donderdag 31 oktober 2024

Deel beleggers past beleggingsstrategie aan op Nederlandse belastingregels

Boven de vrijstellingsgrens in box 3 betalen beleggers soms meer belasting over hun vermogen dan wanneer ze een spaarrekening zouden hebben. Een deel van de beleggers past hierdoor zijn beleggingsstrategie aan. Eén op de tien belegt door de belastingregel minder in obligaties, omdat dit ze minder oplevert dan sparen. Een ander deel (7%) belegt om die reden buiten de beurs om, bijvoorbeeld in klassieke auto’s of kunst. Dat blijkt uit de ING BeleggersBarometer, die deze maand op 120 punten staat, 4 punten hoger dan in september.

Tijdens het onderzoek voor de ING BeleggersBarometer zijn beleggers bevraagd over de invloed van belastingregels op hun beleggingsstrategie. Beleggers nemen belastingregels zeker in ogenschouw. Een zeer klein deel van de beleggers (3%) overweegt zelfs aan het eind van het jaar tijdelijk uit te stappen en in het nieuwe jaar weer in te stappen, om zo de heffing over het vermogen te verminderen. Een kwart van de beleggers denkt dat ze de belastingdruk kunnen compenseren door gewoon te blijven beleggen. Bob Homan, hoofd ING Investment Office: “Beleggen vraagt om een lange horizon. Het proberen te ‘timen’ van de markt pakt meestal niet goed uit voor beleggers. Zeker niet voor de lange termijn beleggers.” Het grootste deel van de beleggers is niet van plan om een andere beleggingsstrategie te volgen (43%). Een ander groot deel heeft hier (nog) niet over nagedacht (41%).

De ING BeleggersBarometer staat deze maand op 120 punten. Hiermee wordt de stijging die vanaf augustus 2024 zichtbaar is, doorgezet. Beleggers zijn positiever over de waarde van hun portefeuille: meer beleggers zien de afgelopen maand én het afgelopen jaar een waardestijging. De verwachte AEX-stand voor januari 2025 ligt op 917 punten, vergelijkbaar met de voorspelling van vorige maand voor december (912 punten).

ING voelt gedaalde rente

 

ING realiseerde in het derde kwartaal een nettowinst van 1,88 miljard euro. De afname was echter veel kleiner dan de daling tot 1,70 miljard waarop analisten gemiddeld hadden gerekend.

De totale inkomsten stegen met 1,1 procent, van 5,84 miljard tot 5,91 miljard euro.

De daling van de winst komt met name voor de gedaalde rente. Ook moest de bank meer geld opzij zetten voor leningen die waarschijnlijk niet meer worden terugbetaald.

De fee-inkomsten stegen van 909 miljoen naar 1,01 miljard euro.

ING gaat voor 2,5 miljard euro aan eigen aandelen inkopen, zoals analisten ook hadden voorzien.

'ING beschuldigt Amerikaanse klant van miljoenenfraude in VS'

ING heeft in de Verenigde Staten een rechtszaak aangespannen tegen de Amerikaanse investeringsmaatschappij 777 Partners vanwege mogelijke fraude.

De bank leende 28 miljoen dollar uit, maar wil dat geld terug. Dat blijkt volgens het FD uit Amerikaanse rechtbankdocumenten.

ING stelt dat het geleende geld naar 777 Partners zelf ging of voor leningen bij andere partijen werd gebruikt. De investeringsmaatschappij bleef twee jaar lang documenten verstrekken alsof alles in orde was.

Volgens het FD zijn er mogelijk meer gedupeerden van 777 Partners. Zo eist de Britse investeerder Leadenhall Capital een schadevergoeding in een rechtszaak over een lening van 350 miljoen dollar.

ACM grijpt in bij twee bedrijven voor klantenwerving betaalde schuldhulp

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft ingegrepen bij twee bedrijven die klanten werven voor commerciële schuldhulpaanbieders. Op hun websites stond niet duidelijk dat het om betaalde schuldhulp ging. Consumenten konden daardoor ten onrechte denken dat het ging om aanbieders die werken voor gemeenten en daarmee gratis zijn.

Na de ingreep zijn de websites van Schuldhulpverlening-Nederland.nl nu uit de lucht. De andere aanbieder, www.schuldsanering.help, heeft de informatie verduidelijkt dat hun dienstverlening geld kost. Omdat mensen die schulden hebben vaak kwetsbaar zijn, moeten bedrijven die zich op deze groep richten daarmee rekening houden.

Begin juni ontving de ACM signalen over websites voor commerciële schuldhulpaanbieders. Zij zouden niet duidelijk zijn over het feit dat zij geld vragen voor hun bemiddeling. Ook leek het net of ze in opdracht van de gemeente werkten. Op hun websites toonden zij pagina’s op plaatsnaam met informatie over de gemeentelijke schuldhulpverlening. Maar daarbij werd niet duidelijk vermeld dat je niet bij de gemeente terecht kwam als je het contactformulier op de webpagina invulde. Je werd vervolgens benaderd door een commerciële aanbieder.

Nadat de ACM de twee bedrijven achter deze websites heeft aangesproken, heeft het ene bedrijf achter de websites Schuldhulpverlening-Nederland.nl en Schuldhulpverlening.direct besloten zijn websites offline te halen. Het andere bedrijf, actief met de website www.schuldsanering.help, heeft zijn informatie zodanig aangepast, dat het voor consumenten nu duidelijker is dat je wordt doorverwezen naar commerciële aanbieders. Daarnaast linkt deze website nu ook door naar de websites van gemeenten, zodat consumenten ook daar terecht kunnen.

Vorig jaar heeft de ACM aanbieders van commerciële schuldhulp gewezen op de regels die consumenten beschermen. Zo moeten zij duidelijk over wie zij zijn, wat ze bieden en de kosten die zij rekenen. De ACM heeft vervolgens websites hierop gecontroleerd.

Nederlanders verdeeld over limiet contante betalingen

Nederlanders zijn flink verdeeld over het wetsvoorstel dat contante betalingen vanaf 3.000 euro moet gaan verbieden, dat blijkt uit onderzoek van Bank.nl. Vier op de tien (44 procent) Nederlanders steunt de maatregel die moet bijdragen aan het bestrijden van witwassen, de resterende 56 procent geeft aan dat ze het limiteren van contante betalingen niet waarderen. In dit grootschalige enquêteonderzoek is gekeken naar hoe Nederlanders zich verhouden tot contant geld.

Contant geld zorgt volgens de Europese Centrale Bank (ECB) voor vrijheid, autonomie en privacy. Mede daarom wordt het fysieke betaalmiddel sinds jaar en dag door criminelen gebruikt om wit te wassen. In een poging om het witwassers lastiger te maken, kondigde het kabinet een wetsvoorstel aan die een limiet op contante betalingen boven de €3.000 instelt. Hoe kijkt de gewone burger aan tegen het aanscherpen van de regels omtrent contante betalingen?

Hoewel een substantieel deel van de Nederlanders aangeeft de maatregel niet te waarderen, geeft dertig procent aan ook daadwerkelijk ooit een betaling van 3.000 euro of meer in contanten te hebben afgerekend. In de meeste gevallen gaat dit om de aanschaf van een auto. Branchevereniging BOVAG zegt de contante limiet van 3.000 euro te steunen, en deed zelfs een oproep aan coalitiepartijen die de grens voor contante betalingen naar 10.000 euro wilde verhogen om af te zien van het voorstel.

Waar velen zich wel in kunnen vinden, is een eventuele acceptatieplicht voor contant geld. Zo geeft een grote meerderheid van 79 procent aan dat contant geld overal in Nederland geaccepteerd moet worden. Bovendien hebben relatief veel Nederlanders (49 procent) eens meegemaakt dat zij ergens met contant geld wilden afrekenen, om erachter te komen dat dit niet mogelijk was. Onlangs werd het amendement over een acceptatieplicht voor contant geld nog aangenomen door de Tweede Kamer. Bij de uitwerking zal er volgens minister Heinen van Financiën (VVD) wel gekeken worden naar veiligheidsuitzonderingen voor ondernemers met een hoog risico op overvallen.

Dat er meer gepind dan contant betaald wordt, is inmiddels wel bekend. Uit cijfers van De Nederlandsche Bank blijkt dat van alle kassabetalingen in 2023, slechts 20 procent met contant geld werd afgerekend. Ter vergelijking, in 2023 was dat nog 57 procent. Een groot deel van de respondenten verwacht dat deze daling blijft voortzetten, zo denkt zelfs 56 procent dat contant geld in de komende 25 jaar zal verdwijnen uit Nederland. Volgens de ECB zal dit voorlopig niet gebeuren.

dinsdag 29 oktober 2024

Bijna helft zzp'ers ervaart pensioenspijt door late start pensioenopbouw

Uit onderzoek van zzp-bank Knab blijkt dat 44 procent van de zzp'ers spijt heeft dat ze niet eerder zijn begonnen met pensioenopbouw. Deze 'pensioenspijt' is vooral sterk onder zelfstandigen die pas na hun dertigste begonnen met pensioen op te bouwen. In totaal geeft 64% van de zzp'ers aan dat ze het gevoel hebben dat ze hun pensioen niet goed geregeld hebben.

Ondanks de verbeterde mogelijkheden voor zzp'ers om hun pensioen goed te regelen, geven veel zelfstandigen aan dat pensioenopbouw vaak niet de prioriteit krijgt die het verdient. 36% van de zzp'ers vindt dat ze hun pensioen goed geregeld hebben.

