperken.

ABN AMRO investeert in door vrouwen opgericht klimaattechnologiefonds Blume Equity

ABN AMRO Corporate Investments participeert in een financieringsronde van Blume Equity. Dit is de vijfde klimaatgerelateerde fondsinvestering van de bank en een belangrijke stap in het ondersteunen en versnellen van de transitie naar een koolstofvrije economie. Blume equity, opgericht door drie vrouwelijke ondernemers, is een groei-investeerder op het gebied van klimaattechnologie en richt zich op disruptieve Europese scale-ups. Met deze investering verstrekt ABN AMRO kapitaal aan ondernemingen die werken aan oplossingen voor de urgente problemen rond klimaatverandering.

Blume Equity LLP, met kantoren in Londen en Amsterdam, is een private-equity firma dat durfkapitaal verschaft aan snelgroeiende bedrijven. Hun fonds Blume Equity Fund I SCSp is onlangs door beleggers genomineerd voor de prijs European VC Newcomer of the Year.

Het team rondt in de komende maanden de financieringsronde af en verwacht meer op te halen dan het beoogde bedrag van 200 miljoen euro. Blume Equity heeft al vijf investeringen gedaan in scale-ups, waaronder Sensorfact, een softwareplatform voor energiebesparende slimme sensoren, Aerones, dat met robots onderhoud voor windparken biedt, en Normative, een platform voor de CO2-boekhouding van bedrijven. ABN AMRO investeert in het kader van zijn klimaatstrategie een totaalbedrag van 1 miljard euro in durfkapitaal. Dit gebeurt via rechtstreekse kapitaalinvesteringen, investeringen via fondsen en hybride kapitaalinvesteringen.

Rabobank, SNS en ASN Bank verhogen opnieuw prijzen van bankrekeningen

Vanaf 1 juli 2024 gaan klanten van Rabobank, SNS, ASN Bank en Regiobank opnieuw meer betalen voor hun bankrekeningen. Deze prijsverhogingen volgen snel op eerdere aanpassingen: SNS en ASN Bank verhoogden hun tarieven in november 2023, terwijl Rabobank dat in april 2023 deed.

Bij SNS stijgt de prijs van een basisbetaalrekening van 2,95 naar 3,45 euro per maand. ASN Bank verhoogt de kosten van 2,70 naar 3,20 euro per maand. Rabobank verhoogt de tarieven van het Directpakket van 2,95 naar 3,20 euro per maand.

De prijsverhogingen worden toegeschreven aan de stijgende kosten voor fraudebestrijding en het up-to-date houden van de producten.

620.000 euro boete van AFM voor ‘fiscaal en financieel adviseur’ wegens samenwerken met illegale vermogensbeheerder Grinta Invest

De AFM heeft een boete van 620.000 euro opgelegd aan een adviseur. Grinta Invest was een illegale vermogensbeheerder. ‘Fiscaal en financieel adviseur’ E.J. Hogervorst heeft deze illegale partij gepromoot, beleggers aangebracht en hen aangeraden om met grote bedragen in te stappen bij Grinta Invest.

Hij maakte zich zo schuldig aan het medeplegen van illegaal vermogensbeheer. Mede door deze ‘fiscaal en financieel adviseur’ zijn beleggers ingestapt en kon Grinta Invest er met hun geld vandoor gaan. De AFM heeft in november 2021 gewaarschuwd tegen Grinta Invest.

Vermogensbeheerders moeten over een vergunning beschikken. De vergunningplicht is de hoeksteen van het financieel toezicht en draagt bij aan een gelijk speelveld. Het zorgt er bijvoorbeeld voor dat alle vermogensbeheerders investeringen van beleggers adequaat moeten beschermen. Ook wordt er getoetst of de beleidsbepalers betrouwbaar zijn. Grinta Invest beschikt niet over een vergunning en is verdwenen met het geld van beleggers. Hogervorst heeft dat niet gewild, maar hij heeft Grinta Invest daartoe wel in staat gesteld door met haar samen te werken.

donderdag 13 juni 2024

Aantal dollarmiljonairs en hun vermogen terug op recordniveau ondanks wereldwijde instabiliteit

Wereldwijd is in 2023 het aantal dollarmiljonairs met een vrij belegbaar vermogen van meer dan 1 miljoen dollar (‘High Networth Individuals’ – HNWI’s met 5,1 procent gegroeid tot 22,8 miljoen personen. Ook de omvang van hun vermogen nam toe. Dat bedraagt nu in totaal 86,8 biljoen, een toename van 4,7% ten opzichte van 2022. Dit blijkt uit het World Wealth Report 2024 van het Capgemini Research Institute.
 
