Opmars niet-bancaire kredietverlening potentieel risico
Investeren in zogeheten ‘private credit’, jargon voor niet-bancaire bedrijfsleningen die niet op een beurs kunnen worden verhandeld, is de afgelopen jaren uitgegroeid van een product voor fijnproevers naar een gangbare investering. Institutionele beleggers zoals pensioenfondsen en verzekeraars doen volop mee. Dat is niet zonder risico, waarschuwen beleidsadviseur Annick van Ool en econoom Ralph Verhoeks van DNB.
Dit doen zij in de jongste editie van het Overzicht Financiële Stabiliteit (OFS), een halfjaarlijks rapport waarin we de stabiliteit van de financiële sector onder de loep nemen. Nederlandse banken, verzekeraars en pensioenfondsen doen het momenteel net als in de rest van wereld goed. Een stabiel draaiende economie in combinatie met een afzwakkende inflatie, leveren daaraan een belangrijke bijdrage.
Toch zijn er wel degelijk ontwikkelingen die ons verontrusten. Historisch hoge waarderingen van beursgenoteerde bedrijven zijn één van de aandachtspunten. Hoge beurskoersen kunnen diep vallen als de stemming op de financiële markten omslaat en dat kan beleggers met grote verliezen opzadelen. Zo’n omslag is vanwege de geopolitieke instabiliteit wereldwijd niet ondenkbaar.
Verder kan de opgelopen rente zich laten voelen de komende maanden. Hoewel de Europese Centrale Bank (ECB) recent na een serie renteverhogingen voor het eerst de rente heeft verlaagd, lenen bedrijven duurder dan enkele jaren geleden. Ook wegen deze rentelasten zwaarder op de omzet. Voor die bedrijven met een lage omzet of die sowieso al kwetsbaar waren, kan dat betekenen dat ze in financiële problemen komen. Als dat gebeurt, kan dat een negatieve invloed hebben op de economische groei.
Ook de populariteit van private credit houdt DNB op dit moment bezig. De afgelopen jaren is deze alternatieve beleggingscategorie hard gegroeid: de totale marktomvang van private credit bedraagt wereldwijd inmiddels ongeveer $1700 miljard. Dat blijkt uit cijfers van databureau Preqin die DNB heeft gebruikt voor het nieuwste OFS. Dat is drie keer zoveel als in 2016.
Ook vanuit Nederland wordt er veel in private credit geïnvesteerd. Omdat er geen eenduidige definitie bestaat van private credit, is het onmogelijk om een concreet bedrag te plakken op de totale hoeveelheid.
Ralph Verhoeks van DNB wijst naar de jaren tussen 2009 en 2021, toen centrale banken wereldwijd de rentes laag hielden, voor een verklaring van de populariteit van deze beleggingsklasse. ‘In die jaren zijn beleggers hun grenzen gaan verleggen op zoek naar rendement. Wat ook meespeelt, is dat de kapitaalseisen voor banken na de financiële crisis sterk zijn verhoogd en dat voor risicovolle leningen meer kapitaal moet worden aangehouden.’ Die zijn vervolgens selectiever geld gaan uitlenen en daardoor keren veel bedrijven zich tot private credit.
Dit doen zij in de jongste editie van het Overzicht Financiële Stabiliteit (OFS), een halfjaarlijks rapport waarin we de stabiliteit van de financiële sector onder de loep nemen. Nederlandse banken, verzekeraars en pensioenfondsen doen het momenteel net als in de rest van wereld goed. Een stabiel draaiende economie in combinatie met een afzwakkende inflatie, leveren daaraan een belangrijke bijdrage.
Toch zijn er wel degelijk ontwikkelingen die ons verontrusten. Historisch hoge waarderingen van beursgenoteerde bedrijven zijn één van de aandachtspunten. Hoge beurskoersen kunnen diep vallen als de stemming op de financiële markten omslaat en dat kan beleggers met grote verliezen opzadelen. Zo’n omslag is vanwege de geopolitieke instabiliteit wereldwijd niet ondenkbaar.
Verder kan de opgelopen rente zich laten voelen de komende maanden. Hoewel de Europese Centrale Bank (ECB) recent na een serie renteverhogingen voor het eerst de rente heeft verlaagd, lenen bedrijven duurder dan enkele jaren geleden. Ook wegen deze rentelasten zwaarder op de omzet. Voor die bedrijven met een lage omzet of die sowieso al kwetsbaar waren, kan dat betekenen dat ze in financiële problemen komen. Als dat gebeurt, kan dat een negatieve invloed hebben op de economische groei.
Ook de populariteit van private credit houdt DNB op dit moment bezig. De afgelopen jaren is deze alternatieve beleggingscategorie hard gegroeid: de totale marktomvang van private credit bedraagt wereldwijd inmiddels ongeveer $1700 miljard. Dat blijkt uit cijfers van databureau Preqin die DNB heeft gebruikt voor het nieuwste OFS. Dat is drie keer zoveel als in 2016.
Ook vanuit Nederland wordt er veel in private credit geïnvesteerd. Omdat er geen eenduidige definitie bestaat van private credit, is het onmogelijk om een concreet bedrag te plakken op de totale hoeveelheid.
Ralph Verhoeks van DNB wijst naar de jaren tussen 2009 en 2021, toen centrale banken wereldwijd de rentes laag hielden, voor een verklaring van de populariteit van deze beleggingsklasse. ‘In die jaren zijn beleggers hun grenzen gaan verleggen op zoek naar rendement. Wat ook meespeelt, is dat de kapitaalseisen voor banken na de financiële crisis sterk zijn verhoogd en dat voor risicovolle leningen meer kapitaal moet worden aangehouden.’ Die zijn vervolgens selectiever geld gaan uitlenen en daardoor keren veel bedrijven zich tot private credit.
Geen opmerkingen:
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.