Vooral zelfstandigen met een lager inkomen voelen dat ze er niet goed voor staan: van de zzp'ers die maandelijks minder dan 2.000 euro te besteden hebben, is slechts 25 procent tevreden met hoe ze hun pensioen hebben geregeld. Dit staat in contrast met de hogere inkomensgroepen. Onder zzp'ers die meer dan 4.000 euro per maand te besteden hebben, is 52 procent blij met hoe ze het geregeld hebben.

Het onderzoek laat zien dat hoe later zzp'ers beginnen met hun pensioen, hoe groter de spijt achteraf. Gemiddeld beginnen zzp’ers op hun 31e met pensioenopbouw, degenen die later beginnen, ervaren vaker spijt. Van de zzp'ers die er na hun dertigste mee beginnen geeft 60 procent aan spijt te hebben dat zij niet eerder actie hebben ondernomen. Onder zzp’ers die vóór hun dertigste begonnen, ervaart nog geen 30 procent pensioenspijt.

Veel zzp'ers maken nog onvoldoende gebruik van fiscale regelingen die hen kunnen helpen om pensioen op te bouwen. Uit het Knab-onderzoek blijkt dat slechts 48 procent van de zelfstandigen bekend is met het begrip ‘jaarruimte’ en de belastingvoordelen die pensioenproducten zoals lijfrente kunnen bieden. Met name zzp'ers met een lager inkomen missen regelmatig kennis over de beschikbar fiscale voordelen.

Markten sorteren voor op president Trump

Beleggers achten de kans op een tweede termijn voor Donald Trump als president van de VS steeds groter, wat bijdraagt aan een snelle verandering van rentes en de euro/dollar koers. De Nederlandse economie kan daar op korte termijn op verschillende manieren het effect van ondervinden.

De verwachtingen over de Amerikaanse presidentsverkiezingen verschuiven flink in de afgelopen weken. Donald Trump is aan een opmars bezig in de peilingen, zowel nationaal als in de cruciale swing states. Trump heeft terrein goedgemaakt en lijkt nu een hele kleine voorsprong te hebben, al is die niet statistisch significant. Op basis van het veranderde momentum heeft Trump op de gokmarkten inmiddels een flinke voorsprong genomen op Harris en ook beleggers lijken op een overwinning van Trump voor te sorteren.

Zo stijgen de Amerikaanse kapitaalmarktrentes in de afgelopen weken behoorlijk en is de dollar sterker geworden. Hoewel de campagnebeloften niet altijd even letterlijk genomen moeten worden lijkt het programma van Trump meer inflatoir te worden dan dat van Harris. Denk aan het door Trump voorgestelde verlagen van belastingen en het fors verhogen van tarieven op importen. Belastingverlagingen stimuleren de bestedingen en daarmee ook de kans dan bedrijven prijzen verhogen, handelstarieven zorgen voor hogere kostprijzen voor bedrijven die waarschijnlijk aan de consument doorgeprijsd worden.

Die hogere verwachte inflatie zorgt voor hogere rentes. Dat komt overigens niet alleen door het anticiperen op Trump, het is ook een reflectie van aanhoudend goed nieuws over de Amerikaanse economie. Denk daarbij aan een sterk arbeidsmarktrapport voor de maand september. De Amerikaanse 10-jaars rente deze maand van 3,7% naar 4,2% gestegen en zijn ook de kortere rentes met eenzelfde tempo omhooggegaan.

In de eurozone nemen juist verwachtingen van een snellere rentedaling toe. Dit komt door gedaalde groeiverwachtingen voor de Europese economie. Ook hier speelt een mogelijk presidentschap van Trump een rol. Zo gaf ECB-president Lagarde recent aan dat hogere Amerikaanse importtarieven de Europese groei verzwakken. Dat kan bijdragen aan een lagere rente. Voor het gemak ging ze daarbij niet uit van een handelsoorlog waarbij de EU ook de importtarieven verhoogt.

De Europese rentes bewegen doorgaans met de Amerikaanse rentes mee, maar aan deze kant van de oceaan zijn de rentes wel minder gestegen: de Duitse 10-jaars rente is van 2% naar 2,3% gestegen. De 2-jaars rente is sinds 14 oktober zelfde dalende Daarmee wordt het verschil in rentes met de VS fors groter en dat heeft een grote impact op de euro/dollar koers. Die euro is aan een sterke trend van depreciatie begonnen ten opzichte van de dollar. Deze maand bewoog de koers van 1,11 dollar per euro naar 1,08.

In Nederland zorgt dit er vooralsnog voor dat onze exporten wat gestimuleerd worden. De zwakkere euro maakt onze exportprijzen aantrekkelijker, wat de Nederlandse concurrentiepositie buiten de eurozone voorlopig wat verbetert. Als Trump daadwerkelijk president wordt en importtarieven inderdaad verhoogd worden, dan kan dat beeld natuurlijk snel veranderen. Tegelijkertijd helpen de lagere rentes in Europa om investeringen in Nederland iets aan te jagen, al is de vraag op welke termijn dat een effect gaat hebben en hoe groot dat effect is bij de huidige matige afzetverwachtingen.

Aan de andere kant zorgt de zwakkere euro ook voor hogere importprijzen, waarbij benzineprijzen vrij direct beïnvloed worden doordat vaten olie in dollars afgerekend worden. Dat betekent dus hogere inflatie. Waar in de eurozone een zwakkere euro niet zo erg gevonden wordt nu inflatie tot onder de 2% gedaald is, zal dat in Nederland, waar de inflatie naar onze huidige verwachting nog langer boven de 2% zal blijven, toch met gemengde gevoelens ontvangen worden.

Of Trump daadwerkelijk weer president wordt blijft tot 5 november de vraag, of misschien zelfs langer. In de tussentijd merken wij via de financiële markten hier in ieder geval al wel de eerste gevolgen van verschuivingen in de verwachtingen.

maandag 28 oktober 2024

100 jaar Wereldspaardag

Van spaarvarken naar spaar-app. Er is op spaargebied veel veranderd. Op 31 oktober bestaat de Wereldspaardag precies 100 jaar. Maar één ding is onveranderd gebleven: Het belang om jong te beginnen met sparen.

Wereldspaardag werd geïntroduceerd in 1924, en sindsdien is het altijd een dag geweest om jonge mensen te leren hoe belangrijk het is om geld opzij te zetten voor de toekomst. Van de eenvoudige spaarvarkens van de jaren 1920 tot de moderne spaarapps van vandaag – de manier waarop kinderen leren sparen is met de tijd meegegaan. Maar de boodschap blijft hetzelfde: wie jong begint met sparen, loopt later minder risico om financieel in zwaar weer te komen.

Het valt op dat de jongste generaties vroeger zijn begonnen met sparen dan de oudere generaties: Gen Z begint rond hun elfde levensjaar met sparen, Millennials rond hun dertiende en de 45-plussers rond 16 à 17 jaar (en de 65-plussers zelfs pas na hun negentiende).

Commissie van Beroep Kifid: coulanceregeling bankhelpdeskfraude wél van toepassing

Een slachtoffer van bankhelpdeskfraude komt wel degelijk in aanmerking voor schadevergoeding op grond van de zogeheten coulanceregeling. Dat de rekeninghouder een BV is en dat de rekening een zakelijke rekening is, staat daaraan niet in de weg, omdat de bankrekening feitelijk meer kenmerken heeft van een particuliere dan van een zakelijke rekening. De handelwijze van het slachtoffer is niet zo onverantwoordelijk en onoplettend dat de bank schadevergoeding heeft kunnen afwijzen. Vindt Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid).

In november 2021 wordt een bijna 76-jarige man gebeld vanaf een anoniem nummer door iemand die zich voordoet als medewerker van ING Bank. Er zouden mogelijk verdachte transacties worden gedaan naar een Duitse rekening. Om dit te voorkomen moet het geld van de rekening worden veiliggesteld. De man volgt de aanwijzingen van de zogenaamde bankmedewerker en downloadt AnyDesk om toegang te geven tot zijn computer. Vervolgens zijn vier bedragen tot in totaal 63.600 euro overgemaakt van de bankrekening van de BV naar twee Duitse rekeningnummers.

Tijdens het telefoongesprek komt de echtgenote van de man thuis en zij grijpt in omdat zij het niet vertrouwt. Zij belt direct de bank. De fraudedesk van de bank heeft ondanks spoedmails naar de Duitse bank niet kunnen voorkomen dat het geld al volledig was overgemaakt naar rekeningen in verschillende landen. De man heeft aangifte gedaan bij de politie.

De echtgenote wil dat de bank de schade vergoedt in lijn met de coulanceregeling. In deze regeling hebben de vier grootbanken, waaronder ING, afspraken gemaakt om particuliere klanten die slachtoffer zijn geworden van bankhelpdeskfraude uit coulance de schade te vergoeden. De bank wijst dit af omdat de rekeninghouder een BV is en het gaat om een zakelijke rekening, zodat de coulanceregeling niet van toepassing is.

De bankrekening, waarmee de bankhelpdeskfraude heeft plaatsgevonden, staat op naam van de BV en is formeel een zakelijke rekening. Bij de beoordeling van deze klachtzaak kijkt de Commissie van Beroep daarnaast echter ook naar het feitelijke gebruik van de rekening. De bankrekening is alleen nog in gebruik voor het pensioen van de man. De BV oefent geen bedrijfsactiviteiten meer uit. Gelet hierop heeft de bankrekening feitelijk meer kenmerken van een particuliere dan van een zakelijke rekening.