In 2023 kende Noord-Amerika wereldwijd de sterkste toename: +7,2% voor het vermogen en +7,1% voor het aantal vermogende particulieren. Volgens het rapport zorgden solide economische veerkracht, afkoelende inflatiedruk en een rally op de Amerikaanse aandelenmarkt voor momentum. Deze trend zet zich voort in de meeste markten, zowel voor vermogen als voor het aantal dollarmiljonairs. In andere delen van de wereld was de groei meer bescheiden.

In Nederland nam het aantal dollarmiljonairs in 2023 toe met 18.830 personen (+5,9%) tot 335.450 personen. Hun gezamenlijke vermogen dikte met ruim $49 miljard (+6,01%) aan tot $856,38 miljard.
De groei van het vermogen en van de populatie vermogende particulieren bedroeg in Azië-Pacific respectievelijk 4,2% en 4,8% en in Europa 3,9% en 4,0%.

Latijns-Amerika en het Midden-Oosten lieten een beperkte HNWI-groei zien, met een vermogensgroei van respectievelijk 2,3% en 2,9% en een groei van het aantal dollarmiljonairs van 2,7% en 2,1%.
Afrika was daarentegen de enige regio waar zowel het vermogen van de welgestelde particulieren (-1,0%) als het aantal dollarmiljonairs (-0,1%) daalden. De oorzaak hiervan ligt in dalende grondstoffenprijzen en afnemende buitenlandse investeringen.

Met de groei van vermogens en vermogenden begint de allocatie van activa te verschuiven van vermogensbehoud naar vermogensgroei. Data van begin 2024 laten een normalisering zien van de geldbeleggingen naar 25% van de portefeuille. Het rapport geeft aan dat twee op de drie vermogende particulieren van plan zijn om in 2024 meer te investeren in private equity, als hefboom voor mogelijke toekomstige groeikansen.

Zeer vermogende particulieren (Ultra-HNWI's), met een vrij belegbaar vermogen van meer dan 30 miljoen euro, bezitten meer dan 34 procent van het totale vermogen van alle HNWI’s en vormen iets meer dan 1 procent van de totale HNWI-populatie. Naar schatting zullen de ouder wordende generaties in de komende twee decennia meer dan 80 biljoen dollar overdragen, waardoor de vraag naar financiële diensten (beleggingsbeheer en belastingplanning) en niet-financiële diensten (filantropie, luxe conciërgediensten, passie-investeringen en netwerkmogelijkheden) toeneemt. Uit het rapport blijkt dat 78 procent van de HNWI's diensten met toegevoegde waarde essentieel vindt en meer dan 77 procent rekent op hun vermogensbeheerder om hen te ondersteunen bij de vermogensoverdracht tussen generaties. Terwijl HNWI's op zoek zijn naar een persoonlijke en betrokken begeleiding, zegt 65 procent zich zorgen te maken over het gebrek aan persoonlijk advies op maat met betrekking tot hun veranderende financiële situatie.
 
Meer dan 65 procent van de vermogende particulieren geeft aan dat vooroordelen beleggingsbeslissingen beïnvloeden, vooral tijdens belangrijke levensgebeurtenissen zoals huwelijk, scheiding en pensionering. Als gevolg hiervan wil 79 procent van de HNWI's begeleiding van relatiebeheerders om hen te helpen hiermee om te gaan. Door behavioral finance te integreren met kunstmatige intelligentie kunnen vermogensbeheerders beoordelen hoe klanten reageren op marktschommelingen en data-gestuurde beslissingen nemen die minder gevoelig zijn voor emotionele of cognitieve vooroordelen. Het rapport benadrukt dat AI-systemen gegevens kunnen analyseren en patronen kunnen detecteren die voor mensen moeilijk te herkennen zijn, waardoor relatiebeheerders proactieve maatregelen kunnen nemen bij het adviseren van klanten.
 