De Commissie van Beroep verwijst in haar uitspraak ook naar de bedoeling van de Coulanceregeling, zoals de minister van Financiën destijds in een brief aan de Tweede Kamer heeft geschreven. Die bedoeling is om rekeninghouders die zijn aan te merken als consument coulance te bieden bij bankhelpdeskfraude.

De Commissie van Beroep verwijst ook naar het Reglement van de Geschillencommissie van Kifid waarin, kort gezegd, is bepaald dat het belang waar het om moet gaan in wezen een privé belang is. Dat is in deze zaak het geval.

Volgens de bank heeft de man onverantwoordelijk en onoplettend gehandeld. Daar gaat de Commissie van Beroep niet in mee. De handelwijze van de man is niet zo onverantwoordelijk en onoplettend dat de bank schadevergoeding heeft kunnen afwijzen. De Commissie van Berop vermeldt nog dat de bank zelf in een samenvatting van de gebeurtenissen heeft gesteld dat de man op geraffineerde wijze is opgelicht. Er is geen aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt van de coulanceregeling dat het slachtoffer uit coulance de volledige schade vergoed krijgt.

De bank moet op grond van de Coulanceregeling voor bankhelpdeskfraude dus het volledige bedrag van 63.600 euro (met rente) vergoeden. Daarnaast komen de kosten voor de beroepsprocedure voor rekening van de bank.

vrijdag 25 oktober 2024

DNB: Financiële stabiliteit in balans, risico’s blijven

De financiële stabiliteit in Nederland is de afgelopen maanden gesteund door een aantrekkende economie en optimisme op financiële markten, na een korte periode van onrust in de zomer. Daarbij dragen de gestaag dalende inflatie in de eurozone en de ‘zachte landing’ van de economie bij aan de stabiliteit. Wel neemt de geopolitieke onzekerheid toe, net als het risico van cyberaanvallen. Beide ontwikkelingen vormen een risico voor de financiële stabiliteit. Dat blijkt uit het Overzicht Financiële Stabiliteit

De winstgevendheid van Nederlandse banken is de afgelopen jaren gestegen en zowel de kapitaalbuffers als de liquiditeitsposities zijn solide. De banken hebben gemiddeld een kapitaalratio van 16,3% en de verwachting is dat hun winsten – ondanks een voorziene afname – voorlopig op een gezond niveau blijven. De economische onzekerheid vertaalt zich  tot dusver in een beperkte toename van kredietverliezen. Hoewel het aantal bedrijfsfaillissementen in Nederland de laatste maanden toeneemt, ligt dit nog altijd onder het pre-corona gemiddelde en is er slechts sprake van een geringe stijging van niet-presterende bedrijfsleningen.
Rentebescherming verhoogd

Ook verzekeraars en pensioenfondsen zijn financieel gezond. In het licht van de hogere rente van de afgelopen jaren – en in aanloop naar het nieuwe pensioenstelsel - hebben Nederlandse pensioenfondsen hun gemiddelde rentebescherming de afgelopen jaren verhoogd van 37% naar 64%, waarmee pensioenfondsen de negatieve gevolgen van een rentedaling verkleinen.
Cyberrisico’s nemen toe

Cyberincidenten vormen een toenemende dreiging voor de samenleving en de financiële sector. Dit komt mede door digitalisering en door geopolitieke spanningen. Cyberaanvallen komen niet alleen van criminele hackersgroepen, maar ook van andere landen. Bovendien neemt de complexiteit in het cyberlandschap toe, mede door de opkomst van kunstmatige intelligentie (AI). AI biedt kansen, bijvoorbeeld in de strijd tegen cyberaanvallen, maar tegelijkertijd maken ook hackers gebruik van AI, om vaker en geavanceerder aanvallen uit te voeren.

Daar komt bij dat de financiële sector kwetsbaar is voor incidenten bij andere partijen. Dit is een gevolg van de uitbesteding van diensten als cloudopslag aan een kleine groep externe leveranciers. Ook de afhankelijkheid van telecomdiensten voor vitale processen speelt een rol. Tegenwoordig raakt een kwart van de wereldwijde cyberaanvallen de financiële sector. Dit kunnen directe aanvallen op financiële instellingen zijn, of indirecte dreigingen via externe partijen of leveranciers. Het is belangrijk dat financiële instellingen deze kwetsbaarheden goed doorgronden, informatie delen om cyberrisico’s te beperken en crisismaatregelen voorbereiden. Ook moet de samenleving zich realiseren dat een cyberaanval de financiële dienstverlening in extreme situaties tijdelijk plat kan leggen.

De Nederlandse overheidsschuld is met 46% van het bruto binnenlands product nog laag, en ligt ruim onder het gemiddelde in de eurozone (89%). Maar Nederland en andere eurolanden voeren vooralsnog een ruim begrotingsbeleid en overheidsschulden nemen verder toe. Dat heeft negatieve gevolgen voor de financiële stabiliteit. Door hoge schuldenlasten hebben overheden minder ruimte om de economie te ondersteunen bij tegenwind. Daarnaast zijn landen met een hoge schuld gevoeliger voor een omslag op financiële markten, bijvoorbeeld als gevolg van oplopende geopolitieke spanningen. Zo lopen financieringskosten voor deze overheden gemiddeld vier keer harder op na een geopolitieke schok dan het geval is voor landen met een lage schuld.

Verbond van Verzekeraars slaat alarm over niet afsluiten levensverzekering

Het Verbond van Verzekeraars maakt zich grote zorgen over het toenemende aantal mensen dat geen overlijdensrisicoverzekering afsluit. Zij nemen daarmee onverantwoorde risico's dat hun nabestaanden de woonlasten niet meer kunnen betalen en in het ergste geval op straat komen te staan. Vooral huurders en zelfstandigen sluiten de polis massaal niet af.

Dat blijkt uit onderzoek dat het Verbond van Verzekeraars liet uitvoeren onder ruim 17.000 consumenten. Velen blijken nog nooit van een overlijdensrisicoverzekering te hebben gehoord en weten niet dat die de financiële risico’s afdekt als iemand overlijdt, zodat de woonlasten betaalbaar blijven.

Slecht 15 procent van de huurders blijkt een overlijdensverzekering te hebben afgesloten, tegen 38 procent van de woningeigenaren. Van de zelfstandigen (zzp’ers) heeft slechts 25 procent een overlijdensrisicoverzekering afgesloten; het gaat hierbij zowel om huurders als woningeigenaren.
Veel mensen maken zich grote zorgen over de financiële gevolgen voor hun nabestaanden, mocht hen iets overkomen. Ze zijn er niet van op de hoogte dat een overlijdensrisicoverzekering deze problemen kan voorkomen. Een derde van alle mensen die géén overlijdensrisicoverzekering hebben, denkt dat hun nabestaanden (misschien) meer zullen moeten gaan werken om voldoende geld te hebben om goed van te kunnen leven.

Meer dan de helft denkt zij zullen moeten bezuinigen. Eén op de vijf mensen denkt zelfs dat hun nabestaanden naar een andere woning zullen moeten verhuizen. Het is echter de vraag of zij gemakkelijk een nieuw dak boven hun hoofd zullen vinden op de huidige oververhitte woningmarkt.

Uit een peiling die Kassa deed onder 600 nabestaanden komt eenzelfde beeld naar voren. Meer dan de helft kreeg financiële problemen na het overlijden van hun partner. Maar liefst veertig procent zit nog steeds te krap bij kas.

donderdag 24 oktober 2024

Knab introduceert nieuwe hypotheek voor zzp’ers

Knab breidt uit naar de hypotheekmarkt met een uniek product speciaal voor zzp’ers en kleine ondernemers. Zelfstandige ondernemers kunnen nu al na één jaar ondernemerschap een hypotheek afsluiten. Klanten krijgen een vaste Knab-adviseur die gespecialiseerd is in de situatie en behoeften van zzp'ers. Knab maakt zo het kopen van een huis eenvoudiger voor ondernemers, zonder de beperkende voorwaarden van traditionele aanbieders.

Bij Knab hoeven ondernemers geen drie jaar ervaring te hebben. Na één jaar inschrijving bij de Kamer van Koophandel kom je al in aanmerking. Hiermee kijkt Knab verder dan alleen cijfers, zodat ondernemers niet vastlopen in het standaardprofiel van een werknemer.

Daarnaast biedt Knab ruimte om een bedrijfsruimte thuis mee te financieren en houdt rekening met periodes waarin ondernemers minder inkomen hadden, zoals tijdens zwangerschapsverlof. Bovendien krijgen klanten korting op de hypotheekrente voor elke verbetering van hun energielabel.

Knab doet continu onderzoek naar de wensen van de bijna half miljoen klanten. Een hypotheek met focus op zzp’ers stond al geruime tijd bovenaan het wensenlijstje van onze klanten. Knab test de hypotheek momenteel al met tientallen klanten. Vanaf volgend jaar is deze hypotheek breder beschikbaar voor zzp’ers, andere ondernemers en ook niet-ondernemers die een flexibele hypotheek zoeken. Zo verstevigt Knab haar positie als dé bank voor zelfstandigen.

Meer dan 10 miljoen euro per maand automatisch sparen

Al meer dan 350.0000 mensen sparen in totaal meer dan 10 miljoen euro per maand met ‘Rond af & Spaar’. Met deze dienst kunnen ING-klanten automatisch sparen met hun betalingen. Zo bouwen zij met betalingen die ze toch al doen, bijna ongemerkt een buffer op. En dat resulteert gemiddeld in zo’n 30 euro spaargeld per maand per klant.

Met Rond af & Spaar kunnen klanten bij iedere betaling met de betaalpas, Apple Pay, Mobiel Betalen of Ideal, het bedrag tot 1 euro naar boven afronden en automatisch op de spaarrekening laten storten. Ook is het mogelijk om een ‘spaarversneller’ in te zetten. Het bedrag wordt dan per betaling naar 2, 5 of 10 euro afgerond. Gemiddeld sparen mensen met Rond af & Spaar 2,25 euro per afronding, wat neerkomt op zo’n 30 euro per maand.
 
ING lanceerde Rond af & Spaar eerder al in zes landen en in november 2023 in ons land. Het eerste jaar Rond af & Spaar in Nederland levert opvallende inzichten op over ons spaargedrag. Zo worden vakantie en een buffer opbouwen het vaakst genoemd als spaardoel door de mensen die de dienst gebruiken. Verder is Rond af & Spaar vooral populair onder klanten van 25-35 jaar en klanten van 50-60 jaar oud. Al zijn er ook uitschieters onder twintig-minners en een enkele honderd-plusser.


Eumedion roept op tot verbeterde governancerelatie tussen beursondernemingen en beleggers

De grote beursondernemingen en de grote institutionele beleggers hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om de grote maatschappelijke uitdagingen van dit moment aan te pakken. We moeten in de relatie tussen beursondernemingen en institutionele beleggers niet langer uitgaan van tegengestelde, maar van collectieve belangen en langetermijnverbondenheid. Het is hierbij zaak dat institutionele beleggers meer gaan investeren in betrokkenheid bij de ondernemingen waarin wordt belegd (stewardship). En dat beursondernemingen een welwillende houding hebben om met institutionele beleggers en andere stakeholders een open, constructieve dialoog aan te gaan.

Dit is het doel van een door Eumedion gepresenteerde discussiepaper over de herijking van het Nederlandse stakeholdersmodel en de rol van institutionele beleggers. Het paper bevat aanbevelingen aan onder meer Nederlandse institutionele beleggers, beursondernemingen en de wetgever om tot een verbeterde governancerelatie tussen institutionele beleggers en Nederlandse beursondernemingen te komen.

Om ervoor te zorgen dat institutionele beleggers zich meer als ‘rentmeesters’ of ‘stewards’ van beursondernemingen opstellen, worden grote pensioenfondsen en verzekeraars aangespoord om te bezien of meer focus en concentratie kan worden aangebracht in (een substantieel deel van) de beursgenoteerde aandelenportefeuille.

Een meer geconcentreerde aandelenportefeuille zal leiden tot grotere aandelenbelangen in individuele ondernemingen. Omdat er dan meer risicodragend vermogen op het spel staat, zal dit van nature een impuls geven aan de betrokkenheid van deze institutionele beleggers bij de ondernemingen in deze meer geconcentreerde aandelenportefeuille.

Echt ‘rentmeesterschap’ impliceert dat de belegger een volwaardige gesprekspartner is voor de bestuurders en de commissarissen van de desbetreffende onderneming. Noodzakelijke voorwaarde hiervoor is dat er bij de ‘rentmeester-belegger’ voldoende kennis, senioriteit, ervaring en capaciteit aanwezig is om de strategie, het beleid en het waardecreërend vermogen van de ondernemingen waarin wordt belegd grondig te analyseren en om hierover de dialoog met de ondernemingsleiding aan te gaan. Daarnaast wordt aanbevolen dat institutionele beleggers zoveel mogelijk met gelijkgezinde institutionele beleggers samenwerken.

Eumedion staat ervoor open dat nieuwe of bestaande Nederlandse beursondernemingen opteren voor nieuwe governancestructuren. In dat kader kan worden gedacht aan het zogenoemde rentmeesterschapsmodel (ook wel steward owned model genoemd). Daarnaast kunnen ondernemingen ervoor kiezen om de langetermijn, maatschappelijke en/of sociale waarden te verankeren in de statutaire doelomschrijving (purpose) of om een zogenoemde B Corporation te worden. Verder kan worden overwogen om een zogenoemde maatschappelijke raad in te stellen als dit past bij de aard, identiteit, karakter en/of missie van de desbetreffende onderneming. Ondernemingen kunnen deze governancestructuren nu al kiezen; nieuwe wetgeving is niet nodig. Eumedion en haar deelnemers kunnen dergelijke nieuwe governancestructuren ondersteunen zolang gewaarborgd is dat (minderheids)aandeelhouders een volwaardig rol kunnen spelen in het systeem van checks and balances binnen de onderneming en het zogenoemde one share, one vote-beginsel wordt toegepast.  

Eumedion behartigt de belangen van de bij haar aangesloten institutionele beleggers op het terrein van corporate governance en duurzaamheid. Eumedion wil goed ondernemingsbestuur en duurzaamheidsbeleid en -praktijken bij Nederlandse beursondernemingen bevorderen en betrokken en verantwoord aandeelhouderschap door Eumedion-deelnemers faciliteren. Dit draagt bij aan duurzame langetermijnwaardecreatie door deze ondernemingen en aan het minimaliseren van de negatieve en het maximaliseren van de positieve impact voor hun belanghebbenden, waaronder het milieu en de maatschappij. Eumedion heeft 53 Nederlandse en buitenlandse institutionele beleggers als deelnemer. Deze hebben in totaal meer dan 10.000 miljard euro aan belegd vermogen onder beheer.

Hypotheek vaak goedkoper dan persoonlijke lening, maar niet altijd

Wil je je woning verbouwen of verduurzamen en twijfel je hoe je je plannen het beste financiert? Financiële vergelijkingssite Geld.nl onderzocht wat op dit moment goedkoper is: je hypotheek verhogen of een persoonlijke lening afsluiten.

Een aanbouw, nieuwe badkamer of dakkapel; een verbetering aan je woning kun je financieren met een extra hypotheek of middels een persoonlijke lening. Aan het afsluiten van een hypotheek zijn echter kosten verbonden. Zo moet je naar de notaris en zijn er taxatiekosten om de verwachte waarde van je woning na de verbouwing vast te laten leggen. Dit kan gemiddeld al snel een extra kostenpost van 3.000 euro opleveren. Bij een persoonlijke lening heb je deze kosten niet. Daarom kan een persoonlijke lening afsluiten voor je verbouwing goedkoper zijn dan je hypotheek verhogen, zelfs bij een hogere rente. Tot twee jaar geleden was de persoonlijke lening hierdoor zelfs voor veel consumenten de goedkoopste financiering. Inmiddels is dit beeld wat veranderd.

Een van de conclusies uit het onderzoek van Geld.nl is dat geld lenen voor je verbouwing met een persoonlijke lening minder aantrekkelijk is geworden. In april 2023 stelde de vergelijkingssite nog vast dat je verbouwing financieren met een persoonlijke lening tot een bedrag van 34.000 euro vaak voordeliger was. Dit kantelbedrag ligt nu op 20.000 euro.

In 2023 stegen de leenrentes flink. En dit jaar zijn de hypotheekrentes juist iets gedaald. Deze twee ontwikkelingen samen maken dat je voor het financieren van je verbouwing bij een lager leenbedrag voordeliger uit bent met een persoonlijke lening. Wil je meer lenen, dan is je hypotheek verhogen een betere optie. En reden waarom consumenten ondanks de kosten soms toch kiezen voor de persoonlijke lening, is tijd. Een persoonlijke lening kan binnen twee weken geregeld zijn. Een hypotheek aanvragen duurt al snel vier tot acht weken.

dinsdag 22 oktober 2024

Ruim 1 op 8 Nederlanders mijdt zorg, hoge kosten eigen risico grootste oorzaak

Ruim 1 op de 8 Nederlanders (13,4%) ging het afgelopen jaar niet naar een zorgverlener, terwijl ze wel zorg nodig hadden. De hoge kosten voor het eigen risico zijn bij bijna de helft van de zorgmijders (44,8%) de grootste reden om zorg over te slaan, blijkt uit recent onderzoek van vergelijkingswebsite Overstappen.nl.

Voor 44,8 procent van de Nederlanders die zorg overslaan, zijn de kosten van het eigen risico de grootste reden. Zij vinden de kosten van het eigen risico te hoog. Een groep van de zorgmijders (11,2%) wil wel, maar krijgt te maken met een opnamestop of wachtrij. Eenzelfde deel gaf angst te hebben voor de uitslag als reden om niet naar de dokter of het ziekenhuis te gaan.

Van de groep jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 34 jaar heeft 20% toegegeven dat zij medische zorg hebben vermeden, hoewel zij deze wel nodig hadden. In de leeftijdscategorie 35 tot en met 54 jaar ligt dit percentage op 14%, terwijl bij de groep van 55 jaar en ouder 9% zorg mijdt.