Volgens het rapport hebben zeer vermogende particulieren het aantal relaties met vermogensbeheerders uitgebreid van drie in 2020 naar zeven in 2023. Deze trend geeft aan dat de sector moeite heeft om het verwachte aanbod en de verwachte kwaliteit van de door dit segment gevraagde diensten te leveren. Daarentegen zijn single-family offices, die uitsluitend één familie bedienen, de afgelopen tien jaar met 200 procent gegroeid. Om de vermogende en zeer vermogende particulieren verder te bedienen, moeten vermogensbeheerders een balans vinden tussen concurrentie en samenwerking met family offices. Een op de twee (52%) zeer vermogende particulieren wil een family office opzetten en wil daarbij begeleiding van hun primaire kantoor.

'Schrappen verpandingsverboden grote stap voor financierbaarheid mkb'

MKB-Nederland en VNO-NCW zijn blij dat de Tweede Kamer heeft ingestemd met het Wetsvoorstel opheffing verpandingsverboden. Dat is van cruciaal belang voor de broodnodige kredietruimte van het mkb. De ondernemersorganisaties hebben zich jaren ingezet voor het schrappen van verpandingsverboden, waardoor mkb-ondernemers ook sneller worden betaald en meer werkkapitaal krijgen.

Het is ondernemers al lange tijd een doorn in het oog dat (grote) opdrachtgevers in hun inkoopvoorwaarden kunnen opnemen dat hun leveranciers de vorderingen die zij op hen hebben, niet kunnen overdragen aan andere partijen (‘verpandingsverbod’). Hierdoor is het voor banken en factormaatschappijen niet mogelijk deze vorderingen te financieren en worden alternatieve financieringsvormen belemmerd.

‘Voor ondernemers wordt met verpandingsverboden dus een belangrijk instrument om liquiditeit aan te trekken afgesneden’, aldus de ondernemersorganisaties.

Volgens MKB-Nederland, VNO-NCW is met de opheffing van verpandingsverboden een essentiële stap gezet voor de financierbaarheid van het mkb. Ondernemers krijgen hierdoor niet alleen sneller betaald, meer werkkapitaal en meer kredietruimte – dat in 2016 al op 1 miljard euro werd geschat - , mogelijk bijkomend voordeel is dat nieuwe en alternatieve financieringsaanbieders sneller tot financiering kunnen overgaan. Ook draagt het bij aan vermindering van het risico op insolventie van bedrijven.

50.000 registraties voor consumentenprofielen iDEAL

Sinds de lancering van consumentenprofielen bij iDEAL, hebben al 50.000 Nederlanders een profiel aangemaakt. Met een dergelijk profiel is het mogelijk om sneller en veiliger online aankopen te doen. De nieuwe functie, die sinds 15 april door iDEAL wordt aangeboden, en kan worden aangemaakt via de eigen bank app, wordt later dit jaar ook proactief door banken aangeboden. iDEAL spreekt van een succesvolle lanceringsperiode.

Dankzij een iDEAL-consumentenprofiel kunnen gebruikers hun online aankopen sneller voltooien. De veiligheid van online winkelen wordt eveneens verbeterd, doordat persoonsgegevens niet meer bij elke individuele webshop worden ingevuld en opgeslagen. Dit biedt ook voordelen voor webwinkels, zoals betere conversies en een hogere klanttevredenheid.

Ook gebruikers zonder iDEAL-profiel kunnen betalingen blijven verrichten via de traditionele manier van iDEAL-betalingen. Gebruikers behouden de vrijheid om de betaalmethode te kiezen die het beste bij hun behoeften past.

Sinds de lancering in 2005 is iDEAL uitgegroeid tot de norm voor online betalen in Nederland. Met steun van meer dan 300.000 ondernemers en een brede adoptie door Nederlandse consumenten, faciliteert iDEAL jaarlijks ruim 1,3 miljard transacties. Dit omvat meer dan 73% van de e-commerce transacties, en transacties als betaalverzoeken en het betalen van facturen. De recente overname door het European Payments Initiative (EPI) versterkt iDEAL's rol in het leveren van veilige en vooruitstrevende betaaloplossingen.

Waarom de ECB de rente heeft verlaagd

Vanaf juli 2022 verhoogde de ECB de beleidsrente tot 4 procent om hardnekkige prijsstijgingen de kop in te drukken. Nu verlaagt de ECB de rente.