Huizenprijsstijging zwakt volgend jaar naar verwachting af

ING Research verwacht dat de huizenprijzen volgend jaar verder doorstijgen, maar minder hard dan dit jaar. Eind dit jaar zullen de prijzen naar verwachting zo’n 12 procent hoger liggen dan eind vorig jaar. Voor 2025 verwachten we een stijging van 5,5 procent. Belangrijkste redenen voor de verwachte kleinere stijging zijn de afzwakkende groei van de leencapaciteit en de verkopende beleggers.

De prijzen van koopwoningen zijn in de afgelopen maanden flink gestegen. De prijsverandering in augustus dit jaar was vergeleken met een maand eerder +0,9% (seizoensgecorrigeerd), zo blijkt uit de meest recente cijfers van het CBS. Deze prijsstijging volgt op eerdere stijgingen van rond de 1,0 procent per maand in het half jaar daarvoor. Inmiddels liggen de huizenprijzen nu zo’n 11 procent hoger dan in augustus vorig jaar.

Dat de huizenprijzen flink stijgen, komt voornamelijk door de sterke loonstijging, licht gedaalde hypotheekrentes, de toegenomen krapte en afnemend pessimisme op de woningmarkt.

ING verwacht dat de maximale leencapaciteit volgend jaar hoger zal liggen dan dit jaar ondanks de strengere hypotheeknormen van het NIBUD die voor 2025 gaan gelden. We verwachten dat de cao-lonen in het derde kwartaal van volgend jaar een ongeveer 4% hoger zullen liggen dan in het afgelopen kwartaal. Bij ongeveer gelijkblijvende kapitaalmarktrentes zal dat volgend jaar leiden tot een iets hogere leencapaciteit vergeleken met nu. Dit heeft een opwaarts effect op de huizenprijzen.

Daarnaast verwacht ING dat de krapte op de woningmarkt volgend jaar aanhoudt. Het aanbod van de te koop staande woningen is beperkt en dat zorgt voor zeer weinig keuzemogelijkheden onder kopers. In het derde kwartaal van dit jaar bedroeg de krapte-indicator van de NVM 2,1 wat duidt op een zeer krappe woningmarkt. We verwachten dat deze krapte volgend jaar aanhoudt wat bijdraagt aan stijgende huizenprijzen.

Ook zullen de verwachtingen over huizenprijsstijgingen door woningzoekers bijdragen aan daadwerkelijke huizenprijsstijgingen. Het deel woningzoekers dat volgend jaar een huizenprijsstijging verwacht, is in het afgelopen jaar flink toegenomen, blijkt uit de Eigen Huis Marktindicator. Doordat woningzoekers een huizenprijsstijging verwachten, zullen ze mogelijk bereid zijn meer te bieden voor een koopwoning, daardoor heeft dat een zelfversterkend effect.

maandag 21 oktober 2024

'Banken blijven de plasticproductie financieren'

De meeste commerciële banken zijn blind voor de risico's die gepaard gaan met de financiering van bedrijven in de toeleveringsketen van plastic, met name de schadelijke invloed van plastic op het klimaat, de natuur, de menselijke gezondheid en gemeenschappen. Als gevolg daarvan hebben maar heel weinig banken beleid om effectief met deze risico's om te gaan, laat staan om financiering voor de plasticindustrie helemaal uit te sluiten.

Dit is de belangrijkste conclusie van een eerste beoordeling van het beleid van banken met betrekking tot plastic, uitgevoerd door de Plastic Banks Tracker, een initiatief van Profundo, BankTrack en de Plastic Soup Foundation.

Uit een nieuwe website die vandaag is gepubliceerd, www.plasticbankstracker.org, blijkt dat geen van de twintig onderzochte banken als toonaangevend kan worden beschouwd. Slechts twee banken scoren redelijk goed op Erkenning en Betrokkenheid.

Het Duitse ProCredit kwalificeert in onze ranglijst als een gematigde presteerder, terwijl de Nederlandse bankgroep ING wordt gezien als een volger.

Teleurstellend genoeg scoren de andere 18 banken als achterblijvers. Sommige van deze banken, zoals Mitsubishi UFJ, Barclays en BNP Paribas, hebben relevant beleid op het gebied van bijvoorbeeld klimaatverandering, natuurbescherming of gezondheid en gemeenschappen. Maar omdat het hen ontbreekt aan de juiste erkenning van en betrokkenheid bij de plasticcrisis, kan niet van hen worden verwacht dat ze dit beleid strikt implementeren in hun financieringsrelaties met bedrijven in de plasticlevenscyclus.

Meldpunt ‘incassokosten zorgverzekeraars’ geopend

De Consumentenbond en Consumentenclaim openen samen het meldpunt ‘incassokosten zorgverzekeraars’. Uit verschillende rechterlijke uitspraken blijkt dat sommige zorgverzekeraars op de verkeerde manier incassokosten hebben gerekend. Consumenten die incassokosten hebben betaald aan hun zorgverzekeraar, kunnen zich melden.

CZ, Menzis, VGZ en Zilveren Kruis hadden tot 2024 een onduidelijke tekst over incassokosten in hun algemene voorwaarden staan. Ook stuurden zij niet altijd kosteloos een eerste aanmaning met de te verwachten incassokosten als niet binnen 14 dagen werd betaald. Daarom zijn de incassokosten die sommige consumenten moesten betalen ongeldig en kunnen ze die terugvragen. Het gaat hier om incassokosten vanwege betalingsachterstanden voor premies en het eigen risico. Sinds 2024 staat er geen tekst meer in de voorwaarden van zorgverzekeraars over incassokosten. En dan geldt de wet (Wet Incasso Kosten).

Consumenten die tussen 2019 en 2023 incassokosten aan hun zorgverzekeraar betaalden, kunnen hun contactgegevens achterlaten op het meldpunt.

De Consumentenbond maakt zich al langer zorgen over de vaak ondergeschikte positie van consumenten in het zorgstelsel. Daarom diende de Consumentenbond het afgelopen jaar 2 handhavingsverzoeken in bij de Nederlandse Zorgautoriteit. Deze gingen over onduidelijke polissen en over lange wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg.

vrijdag 18 oktober 2024

Blox in handen van Coinmerce

Het Nederlandse cryptoplatform Blox komt in handen van branchegenoot Coinmerce. De overnamegesprekken kwamen in een stroomversnelling na een ontdekte verduistering door een medewerker bij Blox, waardoor er een fors tekort ontstond.

Coinmerce nam eerder klanten van Bux en Binance over en koopt nu meerderheid in Blox in cryptomarkt met steeds minder aanbieders.

Over de fraudeverdenking en de omvang van het vervreemde bedrag bij het in Nijmegen gevestigde Blox doen de bedrijven geen uitspraken.

De Blox-medewerker is na de ontdekking op non-actief gesteld en er is aangifte gedaan bij de politie.

Blox, sinds 2013 actief in de Nederlandse cryptomarkt en geregistreerd bij De Nederlandsche Bank, is met 750.000 rekeningen veel groter dan Coinmerce dat 400.000 accounts telt.

Blox ging in 2021 vrij opvallend de samenwerking aan met de beursgenoteerde voetbalclub Ajax.

Daling spaarrentes ingezet

De spaarrentes dalen, zo blijkt uit onderzoek van Geld.nl. De vergelijkingssite monitort alle spaarrentes in Europa en stelt vast dat de hoogste spaarrente in een half jaar tijd met een 0,5% is teruggezakt van 4,00% naar 3,50 procent. Ook de gemiddelde spaarrente loopt sinds april gestaag terug van 2,51 naar 2,40 procent. Daarmee lijkt de dalende trend definitief ingezet. Wat betekent dit voor de spaarrente op je spaarrekening?

De dalende spaarrente hangt vooral samen met het besluit van de Europese Centrale Bank om haar rente dit jaar twee keer te verlagen: deze ging in juni van 4,00% naar 3,75%, in september volgde een nieuwe renteverlaging naar 3,50 procent. Reden hierachter is de dalende inflatie. Deze komt volgens prognoses van de ECB dit jaar uit op 2,8% en zal in 2026 naar verwachting onder de gewenste 2% duiken.

Banken volgen de ECB-rente vaak in hun eigen rentebeleid. Saillant detail is dat de rentedaling vooral spaarrentes van buitenlandse banken betreft. De drie grote Nederlandse huisbanken Rabobank (1,70%), ING (1,50%) en ABN AMRO (1,50%) laten geen rentedaling zien.

Ook de rente op spaardeposito’s loopt terug. Want waar de hoogste rente voor een deposito van één jaar de afgelopen maanden tussen de 3,60 en 3,70 procent schommelde, is deze sinds een maand teruggezakt naar 3,45 procent. De hoogste rente voor een spaardeposito van vijf jaar zakte in een maand tijd van 3,65% naar 3,22 procent.

De verwachting is dat de ECB haar rentes dit jaar opnieuw verlaagt. Dit zou betekenen dat de rente op de opneembare spaarrekening nog verder terugzakt. “De verwachting dat de spaarrente verder daalt, maakt de overstap naar een spaardeposito interessant. Zo levert een spaardeposito van twee jaar nu een rente van 3,35 procent op. Dat is met het oog op een verder dalende spaarrente een interessant alternatief.

CO2 voetafdruk van Nederlandse verzekeraars en pensioenfondsen scherper in beeld

Nederlandse verzekeraars en pensioenfondsen beleggen niet alleen direct in beursgenoteerde aandelen en bedrijfsobligaties, maar ook indirect, via beleggingsinstellingen.

Nieuwe DNB-cijfers over de CO2‑uitstoot van niet-financiële ondernemingen omvatten zowel directe als indirecte beleggingen, en geven daarmee een completer beeld van de CO2‑uitstoot van pensioenfondsen en verzekeraars.

Daaruit komt naar voren dat de relatieve uitstoot gerelateerd aan economische productie over de periode 2020-2021 lager is als indirecte beleggingen worden meegerekend, terwijl de absolute uitstoot hoger is. Dat laatste komt doordat beleggingsinstellingen nu ook in de analyse zijn meegenomen.

Eind 2021 belegden verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen (ICPF’s) in Nederland € 514 miljard direct in beursgenoteerde aandelen en bedrijfsobligaties, en nog eens € 376 miljard indirect via Nederlandse beleggingsinstellingen. Bij de beoordeling van de CO2‑uitstoot die gepaard gaat met deze ICPF-portefeuilles moeten zowel directe als indirecte beleggingen in overweging worden genomen om de risico's van verzekeringsinstellingen en pensioenfondsen nauwkeuriger in beeld te brengen. Vanuit het oogpunt van toezicht en financiële stabiliteit hebben we gekeken naar de transitierisico's die voortvloeien uit een waardedaling van – met name – CO2‑intensieve bedrijven, als gevolg van de maatschappelijke transitie naar een CO2‑neutrale economie in 2050.

donderdag 17 oktober 2024

Budgetteren zorgt voor meer grip op je geld

Sinds kort kunnen particuliere klanten in de ING Mobiel Bankieren App maandelijkse budgetten instellen voor bijvoorbeeld het doen van boodschappen, uit eten gaan of sport.

Budgetteren is het plannen en beheren van je uitgaven zodat je niet meer uitgeeft dan er binnenkomt. Deze nieuwe functie helpt ING-klanten om meer inzicht te krijgen in hoeveel geld ze hebben voor bepaalde maandelijkse uitgaven. Door vooraf te budgetteren is het mogelijk om meer grip op je financiën te krijgen.

ING-klanten kunnen snel en gemakkelijk via de ING App budgetten instellen voor hun maandelijkse uitgaven. Bij het instellen van een budget zien klanten hoeveel zij de afgelopen drie maanden aan een bepaalde uitgave categorie (denk aan boodschappen, vakanties of restaurants) hebben uitgegeven. Zo helpt ING klanten om een realistisch budget in te stellen. Zodra klanten een budget hebben ingesteld, kunnen zij in de app gemakkelijk bijhouden hoeveel zij hiervan al hebben uitgegeven en wat er nog van over is gedurende de lopende maand. Als klanten meldingen van ING toestaan, krijgen zij ook automatisch een bericht als zij bijna hun budget overschrijden.

Helft Nederlanders vindt duurzaamheid een belangrijk thema voor banken en verzekeraars

Duurzaamheid speelt een steeds grotere rol in de verwachtingen van consumenten ten aanzien van banken en verzekeraars. Uit nieuw onderzoek blijkt dat maar liefst de helft van de Nederlanders het belangrijk vindt dat deze financiële instellingen bijdragen aan milieu en maatschappij. Dit geldt voor alle generaties, van Gen Z tot Babyboomers. Dit blijkt uit de nieuwste editie van het What’s Happening Finance 2024 trendrapport van Ruigrok onderzoek en advies.

Consumenten zien het financieringsbeleid van banken en verzekeraars als een van de belangrijkste manieren waarop deze instellingen kunnen bijdragen aan duurzaamheid. Wanneer gevraagd naar de belangrijkste maatregelen, geeft 33% van de Nederlanders aan dat banken geen leningen moeten verstrekken aan vervuilende of niet-ethische bedrijven en projecten. Daarnaast wil 28% dat banken juist duurzame initiatieven ondersteunen.

Volgens de meeste Nederlanders is het financieringsbeleid dé manier waarop banken en verzekeraars een positieve impact kunnen maken. Bovendien vindt een kwart van de respondenten transparantie over investeringen essentieel.

Ondanks de hoge verwachtingen rondom duurzaamheid, blijkt dat duurzaamheid slechts voor 10% van de Nederlanders belangrijk is bij de eventuele keuze voor een nieuwe bank. 6% geeft aan daadwerkelijk wel eens van bank te zijn gewisseld om deze reden.

Iets vaker maken Nederlanders een duurzame keuze uit het productaanbod van een bank, bijvoorbeeld het openen van een duurzame spaarrekening (10%) en beleggen in duurzame fondsen (10%).

Pensioenfondsen: informeer naast kansen, ook over risico’s

Pensioenfondsen nemen met de overgang naar de nieuwe pensioenregeling besluiten die deelnemers raken. Daarover moeten ze tijdig, duidelijk, correct en evenwichtig met hen communiceren. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) constateert in een nieuw rapport verbeteringen in de communicatie aan deelnemers, maar ziet nog te vaak dat pensioenfondsen niet duidelijk genoeg zijn over negatieve gevolgen en risico’s van hun besluiten.

Bij het gebruik van versoepelde indexatieregels heeft bijvoorbeeld een kwart van de pensioenfondsen niet alle deelnemers gewezen op de beschikbaar gestelde informatie. Slechts een derde van de pensioenfondsen benoemt in de eerste of tweede informatielaag de negatieve gevolgen van het versoepeld indexeren. Dat is opvallend omdat deze pensioenfondsen vaak wel prominent benoemen dat het bestuur alle belangen zorgvuldig heeft afgewogen en het besluit evenwichtig acht. Ook bij de communicatie over het overbruggingsplan lag de nadruk in de eerste informatielaag dikwijls op de kansen en voordelen, en werden deelnemers pas gewezen op de risico’s in diepere informatielagen.

Als een pensioenfonds de informatie (digitaal) beschikbaar stelt, verwacht de AFM dat het alle deelnemers actief en concreet op de informatie wijst, bijvoorbeeld via een directe link in de e-mail aan deelnemers.

Zorg dat relevante informatie gemakkelijk vindbaar is
Pensioenfondsen moeten informatie begrijpelijk opschrijven en op een logische wijze plek op hun website plaatsen.

De AFM vindt het van belang dat de toelichting op gevolgen van een besluit voor een deelnemer zonder achtergrondkennis te begrijpen is. Nog te vaak bevat deelnemerscommunicatie jargon en complexe toelichtingen. De AFM verwacht dat ieder pensioenfonds periodiek toetst of informatie, waaronder de gelaagdheid, voldoende duidelijk en begrijpelijk is voor de deelnemerspopulatie.

Duitse bank opent cryptomarkt, maar Nederlandse banken zien nog te veel risico’s

De Duitse bankgigant DZ Bank heeft aangekondigd dat ze haar klanten de mogelijkheid zal bieden om direct te handelen in cryptovaluta zoals bitcoin (BTC) en ethereum (ETH). Dit is de eerste keer dat een Europese grootbank op deze schaal cryptodiensten aanbiedt. Deze stap zou wel eens een kantelpunt kunnen zijn voor de relatie tussen traditionele banken en digitale valuta in Europa. Waar ook andere banken in de EU steeds vriendelijker worden ten opzichte van crypto, zijn Nederlandse banken nog altijd voorzichtig. Dat blijkt uit een rondvraag bij de ING, ABN Amro en Rabobank door Crypto Insiders

Naast DZ Bank zetten ook andere grote financiële instellingen stappen in de cryptomarkt. Commerzbank biedt crypto-handel aan voor zakelijke klanten en Deutsche Bank heeft een vergunning aangevraagd voor het aanbieden van cryptobewaardiensten. Ook internationaal zijn er vergelijkbare ontwikkelingen: Santander wil bitcoin- en ethereum-handel aanbieden in Zwitserland, terwijl Société Générale en Raiffeisen Bank crypto-vergunningen hebben verkregen in Frankrijk en Oostenrijk.

Hoewel de internationale ontwikkelingen laten zien dat cryptovaluta steeds meer in de reguliere financiële wereld terechtkomen, zijn Nederlandse banken nog niet bereid om deze stap te zetten. Op de vraag van Crypto Insiders of Rabobank, ABN Amro en ING soortgelijke diensten overwegen, geven de grootste banken van Nederland aan voorlopig niet actief te worden in de cryptomarkt.

Rabobank zegt de cryptomarkt wel degelijk in de gaten te houden, maar vindt de risico’s vooralsnog te groot: 'Wij juichen innovatie toe en volgen de ontwikkelingen op het gebied van crypto-activa dan ook op de voet. Op dit moment hebben wij echter nog geen plannen om een platform voor de koop en verkoop van crypto-valuta aan te bieden. Rabobank ziet nog te veel risico’s op de markt voor crypto-activa, bijvoorbeeld doordat de koersen sterk kunnen fluctueren en dat klanten onverhoopt betrokken raken bij witwassen of andere criminele activiteiten,' aldus een woordvoerder namens de bank.

ABN Amro is eveneens terughoudend. De bank geeft aan dat ze geen crypto-activa in hun beleggingsproducten opnemen en hierover ook geen advies geven. “Wij vinden het nog steeds te risicovol en moeilijk te waarderen,' stelt ABN Amro. De bank erkent echter wel dat er internationaal stappen worden gezet in de regulering van cryptomarkten, maar vindt dat er nog veel werk te doen is voordat ze zich comfortabel voelen om zelf crypto-gerelateerde diensten aan te bieden.