De inflatie in het eurogebied is gedurende 2021 en 2022 sterk gestegen, tot een piek van 10,6% in oktober 2022. Om de stijgende inflatie tegen te gaan, heeft de ECB haar beleidsrente sinds de zomer van 2022 in rap tempo verhoogd tot 4 proceny in september 2023. Hoewel de rente sindsdien niet verder omhoog is gegaan, droeg de stabiel hoge rente bij aan het afremmen van de inflatie (lees hier hoe dat kan).

Het effect van het rentebeleid van de ECB is zichtbaar in de ontwikkeling van leenrentes en kredietverlening. Dit betekent dat het voor bedrijven duurder is geworden om te investeren, terwijl huishoudens bij de aankoop van een huis rekening moeten houden met een hogere hypotheekrente. Dat maakt het lenen van geld dus minder aantrekkelijk.

Inmiddels zien we dat de inflatie sterk is gedaald. In 2023 was de inflatie in het eurogebied gemiddeld 5,4 procent, een flinke daling vergeleken met het gemiddelde van 8,4 procent over 2022. Het verkrappende rentebeleid van de ECB heeft hieraan bijgedragen, maar ook de dalende energieprijzen en de afnemende knelpunten in wereldwijde toeleveringsketens hebben voor lagere inflatie gezorgd.   

De laatste maanden verliep de daling van de inflatie wat hobbelig, maar desondanks was die afgelopen mei met 2,6 procent een stuk lager dan in 2022 en 2023. Net als de stijging van de inflatie in 2021 en 2022, was de daling in 2023 het eerst zichtbaar in de energiecomponent. De reden daarvoor is duidelijk: de energieprijzen waren in dat jaar een stuk lager dan de historisch hoge prijzen in de zomer van 2022. Geleidelijk aan daalden ook de meeste andere componenten van de inflatie, zoals die van voedingsproducten en goederen. Prijzen bleven wel op een hoger niveau steken dan voorheen.

In de meest recente ECB-ramingen wordt verwacht dat de inflatie in de eurolanden tot eind 2024 nog op en neer zal gaan, vooral door schommelende energieprijzen en tijdelijke overheidsmaatregelen. Voor 2025 voorziet de ECB in de eurolanden een daling van de inflatie tot 2.2% in 2025, en voor 2026 een verdere daling tot 1.9%. Omdat het tijd kost voordat een renteverlaging doorwerkt in de economie, haalt de ECB nu al voorzichtig de voet van de rem.

Hoewel de ECB de rente een stapje heeft verlaagd, heeft het monetaire beleid nog steeds een afkoelend effect op de economie en de inflatie. Dit afkoelende effect is ook wenselijk, omdat de inflatie – hoewel sterk gedaald – nog niet terug is op de doelstelling van 2%. De beleidsrente ligt momenteel nog steeds ruim boven schattingen van de zogenaamde evenwichtsrente. Dat is het niveau van de rente waarbij de economie niet wordt gestimuleerd en ook niet wordt afgeremd. Zolang de rente boven dit niveau ligt, werkt het monetaire beleid verkrappend en draagt het bij aan een afname van de inflatie.

Volksbank naar de beurs, of moet worden verkocht

De Volksbank moet worden verkocht en kan niet in staatshanden blijven. Dat adviseert NLFI, de instelling die voor de Staat de aandelen beheert van banken en verzekeraars die tijdens de kredietcrisis zijn genationaliseerd.

De voormalige bankdivisie van het in 2013 genationaliseerde SNS Reaal zou over een jaar of vijf naar de beurs gebracht kunnen worden, of op relatief korte termijn worden overgenomen door een investeerder.

De NLFI zegt dat het geen optie is de bank voorgoed in staatshanden te houden. Ook een idee om van De Volksbank een coöperatie te maken, zoals Rabobank, is in de ogen van NLFI niet haalbaar. De klanten van De Volksbank zouden hier niet genoeg geld voor hebben.

Een onderhandse verkoop aan een investeerder of een overname door een andere bank is volgens NLFI wel een haalbare kaart, vooral aan een buitenlandse partij die de Nederlandse markt wil betreden.