ING volgt de cryptomarkt ook nauwlettend, maar heeft vooralsnog geen plannen om diensten zoals die van de Duitse bank aan te bieden. “We volgen de ontwikkelingen met interesse, maar hebben vooralsnog geen plannen om dit vanuit ING Nederland aan onze klanten aan te bieden. Dit heeft te maken met het ongereguleerde karakter ervan en de vaagheid met betrekking tot de tastbare waarde ervan binnen een ecosysteem.”

Hoewel de Nederlandse banken voorlopig nog afwachtend zijn, lijkt de deur naar cryptodiensten niet volledig gesloten. De houding van de banken wijst op een zekere mate van interesse, maar de zorgen over volatiliteit, criminaliteit en het gebrek aan duidelijke regelgeving wegen voorlopig zwaarder dan de potentiële voordelen.




Flevolanders lenen het meeste geld en Friezen het minst

Het gemiddelde leenbedrag in Nederland bedraagt dit jaar een kleine 16.000 euro. Dat blijkt uit onderzoek van Independer. Afhankelijk van je woonplaats is dat gemiddelde bedrag hoger of lager. Zo lenen inwoners van Flevoland gemiddeld het meeste geld met een bedrag van 17.708 euro. Friezen lenen met 13.197 euro het minst. Een auto kopen blijft voor de meeste mensen de belangrijkste reden voor een lening.
 
Niet alleen is het kopen van een auto de populairste reden om geld te lenen. Over de eerste negen maanden van 2024 ziet Independer in die categorie ook de grootste groei. Over diezelfde periode in 2023 ging 38% van de Nederlanders een schuld aan voor een auto. In 2024 bedraagt dat aantal tot en met september 42%. In Groningen lenen mensen het vaakst geld voor een nieuwe bolide. Hier gaat het om bijna de helft van alle inwoners. Vergeleken met een jaar eerder is er in de Noordelijke provincie een groei van ruim 7 procent.
 
Dat er meer mensen geld lenen voor een nieuwe auto heeft volgens expert geld lenen Marga Lankreijer-Kos van Independer meerdere oorzaken. “Een gedeelte van de aankoopprijs bestaat uit BPM. Deze aanschafbelasting stijgt al een aantal jaar. Dat heeft directe invloed op de hoogte van de nieuwprijs van een auto. Ook weten we dat inflatie, gestegen lonen en duurdere onderdelen de prijs omhoog brengen. Alles bij elkaar opgeteld is het dan ook niet gek dat mensen dit jaar vaker geld lenen voor een nieuwe auto.”
 
Flevoland leent gemiddeld het hoogste bedrag, Overijssel ziet grootste groei
Inwoners van de provincie Flevoland lenen tot dusver over 2024 gemiddeld het hoogste bedrag. Het gaat hier om een kleine 18.000 euro. “Een mogelijke verklaring is dat er in Flevoland een groot aantal gezinnen woont vergeleken met andere provincies”, zegt expert Marga Lankreijer-Kos. “Woon je met meer mensen, dan heb je doorgaans ook meer kapitaal nodig. Net als in 2023 is het leven dit jaar weer wat duurder geworden. Dit zien we terug in het toegenomen leenbedrag.’’
 
De trend is ook zichtbaar in andere provincies. Zo lenen mensen in dichtbevolkte gebieden zoals Noord-Holland, Noord-Brabant en Zuid-Holland gemiddeld tussen de 16.000 en 17.500 euro. In dunbevolkte gebieden zoals Groningen, Friesland en Drenthe bedraagt het gemiddelde leenbedrag dit jaar tussen de 13.000 en 13.500 euro.
 
Top 5 provincies hoogste leenbedrag 2024:
Flevoland € 17.708
Noord-Holland € 17.451
Utrecht € 16.230
Zuid-Holland € 16.158
Noord-Brabant € 15.871

Opvallend is dat het leenbedrag stijgt, maar het aantal aangevraagde leningen voor verbouwingen juist daalt. Dat blijkt uit data van Independer. De grootste daling is zichtbaar in Drenthe. Daar loopt het aantal aanvragen terug met ruim 5% vergeleken met 2023. Op nummer twee staat Flevoland met een daling van 4.7%. Provincie Utrecht volgt met 4.4%.
 
Top 5 provincies afname aantal leningen voor een verbouwing t.o.v. 2023 in %:
Drenthe 5.2%
Flevoland 4.7%
Utrecht 4.4%
Zeeland 3.9%
Friesland 3.5%

Knab moet slachtoffer bankhelpdeskfraude 49.000 euro vergoeden

Knab moet een klant die via bankhelpdeskfraude is opgelicht zo'n 49.000 euro vergoeden, zo heeft het financiële klachteninstituut Kifid geoordeeld (pdf). De klant werd vorig jaar gebeld door een oplichter die zich voordeed als beveiligingsmedewerker. Op diens verzoek installeerde de klant het programma AnyDesk, waarmee zijn laptop door de oplichter kon worden overgenomen.

In totaal werd zo'n 50.000 euro naar verschillende rekeningen bij andere banken overgemaakt. Nadat de klant zich realiseerde dat belde hij Knab. De bank kon slechts 1100 euro veiligstellen.

De klant wilde dat Knab de resterende 49.000 euro vergoedt. Volgens de bank ging het om van toegestane betalingstransacties. De klant heeft instemming verleend via de in de Algemene voorwaarden overeengekomen vorm en procedure, te weten goedkeuring via de KnabApp.

Omdat de klant ontkent dat hij met de betalingstransacties heeft ingestemd, moet volgens Kifid bank bewijzen dat de betalingstransacties zijn geauthenticeerd. Dat bewijs is achterwege gebleven.

Naar het oordeel van de commissie is alleen komen vast te staan dat de consument AnyDesk op zijn laptop heeft geïnstalleerd, internetbankieren heeft opgestart en zijn paspoort heeft getoond ‘ter verificatie’.'


maandag 14 oktober 2024

ING: Nederlandse ondernemers overwegend positief over financiële gezondheid

Het Nederlandse klein bedrijf en zzp zijn overwegend positief over de financiële gezondheid van hun bedrijf. De meerderheid van de ondervraagde ondernemers vindt dat hun bedrijf een goede buffer heeft en de meeste bedrijven hebben de financiële mogelijkheden om hun lange termijn doelen te behalen.

Toch maakt één op de vijf ondernemers zich wel regelmatig zorgen over de financiële gezondheid van hun bedrijf. Klein bedrijven met een jaaromzet boven 1 miljoen euro zijn vaker positief over duurzaamheidsinvesteringen. Dit blijkt uit een onderzoek van ING onder 500 zzp’ers en klein bedrijven (2-20 werknemers) over de financiële gezondheid van hun bedrijf.

Zowel zzp’ers (72%) als klein bedrijven (79%) beoordelen de financiële gezondheid van hun bedrijf als goed, dankzij stabiele omzet, reserves, cashflow en een gebrek aan schulden. Positieve klein bedrijven benadrukken dat dit komt doordat ze de ruimte hebben om te investeren, zzp’ers noemen het goede inkomen als reden. Daarnaast zijn klein bedrijven ouder dan vijf jaar vaak optimistischer over hun financiële situatie in vergelijking met klein bedrijven die jonger zijn dan vijf jaar. Deze laatste groep zoeken ook vaker financieel advies.

Over het algemeen zijn klein bedrijven (74%) positiever over de financiële prestaties van het bedrijf dan zzp’ers (64%), waarvan van beide groepen een grote meerderheid goed inzicht had in de prestaties. De meerderheid van de zzp’ers (86%) en klein bedrijven (79%) had ook het afgelopen jaar goed overzicht in de bedrijfsfinanciën en meer dan 70% van beide groepen voelt zekerheid en controle over hun persoonlijke financiën. De meesten zzp’ers (54%) en klein bedrijven (59%) maken zich dan ook niet regelmatig zorgen over de financiële gezondheid van hun bedrijf. Eén op de vijf van de ondervraagden maken zich nog wel regelmatig zorgen. Ondernemers die minder positief zijn over de financiële gezondheid, wijzen vaak op een gebrek aan winst of reserves.

60 procent van de zzp’ers en 76 procent van de klein bedrijven geeft aan dat hun financiën hen in staat stellen lange termijn doelen te behalen. Wanneer klein bedrijven de buffer positief beoordelen, zien zij ook ruimte om te investeren. Klein bedrijven hebben vaker wel (40%) dan geen (20%) ruimte voor investeringen in duurzaamheid, terwijl 25% van de zzp’ers vaker aangeeft hier geen ruimte voor te hebben. Ongeveer een kwart van zowel zzp’ers (28%) als klein bedrijven (25%) vindt investeringen in duurzaamheid niet cruciaal voor de financiële stabiliteit op de lange termijn.

Zakelijke dienstverlening vaker goed op de hoogte van wet- en regelgeving
De helft van de klein bedrijven zegt goed op de hoogte te zijn van wet- en regelgeving met financiële impact, terwijl dit bij zzp’ers iets lager ligt (41%). De zakelijke dienstverlening (57%) is vaker goed op de hoogte over veranderingen in wet- en regelgeving die invloed hebben op de financiële gezondheid dan de sector landbouw, visserij en nijverheid (35%).