Marnix van Rij nieuwe plaatsvervangend bewindvoerder bij IMF

Marnix van Rij wordt voorgedragen als plaatsvervangend bewindvoerder van de Nederlands-Belgische kiesgroep bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Van Rij (63), nu nog staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingdienst, is gekozen door een selectiecommissie en zijn kandidatuur is overgenomen door DNB-president en IMF-gouverneur Klaas Knot en minister van Financiën Steven van Weyenberg.

Zijn benoeming zal per 1 november ingaan. Aan de voordracht ging een vacaturestelling en uitgebreide selectieprocedure vooraf. In de selectiecommissie zaten leden van DNB, het ministerie van Financiën en was ook externe expertise met betrekking tot het IMF vertegenwoordigd.

Van Rij heeft volgens de selectiecommissie ruime ervaring in de internationale beleidswereld, is bedreven in het onderhandelen en leidinggeven en is iemand met uitgebreide kennis van de financiële wereld. Hij is volgens de commissie ook bij uitstek een teamspeler, wat bijzonder belangrijk is voor het werken in een kiesgroep met zestien landen, binnen het IMF met 190 aangesloten landen. Hij is daarnaast iemand die in staat is goede relaties te onderhouden met alle belanghebbenden, en op meerdere niveaus belangen kan afwegen en compromissen kan sluiten.

De Nederlands-Belgische kiesgroep bij het IMF in Washington heeft een bewindvoerder die om en om door Nederland en België wordt geleverd, voor een periode van vier jaar. Er zijn twee plaatsvervangers: één uit Nederland of België, en één uit Oekraïne. Op dit moment is de Nederlander Paul Hilbers bewindvoerder van de kiesgroep. Hij wordt in november opgevolgd door een Belgische collega.

De Nederlandse plaatsvervangend bewindvoerder is plaatsvervangend lid van de raad van bestuur van het IMF. Hij is per november de hoogste vertegenwoordiger van het Koninkrijk der Nederlanden bij het IMF en medeverantwoordelijk voor het overbrengen van de Nederlandse standpunten op alle onderwerpen die dagelijks in de IMF-raad van bestuur worden besproken.

De raad van bestuur van het IMF bestaat uit 24 leden, die alle 190 lidstaten van het IMF vertegenwoordigen. De grote landen hebben een eigen stoel, andere landen hebben zich in kiesgroepen verenigd.

De landen die naast Nederland en België in de kiesgroep zitten, zijn Oekraïne, Roemenië, Israël, Luxemburg, Bulgarije, Kroatië, Cyprus, Armenië, Bosnië-Herzegovina, Noord-Macedonië, Moldavië, Georgië, Montenegro en Andorra. De Nederlands-Belgische kiesgroep is qua stemgewicht de vierde kiesgroep bij het IMF, na de VS, Japan en China.

maandag 10 juni 2024

Goudwisselkantoor opent 150ste locatie

De honderdvijftigste locatie van Goudwisselkantoor heeft haar deuren geopend in het Belgische Overijse. De feestelijke opening werd verricht door Harm-Jan Ruit - directeur Realisatie van Goudwisselkantoor - in het bijzijn van de nieuwe kantoorhouder en regiomanager. Met als resultaat dat alle diensten van Goudwisselkantoor nu óók in de regio Overijse in Vlaanderen voor iedereen toegankelijk zijn. Met de opening van de nieuwe locatie, die een belangrijke mijlpaal in de 40-jarige geschiedenis van Goudwisselkantoor markeert, telt België nu vijftig vestigingen.

IOp dit moment opent elke twee weken een nieuwe kantoor van Goudwisselkantoor haar deuren. Met de opening van onze honderdvijftigste vestiging zetten we opnieuw een belangrijke stap naar het realiseren van onze ambitie om te groeien naar 350 locaties in zes landen”, vertelt Ruit. In Nederland telt Goudwisselkantoor nu 89 locaties, in België vijftig en in Duitsland elf. Twee weken geleden opende Goudwisselkantoor nog een nieuwe locatie in Keulen.

Klanten kunnen vanaf nu in de nieuwe locatie aan de Brusselsesteenweg 400 in Overijse terecht voor het taxeren van juwelen, zilverwerk, diamanten, horloges of edelmetalen. Vaak gaat het hierbij om oudere sieraden of erfstukken die niet meer gedragen worden. Met de huidige hoge goud- en zilverkoersen kunnen deze waardevolle objecten een aanzienlijk bedrag opleveren. Klanten kunnen ervoor kiezen deze direct te verkopen of aan te bieden tijdens één van de drukbezochte veilingen van Goudwisselkantoor. Het familiebedrijf heeft daarnaast een webshop waar steeds meer klanten gouden of zilveren munten en baren kopen. Veel beleggers beschouwen edelmetalen als een waardevaste investering en dé manier om hun vermogen veilig te stellen.

Aantal WOZ-bezwaren flink gedaald

Het aantal WOZ-bezwaren van woningeigenaren is flink gedaald, zo blijkt uit het meest recente onderzoek dat jaarlijks wordt uitgevoerd door de Waarderingskamer bij gemeenten en belastingkantoren.

In 2024 staan 325.000 woningen in Nederland onder bezwaar, ten opzichte van 595.000 woningen op hetzelfde moment in 2023. Dit vertegenwoordigt een opvallende daling van het aantal bezwaren. Op basis van deze gegevens stellen we vast dat het bezwaarpercentage in 2024 3,9% is, in vergelijking met 7,2% in 2023.

Uit het onderzoek blijkt dat het bezwaarpercentage per gemeente behoorlijk kan verschillen. De gemeente met het hoogste bezwaarpercentage is Nuenen, met een bezwaarpercentage van 21,3%. De gemeente met het laagste bezwaarpercentage is Oost Gelre, met een bezwaarpercentage 1,0%. We willen hierbij opmerken dat een hoog bezwaarpercentage niet altijd iets zegt over de kwaliteit van de taxaties.

Bunq schroeft beveiliging op

De Consumentenbond is blij dat Bunq bank een afkoelperiode invoert om zijn klanten te beschermen tegen bankhelpdeskfraude (spoofing). De Consumentenbond vroeg Bunq om zo’n afkoelperiode nadat verschillende klanten van de bank grote sommen geld onbedoeld overmaakten naar oplichters.

Bunq voert alsnog een ‘uitgestelde betaling’ van 24 uur in wanneer de klant zijn standaard limiet verhoogt, inlogt op een nieuw apparaat of bij een betaling naar een nieuwe rekeningnummer. Bij de uitgestelde betaling lijkt het alsof de betaling is doorgevoerd. Maar de bank houdt in werkelijkheid het geld nog 24 uur vast. Bij onraad, kan de klant de betaling dan nog annuleren.

De meeste andere banken voerden enkele jaren geleden al een afkoelperiode van 4 uur in als klanten hun overboeklimiet verhogen. Dat leidde aantoonbaar tot minder bankhelpdeskfraude.

Bunq zegt ook toe dat er een waarschuwing komt op het moment dat consumenten geld overmaken naar een rekening waarbij naam en nummer niet overeenkomen. Ook deze maatregel is al lange tijd gebruikelijk bij andere banken.

Na kritiek van de Consumentenbond voerde Bunq in 2021 wel al een naam-nummercontrole in voor overboekingen naar een Bunq-rekening. Maar deze specifieke controle gold niet bij overboekingen vanuit Bunq naar andere banken.

Een doorbraak lijkt volgens de Consumentenbond het voornemen van Bunq om frauduleuze software op te sporen waarmee kwaadwillenden op afstand toegang krijgen tot computers van klanten. Ook neemt Bunq maatregelen om malafide websites op te sporen.

Bunq meldt echter geen aanpassing in zijn telefonische bereikbaarheid. De afgelopen maand regende het klachten van klanten. Zij raakten grote sommen spaargeld kwijt door helpdeskfraude. Vervolgens kregen ze geen persoonlijk contact met de bank.

De Consumentenbond vindt het schrijnend dat mensen die zo in paniek zijn en zulke grote bedragen kwijt zijn, geen persoonlijk telefonisch contact kunnen krijgen. 'We begrijpen dat Bunq een digitale bank is en ook op een digitale wijze communiceert, maar in sommige gevallen moet je gewoon een mens kunnen spreken. Hier is Bunq echt de mist in gegaan.’

Bunq is nu wel in gesprek met de gedupeerden. De Consumentenbond hoopt dat de bank alsnog met een ruimhartige vergoeding komt voor deze slachtoffers.