Beide groepen raadplegen vooral overheidswebsites en externe adviesdiensten voor financiële informatie. 32% van de zzp’ers en 20% van de klein bedrijven raadpleegt geen externe bronnen. De helft van beide groepen vindt het niet moeilijk om extern hulp te vragen bij financiële vraagstukken, hoewel 15% van de klein bedrijven en 12% van de zzp’ers dit wel lastig vindt. Klein bedrijven (60%) hebben doorgaans geen moeite om kostenbesparing binnen het bedrijf te bespreken.

Belgische betaalapp Bonsai gaat stoppen

De Belgische betaalapp bonsai gaat januari 2025 mee stoppen. Het bedrijf achter de app wil zich meer richten op samenwerkingen met derden.

Bonsai is een betaalapp waarmee QR-betalingen kunnen worden verricht. Daarnaast kan de app worden gekoppeld met Google Pay of Apple Pay.

Verder kunnen gebruikers een overzicht van hun rekeningen zien en geld overmaken naar vrienden.

De bonsai Mastercard is tot 9 december 2024 beschikbaar, zodat gebruikers gekoppelde abonnementen en betalingen kunnen overzetten.

Rabobank neemt beperkingen voor betaalinstellingen weg

Rabobank heeft toegangsbeperkingen voor betaalinstellingen weggenomen na gesprekken met de Autoriteit Consument & Markt (ACM).  

Een betaalinstelling zorgt ervoor dat winkeliers diverse betaalmogelijkheden kunnen aanbieden aan consumenten, zowel in de winkel als online. Verder kunnen consumenten via betaalinstellingen geld overmaken naar het buitenland. Betaalinstellingen hebben een zakelijke betaalrekening nodig bij een bank in Europa om toegang te krijgen tot het Europese betalingsverkeer.

De ACM kreeg meldingen van betaalinstellingen die geen klant konden worden bij Rabobank. In de richtlijn betaaldiensten (PSD2) zijn regels opgenomen voor banken om betaalinstellingen deze toegang te geven. De ACM houdt toezicht hierop.

Ook stelt Rabobank geen onnodige financiële eisen en acceptatievoorwaarden meer, zoals hoge omzetdrempels. Daardoor krijgen bijvoorbeeld startups sneller toegang tot een betaalrekening. Rabobank heeft betaalinstellingen die eerder een toegangsaanvraag tot een betaalrekening deden op de hoogte gesteld van de aanpassingen in haar beleid.
 
De ACM wijst erop dat PSD2 geldt voor alle banken. Ook bij andere banken moet het beleid in lijn zijn met de PSD2.

vrijdag 11 oktober 2024

Alice Jentink nieuw directielid Externe Betrekkingen bij Nederlandse Vereniging van Banken

Per 1 november 2024 start Alice Jentink als directielid Externe Betrekkingen bij de Nederlandse Vereniging van Banken.

Alice Jentink brengt een ruime ervaring mee in diverse corporate affairs-rollen binnen de financiële sector. Ze komt van strategisch communicatiebureau Comprehensive Strategies, waar ze als partnerorganisatie binnen de financiële dienstverlening, de overheid en de technologiesector adviseerde bij diverse complexe maatschappelijke vraagstukken.

Eerder was Alice onder meer verantwoordelijk voor het aansturen van de communicatie en stakeholder-engagement bij Euronext, en voor de ontwikkeling van communicatiestrategieën bij andere organisaties in de financiële sector, zoals de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

Hiernaast is Alice lid van de Vereniging Aegon en lid van de Raad van Commissarissen van Leyden Academy on Vitality and Ageing.

Alice Jentink volgt in deze rol Marianne Honkoop op, die de afgelopen periode directielid Externe Betrekkingen a.i. was.

De ECB gaat sneller van de rem

Waarschijnlijk verlaagt de ECB de rente volgende week alweer. Dat reflecteert een verandering in denken: de inflatieschok lijkt overwonnen te zijn, maar groeizorgen keren terug.

Terwijl de harde conclusies van Mario Draghi over de Europese economie nog nadreunen, blijven de matige groeicijfers in de eurozone elkaar opvolgen. De inkoopmanagersindex dook in september onder de 50, wat volgens de makers van de enquête op economische krimp duidt. De PMI daalt – met uitzondering van een opleving in augustus die vooral aan de Olympische Spelen toe te schrijven is – sinds juni. Vooral de maakindustrie blijft kwakkelen. Nieuwe orders blijven krimpen en bedrijven wierven minder mensen aan in september volgens de enquête. De dienstensector blijft groeien, maar op een lager tempo. Ook daar valt ook het aantal nieuwe opdrachten tegen.

Dat laat zien dat de aardige Europese groeicijfers van de eerste helft van het jaar waarschijnlijk in de tweede helft van het jaar niet worden voortgezet. Eind 2022 stokte de groei van de Europese economie door de energiecrisis. De stagnatie van economische activiteit duurde tot begin dit jaar, toen de economie begon te herstellen. Dat herstel lijkt dus nu alweer te vertragen en de groei van ongeveer 0,2% in het tweede kwartaal was al niet geweldig.

Na de energiecrisis van 2022 werd eerst opgelucht gereageerd dat de economie een recessie had weten af te wenden, maar nu het herstel niet doorzet kantelt het beeld over de Europese economie. De zorgen over de groeikracht van de economie komen in de spotlight te staan nu de wereldwijde vraag naar Europese goederen zwak blijft, overheden minder stimuleren, en de consument meer aan het sparen is. Een gedeelte van dit probleem is cyclisch, maar een ander deel lijkt ook structureler te zijn. Denk bijvoorbeeld aan de zwakke Duitse industrie.

Het positieve hieraan is dat de zwakke economie wel bijdraagt aan een snellere terugkeer van inflatie naar het streefdoel van de ECB van 2 procent. Sterker nog, in september zakte de inflatie tot 1,8%. Dit kwam voornamelijk door de sterk gedaalde olieprijzen, maar ook de kerninflatie - zonder de volatiele energie- en voedselprijzen – daalde verder. Deze is inmiddels op 2,7% beland. Dat is vooralsnog te hoog, maar wel op weg richting 2%. De energieprijzen schommelen sterk, onder andere door de onrust in het Midden-Oosten, waardoor de inflatie de komende tijd echt wel weer tijdelijk boven de 2% uit kan komen. Maar inflatie lijkt wel sneller dan verwacht structureel terug richting 2 procent te bewegen.

Dat de inflatie in september tot onder de 2 procent zou dalen was eigenlijk wel bekend. ECB-president Christine Lagarde refereerde er zelfs al aan bij het rentebesluit in september. Toen leek de ECB nog geen versnelling van de rentedalingen te overwegen en was de verwachting dat de volgende stap in december zou komen.

Toch lijkt de ECB lijkt snel het geweer van schouder te veranderen. Lagarde zette eind september in een speech in het Europees Parlement de deur open naar een renteverlaging in oktober. Wij verwachten dat die renteverlaging er inderdaad gaat komen, tenzij de haviken in het ECB-bestuur – de bestuurders die vaak een krapper monetair beleid voorstaan – nog met een verrassing komen. Zo lijkt de ECB steeds overtuigder dat inflatie onder controle is. Als de economie te zwak blijft presteren kan dat voor een te lage inflatie zorgen en daarom lijkt de ECB nu sneller de voet van de economische rem te willen halen. Waarschijnlijk volgende week al.

Miriam van Dongen benoemd tot lid raad van commissarissen Rabobank

De Algemene Ledenraad van Rabobank heeft Miriam van Dongen onlangs benoemd tot lid van de raad van commissarissen. Zij is aangetreden per 25 september 2024.

Miriam van Dongen studeerde Bedrijfseconomie aan Tilburg University. Daarna bekleedde zij diverse financiële en executive functies. Sinds 2009 is Miriam professioneel toezichthouder en vervulde zij diverse toezichthoudende functies. Zij heeft veel ervaring en kennis van het werken in coöperaties als Zilveren Kruis en Achmea. Miriam heeft een focus op en achtergrond in de financiële sector en is bekwaam in finance, risk, M&A en corporate finance. Ze heeft veel relevante ervaring als uitvoerend en niet-uitvoerend bestuurder op het gebied van audit en finance , governance en board dynamics.

De RvC van Rabobank bestaat verder uit Marjan Trompetter (voorzitter), Johan van Hall (vicevoorzitter), Matthew Elderfield, Petri Hofsté, Arian Kamp, Gail Klintworth, Marc Pensaert en Pascal Visée.


Insurance Europe publiceert prioriteiten en aanbevelingen 2024-2029

Het recent gepubliceerde manifest van Insurance Europe – InsuranceMatters – zet de prioriteiten van de Europese verzekeringssector uiteen voor de komende vijf jaar, het mandaat van de nieuwe Europese Commissie.

Doordat verzekeraars risico's kennen, beheersen en delen kunnen mensen deelnemen aan het (maatschappelijk) verkeer, ondernemen, wonen en reizen. Zo leveren verzekeraars een belangrijke bijdrage aan een welvarender, veerkrachtiger en competitievere Europese Unie.

'In het huidige tijdsgewricht is dit relevanter dan ooit. Belangrijk voor mensen, belangrijk voor het concurrentievermogen en duurzame groei,\ aldus Michaela Koller, directeur-generaal van Insurance Europe (IE).

Koller overhandigde het manifest aan Europarlementariër Yon-Courtin (rapporteur RIS), Fausto Parente (uitvoerend directeur EIOPA) en Tilman Lueder (het nieuwe hoofd afdeling Verzekeringen & Pensioenen DG FISMA van de Europese Commissie).